„MODE WORDT MET EEN „P GESCHREVEN Decreten voor H.M. de Vrouw 96ste jaargang Dinsdag 25 februari 1966 T -eae blad no. 29376 De Pacftse modekoningen mogen dan niet het gezag hebben van een Nasser, die 99.99 procent van zijn onderdanen tot volgelingen mag rekenen, het staat echter al geruime tijd vast dat hun decreten voor vele miljoenen volgelingen blin delings worden opgevolgd. Nu ja, blindelingslaten we zeggen met van tijd tot tijd een vragend opgetrokken wenk brauw, maar toch in ieder geval Oost-Indisch (of is dat tegenwoordig Indonesisch?) doof voor (al of niet onomwon den) commentaren van de mannelijke helft van de wereld; kortom wellicht kritisch, maar toch in volstrekte gehoor zaamheid. De „nieuwe" look, de „nieuwste" look en de „allernieuwste" look, de H-lijn, de A-lijn, de Z-<van zak)-lijn zijn er zonder aarzelen in gegaan. Van A tot Z zijn de decreten van Parijs opgevolgd. Wij wagen de stoute veronderstelling, dat vorig voorjaar de zak-lijn gelanceerd werd als een proefondervindelijk bewijs stuk voor de gehoorzaamheid van de vrouw aan de mode dictatoren. Een bewijsstuk dat overtuigende kracht bleek te bezitten. Een bewijsstuk dat door zijn vormeloosheid boven dien de noodzaak in het leven riep nu een lijn te decreteren, die wel een vorm tekende. Maar we leven in een tijd, dat niets zijn eigen vorm mag hebben. Bezuinigen heet de besteding beperken, zorg voor hulp behoevenden heet sociale dienst, werklozen bezighouden heet werkverruiming, oorlog heet een conflict of binnenlandse aangelegenheid, een dictatoriaal geregeerde slavenmaat- schappij heet een volksdemocratie, waarom zouden we dan de vrouw de vorm van de vrouw geven? De Parijse dictatoren hebben derhalve naar lijnen gezocht, die wel een vorm aanduiden, maar die bepaaldelijk niets vrouwelijks mocht suggererenbehalve dan dat de vrouw die lijn en vorm met vrouwelijke graagte zal aanvaarden, met vrouwelijke charme zal uitdragen en wat bovenal van be lang is toch aan die vormen een persoonlijk cachet zal geven dat weer zo typisch vrouwelijk is. Wèt mannen en vrouwen, wilt U méér? We hebben in de afgelopen weken de voorjaars- en zomer- ontwerpen gezien van Engelse, van Italiaanse, zelfs van Amerikaanse en Duitse modehuizen. We hebben ze allemaal met belangstelling bekeken, hier en daar wat bedenkelijk gefronst, nu en dan enigszins gegrinnikt, maar het was toch allemaal niet het ware om ons over op te winden. Mode wordt nu eenmaal met de P van Parijs geschreven, en niet met de R van Rome, de W van Wenen of de L van Londen. Ziehier dan eindelijk, waar het per slot van reke ning (figuurlijk bedoeld, dit woord, mijne heren!) om gaat: de decreten van de Parijse modekoningen: enkele van de tal loze ontwerpen naar rijk-gevarieerde lijnen, die vandaag overal in de wereld in kranten en tijdschriften in mode shows en op televisieschermen miljoenen vrouwenogen zul len trekken en die het kleed tonen, waarin Hare Majesteit De Vrouw na het wegdooien van de sneeuw gekleed zal dienen te gaan. „Parijs" dient zich aan! Links boven ziet U een deux-pièces van Jacques Heim, ge naamd „Catleya", gemaakt van witte zijde met zwarte stip pen. Een zwarte band onderaan het lange vest, zwarte hand schoenen en een hoed van dezelfde stof als het pakje completeren en accentueren deze combinatie. Midden boven een ontwerp van Griffe, gemaakt van heel lichtblauwe tule. „Meinacht" heet deze baljapon. Meer in de gewone stijl is deze avondjurk van Pierre Bal- main, die hij Dublin noemde. Het borduurwerk op de witte satijn is uitgevoerd in blauw en goud. De toekomst zal leren of dit ontwerp inderdaad „in de roos is" hoewel Jean Desses hier zijn „lijn van de toekomst" in uit leefde. Een avondjurk van roze organdie op gele organdie met op de rok een roosmotief. Zou dit Doornroosje misschien nog een tijdje moeten sluimeren voor de Prins van de Smaak haar wakker komt kussen? Rechts midden een mantel van Jean Desses van Caramel- kleurige zachte wollen stof, gecompleteerd door een strooien paddestoelvormige hoed. Opvallend zijn de zeer laag ingezette mouwen en de zakjes als enige breking van het zelfs nauwe lijks door knopen geaccentueerde totaalbeeld Nadat we de voorlopig nog belangrijke avondkleding en mantels bekeken hebben, hier een voorbeeld van wat de zomer te zien zal geven op het strand. Links onder een creatie van het modehuis Maggy Rouff, een amusante aan het verleden herinnerende combinatie voor het badseizoen. Dit strandpakje kreeg de naam van „canoe". Het is gemaakt uit witte popeline met blauwe druppeltjes. Midden onder een typisch voorbeeld van de „trapeziumlijn", welke gelanceerd wordt door Dior. Het tegenwoordige hoofd van dit modehuis heeft deze trapeziumlijn voor het komende seizoen tot een richtsnoer gemaakt voor vrijwel alle ontwer pen voor alle tijden van de dag en alle gelegenheden in de maatschappij. Dit mantelpakje „Zouzou" heeft een wijd uit staande rok, die wordt opgehouden door enige petticoats, terwijl het korte jasje met driekwartsmouwen zeer eenvoudig gehouden is en ook in de buitenlijn direct aansluit bij de rok. Het witstrooien hoedje is afgezet met een roze lint en lelietjes van dalen, die ook in het zakje van het jasje steken. Tenslotte rechts onder Griffe's „ligne chemise", de cock tailjurk „Coupole", die van marineblauwe, wltbespikkelde stof vervaardigd is. En helemaal tenslotte: We zouden U graag meer willen tonen. Maar in de eerste plaats kregen we van de directie van het LD. niet meer ruimte ter beschikking, en in de tweede plaats willen we U, dames, het hoofd niet helemaal op hol brengen en U, heren niet tot tandenknarsen brengen, omdat U mode niet met de P van Parijs, maar met P van Portemonnee* eekmjtU

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1958 | | pagina 3