IIJDE STAD IN KENIA ONTDEKT Strijd 0111 Ifni nog niet ten einde, slechts een adempauze ingetreden Wilde kraiiteiikoiiing Bonnier zijn bladen aan de nazi's verkopen? et begon met een ballade Zware politieke strijd te wachten Zijn tegenstander Kreuger zegt duidelijke bewijzen te hebben uitenlandse diplomaten in Bonn vertreden vaak verkeersregels te jaargang Zaterdag 15 februari 1958 Vüfde blad no. 29368 Gronings etnoloog deed knap werk Doorkijkje in de ruïnes van de grote moskee. Van onze correspondent) bschien heeft U het kortgeleden miezen r. A. H. Prins, etnoloog en lector de Rijksuniversiteit te Gronin gs teruggekeerd na een verblijf 'zes maanden in Kenia en Ita- 115 Somaliland, waar hij, onder ire, ook de ruines heeft ontdekt een totnutoe verdwenen ge nie stad, die vermoedelijk door [erzische kolonisten is gesticht, üschien is U inderdaad, tussen \unstmanen en beursberichten jat feit opgevallen. En heel mis- jfn heeft U zich ook nog wel afgevraagd hoe dat nu gaat. verdioenen stad ontdekken. tdenken daarbij natuurlijk in de plaats aan barre tochten, door wilde bossen, een weg hakkend stugge lianen, dragers, die glim- van het zweet en onheilspellende |den in het nachtelijk duister. Niet zo stellen wij ons een ontdek- ireiziger voor. (ar dr. Prins, een kalme rustige glimlacht om deze voorstellingen. Js heel anders gegaan. Het begon ftn lied, met een oude ballade. (als U en ik nu in zo'n oude ballade boren over een vreemde stad, die in logen jaren door 'n meiske, dat ver was op een hoofdman van de E, die de stad belegerde, is verraden nadien werd verwoest, dan halen jisschien onze schouders op en vin- het een leuk verhaal. Een verhaal pas misschien dan nog wel ergens herinneren aan de geschiedenis van lestaalse maagd. Daar was immers dergelijks meé aan de hand. Perzische invloeden ar dat wordt anders, wanneer je oog bent en bovendien weet, dat leduizend jaar lang die oostkust ifrika - en dan speciaal die streek Senia en Somaliland - Perzische eden heeft ondergaan. Ja. in zo mate hebben ondergaan, dat er orbeeld in de verhalen van de 1001 Afrikaanse invloeden aan te wij- en dat er invloeden van de verha an Sinbad de zeeman op die kust Afrika zijn aan te wijzen. Het ver van die ijzerklip bijvoorbeeld, waar alle ijzeren schepen tot zinken wer- pbracht. Een verhaal van Sinbad, een verhaal ook dat daar ginds c, dan wordt zo'n verhaal belang end. Dan krijgt zo'n ballade een 1sch reliëf. Niet om het verhaal - hema duikt in de litteratuur vaker maar om die stad. Want die kan ït geweest zijn. Om die ballade dus Prins - die voor hij in Groningen i gouvernements-etnoloog van Ke- ras - gaan zoeken. Met bosjesman- sprak hij er over. Dat gaat natuur- o eenvoudig niet. Hij heeft moeten a per zeilboot en sleepboot, heeft afstanden moeten lopen of is ge en zittend in een auto of op de rug van een ezel. En tenslotte heeft hij er gens een oude inboorling gevonden, een melaatse nog wel, die niet alleen de bal lade kende, maar nog wist waar de stad had gestaan. En die heeft hem er ten slotte heen gebracht. Zo ontdekt mer. dan een oude stad, die in 1700 of daaromtrent is verwoest, een stad die Shirazi heet. een naam waarvan de Perzische oorsprong wel vaststaat. En een stad ook die vele eeu wen geleden al door Perzische kolonis ten is gesticht en later door de kustbe volking verwoest.. Niet zo eenvoudig Als U het zo hoort (en dr. Prins ver telt het echt niet anders) kan naar Uw mening ieder kind misschien wel zo'n stad ontdekken. Maar zo eenvoudig ligt het niet. Om te beginnen moet U natuurlijk de taal ken nen van dat gebied om te weten waar Overblijfselen van het paleis van de stadsvorst. die ballade over gaat. Overigens heeft dr. Prins ook nog de hand weten te leg gen op twee oude stam-kroniekjes in Arabisch schrift, maar dan geschreven in een tot dusver onbekende kusttaal (het Siyu voor de geïnteresseerden). Maar daar is eigenlijk nog minder van te vertellen, vindt dr. Prins, want die heeft hij gewoon gekregen van mensen daarginds. Losgepraat in dat onver staanbare gebrabbel van ginds. Nou. wij vinden het allebei heel erg knap. Hij vindt het natuurlijk zelf ook alle maal wel leuk, en wat meer zegt, be langwekkend. Want ondanks zijn wat jongensachtige uiterlijk is hij toch een man van de wetenschap en als de Or ganisatie voor Zuiver Wetenschappelijk onderzoek er weer geld voor uittrekken wil en als de universiteit hem weer ver lof kan gevendanja, natuurlijk dan gaat hij weer. Naar Kenia en naar Somaliland. Want er moet echt nog meer zitten Spaanse burger reageert nauwelijks (Van onze correspondent in Madrid) In tegenstelling tot de geruststellende mededelingen, door officiële woordvoerders in Madrid rondgestrooid, verkeert Spanje nog steeds in een vrij precaire situatie voor wat betreft de strijd in het Afrikaanse gebiedsdeel Ifni. Zelfs generaal Franco liet het in zijn nieuwjaars boodschap voorkomen alsof het leed al helemaal geleden was, maar ook hij kon tenslotte niets veranderen aan de verlieslijsten. Bij de strijd om Ifni is slechs een adempauze ingetreden en vooralsnog is er geen sprake van een einde, laat staan van een overwinning in dit merkwaardige koloniale oorlogje". Het begin van de vijandelijkheden om Ifni, eind november verleden jaar, ls voor velen gekomen als een verrassing, Geruchtmakende affaire in Ztveden Overheid gaat nu de zaak onderzoeken (Van onze correspondent in Stockholm) Heeft de Zweedse kranten koning Bonnier zijn machtige bla den in 1940 aan Hitier willen verkopen? Deze vraag werd al vier jaar geleden gesteld door die andere krantenvorst, Torsten Kreuger een broer van wijlen Ivar Kreuger, de speculerende lucifer-koning), doch is thans wederom actueel geworden. De bewijzen, die Kreuger thans in handen zegt te hebben, zijn zo overwel- li weigeren schadevergoeding te betalen (Van onze correspond ent in West-Duitsland) digend. dat zelfs de burgemeester van Stockholm. C. A. Anderssón, een verder onderzoek in deze kwestie onnodig acht te. Met enkele van deze stukken ging hij namelijk zelf naar Hamburg, om aldaar te spréken met de Duitser, die iets van deze voorgestelde miljoenen-transactie zou moeten weten: Gesand ter Paul Schmidt, de man die tijdens de oorlog dagelijks persconferenties in de Wil- helmstrasse hield en de spreekbuis van het Duitse ministerie van Buitenlandse Zaken ls geweest. Ja. Gesandter Schmidt kon zich de hele geschiedenis nog herinneren: Bon nier wilde zijn bladen inderdaad aan Duitsland verkopen en wel voor dollars. Het gevraagde bedrag werd echter te hoog bevonden. Toen haalde de burge meester het belangrijkste document uit zijn zak, dat hij van de heer Kreuger had meegekregen. Het was een schrij ven van Bonnier aan de Zweedse bank directeur Jacob Wallenberg, waarin de geadresseerde de nodige volmachten kreeg de bladen van Bonnier te koop aan te bieden. Herkent U dit schrijven? Jawohl. Er was dus geen -twijfel meer. Een vraag is slechts, waarom de burgemees ter. die uit eigener beweging deze zaak in handen heeft genomen, niet eerst zijn landgenoot Wallenberg heeft gehoord. Falsificatie bewezen Na de publikatie van de belangrijke volmacht, deelde Bonnier namelijk me de, dat dit een falsificatie moet zijn. En men had ook een bewijs. Op het ver valste briefhoofd staat o.m. het woord „Direktionen", zoals eerst sinds 1949 ge bruikelijk. In 1940 echter, het jaar dat de volmacht werd geschreven, had men nog het woord „chefskontoret"' in ge bruik. De gewezen chefs van de druk kerij hebben dit bevestigd. Intussen haalde Kreuger voor een tweede slag uit. Hij beweerde namelijk in zijn bezit te hebben een schrijven van Bonnier met in het briefhoofd o.m. het woord „chefskontoret dat gericht was aan de gewezen Duitse gezant, de prins Von Wied. Het was gedateerd 12 oktober 1940 en hield een bevestiging in. dat de uitgever Bonnier bereid was zijn hele uitgeverij alsmede zijn bladen te verkopen, indien men het over de prijs eens kon worden en als vrije overtocht naar Amerika werd verzekerd voor de hele familie Bonnier. De Bonniers zijn namelijk van Joodse afkomst. Drie generaties geleden kwam de eerste Bonnier als boekhandelaar naar Zweden en heeft toen vrij snel zijn ..huis" uitgebouwd. Het pleit gelukkig voor de Zweedse democratie, dat in de vele kolommen tellende berichten hier over in de bladen nimmer in deze rich ting wordt gezinspeeld. Slechts één keer hebben wij gelezen, dat het menselijk zou zijn geweest, wanneer de Bonniers de vlucht hadden genomen. En dat wil den ze ookdenken de leden van de toenmalige regering. De gewezen minis ter van Buitenlandse Zaken, Christian zelfs voor vele Spanjaarden. Ifni is een stukje land van 1500 vierkante kilometer aan de Atlantische kust van Noord- Afrika en met de Rio de Oro vormt het het hele kleine restje van het Spaanse koloniale rijk in Afrika. In Spanje hoorde men nauwelijks over Ifni spre ken, hoewel het een vrij vruchtbaar land ls en Sidi Ifni, de hoofdstad, waar ongeveer tienduizend mensen wonen, belangrijk was als vluchthaven voor de sardinevissers van de Canarische Eilan den. Spanje kreeg Ifni al in 1860 cadeau van sultan Sidi Mohammed, maar het moest tot 1934 duren voor het werkelijk in bezit werd genomen. Van Ifni en Rio de Oro was even sprake, toen Spaans Marokko de onafhankelijkheid werd verleend, maar de regering van Franco had zo hard meegeholpen aan de Marokkaanse soevereiniteit zeer tot ongenoegen van Frankrijk dat Günther heeft namelijk destijds zijn collega's en thans ook officieel meege deeld. dat hij in 1940 bezoek kreeg van de heer Tor Bonnier. die hem vertelde plannen te hebben om het belangrijke blad ..Dagens Nyheter" te verkopen te gen dollars. Geen dollars nodig De vrienden van Bonnier wijzen er echter op, dat deze rijke familie geen dollars nodig had om in Amerika een onderkomen te vinden. Zij hadden 'en hebben) er genoeg geld liggen en had den dus in ieder geval de wijk kunnen nemen. Zij gaven er volgens hen ech ter de voorkeur aan om ook gedurende de moeilijke tijden in Zweden te blij ven. Er zijn thans langzamerhand te veel tegenstrijdige beweringen in om loop en het wordt dan ook van beide zijden gewaardeerd, dat momenteel door de overheid stappen zijn ondernomen om de waarheid te vinden. Er blijft na melijk nog een derde mogelijkheid dat een derde, nog onbekende partij, bij deze zaak is betrokken. Dat zou dan ie mand geweest kunnen zijn, die er be lang bij heeft of dit had. een dergelijk gerucht te verspreiden. De Zweden zullen van de gang van zaken op de hoogte blijven, want. Bon- nier is nog steeds krantenkoning en Kreuger heeft weliswaar zijn bladen (Stockholms Tidningen en Aftonbladet) aan het vakverbond verkocht, maar zich het recht voorbehouden deze bladen als spreekbuis te gebruiken. let alleen Duitse auto- élisten rijden in de dsrepubliek dikwijls ssuisd over de weg ier zich veel van rode lichten, knipperbollen, rschuwingsborden en edert een paar maan- ingevoerde snelheids- trkingen in de be- *'de kommen van ste en dorpen aan te ken, maar ook de in land geaccrediteerde enlandse diplomaten, familieleden en hun uffeurs doen maar al dikwijls net alsof zij i met de verkeersvoor- riften te maken heb- >e politie heeft thans ?edeeld, dat verleden f alleen al in Bonn en iesberg waar, omdat >n zo klein is, ook en- i buitenlandse ambas- w en gezantschappen i gevestigd bijna fend maal is geconsta- W, dat de verkeers- frschriften door be stuurders van een auto met een CD-bordje wer den overschreden. Dat zijn ongeveer 80 overtre dingen in de maand, en daarbij komen natuurlijk ook nog de vele gevallen, welke men niet heeft ge zien of die men niet heef» willen zien. Het zijn voor een groot deel vreemdelingen uit exotische landen en hun (ook wel Duitse) chauf feurs, die zichzelf wijsma ken dat ze door dat to- verbordje met de letters CD buiten en boven de wetten zijn geplaatst. Ze weten, dat ze toch niet door de politie en de jus- titie ter verantwoording kunnen worden geroepen Het onaangename is da' zij, wanneer door hun na latigheid, hun onvoorzich tigheid en hun roekeloos heid andere wagens zijn beschadigd, niet eens kun nen worden gedwongen schadevergoeding aan de gedupeerde eigenaars te betalen. Alle in West- Duitsland wonende auto bezitters van binnen- en buitenlandse nationaliteit zijn weliswaar verplicht zich tegen auto-ongeval len te laten verzekeren, maar dat geldt niet voor leden van het corps di plomatique. Ven-schillen de onaangename inciden ten zijn er al het gevolg van geweest. Eigenaars van CD-wagems weiger den halsstarrig schade vergoeding te betalen en van de landen, die zij hier vertegenwoordigden, kon men al evenmin geld los krijgen Men overweegt nu wat men togen deze onge zonde toestand kan doen Men meent dat het ver standig zou zijn het voor beeld van België te vol gen, waar ook de buiten landse diplomaten ge noodzaakt zijn een auto verzekering aan te gaan. het netelige onderwerp van de enclaven maar werd opgezouten tot een later tijdstip. Wel waren er besprekingen over, het laatst nog in oktober van het vorig jaar, maar Koning Mohammed V wilde niet al te hard van stapel lopen, dit in tegenstelling tot de belangrijkste politieke groep in Marokko, die van de Istiqlal. Plotseling anders De toestand wijzigde zich plotseling toen de koning voor het afleggen van een vriendschapsbezoek in Amerika vertoefde. In de nacht van 22 op 23 november doken plotseling guerilla's op en die slaagden erin om de verraste Spaanse soldaten te verdrijven uit het hele gebied, met uitzondering van de hoofdstad. In de strijd, die daarop volgde, kwam vrijwel onomstotelijk vast te staan, dat de querilla's deel uitmaak ten van het Marokkaanse „bevrijdings leger" en dat ze stonden onder leiding van een ex-straatventer uit Marrakesj, Ben Hamou. Het bevrijdingsleger be staat uit ongeveer 12.000 man, een hoeveelheid mensen die men toch niet licht over het hoofd ziet. Koning Mo hammed V doet dat wél en hij blijft volhouden dat het hele bevrijdingsleger niet bestaat. Over het tegendeel kunnen de Spaanse legionairs meepraten. Da werkelijkheid, onder de bloemrijke taal der Spaanse legercommuniqués verbor- WM Tomboeciof Een beeld uit Tunesië, waar in derhaast uit bij elkaar gehaalde landbouwwerktuigen opgerichte wegversperringen een hinderpaal wegversperringen worden door ge moeten vormen voor eventuele I wapende burgers bewaakt. Franse troepenbewegingen. De gen, is dat Spaanse troepen zich hebben ingegraven in stellingen rondom de hoofdstad Sidi Ifni en dat de rest van het gebied nauwelijks bezet is. Verder zijn enkele forten in Spaanse handen, terwijl de steden zijn ver sterkt. Dat weerhoudt de guerilla's echter niet van een aanval, zoals kortgeleden bleek toen er hard werd gevochten om Aiun, een stad die enkele honderden kilometers ten zui den van Ifni ligt en die juist was uit geroepen tot hoofdkwartier voor de militaire gouverneur, die alle Spaanse gebiedsdelen in Afrika onder zich kreeg. Het gevecht speelde zich af in een bijtende zandstorm en slechts met bijzonder veel moeite konden de Spanjaarden hun stellingen behouden. Alles voor over Het is voorlopig zeer waarschijnlijk, dat de Spaanse regering alles zal doen om de gebiedsdelen in Noord-Afrika te behouden Er is sprake van dat er olie gevonden is, waarvoor het devlezen- arme Spanje wel belangstelling heeft. Bovendien wordt toenadering gezocht tot Frankrijk en dit. in Noord-Afrika j zelf zo heftig aangevallen land. kan iedere steun gebruiken, zelfs al komt die I van het traditioneel vijandige Spanje. Anderzijds /,ou Franse steun wel eens kunnen helpen om Spanje eindelijk het begeerde lidmaatschap te geven van de NAVO en de Europese organen. Ten slotte is de Spaanse eer. in het bijzon der die van het leger, in het geding en dat is een tere zaak Een harde politiek om Ifni ligt dan ook in de verwachting. Het „thuisfront" neemt het vrij gela ten op De Spaanse „man in de straat" heeft maar weinig belangstelling voor gebeurtenissen daar verweg en hij heeft zijn aandacht bovendien te hard nodig bij het zoeken naar mogelijkheden toC levensonderhoud. Uiteraard komt het hier en daar wel tot patriottische uitbarstingen en een da:irvan noodzaakte Franco om z(jn geliefde Moorse garde, zijn lijf wacht. te ontbinden. De Moren wer den namelijk al te zeer het mikpunt van vijandige uitlatingen als ze in het openbaar of op het filmdoek versche nen. Uit Andalusië zijn enkele honder den vrijwilligers gekomen en de kran ten geven af en toe lange, juichende reportages over de heldenmoed van de Spaanse soldaten. Men windt er zich niet op en wacht af op wat gebeuren zal als deze korte adempauze van het ogenblik voorbü zal zijn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1958 | | pagina 7