DE PAPOEA
WIL NIETS VAN INDONESIË WETEN
rn
Een verantivoordelijk volkdat eens tot
zelfbestuur in staat moet worden geacht
Sterke drang naar ontwikkeling
Liever zekere toekomst clan overheersing
V.
De vele Papocarassen wijken in zeden en ge-
woonten hemelsbreed af van de Indonesische
bevolkingsgroepen. De gemiddelde Papoea weet
dit maar al te goed en beschouwt de Indonesiër
als een vreemdeling. Hij zal nooit lijdelijk toestaan,
dat Indonesië de heerschappij over Nederlands
Nieuw-Guinea gaat voeren.
Door middel van de radio is hij vaak goed voor
gelicht over de toestanden in eigen land, in Indo
nesië en in de rest van de wereld. Hij steekt zijn
mening niet onder stoelen of banken en zegt rond
uit, dat hij geen zin heeft onderdrukt te worden.
Hij heeft nu een vrij leven met het vooruitzicht
later geheel zelfstandig te worden.
De vrijheidszin is ook bij de Papoea sterk ont
wikkelt. Daarom neemt hij liever een wissel op
een zekere vrije toekomst dan een overheersing
door een vreemd volk, met name Indonesië. Dat
de Papoea zich bij een eventuele inval in zijn land
door Indonesië niet van zijn zwakke zijde zal
laten kennen, kan men leren uit de gebeurtenissen
tijdens de tweede wereldoorlog. Na een snelle
overrompeling door Japan, voerden bepaalde groe
pen een verbeten guarillastrijd in de oerwouden,
waarbij de Japanners gevoelige verliezen werden
toegebracht. Op de duur werden de bezetters
doodsbenauwd voor die donkere schaduwen, die
zonder moderne wapens, slechts voorzien van
speren, pijlen en blaasroeren de vijand geruisloos
benaderden en uit de weg ruimden. Mochten de
Indonesiërs onverhoopt besluiten „West-Irian met
geweld te bevrijden", dan weet hij uit dit nog
recente verleden, wat hem te wachten staat.
De Papoea wil slechts vry zijn
in zijn eigen land, hij wil geen
bewoner worden van een Indo
nesische kolonie. Tot deze con
clusie is een Leids cartograaf
gekomen na een langdurig ver
blijf in Nederlands Nieuw Gui
nea. Uit hoofde van zijn beroep
heeft hij vele plaatsen van dit
Nederlandse rijksdeel bezocht,
heeft hij volop gelegenheid ge
had het karakter van de oor
spronkelijke bevolking te analy
seren en kan hij in bijgaand
artikel een antwoord geven op
de zeker heden ten dage actuele
vraag: „Hoe denkt de Papoea
over Indonesië?"
Verantwoordelijkheidsgevoel
Wanneer wij voorts zien naar de
levenswijze van de Papoea, dan be-
Uiteraard is dit de mening van de Papoea's, die met de Nederlanders in gere
geld contact zijn. De Papoea's in de gebieden, die nog niet onder bestuur zijn
gebracht en nog geheel in de z.g. wilde toestand leven, weten vanzelfsprekend
weinig of niets over Indonesië. Maar wel is bekend, dat zij dezelfde vrijheids
geest bezitten als de meer gecultiveerde Papoea's, hetgeen ons duidelijk werd bü
ons bezoek b.v. aan de Kapauku's, de Asmatters en de bewoners rond de
Wisselmeren.
Goede harmonie waar
de Nederlander en de
Papoea samenwerken
Wanneer wij hieronder spreken over
„de Papoea", dan moeten wij daarbij
aantekenen, dat wij de gemiddelde
Papoea bedoelen, zoals wij die tijdens
ons verblijf in Nederlands Nieuw Gui
nea hebben leren kennen.
Tot ons grote genoegen overigens,
want de Papoea is vriendelijk van
aard, openhartig van geest en ver
leent waar mogelijk spontaan zijn
hulp. Een hulp, die vaak bijzonder
doortastend is- Dit zijn enkele eigen
schappen, die opvallen in Westerse
ogen, wanneer men gedurende einige
De Papoea's kijken naar een
kerkjedat zij gebouwd hadden
maar door omstandigheden weer
moest worden afgebroken. In het
begin vielen er veel tranen, die ech
ter spoedig gedroogd werden, toen
zij hoorden, dat zij met materiaal
de Marine een nieuwe mochten
bouwen.
tijd dit volk, dat voor kort nog in het
stenen tijdperk leefde, van dichtbij be
schouwt.
Uiterst gul
vergeten te hebben. Wij konden on
mogelijk weg. Enkele jongens boden
spontaan aan het voorwerp „even" op
te halen. Dit betekende een voetreis
van 16 kilometer, heen en terug.
Eens boden wij hulp aan een Papoea.
Zijn vrouw was overleden. De man
was radeloos en zag geen kans het
stoffelijk overschot van zijn vrouw
midden in de nacht naar de begraaf
plaats te brengen. Wij hielpen hem
met onze auto. Zijn dankbaarheid was
overstelpend. Waarschijnlijk heb ik
nooit meer een opofferender vriend
gehad dan deze man. In alles was hij
mij daarna van dienst.
Wij brachten vele bezoeken aan
Papoeagezinnen, ook vooraanstaande.
Het viel ons steeds op, hoe die men
sen op hun manier gul waren in het
aanbieden van allerlei lekkei-nyen en
hun uiterste best deden steer te schep
pen in hun veelal zo eenvoudige hut
ten. Op welk tijdstip men ook kwam,
altijd was de ontvangst even hartelijk.
Geen moeite was teveel en steeds
stond het hoofd van het gezin bij ons
vertrek gereed om ons terug te bren
gen langs de moeilijk begaanbare oer
woudpaadjes. Hij ging dan voorop met
een lantaarn en was altijd gereed ons
te beschermen tegen ieder gevaar, zo
als bijvoorbeeld giftige slangen.
Wij zeiden het reeds, de Papoea is
vriendelijk van aard. Iedereen kent
iedereen en iedereen is een vriend van
iedereen. Niets kan de Papoea weer
houden na een meningsverschil de
eerste te zijn om de hand weer te
reiken. Rechtvaardigheid gaat hem
boven alles. Ook de blanke, die hem
goed bejegent, beschouwt hy als zijn
vriend- En dan zal hij alles voor hem
doen. Wij herinneren ons eens iets
Goedlachs
De Papoea is echter wel kinderlijk
van geest- Zij lachen om alles, net als
kinderen. Een Papoea, die een paar te
grote schoenen aan heeft om een
simpel voorbeeldje te geven ver
wekt een hilariteit, die uren kan du
ren. Een verwi-ongen gezicht, bokke-
sprongen van een jonge kat. een var
ken, dat ontvlucht is uit een kampong
en die men gezamenlijk gaat vangen,
ingewikkelde situaties tijdens een voet
balwedstrijd, valpartijen en harde hoge
schoten (die met meer applaus ont
vangen worden dan een doelpunt),
een Papoea, die probeert Nederlands
te spreken, het brengt steeds de lach
spieren danig in beroering. Hulpvaar
digheid en doortastendheid zijn trou
wens wel voldoende tot uiting geko
men by de ramp van de K-L.M.-con-
stellation „Neutron". De Papoea's wa
ren de eersten, die erbij waren en zy
bedachten zich geen moment, maar
begaven zich te water om te zien of
er nog iets te redden was. En dat on
danks de haaien, die in deze gebieden
in groten getale voorkomen
Zonsondergang op Biak.
nauwgezet zijn plicht. Zondags zijn de
eenvoudige kei-kjes propvol. Eyna nie
mand slaat de dienst over, tenzy er
gebrek aan ruimte is.
Varkens en kippen komt men overal
in de kampongs tegen. zy worden be
schouwd als huisdieren en dé vrouw
heeft de taak deze dieren te verzorgen.
De varkens worden beschouwd als
betaalmiddel, evenals bepaalde, schel
pen, de mata bia's. Een jonge man
vindt het een eer in dit korps te mo-
gendienen. Zij hebben laten zien. dat
zjj de orde kunnen handhaven o.a. tij
dens de onlusten onder de Kapauku's
in de heuvels rond de Wisselmeren.
Mogelijkheden
De Papoea heeft ons dikwyis ge
vraagd: „Wanneer kan ik naar een
school, die mij dezelfde ontwikkeling
geeft als de Westerling?" wy vertol-
Een nog primitief Papoea- meisje, zoals men haar kan vinden in de omgeving van de Wisselmeren.
Een scherp contrast met het ontwikkelde meisje uit de stad (rechts).
Goede harmonie
den hem dan, dat er in de toekomst
zeker ook op Nieuw-Guinea ambachts
scholen. middelbare en hogere scholen
zullen verryzen. De toestand laat het
momenteel nog niet toe. Eerst zullen
de nodige leerkrachten moeten worden
opgeleid. En Nederland streeft er
naar die uit het volk zelf te putten.
Reeds genieten Papoea's daartoe on-
derwys op scholen in ons land.
Waar de Nederlanders en Papoea's
samenwei'ken bestaat over het alge
meen een goede harmonie. De Papoea
is erg gevoelig, maar een Nederlander,
die met tact weet op te treden, kan
hem alles leren. In twee jaar tyd heb
ben onze voorgangers en wy een Pa
poea volledig in gewyd in de knepen
van het fotografische vak, zy het dan
alleen, wat de praktische kant betreft.
De Papoea's bouwen huizen onder
toezicht en doen dat uitstekend. Zy
zyn werkzaam als chauffeur, mon
teur, elektricien, timmerman, lasser,
bankwerker, metselaar enz. enz. Dat
alles werkt uiteraard hun zelfstandig
heid meer en meer in de hand.
Maar de Papoea is byzonder oranje
gezind. U had het eens moeten zien
met Koninginnedag op het eiland
Biak. Zelfgemaakte spandoeken en
schilderstukken worden meegevoerd
naar de plaats, waar de Koninklyke
Marine haar parade houdt. Vrouwen
en kinderen hebben hun kleren veelal
met oranje versierd en overal wappert
de Nederlandse driekleur. Alle vaar
tuigen zyn die dag versierd met het
rood-wit-blauw. Zelfs de koppensnel
lers tonen zich op hun best en aan de
zuidkust voeren zy ter gelegenheid van
het feest hun enerverende dansen uit.
Er bestaat op Nieuw-Guinea ook een
zeer gedisciplineerd politiekorps, be
halve het hogere kader geheel uit Pa
poea's bestaande. Zy zijn uitstekend
voor bun taak berekend. Menig Papoea
Een koppensneller van de Fla-
mingobaai aan de Zuidkustin vol
tenue voor een krijgsdans. Dit ras
is bloeddorstig van aard.
De horentjes worden heel jong
in de neus gestoken en groeien
vast.
U merkt het wel, de wil om iets te
bereiken is by de Papoea sterk ontwik
keld. En wy zyn ervan overtuigd, dat
hy het ook kan. wanneer hy de kans
maar krygt. Daarvoor staan zyn groot
verantwoordelykheidsgevoel, zyn door
tastendheid en zyn arbeidsvreugde
borg. Met de ontwikkeling, die zy tege.
moet gaan, moeten zy beslist in staat
worden geacht later over eigen land en
volk In de goede zin van het woord
te kunnen regeren.
H. H.
koopt zyn vrouw met varkens en
schelpen, die by elkaar een waarde
moeten vertegenwoordigen van 500 tot
1000 gulden, al naar gelang de schoon
heid van de vrouw en de maatschap
pelijke staat van het gezin.
De vrouw wordt dikwyis vergezeld
van haar man. Zy draagt dan de vaak
zeer zware vrachten soms tot dertig
kilogram op de rug. De man loopt
soms voor, soms achter haar, naar ge
lang de omstandigheden dat eisen. Hy
is altyd voorzien van een parang (een
groot hakmes) om haar te beschermen
of om een weg te banen door de bos
sen.
merken wy, dat regelmaat een eerste
vereiste is by hem. Verantwooi-delyk-
heidsgevoel voor het gezin laat by hem
niets te wensen over. Na overdag te
hebben gewerkt, gaat hy 's avonds in
alle rust ter visvangst. Dan glydt zijn
pi*auw onhoorbaar over het spiegel
gladde water, dat schittert in het hel
dere maanlicht. Een fascinerende be
levenis, maar niet meer voor de Pa
poea, die aan de zorg van het dage-
lykse bestaan moet denken. Hy doet