Goudgerande wol en snel groeiende industrie in welvarend Australië „KAPITALE" SPAARZIN Stijgende werkloosheid een tijdelijk verschijnsel? Breugel herleefde in het dorp Wingene (in West-Vlaanderen) niet bang meer Parisiennes zijn om in „zakrokken" rond te lopen Onbekende factoren bij vogeltrek VRIJDAG 4 OKTOBER 1957 die grote vloed van nieuwkomers (één miljoen ln tien jaar en een tweede mil joen komende) die nieuwe ontplooiing brengt, maar ook schokken veroor zaakt. Tegenover verminderde werkge legenheid in de textiel- en schoenen industrie. de houtzagerij en kunstmest- fabrieken, staat grote verruiming van de werkgelegenheid in de auto-jndus- tVie, de industrie van elektrische appa- i raten en televisie-toestellen, machine- rieën, metaalindustrie en scheepbouw Kilometers uorstduizenden pannekoeken en een onmetelijke hoeveelheid bier Goudgerand (Van onze corr Hoewel Australië nog altijd in een welvaarts periode leeft, zou het niet juist zijn daaruit te con cluderen, dat de ,boom'-periode van weleer onver anderd voortduurt. Vier jaar geleden is er een soort depressie geweest, die een niet langdurige periode van hergroepering der arbeidskrachten heette te zijn. Er waren toen meer dan 53.000 personen, als werklozen ingeschreven, van wie er 18.000 werkloosheidsuitkering ontvingen. Dit jaar was er - en wij spreken over dezelfde maand van het jaar, namelijk juni - een bijna even groot aanta ingeschreven werklozen (meer dan 52.000) van wie er (eveneens) 18.000 werkloos heidsuitkering genoten. Op een bevolking van 9.500.000 is een cijfer van espondent in Australië) 52.000 werklozen niet groot te noemen en men kan daaraan nog toevoegen, dat die werkloosheid valt in de wintertijd. Maar als men die opmerking maakt, trekt men teveel een vergelijking met toe standen in ons land, waar de winterperiode als regel de kritieke tijd is. Voor Australië gelden andere omstandigheden, want niet de wintermaanden, maar de zomer maanden - januari en februari - in dit zonnige en warme land vormen de tijd, waarin men de grootste werkloosheid kan verwachten, omdat dan vele werkgevers met vakantie gaan en het be drijfsleven enige stagnatie ondergaat, mede als gevolg van de reactie op de drukke kerstperiode. Groot verschil tussen oost en west Wü zouden althans graag zó willen redeneren otn de huidige werkloosheid te verklaren. Vooropstellende, dat er geen reden is zich ongerust te maken over een mogelijke depressie, moet echter niet uit het oog worden verloren, dat zowel de werkloosheidscijfers als het aantal steuntrekkers sinds april van het vorige jaar gestadig is toegenomen. Het aantal geregistreerde werklozen Is opgelopen van 31.000 tot meer dan 52.000 en het aantal steuntrekkers onder hen van 5.000 tot meer dan 18.000. Tegelijkertijd is het aantal vakante plaatsen (geregistreerd bij de officiële arbeidsbureaus) gedaald van 41.000 tot 18.500. Dit is het laagste niveau dat in de afgelopen vier jaar is bereikt. Het moet tot nadenken stemmen, zelfs als men in aanmerking neemt, dat juni in Australië de laatste maand van het financiële jaar is en dc activiteit daardoor enige vertraging ondergaat. staat meer dan een miljard gulden op de spaarbanken, dat wil zeggen twaalf honderd gulden per persoon, kinderen en zuigelingen meegerekend. Intussen neemt het aantal televisietoestellen met de dag toe, want steeds meer ziet men de T.V.-antennes de daken „sie ren". Financiën en export nu beter dan ooit Het is echter merkwaardig, dat Australië er in de afgelopen zes Jaren nooit zo goed heeft voorgestaan, wat zijn financiën en zijn export betreft, als thans. De uitvoer van wol heeft dit jaar meer dan vier miljard gulden op gebracht. een record, dat slechts in 1951/52 werd overtroffen. De buiten landse deviezen, die Australië in Lon den heeft verzameld, hebben eveneens een hoogte bereikt van meer dan vier miljard gulden. De uitvoer heeft met acht miljard gulden een overschot van 2300 miljoen opgeleverd, zodat de tou wen, waarmee de invoer ingebonden is geweest, konden worden gevierd. De particuliere banken houden, op order van de regering, ettelijke hon derden miljoenen guldens vast. dat wil zeggen, dat het publiek ze niet mag gebruiken (tot .nader order), omdat de regering vreest, dat vrijgeving ervan inflatie zou veroorzaken. Vooral vrouwen Het is deze regeringsmaatregel (ove rigens al geruime tijd van kracht) ,dle door de critici wordt genoemd als de oorzaak van de werkloosheid. Deze critici beweren, dat als er meer krediet zou worden gegeVen (vooral voor hui zenbouw) de werkloosheid zou vermin deren, want het zijn juist ongeschoolde en halfgeschoolde arbeiders, die het meest door werkloosheid zijn getroffen. Er zijn echter ook vele vrouwen, die haar baantje hebben verloren. Alleen al in juni bijvoorbeeld nam het aan tal in fabrieken werkende vrouwen met duizend af. Voor getrouwde vrou wen is het nu moeilijker om werk te vinden dan vroeger. Tal van winke liers klagen, dat er belangrijk minder wordt omgezet dan voorheen. Het geld is krapper geworden in de huisgezinnen, waar de vrouw hielp meeverdienen. Er wordt althans min der geld uitgegeven, of misschien wordt het bedachtzamer besteed, want de spaargelden zijn sterk toegenomen. Er Welke graadmeter? Men kan zich afvragen of het werk loosheidscijfer eigenlijk wel een graad meter is voor de welvaart van het land. Die werkloosheid is met meer dan tweeduizend steuntrekkers in Perth (West-Australië), waar 400.000 mensen wonen, zorgelijk genoeg, maar met vierduizend op de twee miljoen inwo ners van Sydney praktisch gesproken onbetekenend. In Melbourne «ander half miljoen inwoners) zijn eveneens 4.000 steuntrekkers geregistreerd: in Brisbane zijn het er 1700 op de 500.000 inwoners, en in Adelaide (de hoofd stad van Zuid-Australië) duizend op eveneens 500.000 inwoners. Australië is een jong land, waar de economie minder (en soms helemaal niet) wordt gedirigeerd dan in Neder land. Bovendien is zij aan sterke wij zigingen onderhevig. Zij planten zich als golven voort' onder de invloed van de grote aantallen immigranten, die het land blijft opnemen. Het is juist De lezer is misschien geneigd wat somber te worden gestemd door dit verhaal, maar dan kent hij Australië i en de Australiërs niet. Gezien de zeer grote activiteit, die er in het algemeen j heerst in Sydney en Melbourne ver rijst het ene grote gebouw na het an dere, en ontwikkelen zich nieuwe mil joenen-industrieën met, onder an dere, Amerikaans kapitaal en gezien ook de weelde, die de goudgerand; wol dit jaar weer heeft opgebracht ver wondert het niemand, dat het bestaan van een werkloosheidsprobleem eigen lijk alleen maar wordt erkend in West- Australië, dat grotendeels een pioniers- staat is. In Sydney voerde een vakbond een onwettige stakingsactie om een klei nigheid, met als gevolg dat 1200 arbei ders werden ontslagen en de fabriek haar poorten sloot. In de ijskasten- industrie vielen enkele gevoelige klap pen, toen een grote fabriek failliet ging. Sluiting van steenkolenmijnen in j Nieuw Zuid-Wales heeft geleid tot zitstaking, waardoor de regering werd gedwongen te beloven openbare wer ken uit te laten voeren om de ontsla genen niet op straat te sturen. Werkloosheidsproblemen onder Ne derlandse immigranten zijn er, enkele uitzonderingen daargelaten, niet be halve in het Westen. Wie naar Austra lië emigreert, doet er ln zijn eigen belang goed aan, dit deel van het land „links" te laten liggen. Deze waarschu wing is hier wel op zijn plaats, want het Westen en het Oosten van dit werelddeel zijn door een onmetelijke woestijn van elkaar geschieden. Modekoningen waren niet helemaal zeker van hun zaakmaar de datnes durven ivel Sensationeel succes voor een zeer gedurfde creatie (Van onze Parijse correspondent) De eerste overmoedige trok een week of wat geleden nog wel even een paar verbaasde blikken tot zich, en haar viel toen zelfs de eer te beurt nog die zelfde dag als foto op de eerste pagina der Parijse boulevardbladen in vol or naat te verschijnen, maar, met per missie, als het eerste schaap over de brug is, dan volgt al heel gauw de hele kudde en nu zijn er dan ook al meer dan vijftienhonderd Parisiennes geteld, die helemaal niet meer bang zijn om onbewaakt volgens de laatste richtlij nen van de haute couture op straat en in het publiek te verschijnen. De oppermachtigen van de Parijse mode waren dit keer toch niet a! te zeker van hun zaak geweest en als leek konden wij dit ook wel begrijpen. Want nu ja, een héél klein tikkeltje raar hadden zij die nieuwe mode van de zakjurken, waarbij de ceintuur om streeks ter hoogte van de dijen komt, in hun mannenharten eigenlijk óók wel gevonden. Maar zo raar kon die poging om het damessilhouet van de jaren 1925 tot nieuw leven te brengen ook weer niet wezen of die Parijse da mes vonden het nu juist wél aardig. Een sensationeel succes, een overwin- Bestudering van recente datum U hebt ze natuurlijk al gezien de grote troepen zwaluwen, kieviten en zovele andere inheemse vogels, die voor de dreigende winter uit vliegen naar warmere landen. Misschien heeft u de statige vlerkslag van een enkele ooievaar bewonderd, die naar het zuiden trok, of de merkwaardige rechte rijen van wilde eenden en de V-vlucht van de kraanvogels, die een oppervlakkige gelijkenis vertonen met de ooie vaar, doch belangrijk groter en prachtig asgrijs zijn. En zeker bent u een beetje jaloers geweest op al die vogels, die warmte en zon kunnen verkiezen boven dreinende regen of snerpende kou. Ongetwijfeld heeft u zich afgevraagd: waar gaan ze heen? Nu, die vraag heeft de mensen al tien tallen eeuwen beziggehouden. En al heel lang ook heeft men getracht op deze vraag een wetenschappelijk ant woord te geven. Op echt wetenschap pelijke wijze is de studie daarvan pas aangevat in deze eeuw. Het ringpoot- onderzoek waarbij men de vogels gemerkte ringen om de poten doet heeft veel merkwaardigs aan het licht gebracht. Er is bijvoorbeeld aangetoond, dat lang niet de gehele vogelstroom zuid waarts gaat, een belangrijk deel is na melijk ook zuidwest- en westwaarts gericht. Niet zo vreemd, omdat de temperatuur in de kustgebieden veelal minder ver daalt dan op de grote continenten, waar door het „vastelandklimaat" de tempera tuurverschillen tussen zomer en winter veel groter zijn dar in landen, die de invloed van het trager afkoelende zee water en de warme Golfstroom onder vinden. Klaar troost U. de ooievaar, toch nog altijd de meest met verhalen omhan gen trekvogel, die ons land bezoekt, vliegt wél naar het zuiden, zelfs strijkt hij tijdens de winter neer in het dan warme Zuid-Afrika. Hoe die vogeltrek ontstaat, is voor alsnog niet geheel opgelost. Biologen geloven niet dat seizoenverandering daaraan in de eerste plaats schuldig is, omdat menige keer is gebleken, dat tijdens het zonnigste herfstweer de trekvogels toch opbreken. Zelfs laat menig vogelpaar zijn late broedsel voor de trek in de steek. Vermoedelijk zijn inwendige biologische processen - hor moonafscheiding meer debet aan die onweerstaanbare reisarang. Het laatste woord is hierover nog lang niet gesproken of geschreven. Hoe dan ook: de trekvogels verlaten de komende weken ijlings ons land. Hoe snel zij vliegen? Wel 200 kilome ter per uur, meende Heinrich Gaetke, de vermaarde vogelwachter van Hel goland. Zijn schattingen blijken ech ter, volgens de nieuwste waarnemin gen, sterk overdreven. Maar snelhe den van 50 kilometer per uur zijn toch vrij normaal. De dagelijks afgelegde afstand is gemiddeld zeker 200 kilo meter. In rond een week dus bereiken de trekvogels, die ons land hebben ver laten, gemakkelijk de Rivièra. Zeker schijnt ook, dat de vogels in het voor jaar onder drang van de paardrift, sneller vliegen dan in de herfst. De mannetjes vliegen in de lente vooruit om een „jachtgebied" te veroveren. Be kend is, dat vele vogels ^lk jaar weer zo veel mogelijk naar hun oude nes ten of jachtgebieden terugkeren. Op merkelijk is de richtingszin der trek vogels. Zelfs jonge vogels raken vrij wel nooit van hun route af. Die rich tingszin is dus kennelijk aangeboren en de jongen niet door hun ouders aangeleerd. Meestal is onze aandacht het sterkst gericht op de trek van de vogels, die hier broeden. Maar laat ons vooral niet vergeten de vele vogelsoorten uit noor delijker streken, die hier komen over winteren: de bekende Jan van Gen ten, Bonte Kraaien. Zwarte-Zeeeen- den. Koperwieken en zo veel soorten meer. Leiden, september 1957. P. VAN OMMEN. ning, zo juichen nu de grote modevor- sten. De zakjurk heeft Parijs al ver overd nog voor de winter is begonnen! Het is een triomf, waarover de heren zich te uitbundiger verheugen mogen, omdat ze hun wintercollecties voor een ruim deel op de kaart van de zakjurk hadden gezet. Guy Laroche, de Ben jamin onder de grote couturiers, had liefst achttien variaties op het thema zakjurk uitgewerkt en voor de helft zijn ze nu al van de hand. Monsieur Jacques Heim ziet zijn verzinsels, welke hij „Amsterdam" (vraag niet waarom) en „Dallas" heeft gedoopt, ook als kleine broodjes zoals de uitdrukking hier luidt zijn magazijn uitvliegen, en al die andere kostbare zakken met poëtische of folkloristische namen als Madeion", „Rue de Lappe", .Har monie" of „Brumaire", worden al even gretig verkocht. Het aardige van de zakrok of rok zak is, zo merken die couturiers nu met een verlicht gemoed op, dat je er altijd mee gekleed bent. In wol of jersey voor de middaguren en van kant of zijde des avonds, doch de zak is altijd troef. Soms wordt de rug ook wel wat bij gewerkt of afgerond en dan schijn je maar van een halve zak te mogen spreken. Tot onze persoonlijke verwon dering wordt in deze zakuitrustingen Jute echter maar weinig gedragen. Het is dus maar, dat U het weer al lemaal even weet. Nu niet meer be vreesd zijn voor de blikken van naas ten, vrienden of voorbijgangers. Wan neer gij, lezeres, deftig of tenminste la page" wilt wezen dan dient ge terstond de zak in zijn verscheidene uitvoeringen, kleuren en maten in uw garderobe op te nemenI Niet alleen in Parijs ook in Londen is de vrouw als slachtoffer gevallen van de zakmode. De hoofdredac teur van de "Daily Sketch" ging een weddenschap aan met de meis jes op de redactie. Zij namen de toegeworpen handschoen op en gin gen aan het werk. Binnen een uur hadden zij een japonnetje vervaar digd. De verslaggeefster Edna Mc- Kenna kocht een lap jersey en vier gordijnringen waarmede een ceintuur werd gemaakt om de jurk eens anders te kunnen dragen. Alles bij elkaar betaalde Edna even meer dan dertien gulden. Na een uurtje had de hoofdredacteur zijn „zak". Het land van Breugel èn dat van Uilenspiegel (Van onze Brusselse correspondent) Tot Breugels bekendste schilderijen behoort zeker de „Spreekwoorden". In Wingene. een klein plaatsje in de buurt van Brugge, heeft men o.m. dat bekende schilderij kunnen zien uit beelden: ten aanschouwe van tien duizenden toeschouwers, in de eerste plaats uit Vlaanderen en Wallonië, maar daarnaast ook uit Nederland, Frankrijk. Duitsland en Engeland, is daar namelijk een Breugelstoet door de straten getrokken, die ons geheel verplaatste naar het midden van de 16de eeuw. De taferelen, welke men daar aanschouwde, de mensen die men daar zag, waren zo van een schilderij van de grote meester gehaald. Op onze foto ziet men een van de tal rijke voorstellingen: „Twee knagers aan een been". Geheel Wingene leek wel een Breu- geliaans schilderij. Van vele huizen en zaken hingen vlaggen uit met am bachtsemblemen. Talrijk waren voorts de bezemstelen met varkenskoppen en bierkruiken er aan, die uit zolderra men waren uitgestoken. Dat het Vlaamse bier rijkelijk stroomde be hoeft wel geen betoog! Vele jonge mannen liepen met een bierkruik aan de gordel zoals in Breugels tijd. Aangekondigd was. dat in de stoet zeven kilometer worst zou worden meegedragen. Dat is veel, zunne! Win gene ligt trouwens, behalve in het land van Breugel ook in het land van Uilenspiegel. En die 7 km. lange var kensworst was er dan ook niet. Men zei nu, dat er in de stoet 2 km. was. De andere vijf kilometer worst lag bij de beenhouwers, zoals in Zuid-Neder land de slagers heten. Verder waren er 25.000 pannekoeken gebakken, ter wijl nog 10.000 schotels rijstepap in voorraad werden gehouden. Over het bierverbruik op die dag hebben wij geen cijfers Sloep met acht personen vermist en weer gevonden Woensdagnacht werd Den Helder ge alarmeerd door het bericht, dat een sloep met acht leerlingen van de Zee vaartschool werd vermist. Vier sloepen hadden om een uur of vijf de stad ver laten om op de Texelse stroom de beton ningen van de zeegaten te leren kennen en tegen zonsondergang terug te keren. Toen één sloep omstreeks middernacht nog niet terug was, werd alarm gemaakt. De opsporings- en reddingsdienst van de Marine Luchtvaartdienst kon zolang het donker was, niets doen, daar de sloep geen lichten aan boord had. Om twee uur voer echter wel het vissersvaartuig „Texelstroom" uit om te gaan zoeken. Ook verschillende andere vaartuigen en reddingboten werden ingeschakeld. Maar het zou tot acht uur ln de morgen duren eer de sloep werd gevonden. HfJ werd waargenomen ten n.o. van Den Helder door een „Neptune"-vliegtulg van de Marine Luchtvaartdienst, dat een uur tevoren van Valkenburg was opge stegen. Het vliegtuig deed mededeling van zijn ontdekking aan de vuurtoren te Kijkduin, die het betonningsvaartuig „Zaandam", dat eveneens in de nabij heid aan het zoeken was, op het goede spoor bracht. Het ontfermde zich over het lot van de vermiste sloep en de be manning. De „Zaandam" heeft de acht Jongens 's morgens om negen uur te Den Helder aan land gezet. De jongens hadden van het nachtelijk avontuur geen nadelige gevolgen ondervonden en werden direct na aankomst in bed ge stopt. Naderhand konden zij hun belevenis sen vertellen. Om een uur of vier 's mid dags was de sloep op een wad vastgelo pen. Om ongeveer één uur kwam ze weer vlot. Daar de stroom hen de verkeerde kant opdreef hebben de jongens het anker uitgeworpen en het daglicht afge wacht. De leraar van de Zeevaartschool, die zich in een andere sloep had bevon den, gaf te kennen, dat zijn pupillen zich als waardige zeelieden hadden ge dragen. De jongens zelf vonden het een prachtige les in zeemanschap. „Wij heb ben ons geen moment ongerust ge maakt Bij verblijf van 3 maanden: geen meldingsplicht meer voor vreemdelingen Met ingang van 1 oktober j.l. is een nieuwe en meer soepele regeling van kracht geworden ten aanzien van de meldingsplicht voor vreemdelingen, die ons land bezoeken. De nieuwe regeling houdt in, dat vreemdelingen (b.v. toeristen en zaken lieden) die niet visumplichtig zijn, zich niet meer bij de politie of vreemdelin gendiensten behoeven te melden, wan neer z(j binnen 3 maanden na hun aan komst ons land weer verlaten. Zy be hoeven in dat geval dus niet meer een verblijfsvergunning aan te vragen. Een vreemdeling, die voor een periode van meer dan 3 maanden ons land be zoekt, moet echter binnen 8 dagen na zijn aankomst de politie daarvan in ken nis stellen en een verblijfsvergunning aanvragen. Tot nu toe was de maximum termijn, waarbinnen men zich niet behoefde te melden, 1 maand. Bovendien kunnen vreemdelingen, die hier reeds langer dan 5 jaar verblijf houden en wier verblijf voor onbepaalde t(jd is toegestaan (de z.g. gevestigde vreemdelingen) in het vervolg bij de politie een verblijfsvergunning voor maximum 5 jaar aanvragen. Vroeger werden deze slechts voor de tijd van 1 jaar verstrekt en moesten zij zich dus ieder jaar melden. Voor hen. die vreemdelingen nachtver blijf verstrekken, blijft de verplichting bestaan daarvan binnen 24 uur de poli- tie in kennis te stellen. De nieuwe regeling is door het Mi nisterie van Justitie aan alle hoofden van politie in ons land verzonden. Minister Helders naar Ned. Nieuw-Guinea De minister van Zaken Overzee, mr. G Ph. Helders, zal op 9 oktober a s per KLM-vliegtuig vertrekken voor een be zoek van circa vier weken aan Ned. Nieuw-Guinea. De minister wordt vergezeld door de heer B. Krijger, dhef der directie Ned- 'Nieuw-Goiinea van het ministerie. Advertentie moe van het wandelen... ...geel die voeten rustl Uit de nieuwe Pantolux „Pinguïn" seriel Van waterafstotend fluweel met onverwoestbaar schuimrubber onderwerk. Warme teddy-voering I 12,90 „Pinguïn" serie vanaf 7,95-1 2,90 pantoHelspecialist - wel beter, niet duurder Zwaar hertengevecht (Van onze Haagse redactie) In de hertenkamp „De Koekamp" aan de Leidsestraatweg te Den Haag moest een prachtig damhert worden afgemaakt omdat het dier naar een veearts ver klaarde, ongeneeslijk verwond was. Het damhert was in gevecht geraakt met een kampgenoot, die hem zo zwaar kwetste, dat er wonden van tien tot v(jf- ten centimeter ontstonden. Op verzoek van de beheerder van het kamp en na overleg met een veearts schoot de politie het dier dood. Het hert was pas vorig Jaar aangekocht. Het is waarschijnlijk in gevecht geraakt, om dat de andere dieren het thans, nu het bronstijd is, buiten de kudde wilden houden. Prijs baconvarkens wederom verlaagd De voortgaande daling van de varkens- prijzen enerzijds en de ongunstige toe stand van de baconmarkt in Engeland anderzijds zijn voor het bestuur van het produktschap van vee en vlees aanlei ding geweest de prijs voor baconvarkens waarvan bij de berekening van de toe slag op uitgevoerde bacon wordt uitge gaan andermaal met 5 cent per kg. te verlagen. Met ingang van maandag 7 oktober 1957 zal derhalve de prijs voor bacon varkens van 63 t m 70 kg. in de kwali teitsklassen 1 t m. 4 resp. f. 2,14, f. 2.10, f. 2,06 en f.2.02 per kg. koud geslacht gewicht bedragen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1957 | | pagina 11