Stembusstrijd in West-Duitsland
gaat tussen de C.D.U. en de S.P.D.
Aantal kiezers: 35 miljoenvan
wie meer dan de helft vrouwen
I
Monsieur Dop-dop-dop is dood
Chaplin werkt nu reeds aan een
tweetal nieuwe films
Achterstallige K.N.I.L. salarissen
voor het Haagse Gerechtshof
96ste jaargang
Vrijdag 13 september 1957
Derde blad no. 29239
(Van onze correspondent in West-Duitsland
Meer dan 35 miljoen kiesgerechtigden zullen a.s. zondag in West-Duitsland
naar de stembussen tygen. Dat ls ruim twee miljoen meer dan bij de verkiezingen
van 1953, een gevolg van het feit, dat de bevolking groter is geworden en het
Saarland op 1 januari by de Bondsrepubliek werd gevoegd met 687.000 stemge
rechtigden.
Het grootste aantal nieuwe stemgerechtigden levert Noordrynland-Westfalen,
namelijk meer dan 800.000. Dit Bondsland heeft het grootste aantal inwoners van
alle Westduitse deelstaten en over de 10 miljoen mensen mogen er zondag hun
stembiljetten afgeven.
Meer dan de helft van de 35 miljoen stemgerechtigden in West-Duitsland zyn
vrouwen en er hangt dus zondag veel van de Duitse vrouwen af!
Het percentage van de personen, die gaan stemmen, is hier doorgaans hoog,
in 1953, bij de vorige verkiezingen, was het zelfs 86 procent. Iedere kiezer heeft
twee stemmen. De een geeft hy aan een kandidaat in z(jn eigen kiesdistrict en
de ander wordt op de landelijke lijsten in rekening gebracht.
Nieuwe Bondsdag op
10 oktober bijeen
De CDU, die met de Christelijk-Sociale
Unie (CSU) (haair Beierse „filiaal")
samenwerkt, is sedert het ontstaan van
de Bondsrepubliek altijd de sterkste
partij in West-Duitsland geweest. Zij
werd in 1945 opgericht. Hoofdaanvoerder
en man, die de toon aangeeft, is Kon
rad Adenauer. Zijn plaatsvervangers zijn
de voorzitter van de Bondsdag dr. Eugen
Gerstenmaier, de Bondsminister voor
alle aangelegenheden, welke heel Duits
land betreffen, Jakob Kaiser, de nog vrij
jonge (44-jarige) minister-president van
Sleeswijk-Holstein. Von Hassel en de ge
wezen minister-president van Noord-
Rijnland-Westfalen, Karl Arnold.
De CDU is steeds voor een intensieve
samenwerking met het Westen geweest.
Zij staat op het standpunt dat men te
genover het uit het oosten dreigende
communistische gevaar zo sterk mogelijk
gewapend moet zijn. Zij wilde daarom,
dat West-Duitsland zich bij de NAVO
aansloot en is voor het invoeren van
de algemene militaire weerplicht ge
weest.
In zeven van de tien deelstaten maakt
de CDU deel van de regering uit en in
vijf bondslanden bekleden vertegenwoor
digers dezer partij het hoge ambt van
minister-president, te weten in Slees-
wijk- Holstein, Hamburg, Rijnland-Palts,
Baden-Wurttemberg en Saarland. In
Beieren zit de CSU in de regering.
SPD negentig jaar oud
De Sociaal Democratische Partij, de
SPD (Sozialistische Partei Deutschlands)
is de oudste partij in het land. Zij werd
reeds negentig jaar geleden, in 1867, op
gericht en is in 1945 als een feniks uit
haar as herrezen. Voorzitter Erich Ollen-
hauer heeft zich tijdens het Hitlerre-
gime. van 1933 tot 1945 onafgebroken in
het buitenland achtereenvolgens in
Praag, Parijs en Londen opgehouden.
De SPD is van het begin af aan op
een na de sterkste politieke partij ge
weest. Geruime tijd lang was zij in de
Bondsdag zelfs de enige oppositie-partij.
Als Ollenhauers plaatsvervanger treedt
Wilhelm Mellies op. Andere bekende
kopstukken van de SPD zijn de vice-
voorzitter van de bondsdag prof. dr.
Carlo Schmid (die in 1896 in Perpignan
in Frankrijk is geboren), de uitmunten
de jurist dr. Adolf Arndt, de voorzitter
van het Westberlijnse Huis van Afge
vaardigden Willy Brandt, Fritz Eider en
Herbert Wehner. De SPD is in 6 van de
10 bondslanden in de regering vertegen
woordigd. In vier van die landen en wel
in Noordrijnland-Westfalen, in Hessen,
Beieren en Bremen, zijn de SPD-ers
regeringschef. Ook aan het hoofd van
West-Berlijn stond tot voor kort een
SPD-er, namelijk de pas overleden prof.
dr. Suhr.
Ook de nieuwe burgemeester zal wel
een SPD-er zijn. De SPD zou graag wil
len zien, dat meer dan tot dusver gedaan
zou worden om tot hereniging van
Duitsland te komen. Zij pleit voor een
collectief veiligheidssysteem, waaraan
een herenigd Duitsland zou moeten mee
doen, maar het wenst niet (evenmin als
de CDU) dat West-Duitsland direct
met de communistische bewindhebbers
van de Oostzone onderhandelt. De SPD
is er tegen dat een groot Westduits leger
wordt opgericht en zal, als zij aan de
macht komt, de kort geleden ingevoerde
algemene militaire dienstplicht weer af
schaffen. West-Duitsland zou, zo meent
•men in de SPD, zijn verplichtingen je
gens de NAVO net zo goed met een be
roepsleger kunnen nakomen.
FDP op derde plaats
De „Vrfle Democratische Partij" de
FDP (Freie Demokratische Partei) werd,
evenals de CDU in 1945 opgericht. Zij is,
wat het aantal zetels in de Bondsdag
betreft (na de CDU en SPD) de derde
partij in den lande. Haar aanvoerder is
de vroegere minister-president van Ba
den-Wurttemberg, di\ Reinold Maier.
zeven jaar lang. van 1949 af, toen de
Westduits© Bondsdag voor het eerst
bijeenkwam, tot in 1956, maakte zij deel
van Adenauers coalitie-regering uit.
Toen brak een felle paleisrevolutie uit.
De partij splitste zich in tweeën. Twee
derde van de fractie in de Bondsdag ging
heftig tegen Adenauer te keer en maakte
zich zelfstandig. Maar de vier Vrije De
mocraten, die als ministers in Adenauers
'•-abinet zaten (onder wie vice-kanselier
Blticher bleven Adenauer trouw. Zij
:ëerden met de rest van de uiteenge-
patte fractie een nieuwe politieke groep,
d? FVP, de „Freie Volkspartei".
De Vrije Democraten spreken in negen
van de tien bondslanden een woordje
:u de regering mee. In Noordrijnland-
Westfalen bijv. is een Vrije Democraat
plaatsvervanger van de socialistische
minister-president.
De FDP heeft altijd een grote aan
trekkingskracht op nationaal-georiën-
teerde elementen uitgeoefend. Ook de
FDP meent, dat men hardnekkig bij de
vier grote vroegere bezettingsmogend-
heden op het totstandbrengen van de
Duitse hereniging moet aandringen.
Men is er over het algemeen zeer be
nieuwd naar bij welke grote partij (bij
Adenauers CDU of bij Ollenhauers so
cialistische partij) de Vrije Democra
ten zich pas na de verkiezingen!
zullen aansluiten.
Samenwerking met DP
De Adenauers trouw gebleven vroegere
„Vrije Democraten", die sedert de split
sing in hun partij, als ministers in het
Bondskabinet zijn gebleven en hun frac
tiekameraden, die met hen samen de
FVP, de Vrije Volksparty, in het leven
hebben geroepen, hebben zich niet lang
geleden met de DP. de Deutsche Partei,
vérbonden om daardoor gezamenlijk
betere kansen bij de verkiezingen te
kunnen krijgen.
Als voorzitter treedt de voormalige
voorzitter van de „Duitse Partij" Hell-
wege, op. Hij is minister-president van
het Bondsland Neder-Saksen. Als zo
danig heeft hij onlangs uit naam van
zijn regering heftig bij de Westduitse
minstier van Buitenlandse Zaken Von
Brentano geprotesteerd tegen de Ne
derlandse plannen om de grens
tussen Nederland en de Bondsrepubliek
in het water van de Dollart te verleggen.
De Duitse Party heeft altyd een sterk
nationalisisch en conservatief karakter
gehad. De vroegere fractieleider in de
Bondsdag is in 1953 ambassadeur van
West-Duitsland in Nederland geworden.
De Duitse Party heeft zowel in
Adenauers eerste als in zijn tweede ka
binet sedert 1949 onafgebroken deel van
de regerings-coalitie uitgemaakt. Tot de
Duitse Party behoren de ministers See-
bohm (van verkeer) en Von Merkatz
(van Justitie). De Duitse-en-de-Vrije
Volksparty doet slechts in twee Bond
staten aan de regering mee. De oude
Duitse party telt haar meeste aanhan
gers in Neder-Saksen alsmede in Bre
men en Hamburg. De Vrye Volksparty
heeft, zoals uit de verkiezingen voor de
Landdagen in 1956 bleek, haar aanhan
gers grotendeels in Hessen, Noordryn-
land-Westfalen en in Rijnland-Palts.
Rumoerige vluchtelingen
Er is in West-Duitsland ook nog een
Vluchtelingenparty. De officiële naam
luidt „Gesamtdeutscher Block-Bund der
Heimatvertriebenen und Entrechteten"
(„Pan-Duits blok-bond van de uit hun
geboortestreek verdrevenen en de van
hun recht beroofden; bij afkorting
„G.B.-B.H.F."; in de wandeling wordt
deze partij echter gemakshalve „B.H.F."
genoemd).
In 1953 deed de B.H.F.die pas in 1950
werd opgericht, voor het eerst aan de
algemene verkiezingen deel.
Ook de B.H.F. maakte een ernstige
interne crisis door. Ze maakte in 1953
deel van de regeringscoalitie uit, maar
heeft die spoedig de rug toegekeerd. De
B.H.F.-minsters dr. Oberlandex (voor
het vluchtelingenwezen en de oorlogs
invaliden) en Kraft (die de partij had
opgericht en in 1953 minister zonder
portefeuille was geworden) gaven hun
ministersbaantjes niet op en hebben
stuivertje gewisseld door naar de CDU
over te lopen. Oberlander is nog altyd
minister, maar Kraft, niet meer.
Aan voerder van deze party met de
onpraktische lange officiële naam
(waarvan de aanhangers zich vaak zeer
chauvinistisch en zeer nationalistisch
gedragen) is de vice-premier van Neder-
Saksen, Von Kessel. In zes Bondslanden
zitten vertegenwoordigers van deze partij
in de regering. De BHF-ers hameren er
voortdurend op vaak veel te luid
ruchtig dat niet alleen de Oostzone
by West-Duitsland behoort te worden
toegevoegd, maar dat men er ook nim
mer mee mag ophouden aanspraak op
alle andere voormalige Duitse gebieden
in het Oosten te maken, daardoor bewy-
zen zy de politiek van de Westduitse
Bondsregering in Bonn echter geen grote
dienst.
Zy hebben thans laten weten, dat zy
zelf de portefeuille voor het vluchtelin
genwezen willen beheren, als zij weer aan
een komende Bondsregering mee zouden
doen.
In het geheel nemen zondag 13 partyen
aan de verkiezingen deel. De nieuw-
samengestelde Bondsdag zal vermoede-
iyk op 10 oktober, maar in ieder geval
op zijn laatst op 15 oktober in West-
Berlyn bijeenkomen. Het staat echter
nog niet vast, wanneer de Bondskanselier
wordt gekozen.
In 1953 werd de bondskanselier op de
tweede zitting van de Bondsdag, drie
dagen na de eerste bijeenkomst, overeen
komstig prof. Heuss' voorstel, door de
leden van de Bondsdag gekozen. Pas
veertien dagen later kwam Adenauer
met zyn toen nog niet eens volledige lijst
van de nieuwe minister voor de dag.
Advertentie
./Laatste nieuws
uit Amerika!'
Playtex Dress-Eez Waterpioof
broekjes, 't laatste nieuws! Ze
blijven altijd zacht, zelfs nadat
mammie ae 116 keer wast! Flu
weel-zacht en soepel en absoluut
waterdichtZacht vinyl plastic met
leuke ruitjesin rose, wit en blauw
Denk ook aan de Playtex schortjes
en slabbetjes! 't laatste nieuws!!'
verkrijgbaar bij baby-speciaalzaken, dro
gisten eo de baby-afdelingen van groie
zaken, indien niet verkrijgbaar, scbrijfdan
naar de importeur: Jacq. Mot N.V..
Afd. Playtex, Voodelstr. 93, Amsterdam
Eugène Schüller heeft van tienduizenden
brunettes blondjes gem aakt en omgekeerd
(Van onze Paryse correspondent).
De man, die zeker niet minder invloed op het uiterlijk van de Franse
„moderne vrouw" heeft uitgeoefend dan de beroemde couturiers Dior, Lan-
vin, Balmain of anderen, is dezer dagen in zijn vorstelijk paleis te garys op
77-jarige leeftijd gestorven: Eugene Schüller. Hy was geen modevorst en
ook geen haar-, schoen- of andere kunstenaar, maar achter de schermen van
de schoonheidssalons was Schüller niettemin de figuur die aan de touwtjes
trok, doelmatig, virtuoos en bijzonder succesvol, ook voor zijn eigen brand
kast.
Schüller was Frankryks grootste magnaat van schoonheidsmiddelen, en voor
al van shampo's en haarverfmiddelen, terwijl hij dan ook nog de uitvinder
is geweest van de „droge permanent", waarmee hij indertyd een revolutie in
de kapsalons ontketende.
Voortreffelijk instinct voor
publiciteit
Schüller, die van huisuit scheikur-
dige was ,had zijn succes intussen niet
alleen aan zijn technische kennis van
zaken te danken, maar misschien nog
wel meer aan zyn instinct voor publi
citeit en reclame. Voor Valentine, Oréal,
Monsavon, en zyn andere produkten
ontwierp hij zelf de reclame-campag
nes en het shampo-mannetje Dop, dop,
dop. dat sinds lange jaren in ieder bio
scoopprogramma op het doek ver
schijnt, begeleid door een (bijzonder
stompzinnig) melodietje, dat in het ge
heugen als 't ware vast bleef plakken,
dit mannetje is een begrip geworden.
Eenvoudige levensfilosofieIeder een
dak boven het hoofd en drie maaltijden
(Van onze correspondent in Londen)
Charles Chaplin, die gisteravond in Londen de wereld-première van zyn jongste
film „Een koning in New York" by woonde, werkt reeds aan twee nieuwe films,
maar zij verkeren nog slechts in een begin-stadium. De beelden staan hem nog
niet duidelijk voor ogen. Hij denkt aan een tweede film over Amerika. De andere
zal zo goed als zeker echtscheiding tot onderwerp hebben. Dit verklaarde Chaplin
aan een lunch, welke hem woensdag in Londen door de Vereniging „De buiten
landse pers" werd aangeboden en welke werd bygewoond door meer dan drie
honderd journalisten.
Chaplin moge op het doek de soms dappere held zyn, in werkelykheid is de
68-jarige kleine gezette man met spierwit haar, die de laatste jaren sterk ver
ouderd blykt te zijn, een schuchtere figuur, maar als altijd uitermate vriendeiyk
en welwillend.
Staat tegen de uitspraak van Rechtbank
Uitbundig plezier, maar slot is
onbevredigend
Eypnals in zijn films geeft de werke
lijke Chaplin zich niet helemaal 'bloot.
Men moet zijn uitspraken daarom
J vooral niet te letterlijk nemen. De
stomme film vormde oorspronkelijk
I voor hem het ideale vertolkingsmiddel.
Spreken is niet zyn kracht en de moei-
I lykheden, die hij de laatste jaren heeft
j ondervonden, komen waarschynlijk
l voort uit het feit, dat hy in zyn films
j en daarbuiten vaak te veel spreekt. Hij
I geeft dit zelf volmondig toe.
1 Chaplin vertelde hoe hij in de oorlog
op verzoek van de Amerikaanse rege-
ZILVEREN SCHAAL VOOR
AFGETREDEN
JAARBEURSVOORZITTER
Tijdens de gisteravond gehouden ver
gadering van de Commissie van Advies
met de Raad van Beheer der Koninklyke
Nederlandsche Jaarbeurs, is aan de af
getreden voorzitter van de Jaarbeurs,
mr. H. Fockema Andreae, namens de
commissie een uit de hand gedreven
zilveren schaal aangeboden.
De heer Fockema Andreae ontving dit
geschenk als een uiting van dank voor
zijn bijzondere verdienste ten behoeve
van de deelnemers aan de jaarbeurs.
In de schaal zijn de handtekeningen
gegraveerd van de leden der onderschei
dene Jaarbeurscommissies.
(Van onze Haagse redactie)
Indertyd heeft mr. E. J. Froeling, gepensioneerd majoor van het voormalige
KNIL en hoofdbestuurslid van de Nederlands Indische Officiersvereniging, een
proces aanhangig gemaakt tegen de Staat der Nederlanden ter verkryging van
zyn achterstallige salaris over de periode van de Japanse bezetting. Hy steunde
zyn proces op artikel 2 van de garantiewet militairen KNIL waarby wordt gega
randeerd de voldoening van alle rechten en aanspraken welke deze militairen
gedurende hun dienst by het voormalige KNIL toekwamen volgens de op 26 dec.
1949 geldende bepalingen.
De zaak van majoor Froeling diende
voor de rechtbank te Den Haag en de
pleidooien werden op 20 februari vorig
jaar gehouden.
Voor eiser trad mr. K. van Rijckevor-
sel op en voor de Staat, der Nederlan
den mr. J. J. R. Hoogeweegen Het
rechtbankvonnis in deze civiele zaak
hield de veroordeling van de Staat in
tot betaling van het KNIL-salaris over
1942-1945, zijnde 'n bedrag van f. 19.600
met de rente daarvan, berekend tegen
5 's jaars, als ook de kosten van het
geding, een bedrag van f. 671.75.
Tegen dit vonnis kwam de Staat der
Nederlanden in beroep by het Haags
Gerechtshof en gisteren werden de plei
dooien gehouden.
Allereerst kreeg de vertegenwoordiger
van de Staat, ditmaal mr. E. Droogle
ver Fortuyn, het woord.
In grote trekken werd in het uitvoe
rige pleidooi van deze advocaat gezegd,
dat uit het feit, dat de bezoldigingsre
geling van 1938 niet aangeeft dat de sa
larissen tijdens krijgsgevangenschap
dienen te worden uitbetaald, niet het
recht kan worden ontleend op bezoldi
ging over deze periode.
Uiteengezet werd, dat bovendien na
de Japanse capitulatie door het toen
malige Gouvernement van Ned.-Indië
Harde wind en hoog water hebben
velen op Texel moeilijkheden be
zorgd. Een exploitant van strand
huisjes zag zijn
een deel een prooi
den.
bezittingen
der golven
voor
wor-
werd besloten tot het doen van rehabi
litatie-uitkeringen en werd het recht op
salaris over de tijd van krijgsgevangen
schap niet erkend.
Zeer diep ging pleiter in op de achter
grond van de Garantiewet KNIL-mili-
tairen.
Hy zag dit proces als een proefproces
voor een groot aantal gevallen, niet al
leen gevallen, die betrekking hebben op
genoemde garantiewet. Spr. belichtte in
zyn relaas ook de motiveringen die de
rechtbank tot het vonnis hebben geleid.
Voor de heer Froeling trad wederom
mr. van Rijckevorsel op. Hij voerde aan,
dat in de voor het KNIL geldende be
zoldigingsreglement niet wordt vermeld,
dat krygsgevangenschap geen recht
geeft op bezoldiging. Volgens hem be
staat er dus niet de minste twijfel, dat
de KNIL-militairen het recht op bezol
diging hebben behouden.
De weigering tot betaling van de sa
larissen van het KNIL-personeel aldus
deze pleiter, is in strijd met publiek
rechtelijke rechtsvoorschriften en dus
onrechtmatig. Voor die onrechtmatige
daad is de Staat der Nederlanden aan
sprakelijk. evenals voor andere vorde
ringen van het KNIL-personeel van
voor de soevereiniteitsoverdracht, omdat
de Staat de gehele afwikkeling van het
KNIL op zich heeft genomen en bij de
ministeriële beschikking van 19/20 juli
1950 de handhaving van alle KNIL-
dienstvoorwaarden heeft gehandhaafd.
Indien de vordering van Froeling, al
dus spr.. wordt afgewezen, dan is het,
praktisch gezien, volkomen uit met de
mogelijkheid, dat de regering nog iets
uit zichzelve doet, terwijl de Staten-Ge
neraal nog wel wat kan tegensputteren,
doch zich daarbij moet neerleggen. Bij
financiële wetten ligt nu eenmaal vrij
wel altijd het initiatief uitsluitend bij
de regering, die het bovendien in de
hand "heeft om door onaanvaardbaar
verklaring ieder financieel initiatief van
de Staten-Generaal uit om de Indische
oorlogsslachtoffers meer schadeloosstel
ling toe te kennen op niets te doen uit
lopen.
Als echter deze vordering wordt toe
gewezen, komt de zaak daarentegen als
rechtspraak veel zuiverder te liggen, zo
zei spreker, en ook staatsrechtelijk juis
ter.
Dan heeft immers de rechter beslist
dat het KNIL-personeel recht heeft op
salaris of op schadevergoeding wegens
gederfd salaris en dat de Staat daar
voor, met de overname van het KNIL,
de verantwoordelijkheid op zich heeft
genomen, ofwel dat recht heeft gega
randeerd.
De regering kan zich dan niet beper
ken tot een voldoening aan dat vonnis
en overigens de andere belanghebbenden
laten voor wat zij zijn. Zij zal, op eigen
initiatief of daartoe genoopt dopr de
Staten-Generaal, met een wetsontwerp
of een voorstel moeten komen, ofwel ge
heel ofwel ten dele aan het gehele
KNIL-personeel, dat in krijgsgevangen
schap is geweest, het achterstallige sa
laris te betalen. De Staten-Generaal
zijn dan bevoegd en verplicht te beoor
delen of het wetsontwerp al of niet te
ver gaat. zo besloot spretker.
Hét Hof zal t.z.t. uitspraak doen.
ring een massale vergadering tot steun
aan de Russische oorlogsinspanning in
San Francisco had toegesproken met de
aanhef „kameraden". Hij had zich te
veel laten gaan en voor een tweede
front gepleit. Sindsdien werd het leven
hem in Amerika zuur gemaakt. Hij
zei, dat het allemaal de schuld is van
de Amerikaanse regering, die hem ten
slotte tegen zijn wil had laten spreken,
Chaplin verzekerde dat hy aller
minst anti-Amerikaans is. De afkeu
renswaardige dingen in de Verenigde
Staten betreffen slechts een minder
heid. Hij houdt nog steeds van Ame
rika. Het is een land van grote moge
lijkheden, zoals hij in zijn film heeft
aangetoond, maar hij gaf toe, dat hij,
door hetgeen hij tien jaar lang onder
vonden had, persoonlijk nog steeds ver
bitterd is.
Zijn nieuiwe film is niet tegen Ame
rika gericht. Er werden dingen in ge
hekeld, die overal bestaan. Amerika is
sterk en grootmoedig genoeg om mijn
satire te aanvaarden, zegt Chaplin. Het
centrale thema van de nieuwe film is
volgens hem de menselijke geest. De
wereld berust op vriendschap en loya
liteit. maar gaat ten onder door spione
ren en aanbrengen. Amerika zal dank
baar zijn voor deze film, zegt Ohaplin.
„Ik heb getracht myn kritiek zo mild
mogelijk te houdenIk houd er ech
ter van de mensen een schok te bezor
gen. Dat is nodig om het publiek te
boeien".
Amusement, geen politiek
„Ik ben geen politicus", zegt hij. „Mijn
enige taak is amusement te verschaffen
met een klein tikkeltje drama er tus
sendoor. Een film wordt pas belang
wekkend door voldoende conflict".
Ohaplin doet het voorkomen alsof in
zijn films het hoofddoel alleen maar
grapjasserij is en dat zijn vaak zinvolle
en heilzame bespotting van een zelfver
zekerde maatschappij slechts als bij
zaak is te beschouwen. Liefdesgeschie
denissen verwerpt hy als onderwerp
voor films.
„Bent u links gezind?" vraagt iemand.
Chaplin houdt Zich wijselijk op de
vlakte: „Ik zou drie uur nodig hebben
om die vraag te beantwoorden", repli
ceert hij. „Maar heb ik nooit gelezen.
Ik ben geen communist, ook geen socia
list, maar een kapitalist, tenminste
voorzover het de verkoop van mijn films
betreft
En dan na enige aarzeling: „Ik ben
non-conformistalsof hij zichzelf en
zijn gehoor wil geruststellen
Zijn levensfilosofie is simpel: „Ik wil
dat iedereen een dalk boven het hoofd
heeft en drie maaltijden per dag krygt.
De massa bestaat overal ter wereld uit
prettige, faitsoenlyke mensen".
„Hebt u een trouw beeld van Ame
rika gegeven?"
„Wat doet het er toe?" antwoordt hij
én hij voegt er aan toe: „Ik ga niet ver
standelijk te werk, maar instinctief. Ik
ben geen geletterd man. Ik heb geen
onderwijs gehad. Ik wil de mensen laten
lachen en hun aandacht gevangen hou
den. Show-bussiness en niets anders is
mijn vak", zegt Chaplin en hy glim
lacht ondeugend
GOUDEN JUBILEUM
BOEKVERKOPERSBOND
Donderdag 3 oktober is het 50 jaar
geleden dat de Nederlandsche Boekver
kopersbond werd opgericht. Dit feit zal
op feestelijke wijze worden gevier£ in
Delft, de stad waar het secretariaat van
de bond is gevestigd. Op de ochtend van
een synoniem voor de operatie van het
haarwassen.
Toch heeft Eugène Schüller zo moge
lijk, nog diepere sporen achtergelaten
ais fabrikant en vooral promotor van
de haarverfmiddelen, waarvan hij een
palet had samengesteld, dat iedere
schilder hem benijden kon en alle kleu
ren van de regenboog plus wit en
zwart omvatte. Aan hem, monsieur
Schüller, hadden de Fran?aises het te
danken, dat ze van de ene dag op de
andere van een brunette tot een blon
dine konden metamorfoseren (zoals je
van jurk verandert) en dat de ietwat
extravaganter types met elkander moch
ten wedijveren met hun knalrode, heide-
paarse .goudgele of mosgroene lokken
pracht.
Toen de grote man, zo'n zeventig
jaar geleden, nog maar een klein jon
getje was, stond hij eens naast zijn
moeder achter de toonbank van de
ouderlijke bakkerswinkel in Parijs. Er
kwam een dame binnen, die zich wat
al te veel en zichtbare moeite had gege
ven om op een dame te lijken.
„Kijk dat mens nu is", zei mama
Schüller in oprechte verontwaardiging
tegen haar zoon „ze heeft haar haar
geverfd. En toch dacht ik altijd dat
ze een nette vrouw was
Geen windeieren
Later herinnerde de geestelijke vader
van Dop zich die moederlijke opmer
king uit een tijd, dat alleen een spe
ciaal genre vrouwen kunstmatig heur
haren van kleur deed veranderen. En
hij kon er zich dan op beroemen met
zijn gigantische reclame-apparaat te
hebben bereikt, dat „vooroordeel" op te
heffen, een opheffing waarvan mis
schien ook wel eens enig misbruik is
gemaakt, maar die hèm in ieder geval
geen windeieren zou leggen. Niettemin
was Schüller, gelijk zovele grote in
dustriëlen en zakenlieden men den-
ke aan Ford op zijn manier ook een
oprechte idealist.
Van de zestien uren, die hij iedere
dag achter zyn bureau doorbr cht en
van de ontelbare miljoenen, die hy
vergaarde placht hy een zeer aanzien-
lyk deel te besteden aan de verbreiding
van de plannen, die hy had ontworpen
tot hervorming van het Franse belas
tingstelsel. Maar met zyn ideeën voor
een „proportioneel salaris" en een be
lastingheffing op de energie, die alle
aangiftebiljetten overbodig en alle
fraude onmogelyk moesten maken,
heeft monsieur Dop helaas minder
succes geboekt dan met zyn vele haar-
produkten. Het is biykbaar gemakkely-
ker een Fran$aise ervan te overtuigen
dat zwart of grys*of groen of paars of
geel haar véél beter staat dan de haar
kleur waarmee ze werd geboren, dan
een minister van financiën van het
niettemin bezwaariyk te ontkennen
feit, dat het Franse belastingstelsel
toch heus wel voor een lichte verbete
ring vatbaar is
de jubileumdag zal een tentoonstelling redden zijn
worden geopend in het Sted. Museum j Keith Kress -en mr. Ailan Solloway
Nieuwe bedreigingen voor
de volksgezondheid
TAKEN VOOR HET GROENE KRUIS.
Mr. A. Kleijn, voorzitter van de alge
mene Nederlandse vereniging „Het
Groene Kruis", heeft vanmiddag op
de Groene Kruisdag 1957 te Kruinin-
gen de Kruisverenigingen opgeroepen
by voortduring de eigen organisatie
vorm op de hoogte te houden van de
nieuwe verschynselcn van deze tyd
en zich aan te passen aan de nieuwe
taken, die hen wachten.
Spreker noemde in dit verband de
bejaardenzorg en de in hun definitieve
gevolgen nog nauwelijks te benaderen
nieuwe bedreigingen voor de volksge
zondheid.
De radio-actieve besmetting van de
atmosfeer door atoombomontploffin
gen. Het roken als waarschijnlijke ver
wekker van longkanker. Het gebruik op
grote schaal van insecticiden, dat zowel
het natuurlijk levensmilieu aantast als,
door wat er van deze vergiften in het
menselijk voedsel terecht komt, direct
van invloed kan zijn op het menselijk
organisme. Dan is er de vraag hoe het
menselijk organisme op den duur zal
reageren op het toenemend gebruik van
antibiotica, ook buiten de sfeer van ge
neesmiddelen toegepast. Vervolgens
noemde hij het verkeer en zijn invloed
op onze samenleving, het verkeer als
de grote doder en verminker, maar ook
als bron van steeds groter onrust en
steeds toenemend lawaai. Dan is er
de nog voortdurend toenemende ge
compliceerdheid van onze maatschappij
met de daaruit voor haar leiders voort
vloeiende overbelasting en steeds toe
nemende spanningen, resulterend in
wat men de managerziekte is gaan noe
men.
Na deze inleiding hield de secretaris-
generaad. de heer G. H. Ch. Cath, een
lezing over zijn reisindrukken uit Ame
rika. speciaal in verband met de ver
betering van de gezondheidstoestand.
„Zeven Provinciën" nam
Engels jacht o.i sleeptouw
OPVARENDEN AAN BOORD
GENOMEN
De kruiser Hr. Ms. Zeven Provinciën
heeft gisteravond het Engelse zeil-
jachtje Mayfly, dat op de Noordzee ten
westen van IJmuiden in m< eilykheden
verkeerde en reeds twee dagen stuur
loos ronddreef, op sleeptouw genomen.
De bemanning van het jacht, bestaan
de uit twee heren en een dame, zyn
aan boord van de Zeven Provinciën
gegaan. Het jachtje was, als gevolg van
het ruwe weer, beschadigd.
De kruiser manoeuvreerde, ondanks
het ruwe weer langszij het jachtje en
slaagde er in de opvarenden veilig aan
boord te krygen. De namen van de ge-
miss Jane Blackler, mr.
„Het Prinsenhof", waarna een feestver-
gadering wordt gehouden in stads Doe
len te Delft.
De Zeven Provinciën werd vandaag in
Den Helder verwacht.