De Noren gaan er prat op Amerika al in jaar 1000 te hebben ontdekt Ernstige concurrentie voor Columbus Vele bewijzen en vraagtekens Traditioneel Oostenrijks muziekfeest Festival van Salzburg geopend met een prachtige Fidelio" Niet meer aan het „moderne" onttrokken Oplichting in hoofdstad en Hilversum Gedeserteerden uit liet Canadese leger voor rechtbank Amsterdam Ernstige crisis bedreigt het Italiaanse 'muziekleven Zullen theaters gesloten moeten tvorden Toelichting op beursbegrippen Bonus en uitkering uit agio-reserve Details nog niet bekend gemaakt Enige overeenstemming tussen Soemoeal en regering op Java WOENSDAG 7 AUGUSTUS 1957 (Van onze correspondent te Stockholm) Het was in het jaar 1000, dat de grote zoon der Noren, Leiv Eiriksson, met 35 van zijn dapperste mannen het weinig gastvrije Groenland verliet om verder naar het Westen te varen. Hij kreeg herhaaldelijk nieuw land in zicht, maar liet zich niet verleiden en nam geen genoegen alvorens een kuststrook te hebben gevonden, die alles kon bieden, waar zijn mannen behoefte aan hadden, een kuststrook, die de nederzetting van alle op Groenland levende stamgenoten zou kunnen worden. Het ontdekte land noemde hij het „Wijnland". Verhaal of niet? Tenminste zo gaat het verhaal. Velen kunnen het echter niet geloven. Zou den de Noormannen werkelijk zulke stoutmoedige tochten hebben gemaakt? De jongste Zweedse studies op dit gebied schijnen nu echter alle verhalen te be vestigen. In zeven Amerikaanse staten heeft men er al zelfs voor gepleit, om ieder jaar op 9 oktober de ontdekking van Amerika door Leiv Eiriksson te vieren! Er zijn reeds meer dan 300 boeken ver- schenen, die de ontdekking van Amerika door deze Noor behandelen. Thans poogt men vooral na te gaan wat uit de Noren is geworden, die zich aldaar destijds zouden hebben gevestigd, en men kwam daarbij reeds tot zeer interessante ont dekkingen („Norse inscriptions on Ame rican stones" van Olaf Strandwold en ..The Viking and de red man" van Rei- dar T. Sherwin). M. Bjroerndal, de vice president van de the Norwegian American Historical Society, wordt zelfs niet moe om in „Wijnland" naar de stille getuigen van de Noordse nederzetting te zoeken. Hij heeft al precies de plek aangegeven, waar de Noren volgens hem waren gevestigd: op het schiereiland Gaspé in de St. Lawrencebocht, 11 kilometer ten westen van het plaatsje Perce. Het moet een uitstekende kusttrook zijn geweest. Er leefden vogels en er kwam zoet water voor en er was een mooi strand, dat de mogelijkheid bood om de schepen op de wal te trekken. Bovendien was er hout om hutten van te bouwen terwijl de bergen bij Percé al op verre afstand waren te herkennen, wat de navigatie vergemakkelijkte. Wijn voor alles De Zweed Thorwald Karlsevne zou er. zo beweren de onderzoekers met een expeditie van 1006 tot 1009 en van 1010 tot 1012 zijn geweest. Het zou overigens verkeerd zijn om uit de naam „Wijn- land" af te leiden, dat hier vroeger wijndruiven werden gevonden. Er groei den wel verschillende soorten bessen en een bepaald soort zou zelfs voor het be reiden van wijn geschikt zijn geweest. De Zweden spreken trouwens thans ook nog van „vinbaer", wijnbessen, waarmee zy aalbessen bedoelen. Gelijk Groenland zijn naam kreeg om avontuurlijke Vikingers van IJsland naar nieuwe oorden te lokken zo zal ook „Wijnland" zijn naam wel hebben ge kregen om bij de toendertyd op Groen land levende Noren het nieuwe gebied te propageren. De overtocht moet im mers een hele onderneming zijn geweest, maar voor wijn hadden de Vikingers veel over Grote gezinnen verlaten Nederland voor Australië Het leek er de laatste tijd iets op, alsof er aan de emigratie van grote ge zinnen naar Australië een einde geko men was, maar het vertrek van de „Wa terman" maandag a.s. logenstraft deze «veronderstelling zeer nadrukkelijk. Wanneer het schip van de Rotter- damsekade wordt losgemaakt, bevinden zich aan boord 4 gezinnen van 12 per sonen, 1 van 11, 2 van 10, 1 van 9 en 9 van 8 personen; in totaal derhalve 17 gezinnen, tezamen 160 personen tellend. De gezinnen van de twaalf personen zijn die van de heren P. Th. Beckers, timmerman te Vlodrop, J. van Bockel, monteur te Rotterdam, P. A. W. Goos- sens. wever te Tilburg en H. Pit, tim merman te Boekelo. Blonde Indianen Het heeft zeker wel 300 jaar geduurd, voordat de Noren Groenland hadden ontruimd. In het jaar 1120 hebben op zijn minst 6000 Noren op Groenland ge leefd, verdeeld over een dertig neder zettingen. Onbekend is het echter nog, hoeveel Noren in „Wijnland" zijn ge weest. Uit IJslands bronnen en uit ge schriften van het Vaticaan is echter ge bleken, dat bisschop Eirik Upse in 1120 van Groenland naar Wijnland vertrok om ook aldaar het christendom te pre diken. Hij is echter nimmer terugge keerd. Thans is in Wijnland nog maar zeer weinig van de Noorse invloed te merken. Men veronderstelt, dat deze groep even als in Normandië, Engeland en Schot land in de bevolking is opgegaan. Ge lijk in Europa hebben de Noren echter ook in Amerika de taal met nieuwe woorden verrijkt. Reidat Sherwin heeft zelfs 3000 woorden in het Algonquin- Indiaans gevonden, die van Noorse her komst zijn. En verder wijst hij op het feit, dat er blonde Indianen geweest zijn. De Noren zijn zich er echter van be wust. dat er nog veel vraagtekens zijn. Het onderzoek wordt gestadig voortgezet en vooral de Amerikaanse vereniging „Sons of Norway" is op dit gebied zeer actief. Wie zou ook niet zijn gefasci neerd door de wetenschap dat het chris tendom al in Amerika bekend moest zijn, toen wij.nog niets van Amerika wisten (Van onze Weense correspondent) Salzburg, einde juli De beruchte Salzburgse „Sehniirlregen" - het beste te vertalen met „regen aan de lopende band" - schijnt de trommelende begelei ding van het huidige Festival te worden. Evenals in vroegere jaren, werd het ook nu officieel door de Bondspresident geopend, in dit geval door het nieuwe staatshoofd, dr. A. Scharf, diens eerste optreden in Salzburg. In zijn toespraak noemde dr. Scharf vooral de grote traditie van Salzburg en zijn Festival, waardoor echter het mo derne niet wordt uitgesloten. Zonder opzet sneed hij hier een thema aan. waarover nu voor de zoveelste maal wordt gediscussieerd, de vraag name lijk: dient het Festival zich tot de klas sieke werken, vooral van Mozart, te be perken, of moet het ook openstaan voor moderne opera's, zij het ook in beschei den omvang? De nieuwste voorvechters van de traditie beroepen zich op het programma, dat door het beroemde driemanschap Hofmannsthai, Reinhardt etn Richard Strauss bij de oprichting werd vastgesteld en verder op Bay- reuth, waar men zich ook tot de wer ken van Wagner beperkt. Hiertegen wordt met recht geoppo neerd, dat het driemanschap zelf reeds een uitzondering maakte, door het toenmaals moderne werk van Richard Strauss op te nemen. Het is een oude strijdvraag, die echter altijd door een compromis zal worden opgelost: door het opvoeren van een zeer groot aantal klassieke werken van de eerste rang met daarnaast een enkel modern, desnoods gewaagd werk. Salzburg kan zich niet meer aan het moderne onttrekken, na dat het in de afgelopen jaren telkens een opera van Frank Martin, Van Ei- nem, Orff, Blacher, Werner Egk of Rolf Ltebermann als wereldpremière heeft opgevoerd, waardoor het bovendien de aandacht van de internationale muziek wereld op zich wist te vestigen. Dat neemt niet weg, dat de werken van Mozart, Beethoven en van de grote Italiaanse opera-componisten het leeu wenaandeel zullen hebben. Dit jaar staan er zelfs drie opera's van Mozart: Cosi Fan Tutte. Entführung en Figaro - op het programma, voorts Falstaff van Verdi. Elektra van Richard Strauss en Fidelio van Beethoven, waarmee het huidige muziekfeest werd geopend. Af gezien van een nieuwe persoonlijke in terpretatie door de dirigent, kan men dus geen grote verrassingen verwach ten, maar de moderne Festival-bezoeker vindt toch wel iets naar zijn smaak, namelijk de opera „Schule der Frauen" door R. Liebermann in Duitse versie als wereldpremière en de eerste Duitse ver tolking van Eugene O'Neil's nagelaten toneelstuk ..Just a poet". Apn de openingsopvoering van Fide lio onder de directie en tevens regie van Herbert von Karajan, zullen wij ook la ter nog dikwijls terugdenken, want zij De Amsterdamse rechtbank heeft gisteren de zaken behandeld tegen twee gedeserteerde militairen uit het in Duitsland gelegerde Canadese leger, 19 en 29 jaar oud. De jongste is in Ravesteyn geboren, maar emigreerde vjjf jaar geleden naar Canada. Naar de mening van zjjn verdediger bezit hij nog altijd de Nederlandse nationaliteit en kan niet uitgeleverd worden. De nationaliteit van de oudste is nog moeilijker vast te stellen. Hij is in Rusland geboren, zijn ouders wonen in Brazilië en hun zoon schijnt Braziliaans ingezetene te zijn. Hoe hij in het Canadese leger terecht Is gekomen is ter zitting niet duidelijk geworden. Zij worden beschuldigd van oplichting meermalen gepleegd in Amsterdam en Hilversum. De Officier van Justitie, mr. Bouma. achtte het ten laste gelegde be wezen en eiste tegen de oudste, die naar zijn mening de belangrijkste verdachte is, één jaar en drie maanden gevange nisstraf met aftrek. Tegen de jongere militair eiste hij 12 maanden gevange nisstraf met aftrek, waarvan drie maan den voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar en toezicht van de R.-K. reclassering. De jongste in het Nederlands en de oudere in het Engels beken den alle feiten, die de dagvaarding vermeldde: bij vier winkeliers in Am sterdam en Hilversum kochten zjj ringen, een fototoestel, schoenen en een horloge, zy betaalden met meestal door de oudste ondertekende chèques op de „Bank of Nova Scotia" in Mon treal. die b'tf navraag ongedekt bleken te zgn. _„^_u De gedupeerde winkelier had in de meeste gevallen het verschil in tegen waarde in Nederlandse guldens uitbe taald. En deze vier zaken waren, aldus de Officier van Justitie slechts een bloem lezing uit zeker 20 tot 25 gevallen. Beide mannen waren in het najaar van 1956 voor de tweede maal uit het Canadese leger gedeserteerd. In het begin van dat jaar waren zij namelijk met een vriend naar Frankrijk gevlucht en hadden daar op dezelfde manier in hun levensonderhoud voorzien. Nadat zij gepakt waren en terug in hun leger plaats Deilinghofen een disciplinaire straf hadden ondergaan hoorden zij, dat hun nog meer straf te wachten stond. Uit angst deserteerden zij voor de twee de maal. Zij gingen nu naar Nederland en begonnen in oktober van 1956 met hun praktijken. Het chèqueboek was. zo vertelden zij ter zitting, door een van hun vrienden uit het Canadese leger van een officier gestolen. Soms droeg het tweetal bij hun bezoe ken aan de winkeliers de Canadese legeruniform, soms ook kwamen zij in burger. Maar nimmer liet de jongste in de winkels merken, dat hij voortreffelijk Nederlands spreekt. De oudste tekende meestal de cheques, nu eens met zijn werkelijke naam, dan weer met de gefingeerde naam „Wals- ky". In zijn requisitoir zag mr. Bouma rle oudste ook als de voornaamste ver dachte, zodat hjj tegen hem tot de zwaarste eis kwam. De beide raads- j na uitreiking van een nieuw was indrukwekkend en in één woord volmaakt. De hoofdrollen waren uitslui tend toevertrouwd aan de beste krach ten van de Weense Opera, zoals Christie Glotz, Sena Jurinac. Walter Berry. Otto Edelmann en Paul Schöffler. Alleen voor de rol van Florestan had von Karajan dit keer geen beroep ge daan op Anton Dermota. doch op de Italiaan Zampieri, die zijn taak zo prachtig vervulde, dat zelfs de meest verstokte chauvinist het met deze keuze eens was, ook al had hij medelijden met Dermota. Negen jaar geleden werd deze opera in Salzburg nog gedirigeerd door Furt- - ^heppende Jtunstenaar" Bedoven. gent, die Salzburg nog beheerste, en de in het buitenland reeds bekende Oos tenrijker von Karajan, had toen haar hoogtepunt bereikt, omdat de laatste gepoogd had in het curatorium van het Festival te komen, waartegen Furt wangler zich verzette. Bovendien hield hij tijdens het Festival een aantal le zingen over dirigeren, waarin hij zon der namen te noemen protest aanteken de tegen de opvattingen van von Kara jan. De manier, waarop Furtwangler toenmaals de Fidelio dirigeerde, was eveneens onvergetelijk, omdat hij het werk als het ware „celebreerde" in een buitengewoon langzaam, doch muzikaal prachtig tempo, zodat de opvoering meer op een symfonie dan op een opera geleek. Furtwangler is niet meer en nu stond zijn rivaal von Karajan voor de lessenaar van de Felsenreitsehule. zon der partituur, en hij dirigeerde zoals ge woonlijk met gesloten ogen. Het tempo was nu geheel anders, somtijds bijna razend snel. opzwepend en hartstochte lijk. waardoor het dramatische karakter van deze opera meer tot zijn recht kwam. De Haagse bloemenkoningin werd gisteren op het stadhuis door bur gemeester Kolfschoten geïnstal leerd. Dr. Boerhaave en zijn leer ling Linnaeus kwamen de koningin na de installatie begroeten. - Van Twee dirigenten en twee verschillen de stijlen. De een is niet meer en over de opvattingen van zijn opvolger wordt nu reeds fel gediscussieerd. Dermota heeft zijn plaats moeten afstaan aan een Italiaan. Zangers komen en gaan en ook dirigenten worden het slachtof fer van de tijd, maar van blijvende waarde is het onvergankelijke werk van Prof. dr. Nico Greitemann links naar rechts burgemeester mr. H. A. Af. T. Kolfschoten, bloemen- prinses Sietske Wybenga, bloemen koningin Femma, bloemenprinses Toos Hoitsema, dr. Boerhaave en Linnaeus. (Van onze Romeinse correspondent) Medio juli heeft te Rome een vergadering plaats gevonden van de burge meesters der Italiaanse steden waar opera-gezelschappen en symphonie-orkesten bestaan om de aandacht te vestigen op de steeds ernstiger crisis die het gehele muziekleven in Italië bedreigt. De toestand is zelfs ernstiger dan in november 1956, toe voor het eerst op de crisis werd gewezen, daar de regering niets heeft gedaan om de orksten of operatheaters te hulp te komen. De sub sidie over het jaar 1956 is nog niet be taald en alle gezelschappen hebben tegen een rente van 8 tot 10% geld moeten opnemen. Reeds in 1956 wees de bur gemeester van Rome er de regering op XXI In hetzelfde vlak als de uitkering van een stockdividend ligt de beschikbaar stelling van een bonusaandeel. In beide gevallen worden aandelen verstrekt zon der betaling. Een stockdividend is een uitkering uit 'nieuwe reserves (gemaakte winst over het afgelopen jaar), een bonus is een uitkering uit oude reser ves. Het kan n.l. voorkomen dat een vennootschap in de loop der jaren een zodanige reserve heeft gevormd, dat er een wanverhouding is ontstaan tussen het uitstaande kapitaal en de gevormde reserves. Wjj zagen reeds dat de aan delenkoers mede gebaseérd is op het in het bedrjjf aanwezige vermogen, waar van de reserves een onderdeel uitmaken. Hoge reserves zal men daarom steeds terugvinden in de koers van de aande len der betrokken onderneming. Nu kan deze koers zodanig oplopen, dat het aandeel daardoor te log wordt om intensief te kunnen worden verhan deld. Brengt men nu een deel van de reserves naar de kapitaalrekening men blijft daarbij immers aan de credit zijde van de balans dan kan aan aandeelhouders een gratis aandeel wor den uitgereikt, al naar gelang van het bedrag, dat van de reserves wordt over geboekt. Stel dat de reserves f2 miljoen bedragen bij een kapitaal van f 1 mil joen en men wil van de reserves f 1 mil joen naar het kapitaal overbrengen, dan zal op elk oud aandeel een nieuw aandeel van dezelfde nominale waarde kunnen worden uitgereikt. Brengt men f 500.000 over, dan kan een half aandeel gratis worden beschikbaar gesteld, enz. Een bonus wordt dus uitgereikt om betere balansverhogingen te krijgen, om de beurskoers aantrekkelijker te maken, mede met het oog op nieuwe uitgiften, maar ook wel om aandeelhouders eens een extraatje te bezorgen (Koninklijke bijv.), hoewel een bonus theoretisch geen extraatje is en men er bovendien belasting van moet betalen. De fiscus stelt zich n.l. op het (betwiste) stand punt dat een bonus uitkering van vroe ger gemaakte winst is, weliswaar bij de reserve gevoegd, maar dan toch winst. Hij belast deze naar de nominale waar de, evenals bij het stockdividend en laat de meerwaarde vrij. De wet op de her kapitalisatie, die sinds 1951 gold, werd buiten werking gesteld, maar sraks vermoedelijk weer, zij het in gewijzigde vorm zal terugkeren, bepaalt echter dat van de nominale waarde der bonusaan delen maximaal 20 belasting kan worden geheven. Door een extra-uitke ring in contanten mogen de vennoot schappen de aandeelhouders daarin te gemoetkomen. Om misbruik van de wet op de her- j kapitalisatie te voorkomen (in het ver- leden gebruikte men deze wet wel om stockdividenden tegen gereduceerd be-1 lastingtarief te verstrekken) is in het nieuwe wetsontwerp bepaald dat de bonus minstens 25 van het kapitaal moet bedragen. De minister heeft ove rigens toegegeven dat de mogelijkheid tot herkapitalisatie allereerst is her opend om fiscale claims, die anders voor onbepaalde tijd zouden sluimeren, tot leven te wekken Theoretisch ontstaat voor aandeel houders dus eerder een nadeel dan een voordeel, omdat zij belasting moeten betalen over de nieuwe aandelen, die tezamen met de oude na de uitreiking van de bonus eenzelfde waarde hebben als de oude aandelen voor de uitreiking van de bonus. Theoretisch zal een aan deel van f 1000. dat zeg 400 pet. noteert. i aandeel Kraanmachinisten bij de Lloyd ontslagen Zij weigerden onder hun baas verder te werken (Van onze correspondent) Een conflict tussen tien kraanmachi nisten, in dienst bij de Kon. Rotter- damsche Lloyd, en hun baas heeft geleid tot ontslag van de eerstgenoem- den. Zij weigerden namelijk aan het werk te gaan als de baas onder wie zij werken niet onmiddellijk zou wor den ontslagen. De tien kraanmachinisten stelden maandag de eis. dat hun baas zou wor den ontslagen. Geschiedde dit niet dan 0_- zouden zij niet aan het werk gaan. De vallen dus toch als een extraatje wor-1 directie van de Lloyd reageerde op deze ving plaats gevonden. Twee nieuwe aan delen van f1000 k 200 pet. hebben de zelfde waarde als een oud aandeel k 400 pet. In theorie zal ook een halvering van het dividend moeten plaats vinden, want 10 pet. over f2000 is hetzelfde als 20 pet. over f 1000 en de winst wordt door uitreiking van bonusaandelen im mers niet groter. Maar in de praktijk ziet men bij een vennootschap, die ruime winsten maakt, dat het dividend op het vroegere percentage wordt ge handhaafd, of zo niet, dan toch niet overeenkomstig het vergrote kapitaal wordt verlaagd. In dat geval blijft de koers ook boven de theoretische waarde. In zoverre mag een bonus in vele ge- den beschouwd. In Amerika liggen deze zaken gemak kelijker. Een „split-up", zoals men dat eis met te verklaren, dat zü de zaak eerst wilde onderzoeken en de juridische aspecten van de eis wilde bestuderen. Zij verwachtte dat, in afwachting van dit noemt, is steeds belastingvrij, maar deonderzoek, de machinisten het werk Nederlandse fiscus onderzoek naarstig- j normaal zouden voortzetten. Gisteren j aard deze splitsing is en deelden de kraanmachinisten echter belast de Nederlandse houders vrolijk als hij daartoe aanleiding ziet. Zo kan een „split-up" van Amerikaanse fond sen voor Nederlandse houders een we zenlijk nadeel betekenen. Wij willen hier nog even noemen de dividenduitkering in de vorm van con tanten of aandelen uit de agio-reserve. Agio-reserve ontstaat als een vennoot schap aandelen boven pari uitgeeft, zeg tegen 150 pet. Zij boekt dan van de op brengst 100 pet. op de kapitaalrekening als aandelenkapitaal en 50 pet. op de agio-reserverekening. Dit is dus geen winst, maar gestort kapitaal. Tot voor kort mocht men uitkeringen ten laste van de agio-reserve doen, die, in welke vorm ook, belastingvrij waren. De prak tijk werd soms dat men een deel van het dividend uitkeerde ten laste van de agio-reserve, maar tegelijkertijd een overeenkomstig bedrag aan de gewone reserve toevoegde, waardoor een divi dend werd verkregen, dat belastingvrij was. Onlangs is echter bepaald dat uit keringen ten laste van de agio-reserve alleen belastingvrij zijn, als deze in aan delen geschiedt; uitkeringen in contan ten ten laste van de agio-reserve wor den normaal belast. Hiertegen is van zelfsprekend heftig geprotesteerd, om dat uitkeringen uit de agio-reserve in principe kapitaalsuitkeringen zijn en dit blijven, in welke vorm ze ook worden uitgekeerd. Al is het aan de andere kant weer mede, dat zij het onmiddellijke ontslag van hun baas verlangden en dat bij niet inwilligen van deze eis het werk zou worden neergelegd. Zulks is toen ge schied. Op grond van het weigeren van opgedragen werk zijn de tien kraan machinisten daarop ontslagen. Gisteren werkten aan de Lloydkade slechts twee kranen. Het vertrek van het mailschip Willem Ruys moreenmiddag wordt door deze gebeurtenis echter niet vertraagd. Het schip heeft bijna alle lading reeds aan boord en de bagage van de passa giers kan met de laadbomen en winches van het schip aan boord worden ge haald. Besprekingen tussen de directie en de vakbonden over dit overigens ge motiveerde ontslag zouden vandaag worden voortgezet. dat de subsidies onvoldoende waren voor een normaal programma van vijf, zes maanden. In de meeste theaters heeft men met zekere beperkingen het werk voortgezet, maar er zijn schulden ge maakt en het personeel en de leveran ciers zijn niet betaald. Verscheidene theaters hebben reeds veel meer geleend dan zij zullen ontvangen', wanneer de subsidies over 1956/57 en 1957/58 bin nenkomen. Men voert bezuinigingen in over de gehele linie, maar de subsidies volgens de neiuwe regeling zijn beslist onvol doende. Het is ook niet mogelijk de theaters te sluiten, daar het personeel dan recht heeft op schadeloosstellingen (een maand voor elk jaar dienstverband vol gens de Italiaanse wet), waarmee min stens drie jaar subsidie gemoeid zouden zijn. Bovendien gaat het om hooggespe cialiseerd personeel: zangers, leden van het orkest en toneel-technici, die bro deloos zouden worden en die later niet te vervangen zouden blijken. Welke in druk zou het voorts maken, indien in het „muziekland Italië" alle opera-ge bouwen gesloten moesten blijven en er geen concerten meer werden gegeven. En toch zal dit, als er geen verandering komt, gebeuren. Voorlopig werkt het personeel zonder betaling voort. Een commissie is gevormd, bestaande uit de burgemeester van Rome, Tupini, de administratieve directeur van de Romeinse Opera, Carbone en het Kamer lid Chiaramello, om de regering volledig van de toestand op de hoogte te bren gen. Als men weet, dat alleen de Romeinse opera aan bijna 3000 personen werk ver schaft, is het duidelijk dat het hier niet alleen om een belangrijke artistieke kwestie gaat, doch dat het vraagstifk ook een sociale kant heeft. verstaanbaar dat men het fiscale gevoel van de minister van Financiën, vooral in deze tijd nu de schatkist leeg is, ge weld aandoet door gebruik te maken van de zwakke plekken van deze rege ling. Op geen enkel gebied is men immers vernuftiger! (De vorige artikelen in deze reeks verschenen in onze nummers van 18 en 19 januari, 11, 12 en 13 februari, 1, 9, 23 en 25 maart, 1, 5, 18 en 20 april. 18 mei, 7 en 12 juni, 8, 10, 13 en 27 juli). De „vrede-makers" van de centrale regering in Djakarta en de rebelse plaatselijke leiders in Noord-Celebes hebben, naar vandaag wordt bericht, ..wederzijdse overeenstemming" be reikt over tenminste enkele kwesties. De regeringsgroep van vier man keerde maandag terug na twee weken van besprekingen met luitenant-kolo nel Ventje Soemoeal en andere auteurs van een proclamatie, waarbij het -kopra-rijke Noord-Celebes tot "n autonome provincie werd ver klaard. lieden bepleitte clementie. Of de var. dezelfde nominale waarde als hei Het ministerie riep voor maandag rechtbank dat zal willen tonen zal oude aandeel, tot 200 pet. dalen. Er is avond een bizondere zitting bijeen om bljjken b(j de uitspraak op 14 augus- I immers op de balans niets wezenlijks een verslag van de reis aan te horen, tus a.s. veranderd, er heeft alleen een verschui- I In een communiqué, na de bijeen komst uitgegeven, zei de minister van Voorlichting. Soebidjo. dat de regering hoopte op een oplossing gebaseerd op „wederzijds begrip". Een radio-uitzending van Menado, de hoofdstad van Noord-Celebes, zei ook, dat de regering en de plaatselijke lei ders „tot wederzijdse overeenstemming" waren gekomen bij de oplossing van de voornaamste kwesties. Maar van geen van beide kanten is men met verdere details gekomen. Een van de voornaamste kwesties is die van de handel. Celebes en andere gebieden hebben er zich over beklaagd, dat zij behoorlijk aandeel kregen van de verkoop van hun natuurlijke hulpbronnen. Wij bieden u een onvergetelijke va kantie, luidde de slagzin van een reisbureau in Hamiburg. Veertig Westduitsers schreven in voor dat reisje. Toen zij bijeen waren op het afgesproken punt van vertrek, kre gen zij te horen, dat het reisbureau, waaraan zjj de reissom vooruit had den betaald, op de fles was gegaan. Inderdaad, onvergetelijk. Chinese boeren leveren niet voldoende graan Radio-Peking meldt, dat, volgens de jongste statistieken van het Ministerie van Voedselvoorziening, de regerings organen van Rood-China voor de in koop van land'bouwprodukten slechts de helft van de voorgestelde hoeveelheid produkten van de boeren hebben kun nen aankopen. Het ministerie schrijft de onvoldoende leveranties van graan aan de staat toe aan „rampzalige over stromingen", die de provincie Sjantoeng, een der graanschuren van China, heb ben verwoest, en aan het feit, dat tal rijke boeren hun eigen belangen boven die van de natie stellen. Radio-Peking zegt, dat „doeltref fende maatregelen" worden genomen om aan het euvel van de onvoldoende graanleveranties een einde te maken. Pekingse dagbladen hebben gisteren onthuld dat nog twee tegenrevolutio- naire groepen" zyn ontdekt, waarmee in twee weken tijds het totaal op zeven is gekomen. Deze groepen opereerden in Centraal-China, niet ver van Hanjang, waar midden juni de middelbare scho lieren onregelmatigheden hadden ver oorzaakt. De groepen waren op militaire leest geschoeid. De leidende „generaals" hiervan waren van plan geweest de ge wapende wachten bij het werk aan de loop van de rivier de Jangtse bij King- kiang aan te vallen en gevangenen uit 'n nabijgelegen kamp te bevrijden. Ook een overval op de plaats Tsjen Kiang om wapens van de politie in handen te krygen stond op het programma. Zij begonnen in oktober j.l. anti-communis tische jeugdgroepen te vormen en trachtten rekruten te werven voor sabo tagedaden en om een guerilla in de heuvels te beginnen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1957 | | pagina 4