Fokker vloog om Haarlemse St. Bavo in een „blankvleugeligen" luclitvogel Een Zoeklicht WOORD VAN BEZINNING Het toestel is kolossaal stabiel en ontzettend gevoelig op zijn sturen Ten geleide De Belgen verwachten dit jaar formidabel toeristisch seizoen 5« laargang ho. 27 Zaterdag 6 juli 1957 iWM i Zelfportret van een luchtvaartpionier (II) „Er is daar ook een afdeling voor vliegtuig - techniek", schreef Anthony Fokker voorzichtig aan zijn ouders. Maar in werkelijkheid hij zat toch ver over de grens in Duitsland ging hij minder omzichtig te werk. Resoluut reisde hij naar Mainz en liet zich in schrijven aan het instituut voor autotechniek, een particuliere school, waar ook het weinige dat men toen van de vliegtechniek afwist,zo tennaastenbij werd onderwezen. Het onderricht bestond in hoofdzaak hierin, dat de leerlingen werden gesti muleerd om zelf een vliegtuig te bouwen. Dit was echter juist wat de jonge Fokker zocht. Nu kon hij metterdaad aan de slag gaan om zijn idealen te verwezenlijken! Het volgende voorjaar, het was inmiddels april 1911, bouwde hij zijn eerste vliegtuig. Zijn moeder schreef hij: .Ik woon nu in de „Krimm", waar ik eindelijk weer eens wat goedkooper woon, maar waarvoor het dan ook behoorlijk slecht is. Het eenige voor deel is dat het vlak bij het vliegveld is en midden in de dennenbosschen, zoodat het zeer gezond is. De soep smaakt naar petroleum en elke dag „gibt es Spinat". Zaterdag is mijn toestel klaar gekomen en heb ik er mee gerold, dit is rijden. De schroef trok 210 kilo, wat boven verwachting was. Ik had de motor nieuw afgesteld en zij liep uitstekend. Na een paar kleine veranderingen ben ik er vanmid dag weer mee uitgeweest en maakte eerst een paar sprongen van 20 tot 30 meter, waarna ik een paar honderd meter gevlogen ben. Ik moest echter bij een volgende keer toen ik de heele baan wilde af vliegen, wegens onvoldoende benzinedruk landen en ging met mijn zitvlak door de zitting van mijn stuurstoel, waardoor voor vandaag een eind werd gemaakt aan de vliegerij. Het toestel is kolossaal stabiel en ontzettend gevoelig op zijn sturen. Natuurlijk moet er nog zoo een en ander verbe terd worden, om het als ingevlogen toestel te kun nen afleveren. Dat mijne constructie, die het laatst is gebouwd geworden, het eerste gevlogen is, is voor mij een niet gering succes en reclame voor mijne capaciteiten als constructeur". Jaren geleden kreeg ik van het Leidsch Dagblad de uitnodi ging om zijn zaterdagse rubriek „Een woord van bezinning" te verzorgen. Ik heb me toen als ideaal ge steld om vanuit mijn eigen ge loofsovertuiging randopmerkin- gen te maken naast het nieuws, dat de krant elke dag geeft. Niet alleen het nieuws wilde ik com mentariëren. maar ook soms een concert, een boek, een toneel stuk. Met stijgende spanning heb ik toen het waagstuk onderno men en het heeft mij in gesprek gebracht met een groot aantal mensen. Vandaag heb ik de krant voor me en daar vind ik met vette letters: „Derde oorlog zou kun nen uitbreken tussen Rusland en China". Mijn avondblad publiceert een interview met Bertrand Russell, de grootste levende Britse filo- niet meer terug kan trekken zonder zichzelf volkomen te vernederen. De rede, zo vervolgt hij. de koele bezinning heeft nooit zo'n grote rol in het inter nationale machtsspel gespeeld als de emotie". Toch zou Lord Russell de H- bom niet willen uitbannen. „De vrees is een grote en effectieve macht in de menselijke natuur - de H-bom is een werkelijke afschrikwekkende macht op drie manieren, die niet door enig vroeger wapen werd bereikt. 1) De bom geeft gelijke macht aan eerste wereldoorlog. Russell zal deze dingen wel heel scherp ge zien hebben. Jezus Christus heeft evenwel op een gans eenzame wijze, met de eenzaamheid van de profeet, gepredikt dat het geloof een be slissende rol kan spelen in de levens van mannen en vrouwen. Hij zegt dat het geloof iets is dat tegen een berg kan zeggen: „ga opzij". Hij zegt ook, dat het geloof altijd nauw verbonden is met de hoop en de liefde. En nog eens onderstreep ik dat Christus daarmee doelt op moge lijkheden direct binnen het be reik van aan doodgewone men sen gegeven mogelijkheden. Zul len we ons mee laten slepen door emoties? Door gevoelens van vrees? Of door geloof? Nu wil ik waarachtig niet mee doen met het oppervlakkig ge- soof. Hij ziet als een mogelijk heid een derde wereldoorlog, niet tussen de oostelijke en westelijke machtsblokken, maar tussen Rusland en China. Hij meent, dat de Russische leiders in grote verlegenheid zijn over de ont wikkeling van het communisme in China. „De Chinezen zijn een erg ijverig ras altijd bezig als bijen. Er zijn duidelijke aanwij zingen, dat het Chinese commu nisme zich ontwikkelt op onaf hankelijke wijze. Een verschijn sel dat we in andere meer directe satelliet-staten van Rus land waarnemen". Hij gaat verder: ..De H-bom is. naar ik geloof, de voornaamste moge lijkheid tot vrede. Maar hij is een wankelijke mogelijkheid: elk ogenblik kan iemand in Amerika Rusland of in een ander land iets emotioneels doen en in een positie komen vanwaar hij zich iedere party. 2) De leiders zijn niet veiliger dan de rest van de bevolking. 3) De verwoesting zou zo enorm zijn, dat er nergens sprake zou kunnen zijn van enige vorm van overwinning". Tot zover Bertrand Russell. Ik denk nog even na over zijn woorden. Misschien heeft hij er gelijk in. dat de vrees een grote en effectieve macht is in de menselijke natuur en dat de emotie een veel groter rol speelt in de internationale verhoudin gen dan het koele verstand. Nog niet lang gelegen las ik een boek van André Maurois over de tijd van Edward VII en ik was tel kens weer verbaasd over de grote rol van de emoties van enkele leidende mannen, die geleid heb ben tot het uitbreken van de praat dat zegt: „je moet maar vertrouwen hebben". Dat is toch eigenlijk niets anders dan een schouderophalend: „je kunt er toch niets aan doen, ondanks je allerbeste bedoelingen". Christus bedoelt met geloof een levensrelatie van God met ons mensen en van ons mensen met God. Hij heeft ons dat voorge leefd en ons er in betrokken. Hij zegt zelfs dat we een gesprek mogen voeren met God over din gen groter en wijder dan onze gezichtskring en over de zaken binnen de kleine cirkel van ons bestaan. Mij dunkt: het is de moeite waard om hier intens mee bezig te zyn. M. W. J. GEURSEN. voorheen herv. predikant te Leiden, thans te Mel bourne. I" n juli 1911 construeerde Fokker zyn tweede vliegtuig, de beroemd geworden A „Spin". In het Luchtvaartmuseum Wm Teuben te Voorburg wordt een brief bewaard van 2 juli 1911 waarin Fokker zyn moeder bedankt voor de toezending van een pakje met overhemden, boorden, schrijfpapier en speculaas en waarin hy haar een tegenprestatie belooft „als ik veel verdien". Onderaan tekende hij met enkele krabbels het model van de „Spin". Op Koninginnedag 1911 maakte Anthony H. G. zyn eerste vlucht boven Nederland en wel om de Sint Bavo in de woonplaats van zyn ouders, Haarlem. Zyn succes was enorm. Na zijn landing werd hij luide toegejuicht, de kranten schreven hoogdravende artikelen, de post bezorgde hem en zijn ouders vele brieven van bewonderaars. EEN alinea uit één zo'n kranten artikel maakt ons nog eens dui delijk hoe nieuw de vliegerij in die dagen voor de mensen was en tot welk een staat van vervoering zy de toe schouwers braoht: „Gisteravond laat is het gebeurd! Is het gebeurd, dat in de avondlucht, die zich welfde over den grijzen Sint Bavo op de Groote Markt, plotseling een eenzaam man kwam aanvaren, een man uit 't Noorden, gekomen op den rug van een blankvleugeligen lucht vogel. Heeft het wind-wakende haan tje, dat er gloeiend-goud stond in de gulden stralen van de ondergaande zon, niet een oogenblik zijn winden vergeten om een slag rond te draaien van pure verbazing en is de oude grijsaard, die eeuwen al te drogen staat boven-uit het dak^ngewirrel en 't nog lagere mensengeroes beneden, niet plots wakker geschrikt en heeft hij niet, al is 't een oogenblik maar, zijn Dia mantklokjes gebengeld van verrassing, toen daar over zijn hoofd heen, wel drie honderdmeter er bovenuit, die vreemde vlinder omzoemde?" De meeste voldoening zal Fokker echter hebben geput uit het feit, dat ook zijn vader, tot dan toe bepaald geen voorstander van Ton's lucht vaartambities, hem na de demonstratie te Haarlem zijn eigen (reeds 15 jaar oud) gouden zakhorloge gaf met de inscriptie: „1911. A. H. G. Fokker vliegt op 350 m. om den St. Bavo". Ook dit horloge wordt in het Luchtvaart museum te Voorburg bewaard. KORT na zyn terugkeer in Duitsland ging Fokker naar Johannisthal by Berlijn, toentertijd het Mekka der „Aviatiker". Er werd daar veel ge vlogen door Duitse en buitenlandse grootheden. Vooral de Duitser Willy Rosenstein werd als een held vereerd. Aanvankelijk hield Fokker zich op de achtergrond. Evenals de anderen had ook hü langs het vliegveld een loods gehuurd en daarin werkte hij van 's ochtends vyf uur tot donker- wordens toe aan zijn vliegtuigje. Aan de wilde feesten, die de andere vliegers hielden in de vele café's rond het vliegveld deed hy niet mee. De schaarse keren dat hij al in de „Wirt- schaft" kwam dronk hij slappe koffie met veel melk, zodat het weeïge drankje al spoedig bekend werd als „Fokker-Kaffee". Maar zyn teruggetrokkenheid was slechts „camouflage". In zijn loods werkte hy als een paard en bovenaan het briefpapier, waarop hij aan zyn ouders schreef, stond „Fokker Aero- planbau, Berlin-Johannisthal, Alter Startplatz, Schuppen 10". OP een zondag toen er veel pu bliek was, dooh slechts weinig vliegers bereid waren op te stij gen van wege de sterke wind, greep Fokker zijn kans. Hij rolde zyn toe- Anthony Herman Gerard Fok ker is voor de Nederlandse lucht vaart in het bijzonder, maar ook voor de internationale vliegerij, een van de grote pioniers ge weest, die na de gebroeders Wright, Santos Dumont, Blériot en Farman veel heeft bijgedra gen tot de ontwikkeling van het vliegtuig tot het wereldomspan nende vervoermiddel dat het thans is geworden. Het zal daarom voor velen in teressant zijn om uit oude brie ven te lezen, hoe een man als Fokker door zijn vindingrijkheid en door zyn groot technisch en commercieel inzicht, reeds op zeer jeugdige leeftijd zich tot een vliegtuigconstructeur met een onomstreden wereldreputa tie heeft weten op te werken, 'en hoe zijn carrière zich verder ont wikkelde. Dit voorbeeld moge voor vele jongeren een stimulans zijn; een bewijs, dat succes, ook al gaat niet ieder vergelijk met de eer ste jaren van deze eeuw op, bin nen het bereik van ieder ligt. F. J. L. Diepen, Directeur N.V. Kon. Ned. Vliegtuigen- fabriek Fokker. De Fokker ééndekkerhet toestel dat de jeugdige Ton- ny bouwde tijdens zijn ver blijf in Berlijn-Johannisthal. schoolmachine van Baronin Leitner resp. Cremer ook weer klaar en heb ik vier toestellen in bedrijf en kom ik eindelyk in de goede richting. Tot mijn spijt moet ik constateren, dat U nog steeds geen juist beeld kunt krijgen van de stand van zaken en was een bezoek te Johannisthal zeker niet zonder belang. In een week of vier komt het bedrijf tot zijn volle ontwikkeling. Zoodra een militaire le vering geschied is, is alles perfect en blijven de financiële resultaten niet uit. In ieder geval staat het met het oog op de directe opvallende ontwik keling en stijgende resultaten zeer gunstig en krijgt iedereen den indruk van een solide en toekomstrijke „Sache". Mijn nieuwe leerling Von Bose vloog vandaag voor het eerst mee. Hy heeft uitstekende verbindingen met het Hol landse Legerbestuur, dat volgend jaar ook de vliegerij opneemt en zal ik wel in de eerste plaats voor de levering van toestellen in aanmerking komen. Zoodra de Duitse Armee by my toe stellen bestelt, heb ik de levering van toestellen aan de Italiaansche, Russi sche, Bulgaarsche en Oostenryksche regering ook gegarandeerd. V. OP DE BOEKENMARKT Nogmaals, Adio, TONNY." Rose Gronon. „De Gyldenlöve Saga". Jan van Tuyll N.V., Zaltbommel z.j. Het is merkwaardig hoe dikwijls er uit het onbekende een boek opduikt, dat treft door zijn bijzondere kwali teiten. De titel zou doen vermoeden, dat wij hier te doen hebben met al weer een portie kwazi-diepzinnige stroop, „made in Scandinavia", en ook kan ik mij niet herinneren de naam van de schrijfster, Rose Gronon, eer der ontmoet te hebben. Van het eerste is gelukkig geen sprake - dit verhaal speelt zich af in de Kempen - en deze naam zal ik niet meer vergeten nu ik de Gyldenlöve Saga gelezen heb. Het zou niet juist zijn dit boek een historische roman te noemen, hoewel men uit enkele gegevens wel kan ver onderstellen met de chaotische periode van de Oostenrijkse Successie-oorlo gen te maken te hebben, toen de zui delijke Nederlanden het terrein waren van de kolkingen en deiningen van oorlog en opstand en van daaruit voortvloeiende bezigheden zoals smok kelen, spioneren, moorden en dood martelen. Doch de schrijfster zegt zelf: „Dit is een spookverhaal, uit mist geboren, in mijn land van hei en moer". Het historische materiaal is dus ondergeschikt. Dit z.g. spookverhaal heeft echter een toon van grote waarachtigheid. Rose Gronon mag dan volgens haar zeggen spoken gezien hebben, haar wild-romantische figuren, haar rei zende komedianten, haar soldaten, boeren, edellieden hebben van haar een hoeveelheid hartstochtelijk leven meegekregen, die werkelijk wonder- Doorbraak van democratisch toerisme Hei gouden horloge, dat vader Fokker spontaan aan zijn zoon gaf (met inscrip tie). toen deze in 1911 de Haarlemmers in extase had gebracht met een vlucht rond de St. Bavo. stelletje de grasmat op, startte en vol voerde een vlucht, die hem in één slag tot de onbetwiste held van Johannis thal maakte. Het publiek sprak enthousiast over de Hollandse luchtduivel, het Duitse leger liet hem enkele demonstratie vluchten maken Maar de resultaten? Opdrachten tot de bouw van een serie vliegtuigen werden Jiet gegeven. Fokker bleef echter vol goede moed. Kapitaal, dat was wat hy nodig had om zijn grote plannen volledig te kun nen verwezenlijken. Opnieuw porde hij zijn vader op. „Vanmorgen voor het eerst myn 100 PK Militaire Machine naar buiten ge bracht. Door overmaat van bestellin gen van motoren kunnen de fabrieken niet tijdig leveren: Ik heb myn motor nog zeer vroeg in vergelijking met an dere bestellers, wel een bewijs, dat de fabriek een toekomst in myn toestel ziet en mij nog tegemoet komt. Bij het rollen kreeg ik een defect aan het onderstel en sloeg het toestel over de kop en ik er uit. De schade was behalve de schroef niet erg en vanavond gerepareerd tot verbazing van alle concurrenten die 's morgens het op zijn kop staande toestel in het veld zagen staan. Dit zyn ongevallen en onkosten, die iedere firma heeft en dikwijls onvermijdelijk zyn. In 8 a 10 dagen komt het 75 PK Dixi- toestel ook klaar en behalve de oude (Van onze Brusselse correspondent) Volgens de eerste indruk ken van de leiders der Belgische reisagentschap pen, van hoteliers en amb tenaren van het Commis sariaat-centraal voor het toerisme, die wij dezer dagen hebben gepolst, laat het zich aanzien dat het toeristisch seizoen 1957 alles in de schaduw zal stellen, wat wy tot nu toe in deze „industrie" heb ben meegemaakt. Die in drukken zijn gebaseerd op enkele zeer reële feiten. De kust ls Belgiës voor naamste toeristische oord. In de meeste badplaatsen van de Vlaamse kust zijn nu reeds bijkans alle pen sions en woningen voor de maanden juli en augustus verhuurd. De reisagent schappen maken mooie propaganda. Men krijgt geen foldertjes meer, maar „boeken", in drie of vier kleuren gedrukt, die u een schitterende vakantie voorspiegelen. Het betreft bijv. een tweedaagse reis door Nederland in eerste klas hotels voor 68 gulden, een driedaagse reis naar Parys en omgeving voor 110 gulden, acht dagen naar de Franse Rivièra (Nice) voor 300 gulden, een 18-daagse toer door Spanje voor 680 gulden, een luchtreis per vliegtuig naar de Belgische Kongo, met een verblyf van twin tig dagen, voor 3000 gul den en een reis van dertig dagen naar Japan voor 7600 gulden. Men kan tien dagen in Moskou en Le ningrad rondtoeren voor 2500 gulden of voor het zelfde geld naar Egypte vliegen. Voor al die reizen bestaat grote belangstelling. Zo organiseren de grote Brus selse reisagentschappen bijkans iedere maand een groepsreis naar het Verre Oosten, iets waarvan de meest actieve reismana- gers een paar jaren gele den niet hadden durven dromen. Men mag de economen geloven of niet, maar er zijn er, die voorspellen, dat de organisatie van de vrije tijd en de vakanties in de toekomst een van de grootste industrieën gaat worden. Antwerpse en Brusselse reisagentschap pen charteren vliegtuigen van Brussel naar Nice voor een prijs die onge lofelijk laag ligt. De vrees, dat de Belgen hun geld zouden sparen om het er van te kunnen nemen als de Wereldtentoonstelling- 1958 open gaat, blijkt on gegrond te zijn. Er zal dit jaar nog meer worden ge reisd dan vroeger. De reis lust is overigens een van de oorzaken van de pijn lijke en werkelijk veront rustende crisis in de tex tielindustrie en de con fectie. Al het geld moet worden gespaard voor de auto en de scooter en voor kleding dus het minimum Uit de mooiste auto's stappen dametjesin goed kope katoentjes gehuld, wanneer althans het japonnetje niet is ver vangen door een lange katoenen broek en een truitje Het seizoen 1957, aldus melden ons de meeste toeristische leiders, brengt ons meer dan ooit de door braak van het democra tisch toerisme. Ook de be middelde mensen wensen van die democratisering te profiteren. De arbeider gaat nu naar Nice, de middenstander naar het meer luxueuze Cannes, of naar de Balearen. De heel rijken organiseren „aan bestedingen" onder de reisgezelschappen en krij gen aldus een relatief goedkope reis naar Egypte (of nog verder) voor el kaar. Zij combineren vliegtuig, boot en auto. De kust, de Ardennen en de oude steden concur reren met attracties, en het duurste is amper goed genoeg. Een casino aan de kust riskeerde het ty- tijdens de paasdagen Frankie Laine voor weken aan één stuk te contrac teren, en dat geeft een idee van wat het seizoen gaat worden. De roulette en de baccara maken goe de zaken. By al die ont plooiing van uitgaan en geld uitgeven, is het ech ter eigenaardig te moeten constateren, dat aan de Belgische kust een aantal grote hotels niet vol raakt. De Belg en langzamer hand ook de buitenlandse toerist huurt een appa- tement waar men zelf kookt baarlijk is. Al lezende ra^kt de lezer overtuigd en denkt: „Ja. zo kan het waarachtig wel geweest zijn". En dat is wel de beste ervaring, die men met een roman, welke in een andere tijd speelt, kan opdoen. Het eerste deel „Het Boek van Arnd", is dramatisch het sterkste en dit niet alleen omdat de handeling dat in de hand werkt. Uit de sfeer van mist, rood en vuur duiken met verrassende kracht gestalten op, die leven en spre ken en handelen en die men niet ver geet. Het heeft geen zin de inhoud van dit verhaal in het kort weer te geven. In de eerste plaats volgen de gebeurte nissen elkaar daarvoor veel te snel op en bovendien dankt dit boek zijn kwa liteiten niet alleen aan die spannende inhoud, maar vooral aan die eigen schappen, die ik reeds genoemd heb; te weten aan de uitermate levendige persoons- en situatiebeschrijving en de voortreffelijk getroffen sfeer. In dien ik zou zeggen, dat Rose Gronon een Nederlandse Daphne du Maurier is. dan zou ik haar eigenlijk te kort doen, want deze Engelse schrijfster blijft in haar romans te veel een „lady" om het krachtige penseel van de Nederlandse te kunnen hanteren. S. Myrivilis. „Sappho, de on derwijzeres met de gouden ogen". Elsevier. Amsterdam 1956. Deze nleuw-Griekse roman ls ge deeltelijk een oorlogsroman, maar het grootste deel is gewijd aan de liefde en aan het leven van de bevolking op het eiland Lesbos. Om verwarringen te voorkomen zij even opgemerkt dat het met de antieke dichteres en haar ei land niets van doen heeft. Aan het boek vooraf gaat een inte ressante en verhelderende inleiding van prof. dr. F. J. de Waele, waarin hij voor de belangstellende een kort en duidelijk overzicht geeft van de moderne nieuw-Griekse literatuur. Naar zijn mededelingen is de schrij ver S. Myrivilis een van de voornaam ste romanciers in zijn land en heeft deze roman een bekroning ontvangen. Myrivilis heeft in zijn werk de kroniek neergelegd van drie oorlogen, van de Balkanoorlogen, van de oorlog '14-T8 en van '40-'45. De tendens van zijn werk is anti-oorlogs. Doch deze strek king is op volkomen natuurlijke wijze in zijn werk aangebracht. In de roman „Sappho" ebt de krijgs- ellende langzaam terug voor de offi cier Leonis Vradis die. teruggekeerd op zijn geboorte-eiland, de weduwe van zijn gestorven vriend gaat opzoe ken om haar enkele souvernirs te brengen. Daaraan vooraf gaat een even sober als treffend relaas van het langzame sterven van die vriend, die met gangreen in een hospitaal ligt. Het -is dus duidelijk, dat wij hier te doen hebben met een min of meer realistisch verhaal, waarbij het de au teur er om te doen geweest is een si tuatie zo zuiver mogelijk weer te ge ven. Men zou het boek bij het genre streekroman kunnen onderbrengen. Wat echter de moderne Griekse ro man in het algemeen en deze in het bijzonder onderscheidt van de gemid delde streekroman, dat is de alles kleurende onderstroom van bescha ving, die blijkbaar het onuitroeibare erfdeel van de Grieken is. Hoe primi tief sommige motieven de lezer ook mogen toeschijnen, hij zal nooit het gevoel krijgen zijn tijd te verdoen met het kennisnemen van de levensgang van nauwelijks aan de holen toestand ontwassen imbecillen. Plaatst men naast deze kwalitiet het fijne gevoel voor evenwicht, dat de schrijver toont te bezitten in zijn dosering van menselijke aandoeningen en natuur beschrijving. dan kan men zich geluk kig prijzen, dat het terrein van de moderne Griekse romanschrijfkunst op zo deugdelijke wijze voor ons ont sloten wordt. CLARA EGGINK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1957 | | pagina 11