In Palembang verloor Soekarno
eerste slag tegen autonomisten
Bedenkelijke ontwikkeling van
Nederlandse handelsbalans
de
Door Djakarta bevolen rebellie
veroorzaakte bijna burgeroorlog
Besparing ging achteruit;
onvoldoende bestedingsbeperking
96ste jaargang
Zaterdag 27 april 1957
Derde blad no. 29122
Indonesië in de kentering
(Van onze reisredacteur)
haastig wapens en voorraden te zenden
naar Talang .Betofitoe, Barlian. werd
ongerust en stuurde patrouilles naar het
vliegveld. Djoehartono werd bang en
vroeg versterkingen, die prompt kwa
men: 400 parachutisten en commando's,
ex-Westerling-mannen met gretige vin
gers aan de trekker. Barlian werd be
nauwd, begon Sumatraanse veteranen
op te roepen en te bewapenen, en riep
Ahmed Hoessein's hulp in, die prompt
Palembang, aprfl.-De honden van Palembang blaften, die vreemde, ]2Qo Bante eteraneh toezegde-
lauwe zaterdagnacht als razenden. Want zij roken, hoorden or zagen aïjrï wiern daaron nami
datgene waarvan de mensen noch in het oosters gekrioel van de hut- j
ten- en botenstad aan de modderige Moesi-rivier, noch in de serene
rust van de Europese wijk, noch in de zilverglanzende olieraffinade-J
rijen van Pladjoe, zelfs de volgende vrije zondagochtend maar enig
idee hadden. Dat hondegeblaf in de tropennacht van 30 op 31 maart
beduidde, dat Indonesië op het randje van een burgeroorlog wankelde!
Dat wisten die honden niet. Zij sloegen slechts aan, omdat onder de
mantel van het donker een paar honderd soldaten blootsvoets door
tuinen en achterstraatjes de stad uitslopen. Waarheen? Naar Palem-
bangs vliegveld Talang Bekoetoe, waar zij zich gingen voegen bij de
jonge Javaanse majoor Djoehartono, die daar knarsentandend het mis
lukken van zijn rebellie tegen zijn commandant, de overste Barlian,
bevelhebber van het militaire territorium Zuid-Sumatra, zat te over
wegen. Een muiterij dus? Inderdaad, maar een muiterij met goedkeu
ring van het hoogste gezag in Djakarta, dat van de president der
Indonesische Republiek en opperbevelhebber der Indonesische strijd
krachten, Soekarno. De eerste ronde in de strijd tussen Djakarta en de
lastige buitengewesten was door de hoofdstad verloren.
Wat was het spel, wie waren de spe
lers? Djakarta's scenario was niet slecht
bedacht. Het doel was uitschakeling van
de man, die de sleutelpositie bezet in de
strijd van de buitengewesten tegen Dja
karta, „Panglima" Barlian, bevelhebber
van Zuid-Sumatra. Ten eerste is „Su
matra Selatan" met zijn olieraffina
derijen van BPM en Stanvac Indone-
sie's grootste deviezenpot, drijfkurk van
's lands economie. Ten tweede bestond
meer dan de helft van Barlians troepen
uit Javanen en in de Lampongs aan Zuid-
Sumatra's zuidpunt zitten tussen de
Javaanse transmigranten duizenden en
duizenden oud-guerilla's, zorgvuldig ge
selecteerd voor de dag waarop Java zijn
in het centraal gezag belichaamde hege
monie nog eens Sumatra op zou moeten
leggen.
Die twee factoren hadden Barlian, een
stille, studieuze, jonge Sumatraan, al
genoopt om met zijn wensen en zijn
campagne voor Zuid-Sumatra's autono
mie veel minder ver te gaan dan de
andere kolonels en overstes, Simbolon,
Ahmad Hoessein, Ventje Soemoeal, Has
san Basri. Overste Barlian bleef nauw
keurig binnen de grenzen van de wet.
Geen achterhouden van deviezen, geen
smokkeltransacties, geen naar afschei
ding riekende proclamaties. Wel had ook
hij zijn „dewan", zijn autonomistische
raad die meer geld uit Djakarta vroeg
voor de opbouw, wel nam hy ook per-
soonlyk de leiding by die opbouw. Maar
onder de staat van oorlog en beleg droeg
hy verantwoordelijkheid voor orde en
veiligheid en die kon ook hij niet ga
randeren, wanneer er niet enigszins aan
de wensen van de plaatseiyke bevolking
werd tegemoet gekomen.
Barlians legaliteit deerde Djakarta
geenszins. Het wenste Zuid-Sumatra
terug in zyn greep om economische
redenen en omdat Zuid-Sumatra de
perfecte uitvalsbasis zou zyn tegen
Midden-Sumatra's overste Ahmed
Hoessein, die Djakarta het openlykst
kan tarten, omdat hy zyn gehele ge
bied in gesloten front achter zich weet.
Zo beraamde in Djakarta wat men
„Het comité van 36" noemt (de lei
ding van luchtmacht en vloot en een
aantal Javaanse top-officieren van de
landmacht, dat militairement het ge
zag van de centrale regering wil her
stellen) met medeweten en instem
ming van president Soekarno het
strijdplan, dat op vrijdag 29 maart
door een speciale koerier in Palem
bang werd overhandigd aan majoor
Djoehartono, die de „coup" moest uit
voeren.
Dat plan bevatte een lijst van meer
dan 40 namen, waarvan de dragers ge
arresteerd moesten worden. Boven aan
de lyst: overste Barlian en zyn Suma
traanse top-officieren. Nog een kandi
daat voor arrestatie de waarnemend
gouverneur Hoesein. Djoehartono's troe
pen zouden zaterdagnacht de woningen
van deze mensen omsingelen, de ook al
weer goeddeels Javaanse „Poelisi Mili-
ter" zou de arrestaties verrichten. De
AURI (Luchtmacht) op Talang Betoe-
toe was ook in het spel.
Welnu, het meesterplan faalde. Want
de stille Barlian had zo zyn eigen in
formatiebronnen en toen de Poelisi Mi-
liter uit wilde rukken, ontmoette zij be
leefd zwijgende. maar goed gewapende
Sumatraanse troepen. Dat stond niet
in het scenario en de wit-behelmde mi
litaire politiemannen verklaarden zich
schielyk en verlegen lachend neutraal
in het conflict. Geen arrestaties dus.
Razend probeerde Djoehartono vanuit
zyn geheime actiekwartier contact te
krijgen met zyn Javaanse regiment bui
ten Palembang. De verbinding was ver
broken. De Menadonese commandant
van de Lampongs, overste Worang. die
door zyn Javaanse officieren en troepen
gedwongen was steun aan de „coup" toe
te zeggen, zag een fraaie kans zich toen
ook tot afzijdige te proclameren. En zo
moest Djoehartono als een haas vluch
ten naar het vliegveld, waar de AURI
hem wel asiel verleende, maar daarna
voor alle zekerheid ook maar een neu-
traliteitsverklaring aflegde. Daarom
blaften de honden, toen Djoehartono's
mannen als dieven in de nacht de stad
uit moesten sluipen.
Zo begon ook de vreemdste rebellie,
die ik ooit heb meegemaakt. Een si
tuatie waarin alle explosieve materia
len voor een burgeroorlog lagen opge
sloten, maar die uitgespeeld werd als
een schaakspel, waarin geen schot
werd gelost. De ene knal, die men op
zaterdagavond nog voor een geweer
schot had willen verslyten, bleek na
derhand door een gesprongen jeep
band te zijn veroorzaakt!
Dat schaakspel dan: Barlian som
meerde Djoehartono zich zondagochtend
binnen drie uur over te geven en naar
Palembang te komen. Djoehartono wei
gerde. Barlians staf maakte zich razend,
zei: „desertie en muiterij. Wy gaan hem
halen". Op dat moment was een gewa
pend conflict, dat zich over geheel In
donesië verspreid zou hebben, vlakbij.
Maar de stille Barlian wenste tot iedere
prys voorkoming van een schietpartij
met onoverzienbare consequenties en
wachtte rustig de komst af van de ohef-
staf van het leger, Nasoetion, een merk
waardige figuur, die verbindingsman
moet zyn tussen twee onverzoenlijke
partyen, Soekarno en de officieren in
de buitengewesten. Nasoetion was niet
in het komplot betrokken, hy kondigde
een status quo af en begon een typisch
Indonesisch compromis te zoeken. Djoe
hartono en zyn tweede man, majoor
Sjoekoer, zouden naar Djakarta worden
gebracht, in ruil daarvoor zouden enige
van Barlians officieren ook worden over
geplaatst. Remise? Nee, Djakarta begon
De AURI wierp daarop pamfletten
uit, waarin de bevolking werd opge
roepen het gezag van Barlian niet lan
ger te erkennen. Afgezien van de vele
gewapende militairen in de straten was
dat het eerste wat de bevolking van
Palembang van de opstand merkte.
Want dat was het vreemdste van deze
vreemde rebellie: terwyl een burger
oorlog om het hoekje van de deur
stond, ging iedereen gewoon zyn gang.
de Indonesiërs omdat zy het dagelijks
bestaan echt niet door zulke probleem
pjes willen laten doorkruisen, de Ne
derlanders en het handjevol Ameri
kanen niet, omdat zy zich principieel
nooit inlaten met de Indonesische po
litiek.
Zo schaakte men binnenskamers de
revolutie uit. Toen Djakarta's stelling zo
zwak stond, dat verder spelen het for
ceren van een burgerloorlog zou beteke
nen, opperde men een compromis: Djoe
hartono naar Djakarta, de Paratroepen
ook, Barlians veteranen ontwapend en
Barlians gezag ongeschokt. Barlian ac
cepteerde, maar hield een oogje in het
zeil. Terecht, want nauwelijks waren een
by het vertrek uit Palembang als een
kind huilende Djoehartono en Sjoekoer
in de hoofdstad teruggekeerd, of zy
werden per kerende post naar de Lam
pongs geëxpedieerd om daar de Javaan
se oud-guerilla's in het geweer te roe
pen. Toen is de stille Barlian zo ver-
scshrikkelijk kwaad geworden, heeft met
zulke drastische repressailles gedreigd,
dat Djakarta zich van schrik verslikte
en de partij opgaf.
flIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIN
Indonesië drijft langzaam maar
zeker naar een crisis, die over
's lands voortbestaan als staat zal
beslissen. Climax van die crisis
wordt de onvermijdelijke kracht
meting tussen een verziekt natio
nalisme en de krachten van ge
zond verstand en werkelyk patriot
tisme, die in de Archipel altijd veel
sterker zijn dan men in het buiten
land èn in Djakarta wel aan
neemt. Die tegenstelling uit zich
in de eerste plaats in het conflict
tussen Djakarta's holle centralisme
en de buitengewesten, die leuzen
en „concepten" beu zyn en die op
bouw wensen. Tot persoonlijkheden
herleid wordt dit conflict beli
chaamd in twee mannen, die ééns
Indonesië's symbolische twee-een
heid vormden: de president Soe
karno en de staatsburger Moham
med Hatta.
Onze reisredacteur W. L. Brug-
sma, zo juist teruggekeerd van een
reis van vijf weken door Java, Su
matra en Celebes, opent vandaag
zijn Indonesische reportage met
een exclusief verslag van een ge
beuren, dat de eerste ronde van
die stryd vormde: de door Djakarta
op touw gezette rebellie in Palem
bang, die ten doel had Sumatra's
autonomistisch streven te breken.
Het jammerlijk falen van die po
ging heeft men door een dicht gor
dijn van censuur goeddeels aan het
oog van de wereld onttrokken. Onze
reisredacteur was de enige buiten
landse correspondent, die ten tijde
van deze rebellie in Palembang was.
ÏIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIM
Toen ook kon ik eindelijk, na een
week transpirerend als denksportre
dacteur te hebben gefungeerd, Palem
bang, dat al die tyd van verbindingen
verstoken was geweest, verlaten. Aan
zienlijk wijzer over de methode, waar
op men in Indonesië een compromis
in conflicten zoekt. Vervuld van enige
bewondering ook vjor de overste Bar
lian. die kracht en tact zo doseerde,
dat hy Djakarta versloeg en een ramp
zalig conflict vermeed. Hy zal die
kracht en tact nodig hebben in de ko
mende maanden, want het spel is nog
niet helemaal uit. Er ligt nog een ulti
matum van Nasoetion aan Barlian om
voor het einde van de maand zyn ve
teranen te ontwapenen. In de strijd
tussen Djakarta en de buitengewesten
blijft Zuid-Sumatra het sleutelgebied.
Uiterste waakzaamheid geboden
(Van onze financiële medewerker)
Er is een opvallende tegenstelling tussen de recente berichtgeving over het
Nederlandse bedrijfsleven en het sombere beeld, dat de President van de Ned.
Bank in zijn jaarverslag van onze economische en financiële toestand heeft
getekend. Van vele ondernemingen, die thans hun jaarverslag over 1956 publi
ceren. is de winst groter geweest dan in 1955 en een groot aantal heeft het
dividend kunnen verhogen, hetgeen voor de betrokken aandelen dan ook meren
deels tot een koersstijging heeft geleid. Maar de ongunstige indruk, welke het
verslag van de Ned. Bank heeft gemaakt, is deze week ook op de effecten
beurs blijven domineren en hoewel de grondtoon beter kan worden genoemd,
is toch van een belangrijke verlevendiging op de aandelenmarkt geen sprake.
De effectenbeurs is doorgaans geneigd
meer met de toekomst dan met het ver
leden rekening te houden en op grond
van de scherpe analyse van de President
van de Ned. Bank kan men vooreerst op
die toekomst niet gerust zijn. Op tal van
punten is er aan het eind van 1956 in
vergelijking met 1955 een achteruitgang
te bespeuren, althans een aanmerke
lijke vertraging van de vooruitgang,
welke in verband met de toeneming van
de bevolking noodzakelijk is om het in
de laatste jaren verkregen welvaartspeil
te handhaven. Ook in 1956 is het natio
naal inkomen gestegen, n l. met 7% tot
f. 28.6 miljoen, maar van het grotere
nationaal inkomen is niet minder dan
90% aan de loon- en salaristrekkenden
toegevallen, welke deze inkomstenstij
ging blijkbaar goeddeels hebben ver
teerd. want de besparingen zijn niet
minder dan f. 400 miljoen bij die van
1955 ten achter gebleven, zodat ze
slechts 16% van het nationaal inkomen
uitmaken tegen ca. 19% in 1955.
Dit is de Achilleshiel van onze natio
nale economie. Dr. Drees jr., die nog
onlangs de besparingen voor 1956 op
18 8% raamde en hiermee dus aan de te
hoge kant was. heeft het noodzakelijke
besparingspercentage op 20 gesteld; we
zijn dus in het afgelopen jaar niet on
belangrijk beneden het hier gestelde
minimum gebleven.
Het particulier verbruik is met 10%,
dat van de overheid met 12'/2% geste
gen. terwijl de netto-investeringen, ine.
de woningbouw. 25groter waren dan
in 1955, met het resultaat dat de be
sparingen 8% zijn achteruitgegaan De
netto-investeringen ad f. 5 1 4 miljard
overtroffen de besparingen met rond
f. 600 miljoen en in zover is het dus
begrijpelijk, dat de regering haar beste
dingsbeperking ook op de investeringen
wil toepassen.
Het spreekt vanzelf dat men ook wat
de investeringen betreft, niet verder kan
springen dan de pols lang is, maar het
is tevens duidelijk dat een in dat op
zicht te grote styeing minder funest is
dan een onevenredige stijging van het
particulier verbruik. Want de investe
ringen zijn voor een groot deel produk-
tief en dragen dus na verloop van tijd
weer tot de volkswelvaart bij, hetgeen
van een stijging van het particulier ver
bruik niet kan worden gezegd. Deze
laatste kan alleen een gevolg van grotere
welvaart zijn en als ze dat niet is, be
tekent ze een mtering op het nationaal
vermogen
Het is dan ook geen wonder dat de
Nederlandse betalingsbalans in 1956
een ongunstig verloop heeft gehad in
tegenstelling met 1955. Toen nog een
voordelig saldo van f. 302 miljoen op
de lopende rekening, ditmaal een na
delig saldo van f. 608 miljoen, dat
grotendeels door een teruggang van
de goud- en deviezenvoorraad by do
Nederlandsche Bank moest worden
gedekt.
Hoe bedenkelijk dit verschijnsel ls.
blijkt uit het commentaar van de Pre
sident, volgens welke de goud- en de
viezenvoorraad gelijke tred moet hou
den met de toeneming van het buiten
lands betalingsverkeer. Bij een stijging
van de nationale produktie met ca. 3'A%
per jaar en een grotere stijging van de
buitenlandse handel moet de tredma-
tige aanwas van de goud- en deviezen
voorraad ten minste f. 150 miljoen per
jaar bedragen en alvorens in het raam
van het nationaal inkomen en de be
stedingen van een surplus kan worden
gesproken, moet er op de betalings
balans een overschot zijn van oa. f. 600
miljoen per jaar.
Daar 1956 een tekort van eenzelfde
bedrag liet, is er voor dat jaar der
halve een gaping van niet minder dan
f. 1.2 miljard en dat een dergelijk
proces tenslotte de nationale welvaart
moet aantasten, behoeft geen betoog.
De achteruitgang van de betalings
balans met ca. f. 900 miljoen is nagenoeg
geheel het gevolg van het teleurstellend
verloop van de Nederlandse handels
balans. welke van de betalingsbalans de
voornaamste component is. De goede
renimport maakte in 1955 ca. 87% van
de totale uitgaven uit, de goederen
export 70% van de totale ontvangsten,
waaruit blijkt dat het vooral de handels
balans is. waaraan in deze tijd volle
aandacht moet worden geschonken. Het
was trouwens ook de gunstige ontwikke
ling van de handelsbalans, welke in de
jaren 1953—1955 tot het voordelig saldo
van de betalingsbalans en derhalve tot
de stijging van de nationale welvaart
heeft bijgedragen. In 1953 bedroeg het
nadelig saldo op de handelsbalans nog
slechts f. 846 miljoen, in 1954 en 1955
steeg het tot resp. f. 1688 en f. 1978 mil-
Burgemeester jhr mr. C. A de
Ranitz van Utrecht heeft gisteren de
mobiele legertentoonstellino Paraat
'57 geopend. Tijdens de rondgang
liet hij zich ook even vastbinden in
een schietstoel van een straaljager.
Ue burgemeester trekt de bescher
ming over zijn gezicht, die de
piloten gebruiken wanneer zij zich
bij moeilijkheden uit hun vliegtuig
laten schieten.
Wetsontwerp Nationale
Raad is gereed
HATTA WAARSCHUWT
De minister van Justitie, Maengkom,
heeft vandaag bekendgemaakt, dat zijn
ministerie gereed is gekomen met het
opstellen van een wetsontwerp tot in
stelling van een Nationale Raad. zoals
president Soekarno in zyn „conceptie"
had voorzien.
In een vandaag in verschillende dag
bladen in Djakarta opgenomen artikel
van Hatta verklaarde deze dat de raad
van het „centralisme" en dientengevol
ge ook de bureaucratie zou bevorderen.
Hatta stelde voor uitgebreide autonomie
toe te kennen aan de buitengewesten,
om de democratie in Indonesië te ver
stevigen.
Hoessein in Djakarta
De militaire commandant van Mid
den-Sumatra, luitenant-kolonel Ahmad
Hoessein, is vandaag in Djakarta aan
gekomen om de conferentie van mili
taire commandanten en gouverneurs bij
te wonen. Ook zal hij een ontmoeting
hebben met oud-vice-president Hatta.
Dit is het eerste bezoek van Hoessein
aan Djakarta, sinds hij in december als
voorzitter van de revolutionaire Ban-
tengraad in Midden-Sumatra het be
stuur in handen nam. Bij zijn aan
komst op het vliegveld werd hy toege
juicht door honderden van Midden-Su
matra afkomstige inwoners van de
hoofdstad.
Inmiddels werd vandaag uit Midden-
Sumatra gemeld, dat premier Djoeanda
tydens zijn bezoek aan dit gebied, ver
klaard heeft bereid te zijn zijn man
daat aan president Soekarno terug te
geven, indien hij mocht falen in zijn
pogingen om de belangen van de bui
tengewesten te dienen.
Generaal De Gaulle heeft
een plan voor Algerije
Generaal Charles de Gaulle heeft een
plan voor Algerije, maar hij blijft van
mening dat het huidige regime het Al
gerijnse vraagstuk niet kan oplossen, zo
meldt het Franse blad ..Paris Presse".
Volgens De Gaulle zou de Franse poli
tiek verkeerd zijn. omdat zij ervan uit
gaat dat er in Algerije 1.200 000 Fransen
tegenover een blok van acht miljoen
Mohammedanen staan. De Gaulle meent
echter, dat er in Algerije niet één enkele
Mohammedaanse gemeenschap bestaat,
doch verscheidene, zoals een Berberse.
een Kabylische en een M'zabitische. Al
deze gemeenschappen. Frans of inheems,
zouden een eigen statuut moeten krij
gen. min of meer onafhankelijkheid van
het centrale bestuur, doch geen der ge
meenschappen zou zich los mogen ma
ken uit het Franse geheel.
Overigens zou De Gaulle menen, dat
het Algerijnse vraagstuk niet apart op
gelost kan worden. De gehele Franse
Unie moet op revolutionaire wijze her
zien worden, aldus de opvatting van De
Gaulle.
De afgelopen 24 uur is er in Algerije
een zekere opleving te bespeuren in de
activiteit van de opstandelingen. Vooral
in het gebied van Oran zijn vele aansla
gen gepleegd. Een tiental mensen kwam
om het leven. In het zuiden van Oran
stuitte een Franse patrouille op een
zwaar gewapende groep opstandelingen.
Acht militairen en negen opstandelingen
sneuvelden
In de streek van Batna sneuvelden 100
opstandelingen bij gevechten met Franse
troepen, die een grote hoeveelheid wa
pens buitmaakten.
joen, in 1956 was er echter een import
overschot van niet minder dan f. 3230
miljoen, dat voor een te groot deel in de
consumptie is opgegaan.
Vooral het tweede halfjaar heeft
een zeer ongunstig verloop gehad.
Terwyl de invoer met ruim f. 1 miljard
steeg, nam de uitvoer met slechts
f 100 miljoen toe en men kan dus
zeggen, dat de overbesteding de han
del met het buitenland in beide rich
tingen ongunstig heeft beïnvloed. Uit
het feit dat de invoer van onze be
langrijke afnemerslanden veel sterker
en de wereldhandel over het geheel
eveneens sterker is toegenomen dan
onze uitvoer blykt bovendien dat het
aandeel van Nederlandse produkten
op buitenlandse markten in het afge
lopen jaar ls afgenomen.
Onze uitvoer gign in 1956 slechts met
7 vooruit, dat is 3 minder dan het
gemiddeld percentage voor alle OD.E.C.
landen. West-Duitsland zag zyn uitvoer
zelfs met 20 stygen en spant verre
weg de kroon, maar ook Italië, België,
Luxemburg en Engeland liggen met hun
percentage boven Nederland, terwijl de
VS. hun export in 1956 met 19 heb
ben zien stygen. Welk een belangrijke
plaats de VS. in de wereldhandel en
ook ten aanzien van ons land innemen
blijkt uit het feit. dat het nadelig saldo
van de Nederlandse handelsbalans ad
f 3% miljard voor weinig minder dan
f 2 miljard op rekening van genoemd
land komt, terw-ijl West-Duitsland in
dat tekort voor ca. f miljard een
aandeel heeft.
Opvallend is ook dat het invoerover-
schot op de handelsbalans met België
en Luxemburg in 1956 tot f 1.1 miljard
is gestegen, doordat de invoer uit die
landen in veel sterkere mate toenam
dan de uitvoer. Men herinnert zich dat
de Belgische handel destijds ach en wee
heeft geroepen over de totstandkoming
van de Benelux-overeenkomst, omdat
men op grond van de lagere levens
standaard ten onzent daarvan een
sterke stijging van de Nederlandse ex
port naar België vreesde De werkelijk
heid blijkt nu juist omgekeerd te zijn,
mede doordat sinds medio 1955 lonen
en salarissen in ons land in sterkere
mate zijn gestegen dan in België. Waar
uit weer blijkt, dat het betrekkelijk
kleine verschillen zijn, die de balans
kunen doen omslaan.
Ook gedurende de eerste twee maan
den van het nieuwe jaar is de import
uit België/Luxemburg meer gestegen
dan de export naar die landen. Ten op
zichte van West-Duitsland ziet men een
zelfde verschijnsel: een stijging van de
export met f. 50 miljoen van de import
met f 100 miljoen. Voor de eerste drie
maanden van 1957 toont de Neder
landse handelsbalans in haar geheel
dan ook een ivoersaldo van niet minder
dan f 1.2 miljard, weinig minder dan
het dubbele van dat in het eerste kwar
taal van 1956, hetgeen onverbiddelijk
tot een verdere achteruigang van de be
talingsbalans moet leiden.
De conclusie van dr. Holtrop dat het
progTam van de bestedingsbeperking,
door de regering opgesteld, onvol
doende zal blijken om de financie
ringsspanningen te doen verdwijnen.
Is dan ook alleszins begrijpelijk en zal
de regering by haar financieel beleid
tot de grootst raogelyke waakzaam- i
held moeten nopen.
kdorwm het...
we. Vuuüian to-i dikt -
beste. Pasen.
ftu. kijken. we. waar
naar. van.
könkujtmvextüxj
LsucU sckool voetbal
toaoKiiJol was weet
Spannend (én exy tlxuk)
jtt vela. Aameanlevi
waren, kuine. pudein
derfjei arij artiej
vtian
tipboe wal
texjan dab rakets" - - -
Vandaag slaan.leèdse
jSkuteiljas voorde kk-
vïsk.. aUartioul Wij i