Geen huilende kinderen aan piano!
ft
jgjjv f-\ r
JC!L /I ^4-s!Ni
Misgreep Leids studenten toneel
Reeds meer verkeersongevallen
in Leiden dan liet vorig jaar
96ste Jaargang
Zaterdag 6 april 1957
Tweede blad no. 29106
MEER WINST!
Praatje met Henk Geirnaert over het
elementair muziekonderivijs
Wij zitten tegenover de heer Henk Geirnaert. directeur der muziekschool
Toonkunst, die daaraan thans sinds bijna 30 jaar verbonden is. Hij behaalde
onlangs het diploma Algemeen Vormend Muziek Onderwijs, wat betekent, dat
deze school met haar tijd meegaat, want dit diploma waarborgt een gedegen
grondslag voor de welhaast revolutionaire omwenteling, welke het muziekon
derwijs in het algemeen de laatste jaren heeft ondergaan.
Om 't nu maar kort en populair te zeggen: vroeger begon een kind meteen
aan de piano, de viool, de cello of een ander instrument. zonder dat men de
flauwste notie had, of het er geschikt voor was, zelfs of het ook maar enige
muzikale aanleg had.
Dan zat daar dat kind aan de piano, speelde zijn afmattende toonladders of
andere vingeroefeningen tot in het oneindige, tot het er bijna ziek van was
en in vele gevallen vond het dit gewoonweg een straf
Maar nietwaar: het behoorde nu eenmaal tot een behoorlijke opvoeding óók
wat aan „muziek" te doen en de jongen of het meisje kreeg piano- of een
andere les, zoals het zoveel andere lessen te slikken kreeg. Of er wat van
terecht kwam, zou later wel blijken en dan was 't in heel veel gevallen te laat,
om nog iets werkelijk waardevols te bereiken.
Geld in het water gegooid, energie verkeerd gericht enéchte liefde voor
de muziek grondig op de loop
„Nu gaat dat allemaal héél anders"
zo vertelt de heer Geirnaert.
„Er is geen sprake meer van. dat de
kinderen onmiddellijk met het instru
mentaal of vocaal onderwijs beginnen.
Eerst komt het Algemeen Vormend
Muziek Onderwijs aan de beurt, waar
van het doel is alle in het kind aan
wezige muzikale krachten te wekken
en te ontwikkelen, de leerling te bren
gen tot belangstelling voor muziek in
enigerlei vorm. een hecht fundament
te vormen, waarop het voortgezet en
uitgebreid muziekonderwijs kunnen
voortbouwen.
Dit A.V.M.O. (elementair onderwijs)
duurt twee jaar, in welke tijd als enig
instrument de blokfluit wordt bespeeld.
Daarna eerst bepalen de leerkracht en
ik waai* het kind het meest voor ge
schikt is: voor de piano dan wel een
strijd of blaasinstrument, ook accordeon
of slagwerk. We hebben dan een goed
oordeel over de muzikale aanleg en
kunnen met grote zekerheid zeggen of
het. onderwijs kans van slagen heeft of
niet. Een kind zonder enige muzikale
aanleg tot verdere studie te dwingen, is
immers een misdaad".
„Alles goed en wel" zo zeiden wij,
„maar hóe gaat dat elementair onder
lijs nu eigenlijk in zijn werk?"
„Het A.V.M.O. geschiedt volgens de
bekende methode Gehrels, die er sinds
jaren reeds zulk een groot succes mee
heeft op zijn Volksmuziekschool te Am
sterdam. Ook deze methode wordt op de
Muziekschool Toonkunst en vanzelf
sprekend ook op de Leidse Volksmuziek
school onder leiding van onze adjunct
directeur de heer Stevens, gebezigd.
Zij omvat ontwikkeling van het ge
hoor, ritme en maat, innerlijk voorstel
lingsvermogen. notenschrift en door dit
alles gaat de muziek voor de kinderen
„leven". Door middel ook van het zoge
naamde handzingen". lijnen- en be
wegingsspel. improviseren en reageren
op muziek aan de hand van het beluis
teren van muziek (o.a. de Danse
Macabre van Saint Saëns of het
„Sprookje van de wolf" van Prokofjef,
om maar enkele voorbeelden te
noemen).
„Vergeet U niet", zo zegt de heer
Geirnaert. dat het gemeenschappelijk
musiceren een integrerend onderdeel
van het Gehrelsonderwijs is en dat er
steeds gestreefd wordt naar samenspel
klassen (bevorderen van huismuziek)".
Zelf hadden wij al op de openbare
lessen herhaaldelijk geconstateerd, hoe
zeer het Algemeen Vormend Muziek
Onderwijs in de smaak valt. Wie de
kinderen tijdens een uitvoering geza
menlijk op het podium ziet staan, is
tevens verbaasd over de snelle vorderin
gen. die ermee bereikt worden. Muziek-
lezen, het treffen van intervallen, tot
de moeilijkste toe en nog zo veel meer:
dat alles wordt al spelende bijgebracht
en het legt werkelijk een grondige basis
voor het grote ogenblik, waarop naar
het „instrument" gegrepen mag worden.
Dat de kinderen na een jaar de blok
fluit mogen bespelen, vormt reeds een
aardige, nuttige en voldoening gevende
compensatie.
Tenslotte zegt de heer Geirnaert: „De
ouders mogen gerust zijn na twee jaar.
Ze weten dan. waar ze met hun kind
aan toe zijn en dat er geen geld verspild
wordt, wanneer wij ons advies gegeven
hebben. Het elementair onderwijs geeft
bovendien een splitsing der moeilijk
heden: alles komt niet tegelijk zoals
vroeger, geen opeenstapeling van te ver
werken zaken, geen huilende kinderen
meer achter de piano, aan wie iets op
gedragen wordt, wat ze niet aan kunnen
of hen niet boeit.
Integendeel: nu krijgen we op de
instrumentale lessen kinderen, die al
een zeker muziekbegrip hebben en van
wie we weten, wat we aan ze hebben!"
Luxorprogramma
Bijzonder Kerkewerk
HOE DENKEN PROTESTANTEN
OVER ROOMS-KATHOLIEKEN EN
OMGEKEERD?
De vele. vele kerken maken het chris
tendom zwak. Vooral in de ogen van
buitenstaanders.
Er zijn principiële verschillen. Bij
komstigheden en misverstanden geven
echter veel vertroebeling. Bovendien is
er partijzucht, streven naar macht. Ook
in politiek opzicht.
In het Luxorprogramma. aangekon
digd door Bijzonder Kerkewerk van de
Hervormde Gemeente, a.s. zondag, zal
een poging gedaan worden de werkelij
ke. fundamentele tegenstellingen tussen
Protestant en Rooms-Katholiek te be
lichten.
De medewerking van dr. H. van der
Linde, voorheen studie-secretaris van de
Oecumenische Raad in Nederland, thans
herv. predikant te Middelburg, door stu
die en velerlei persoonlijke contacten
uitermate goed bekend met de leer en de
praktijk van de Rooms-Katholieke kerk
en de aanwezigheid van enkele vooraan
staande rooms-katholieken. o.a. dr. D.
G. Willebrands, professor aan het Se
minarie te Warmond, garanderen de be
zoekers dat in het gesprek van a.s. zon
dag niet met oppervlakkigheden of al
gemeenheden genoegen genomen zal
worden. In het voorprogramma oude
kerkmuziek.
HENK GEIRNAERT
Nu de heer Geirnaert de moeite nam
op oudere leeftijd met de nieuwe tijd
mee te gaan en met voortreffelijke
cijfers zjjn diploma behaalde, zijn wc
ervan verzekerd, dat het A.V.M.O. ook
in onze stad in de beste handen is,
zowel door zijn controle, als door de
bekwaamheden van de daarmee be
laste leerkrachten. Zo kan de muziek
beoefening uitgroeien tot een belang
rijk element in het maatschappelijk
leven!
En de Leidse kinderen zullen zich niet
meer voor muziek hoeven af te beu
len, wanneer ze er niet toe geschikt
zijn of er niet voor voelen.
Is dat geen winst?!
H.
Arbeidsreserve
uitermate laag
Het geregistreerde aanbod (arbeids
reserve) onderging in de periode van 25
t.m. 30 maart geen wijziging van enige
betekenis. Dit neemt niet weg, dat de
stand van het aanbod t.w. 225 uitermate
laag genoemd mag worden. De gunstige
weersgesteldheid, welke dit voorjaar
kenmerkt, is hieraan niet vreemd. De
activiteit in de bouwsector kwam tot
volle ontplooiing, de schilders, waarvan
gedurende de wintermaanden een ruim
aanbod aanwezig was, zijn nu allen aan
het werk. In de metaalindustrie heerst
grote bedrijvigheid. Er is volop werk,
zelfs in die mate, dat voorshands thans
nog lange levertijden moeten worden be
dongen.
De werkzaamheden in de land- en
tuinbouw verlopen, begunstigd door het
zachte en vaste weer. buitengewoon vlot,
zodat spanningen op de arbeidsmarkt
niet aan de oppervlakte komen.
De geregistreerde vraag handhaafde
zich op gelijk niveau en beliep 655 ge
registreerde aanvragen, waarvan er 250
betrekking hadden op jeugdigen.
Het aanbod van vrouwelijke arbeids
krachten nam iets af en bedroeg op 30
maart j.l. 70. De vraag beliep ruim 300
geregistreerde aanvragen, waarvan 40
betrekking had op jeugdigen.
ZAKENJUBILEUM
FA. J. J. SLOOS ZN.
Groot en bijzonder hartelijk was gis
teren de belangstelling, welke zich con
centreerde rond de viering van het zesde
lustrum van het kledingmagazijn, annex
verhuurinrichting van de firma J. J.
Sloos en Zoon aan de Stille Rijn 11.
Tal van zakenrelaties en vrienden
hebben tijdens een druk bezochte recep
tie Mevr. Sloos en haar sinds 1943 in het
bedrijf opgenomen zoon de gelukwensen
aangeboden. Felicitaties, welke gepaard
gingen met de aanbieding van een
fraaie schat van bloemen en talrijke
geschenken.
(Ingez. Med.-Adv.)
1 /V ECX1K Af
v-y nsT|\
1
Kr^-V<'
r r II1 1
V
Zó boeiend is nu PANORAMA
Sir James Matthew Barrie is voor ons
land geen onbekende, al hebben de wer
ken van deze Schotse roman- en toneel
schrijver hier nu niet bepaald grote
furore gemaakt, alleen uitgezonderd
wellicht „De medailles van de oude
vrouw". Zijn „A kiss for Cinderella" is
hier echter nimmer op de planken ge
bracht. Misschien een reden, dat het
Leidse Studententoneel de bekende
samenwerking tussen Corps en VVSL
gemeend heeft er mee op de proppen te
moeten komen? Een andere reden ver
mogen wij n.l. niet te ontdekken,
want dit stuk uit de eerste wereld
oorlog (het dateert van 1916) bezit o.i.
geenszins voldoende waarde of charme
om te worden geëxporteerd. En zeker
niet meer in onze tijd. Dat ons beroeps
toneel er nooit naar heeft gegrepen,
zien we als een juist begrip omtrent de
betekenis van deze mengeling van droom
Paasvee in Leiden
Naast beste runderen zeer goede
vette kalveren
Inzicht van mesters speelt grote rol
(Van onze deskundige medewerker)
Vjjf april 1957. In de Rijnstreek reeds veel rundvee, zelfs melkvee, in de weiden
en op sommige percelen al een flinke snede gras gemaaid! En op de paasveeten-
toonstelling in Leiden een bepaald zomerse temperatuur: de vette paasrunderen
voelden zich wel buitengewoon aangenaam ze weten toch niet wat hun boven
het hoofd hangt evenals de mensen het ook erg naar hun zin hadden. Dit
zowel door het fraaie weer als door het vooruitzicht in een heerlijk mals boutje
van één dier vele uitstekende slachtrunderen die aan de tentoonstelling deel
namen.
Want er waren hier vele beste slacht- hier in de Rijnstreek vanzelfsprekend
en realiteit. Dat bezetting of regie-
moeilijkheden beroepsopvoering in de
weg zouden hebben gestaan, gelijk de
regisseur, de heer A. Hauer, in zijn
voorwoord in het programma opmerkt,
lijkt ons niet aannemelijk. Zwaarder
bezette werken met diepere inhoud en
dus moeilijker regie vonden wel dege
lijk de weg naar ons plankenland!
Barrie geeft in dit oeuvre als het ware
het sprookje van Assepoes vorm, maar
dan getoetst aan de harde werkelijk
heid, zoals die in verscherpte vorm in
het Engeland van de eerste wereldoor
log maar al te dikwijls voorkwam. Bar
rie zou echter Barrie niet zijn, als hij
zelfs in deze omstandigheden zijn
schimpscheuten op de hogere kringen
geheel had kunnen beteugelen. Maar
aan de andere kant blijft hij ook weer
in zover zich zelf. dat zijn dialoog soms
goede vondsten bezit. Het laatste deel
van het tweede bedrijf is feitelijk geheel
op de show afgestemd van de droom
van Assepoes, maar hier wreekte zich
wel bijzonder de grote fout van de ganse
opvoering: gebrek aan vaart en tempo,
waardoor de vereiste lichte toets te
zwaar werd en dus niet bereikte, wat
wellicht met grote snelheid nog moge
lijk zou zijn geweest. En bovendien, het
bleef te goedkoop van opzet. In het
derde bedrijf, dat grotendeels op de rea
liteit berust, dachten we aanvankelijk
even de gewenste vaart te zien opbren
gen, doch het bleek slechts een vleugje
te zijn van kortstondige levensduur.
Neen, in tegenstelling tot de opvoering
van Shaw's Philanderer, vermogen wjj
niet enthousiast te zijn over deze ken
nismaking met dit hier onbekende werk
van Barrie en, eerlijk gezegd, nog min
der over de opvoering. Van de hoofdrol
len kwam alleen de agent nog behoorlijk
uit de verf. De Cinderella bleef te zoe
telijk en zonder voldoende overtuiging.
Ook het grote aantal bijfiguren kwam
op enkele uitzonderingen na niet op
volle kracht, waardoor het geheel op be
paald dilettantistisch niveau bleef staan
en dat zijn we toch van het Leids Stu
dententoneel niet gewend. Tot de uit
zonderingen behoren de koning, de beide
Bodies en Danny.
Aan decors en kostuums was goede
zorg besteed en deze factoren deden het
naar behoren.
De avond stond natuurlijk geheel in
het teken van het studentendom. Met
na afloop de speeches en wat daarbij
behoort aan omlijsting, een beeld van
levend studentenleven, dat Leiden niet
kan missen.
M.
runderen die hun kwaliteit echter niet
ontleend hadden aan de weidegang doch
aan het voeder-op-stal gepaard aan het
inzicht van de mester welke dieren het
best geschikt zijn voor dit doel.
Zoals de laatste jaren steeds meer en
meer het geval is waren ook hier vele
roodbonten, meer dan andere. Doch er
waren toch ook nog verschillende blaar
koppen (rood- zowel als zwartblaar) en
diverse zwartbonten: de blaarkoppen
zouden we haast willen zeggen waren
Nog geen verkeersongevallen niet dodelijke
afloop; in januari 1956 twee
In de week van 29 maart t./m. 4 april
deden zich in Leiden 41 verkeersonge
lukken voor, waarvan er R lichamelijk
letsel tengevolge hadden en 32 uitslui
tend materiële schade veroorzaakten.
In totaal bedroeg het aantal verkeers
ongevallen in Leiden in de periode van
1 januari tot en met 4 ap-il: 408.
Het totaal aantal aanrijdingen in de
maand maart bedroeg 159. Een aantal,
dat belangrijk hoger ligt dan in maart
1956. Toen waren dit er 123.
Ook de kwartaalcijfers van dit jaar
liggen na 3 maanden reeds ongunsti
ger dan vorig jaar. Deden zich in het
eerste kwartaal van 1956 in totaal 358
aanrijdingen voor, in 1957 waren dit
er 383.
Over de maanden verdeeld waren dit
in januari 111 aanrijdingen (v.j. 137),
februari 113 (v.j. 98) en maart 159
(v.j. 123).
In tegenstelling met het vorig jaar,
toen in januari twee verkeersongeval
len met dodelijke afloop plaats had
den, is dit jaar nog niemand in Leiden
aan het verkeer ten slachtoffer geval
len.
aanwezig.
Niet minder dan 44 zeer goede runde
ren kregen met 255 a 295 punten (300
is het maximum) een ereprijs, daar
mede zo ongeveer de helft van alle die
ren benaderend! Of de kwaliteit dus ook
goed was!
Dit bleek ook in de strijd om het
kampioenschap der roodbonten. Een zes-
ta. excellente dieren kwam voor de
jury. Met een aantal punten van resp.
278, 290, 290, 292, 295 en 289. Na veel
wikken en wegen bleven tenslotte over
twee viertanders van P. Roos te Ter
Aar en Gebr. Biemond te Abbenes. Van
welke tenslotte die van Roos de kam
pioenstitel toegewezen kreeg; die van
Biemond, die in Wageningen de titel
had veroverd, werd reserve-kampioen,
Ze hadden resp. 292 en 295 punten,
Andersom was ook goed geweest.
Bij de „dikbillen" i steen- of paarde-
billen) ging de strijd tussen drie zwart
bonten: een bonte tweetander van G.
Roos te Abbenes, een excellente zestan
der van P. A. Stokman te Abbenes en
P. P. Clemens te Voorburg, die in Rhe-
nen het kampioenschap had veroverden
een praktisch even goede van D. Rade
maker te Wieringerwerf (resp. 287, 285
en 286 punten). Merkwaardig, de zes-
tander van Stokman en Clemens, die de
minste punten had (zij het met heel ge
ring verschil) werd kampioen, het excel
lente tweetandje van Roos werd reserve.
Praktisch trouwens geen verschil tussen
de drie, maar er moet een beslissing
komen en de kampioen was wel verre
de zwaarste en daarmede ook de meest
economische,
Dan was er een kampioen van de
„zwartbonten" en dat werdeen
roodblaar! Blijkbaar was de splitsing zo
gemaakt dat alle blaarkoppen (rood-
zowel als zwartblaar) met de zwartbon
ten in één afdeling, naast die der rood
bonten, waren ondergebracht. En z(
werd kampioen de excellente 288 punter
viertand van G. de Wit te Oude Wete
ring; reserve werd een zwartbonte vier-
tander van D. Rademaker te Wieringer
werf, die eveneens 288 punten had
gekregen.
De ossen waren gering in aantal en
de jury meende goed te doen geen dezer
de kampioenstitel toe te kennen. Te
recht; een excellerend exemplaar was
er niet bij.
J. v. d. Maarl te Hoofddorp zegevier
de terecht met zijn groep van vier beste
roodbonte koeien, die ieder een ereprijs
hadden veroverd met 261, 274, 278 en
290 punten: mooie uniforme groep
zware afgewisselde koeien. Twee groe
pen, één van vijf roodbonten, één van
vier zwarten: drie blaarkoppen en een
bonte, kregen ieder een tweede prijs,
zonder volgorde, geen 2 A en 2 B dus.
Trouwens ook heel aardige collecties.
Naast al deze beste runderen waren
er ook zeer goede vette kalveren van
dewelke een excellent exemplaar van
N. v. d. Meij te Voorschoten het kam
pioenschap veroverde met 69 van het
maximum van 70 punten.
Varkens en schapen waren er slechts
weinig, veroorloof ons om daarover niet
te schrijven).
De
bekroningen
De uitslagen in de diverse rubrieken
luiden als volgt:
Rubriek 1 (Afgewisselde vette koeien»:
N. G. Bruynis, Nw. Vennep en A. van
Santen, Leidschendam, eerv. verm
Wed. J. M. v. Leeuwen, Oud-Ade, 1ste
i pr.; C. Clemens, Rijpwetering en Sancta
Maria. Noordwijk, eerv. verm.
Rubriek 3 (Vette koeien met niet meer
dan 4 brede tanden)G. de Wit, Oude
Wetering, G. J. v. Leeuwen, Oud-Ade
en C. Bos, Nw. Vennep, ere-prijs; J. de
Vlieger, Nw. Vennep, eerv. verm.; P.
Luyben, Nw. Vennep, ere-prijs; A. v. d.
Poel, Katwijk a. d. Rijn, eerv. verm.; G.
Roos. Abbenes, ere-prijs; D. Rademaker,
Wieringerwerf, 1ste pr.; idem ere-prijs.
Rubriek 1 (Vette koeien met niet meer
d"n 2 brede tanden): P. Roos, Ter Aar,
eerv. verm.; G. Roos. Abbenes, ere-prijs
(2 x)D. Rademaker, Wieringerwerf,
eerv. verm.
Rubriek 5 (Groepen minstens 4
stuks van één eigenaar samengesteld
uit de voorgaande individuele rubrie
ken): D. Rademaker, Wieringerwerf
ste pr.
Rubriek 6 (Dikbillen slachtrijp
met niet meer dan 6 brede tanden): P.
A. Stokman en P. P. Clemens, Abbenes/
Voorburg, ere-prijs.
Rubriek 8 (Dikbillen slachtrijp
met niet meer dan 2 brede tanden: J.
H. P. v. d. Zijden, Heemstede. 1ste pr.;
D. Rademaker, Wieringerwerf, ere-prijs.
Rubriek 10b (Vette ossen)J. H. P. v.
d. Zijden, Heemstede, 1ste pr.; Gebr. C.
en Th. de Vlieger, Abbenes, ere-prijs;
Th. J. de Vlieger, Nw. Vennep, eerv.
verm. (2 x).
Rubriek 11 (Afgewisselde vette koeien)
J. P. v. d. Zwaard, Boskoop, eerv. verm.;
Gebr. Spronk, Zoetermeer, ere-prijs; P.
v. d. Eyk, Hazerswoude, eerste pr. en
ere-prijs; E. C. Westgeest, Wassenaar,
ere-prijs; Gebrs. Westgeest, Zoetermeer,
eerv. verm.; J. v. d. Maarl, Hoofddorp,
ere-prijs (4 x) en eerv. verm. (2 x); L.
Laban, Hazerswoude, eerv. verm.; A. M.
Ammei-laan, Zoetermeer, ere-prijs; O.
de Kok, Nw. Vennep, le pr.; J. L. L. de
Groot, Zoetermeer, ere-prijs en 1ste pr.
Rubriek 12 (Vette koeien met niet
meer dan 6 brede tanden): C. J. v. d.
Velde, Benthuizen, eerv. verm.; H. de
Graaf, Diemen, J. v. Waai, Hazers
woude, Gebrs. Spronk, Zoetermeer, E. C.
Westgeest, Wassenaar, ere-prijs; J. v. d.
Maarl. Hoofddorp, eerv. verm.; D. C. v.
Leeuwen, Hoofddorp, 1ste pr.; J. L. L.
de Groot, Zoetermeer, ere-prijs; Gebrs.
Westgeest, Zoetermeer, eerv. verm.; C.
P. J. Karens, ere-prijs; L. P. en M. Ka
rens, 1ste pr.; D. Rademaker, Wierin
gerwerf, ere-prijs.
Rubriek 13 (Vette koeien met niet
meer dan 4 brede tanden): L. P. en J.
M. Karens, LeidenHillegom, ere-prijs;
Gebrs. Scholtes, Poeldijk, eerv. verm.; E.
C. Westgeest, Wassenaar, ere-prijs; P.
A. Stokman en P. P. Clemens, Abbenes/
Hillegom, 1ste pr.; J. v. d. Maarl, Hoofd
dorp, ere-prijs; M. Kroon, Abbenes, eerv.
verm.; Gebrs. T. en A. Biemond, Abbe
nes, ere-prijs; Gebrs. Biemond, Abbenes,
ere-prijs; P. Roos, Ter Aar, ere-prijs
<2 x); A. M. A. M Ammerlaan, Zoeter
meer, O. de Kok, Nw. Vennep. J. L. L.
de Groot, Zoetermeer. ere-prijs; D. Ra
demaker, Wieringerwerf. 1ste pr. en
ere-prijs; P. Verboom, Wassenaar, ere
prijs; Gebrs. Spronk, Zoetermeer, eerv.
verm. (2 x).
Rubriek 14 (Vette koeien met niet
meer dan 2 brede tanden»: Gebrs. Bulk,
Nw. Vennep, eerv. verm. en ere-prijs;
Gebrs. de Breuk, Nw. Vennep, 1ste pr.
en ere-prijs; E. C. Westgeest, Wasse
naar, 1ste pr.; Gebrs. Westgeest, Zoe
termeer, eerv. verm.; G. Roos, Abbenes,
ere-prijs en 1ste pr.; O. de Kok, Nw.
Vennep, 1ste pr. en ere-prijs (2 x); D.
Rademaker, Wieringerwerf, eerv. verm.
Rubriek 15 (Groepen minstens 4
stuks van één eigenaar samengesteld
uit voorgaande individuele rubrieken)
J. v. d. Maarl, Hoofddorp, ere-prijs; D.
Rademaker, Wieringerwerf, 1ste pr.
Rubriek 20b (Vette ossen)Gebrs. v.
d. Spek, Abbenes, Gebrs. C. en Th. de
Vlieger, Abbenes, eerv. verm.; P. Ver
boom, Wassenaar, 1ste pr.
Rubriek 21 (Vette kalveren - dikbil
len): N. v. d. Mey, Voorschoten, ere
prijs (2 x).
Rubriek 22 (Vette kalveren - geen dik
billen): C. J. v. Egmond, eerv. verm.
(3 x) en 1ste pr. (2 x); C. Heykoop,
Warmond, ere-prijs; P. Roos, Ter Aar,
lste pr.; Jac. Biemond, Abbenes (De
Kaag», ere-prijs en lste pr.
Rubriek 23 (Het meest geschikt voor
de vetweiderij)O. de Kok, Nw. Vennep,
ere-prijs.
Rubriek 26 (Van 120150 kg. min
stens 4 stuks)D. Kamstra, Hillegom,
lste prijs.
Rubriek 28 (Schapen): Q. Onderwater,
Zoeterwoude, ere-prijs.
Kampioen afdeling A: G. de Wit,
O. Wetering. Kampioen afd. B: P. Roos.
Ter Aar. Kampioen Kalveren. N.
Mey, Voorschoten. Beste Os: Gebrs. de
Vlieger, Abbenes. Beste groep Roodbont:
J. v. d. Maarl. Hoofddorp. Res. kamp.
afdeling A: G. Roos, Abbenes. Res.
kamp. afdeling B: Gebrs. Biemond, Ab
benes. Kalf met het hoogste aantal pun
ten, geen dikbil: Jac. Biemond. Abbenes
(De Kaag). Dikbillen met het hoogste
aantal punten: D. Rademaker, Wierin
gerwerf. Grootste inzender van kalve
ren: C J. van Egmond, Woubrugge.
Hoogste aantal punten van rubriek 4
Zw. B.: G. Roos. Abbenes; idem rubriek
14 Roodb.: G. Roe:, Abbenes. Verst ko
mende inzender: C Rademaker, Wie
ringerwerf. Ere-prijs schapen: Q. On
derwater. Zoeterwoude. Kampioen dik
billen: P. A. Stokman en R. P. Clemens.
Abbenes/Voorburg.
Politieke Jongeren
Contactraad
De Politieke Jongeren Contact Raad
Leiden kwam gisteravond onder voorzit
terschap van de heer J. A. M. van Zon
neveld in café-restaurant „In den Ver
gulden Turk" bijeen. In deze vergadering
werd door de leden een openhartig ge
sprek gevoerd over een onderwerp, dat
ook in de politiek een grote rol speelt,
nl. verdraagzaamheid. Voornaamste doel
van deze avond was, zoals de heer Van
Zonneveld het uitdrukte het op een ho
ger plan stellen van het wederzijds be
grip. Inleider was prof. dr. M. J. Wen-
ners van het Philosophicum in War
mond ,die er o.m. zijn vreugde over uit
sprak, dat de P.J.C.R. een dergelijke ne
telige kwestie niet uit de weg gaat, maar
juist wil bespreken in een kring van
mensen, die er allen een ander stand
punt op nahouden. Hij juichte een
samenspreking als deze ten zeerste toe,
ook al bestaat het gevaar, dat men daar
bij op verschillende praktische bijkom
stigheden vastloopt. Prof. dr. Wenners
gaf leiding aan het gesprek door in een
aantal stellingen enkele zijner standpun
ten voor te dragen. Hij wees er op, dat
het object van de verdraagzaamheid
slechts de mens kan zijn, zijn overtui
ging en zijn gedragingen in zover deze
te goeder trouw zich richten op de on
waarheid of het kwade. Fundament van
deze verdraagzaamheid noemde spreker
het recht, dat de mens heeft op zelf
standigheid en vrijheid van overtuiigng
en geweten. Aan de uitoefening van dit
recht kan door menselijke zwakheid het
kwaad van de persoonlijke dwaling en
verkeerd gedrag verbonden zijn. Wat de
grenzen van de verdraagzaamheid be
treft sprak prof. dr. Wenners als zijn
overtuiging uit, dat een ware en een
dwalende overtuiging, een waar en een
dwalend geweten niet gelijk kunnen
worden gewaardeerd.
Het eerste vindt immers zijn funda
ment en de grond voor zijn aanspra
ken in de objectieve werkelijkheid en het
tweede slechts in de eerlijke subjectieve
of persoonlijke inzichten. Tot slot wijdde
spreker aandacht aan de verdraagzaam
heid op godsdienstig-zedelijk terrein door
de Staat. Hij wees er op, dat in deze
verdraagzaamheid, in dit verdragen van
een kwaad, inderdaad een defect wordt
gezien. Het moet gebeuren vanwege het
ontbreken van de ideaaltoestand, welke
bestaat in het kennen en erkennen van
de objectieve waarheid door allen. Zo
lang deze vrije ervaring echter van de
waarheid door allen ontbreekt, zal ver
draagzaamheid een plicht blijven.
Er is dus geen sprake van, dat een
.Katholieke Staat" in de zin van een
katholieke meerderheid voor katholieken
de ideaaltoestand zou zyn, waarin deze
meerderheid zich zou kunnen opleggen
aan de minderheid, aldus prof. dr. Wen
ners.
Na de pauze volgde op dit onderwerp
een bespreking.
BRETONSE RELIGIEUZE
BEELDHOUWKUNST
Woensdag a.s. zal men in onze stad
kennis kunnen maken met een uiting
van een bijzondere cultuur, die ten
onzent slechts weinig bekend is.
In de Remonstrantse kerk zal dan n.l.
spreken ds. J. van Goudoever, die een
lijdensoverdenking verbindt aan een
bespreking van de zgn. Calvaires in
Bretagne. -die hij door lichtbeelden ook
zal tonen.
Bepaalde delen van Frankrijk hebben,
dankzij een eigen taal en ook dankzij
het behoud van bevolkingskenmerken.
die soms teruggaan tot ver vóór onze
jaartelling, een geheel eigen cultuur
ontplooid. Wie zich hierin verdiept kan
stuiten niet alleen op voor-christelijke
vormen en gebruiken, maar evenzeer op
typische gedachten werelden, die zich
uiten in gemeenschapslevenkunst en
godsdienst.
Het land van Bretagne is een zij
het beperkt aantal Nederlanders wel
vertrouwd, doch menigeen zal verrast
zijn, wanneer hij kennis maakt met de
religieuze cultuur van dit oud-Gallische
of Keltische land.
De Calvaires zijn uitingen van reli
gieuze beeldhouwkunst uit de 16e eeuw,
in ateliers vervaardigd door de eenvou
dige mensen uit het volk. Meestal be
staan zij uit een voetstuk, waarboven
figuren staan aan het evangelie ontleend
en gegroepeerd rond het kruis (op Gol
gotha. Calvarië). Wie deze beeldhouw
werken beziet, zal met verrassing bemer
ken. hoe vreemd en toch verwant de
christelijke boodschap is verstaan, en
hoeveel schoonheid ook buiten de cul
tuurcentra te vinden is.