Geen huilende kinderen aan piano! ft jgjjv f-\ r JC!L /I ^4-s!Ni Misgreep Leids studenten toneel Reeds meer verkeersongevallen in Leiden dan liet vorig jaar 96ste Jaargang Zaterdag 6 april 1957 Tweede blad no. 29106 MEER WINST! Praatje met Henk Geirnaert over het elementair muziekonderivijs Wij zitten tegenover de heer Henk Geirnaert. directeur der muziekschool Toonkunst, die daaraan thans sinds bijna 30 jaar verbonden is. Hij behaalde onlangs het diploma Algemeen Vormend Muziek Onderwijs, wat betekent, dat deze school met haar tijd meegaat, want dit diploma waarborgt een gedegen grondslag voor de welhaast revolutionaire omwenteling, welke het muziekon derwijs in het algemeen de laatste jaren heeft ondergaan. Om 't nu maar kort en populair te zeggen: vroeger begon een kind meteen aan de piano, de viool, de cello of een ander instrument. zonder dat men de flauwste notie had, of het er geschikt voor was, zelfs of het ook maar enige muzikale aanleg had. Dan zat daar dat kind aan de piano, speelde zijn afmattende toonladders of andere vingeroefeningen tot in het oneindige, tot het er bijna ziek van was en in vele gevallen vond het dit gewoonweg een straf Maar nietwaar: het behoorde nu eenmaal tot een behoorlijke opvoeding óók wat aan „muziek" te doen en de jongen of het meisje kreeg piano- of een andere les, zoals het zoveel andere lessen te slikken kreeg. Of er wat van terecht kwam, zou later wel blijken en dan was 't in heel veel gevallen te laat, om nog iets werkelijk waardevols te bereiken. Geld in het water gegooid, energie verkeerd gericht enéchte liefde voor de muziek grondig op de loop „Nu gaat dat allemaal héél anders" zo vertelt de heer Geirnaert. „Er is geen sprake meer van. dat de kinderen onmiddellijk met het instru mentaal of vocaal onderwijs beginnen. Eerst komt het Algemeen Vormend Muziek Onderwijs aan de beurt, waar van het doel is alle in het kind aan wezige muzikale krachten te wekken en te ontwikkelen, de leerling te bren gen tot belangstelling voor muziek in enigerlei vorm. een hecht fundament te vormen, waarop het voortgezet en uitgebreid muziekonderwijs kunnen voortbouwen. Dit A.V.M.O. (elementair onderwijs) duurt twee jaar, in welke tijd als enig instrument de blokfluit wordt bespeeld. Daarna eerst bepalen de leerkracht en ik waai* het kind het meest voor ge schikt is: voor de piano dan wel een strijd of blaasinstrument, ook accordeon of slagwerk. We hebben dan een goed oordeel over de muzikale aanleg en kunnen met grote zekerheid zeggen of het. onderwijs kans van slagen heeft of niet. Een kind zonder enige muzikale aanleg tot verdere studie te dwingen, is immers een misdaad". „Alles goed en wel" zo zeiden wij, „maar hóe gaat dat elementair onder lijs nu eigenlijk in zijn werk?" „Het A.V.M.O. geschiedt volgens de bekende methode Gehrels, die er sinds jaren reeds zulk een groot succes mee heeft op zijn Volksmuziekschool te Am sterdam. Ook deze methode wordt op de Muziekschool Toonkunst en vanzelf sprekend ook op de Leidse Volksmuziek school onder leiding van onze adjunct directeur de heer Stevens, gebezigd. Zij omvat ontwikkeling van het ge hoor, ritme en maat, innerlijk voorstel lingsvermogen. notenschrift en door dit alles gaat de muziek voor de kinderen „leven". Door middel ook van het zoge naamde handzingen". lijnen- en be wegingsspel. improviseren en reageren op muziek aan de hand van het beluis teren van muziek (o.a. de Danse Macabre van Saint Saëns of het „Sprookje van de wolf" van Prokofjef, om maar enkele voorbeelden te noemen). „Vergeet U niet", zo zegt de heer Geirnaert. dat het gemeenschappelijk musiceren een integrerend onderdeel van het Gehrelsonderwijs is en dat er steeds gestreefd wordt naar samenspel klassen (bevorderen van huismuziek)". Zelf hadden wij al op de openbare lessen herhaaldelijk geconstateerd, hoe zeer het Algemeen Vormend Muziek Onderwijs in de smaak valt. Wie de kinderen tijdens een uitvoering geza menlijk op het podium ziet staan, is tevens verbaasd over de snelle vorderin gen. die ermee bereikt worden. Muziek- lezen, het treffen van intervallen, tot de moeilijkste toe en nog zo veel meer: dat alles wordt al spelende bijgebracht en het legt werkelijk een grondige basis voor het grote ogenblik, waarop naar het „instrument" gegrepen mag worden. Dat de kinderen na een jaar de blok fluit mogen bespelen, vormt reeds een aardige, nuttige en voldoening gevende compensatie. Tenslotte zegt de heer Geirnaert: „De ouders mogen gerust zijn na twee jaar. Ze weten dan. waar ze met hun kind aan toe zijn en dat er geen geld verspild wordt, wanneer wij ons advies gegeven hebben. Het elementair onderwijs geeft bovendien een splitsing der moeilijk heden: alles komt niet tegelijk zoals vroeger, geen opeenstapeling van te ver werken zaken, geen huilende kinderen meer achter de piano, aan wie iets op gedragen wordt, wat ze niet aan kunnen of hen niet boeit. Integendeel: nu krijgen we op de instrumentale lessen kinderen, die al een zeker muziekbegrip hebben en van wie we weten, wat we aan ze hebben!" Luxorprogramma Bijzonder Kerkewerk HOE DENKEN PROTESTANTEN OVER ROOMS-KATHOLIEKEN EN OMGEKEERD? De vele. vele kerken maken het chris tendom zwak. Vooral in de ogen van buitenstaanders. Er zijn principiële verschillen. Bij komstigheden en misverstanden geven echter veel vertroebeling. Bovendien is er partijzucht, streven naar macht. Ook in politiek opzicht. In het Luxorprogramma. aangekon digd door Bijzonder Kerkewerk van de Hervormde Gemeente, a.s. zondag, zal een poging gedaan worden de werkelij ke. fundamentele tegenstellingen tussen Protestant en Rooms-Katholiek te be lichten. De medewerking van dr. H. van der Linde, voorheen studie-secretaris van de Oecumenische Raad in Nederland, thans herv. predikant te Middelburg, door stu die en velerlei persoonlijke contacten uitermate goed bekend met de leer en de praktijk van de Rooms-Katholieke kerk en de aanwezigheid van enkele vooraan staande rooms-katholieken. o.a. dr. D. G. Willebrands, professor aan het Se minarie te Warmond, garanderen de be zoekers dat in het gesprek van a.s. zon dag niet met oppervlakkigheden of al gemeenheden genoegen genomen zal worden. In het voorprogramma oude kerkmuziek. HENK GEIRNAERT Nu de heer Geirnaert de moeite nam op oudere leeftijd met de nieuwe tijd mee te gaan en met voortreffelijke cijfers zjjn diploma behaalde, zijn wc ervan verzekerd, dat het A.V.M.O. ook in onze stad in de beste handen is, zowel door zijn controle, als door de bekwaamheden van de daarmee be laste leerkrachten. Zo kan de muziek beoefening uitgroeien tot een belang rijk element in het maatschappelijk leven! En de Leidse kinderen zullen zich niet meer voor muziek hoeven af te beu len, wanneer ze er niet toe geschikt zijn of er niet voor voelen. Is dat geen winst?! H. Arbeidsreserve uitermate laag Het geregistreerde aanbod (arbeids reserve) onderging in de periode van 25 t.m. 30 maart geen wijziging van enige betekenis. Dit neemt niet weg, dat de stand van het aanbod t.w. 225 uitermate laag genoemd mag worden. De gunstige weersgesteldheid, welke dit voorjaar kenmerkt, is hieraan niet vreemd. De activiteit in de bouwsector kwam tot volle ontplooiing, de schilders, waarvan gedurende de wintermaanden een ruim aanbod aanwezig was, zijn nu allen aan het werk. In de metaalindustrie heerst grote bedrijvigheid. Er is volop werk, zelfs in die mate, dat voorshands thans nog lange levertijden moeten worden be dongen. De werkzaamheden in de land- en tuinbouw verlopen, begunstigd door het zachte en vaste weer. buitengewoon vlot, zodat spanningen op de arbeidsmarkt niet aan de oppervlakte komen. De geregistreerde vraag handhaafde zich op gelijk niveau en beliep 655 ge registreerde aanvragen, waarvan er 250 betrekking hadden op jeugdigen. Het aanbod van vrouwelijke arbeids krachten nam iets af en bedroeg op 30 maart j.l. 70. De vraag beliep ruim 300 geregistreerde aanvragen, waarvan 40 betrekking had op jeugdigen. ZAKENJUBILEUM FA. J. J. SLOOS ZN. Groot en bijzonder hartelijk was gis teren de belangstelling, welke zich con centreerde rond de viering van het zesde lustrum van het kledingmagazijn, annex verhuurinrichting van de firma J. J. Sloos en Zoon aan de Stille Rijn 11. Tal van zakenrelaties en vrienden hebben tijdens een druk bezochte recep tie Mevr. Sloos en haar sinds 1943 in het bedrijf opgenomen zoon de gelukwensen aangeboden. Felicitaties, welke gepaard gingen met de aanbieding van een fraaie schat van bloemen en talrijke geschenken. (Ingez. Med.-Adv.) 1 /V ECX1K Af v-y nsT|\ 1 Kr^-V<' r r II1 1 V Zó boeiend is nu PANORAMA Sir James Matthew Barrie is voor ons land geen onbekende, al hebben de wer ken van deze Schotse roman- en toneel schrijver hier nu niet bepaald grote furore gemaakt, alleen uitgezonderd wellicht „De medailles van de oude vrouw". Zijn „A kiss for Cinderella" is hier echter nimmer op de planken ge bracht. Misschien een reden, dat het Leidse Studententoneel de bekende samenwerking tussen Corps en VVSL gemeend heeft er mee op de proppen te moeten komen? Een andere reden ver mogen wij n.l. niet te ontdekken, want dit stuk uit de eerste wereld oorlog (het dateert van 1916) bezit o.i. geenszins voldoende waarde of charme om te worden geëxporteerd. En zeker niet meer in onze tijd. Dat ons beroeps toneel er nooit naar heeft gegrepen, zien we als een juist begrip omtrent de betekenis van deze mengeling van droom Paasvee in Leiden Naast beste runderen zeer goede vette kalveren Inzicht van mesters speelt grote rol (Van onze deskundige medewerker) Vjjf april 1957. In de Rijnstreek reeds veel rundvee, zelfs melkvee, in de weiden en op sommige percelen al een flinke snede gras gemaaid! En op de paasveeten- toonstelling in Leiden een bepaald zomerse temperatuur: de vette paasrunderen voelden zich wel buitengewoon aangenaam ze weten toch niet wat hun boven het hoofd hangt evenals de mensen het ook erg naar hun zin hadden. Dit zowel door het fraaie weer als door het vooruitzicht in een heerlijk mals boutje van één dier vele uitstekende slachtrunderen die aan de tentoonstelling deel namen. Want er waren hier vele beste slacht- hier in de Rijnstreek vanzelfsprekend en realiteit. Dat bezetting of regie- moeilijkheden beroepsopvoering in de weg zouden hebben gestaan, gelijk de regisseur, de heer A. Hauer, in zijn voorwoord in het programma opmerkt, lijkt ons niet aannemelijk. Zwaarder bezette werken met diepere inhoud en dus moeilijker regie vonden wel dege lijk de weg naar ons plankenland! Barrie geeft in dit oeuvre als het ware het sprookje van Assepoes vorm, maar dan getoetst aan de harde werkelijk heid, zoals die in verscherpte vorm in het Engeland van de eerste wereldoor log maar al te dikwijls voorkwam. Bar rie zou echter Barrie niet zijn, als hij zelfs in deze omstandigheden zijn schimpscheuten op de hogere kringen geheel had kunnen beteugelen. Maar aan de andere kant blijft hij ook weer in zover zich zelf. dat zijn dialoog soms goede vondsten bezit. Het laatste deel van het tweede bedrijf is feitelijk geheel op de show afgestemd van de droom van Assepoes, maar hier wreekte zich wel bijzonder de grote fout van de ganse opvoering: gebrek aan vaart en tempo, waardoor de vereiste lichte toets te zwaar werd en dus niet bereikte, wat wellicht met grote snelheid nog moge lijk zou zijn geweest. En bovendien, het bleef te goedkoop van opzet. In het derde bedrijf, dat grotendeels op de rea liteit berust, dachten we aanvankelijk even de gewenste vaart te zien opbren gen, doch het bleek slechts een vleugje te zijn van kortstondige levensduur. Neen, in tegenstelling tot de opvoering van Shaw's Philanderer, vermogen wjj niet enthousiast te zijn over deze ken nismaking met dit hier onbekende werk van Barrie en, eerlijk gezegd, nog min der over de opvoering. Van de hoofdrol len kwam alleen de agent nog behoorlijk uit de verf. De Cinderella bleef te zoe telijk en zonder voldoende overtuiging. Ook het grote aantal bijfiguren kwam op enkele uitzonderingen na niet op volle kracht, waardoor het geheel op be paald dilettantistisch niveau bleef staan en dat zijn we toch van het Leids Stu dententoneel niet gewend. Tot de uit zonderingen behoren de koning, de beide Bodies en Danny. Aan decors en kostuums was goede zorg besteed en deze factoren deden het naar behoren. De avond stond natuurlijk geheel in het teken van het studentendom. Met na afloop de speeches en wat daarbij behoort aan omlijsting, een beeld van levend studentenleven, dat Leiden niet kan missen. M. runderen die hun kwaliteit echter niet ontleend hadden aan de weidegang doch aan het voeder-op-stal gepaard aan het inzicht van de mester welke dieren het best geschikt zijn voor dit doel. Zoals de laatste jaren steeds meer en meer het geval is waren ook hier vele roodbonten, meer dan andere. Doch er waren toch ook nog verschillende blaar koppen (rood- zowel als zwartblaar) en diverse zwartbonten: de blaarkoppen zouden we haast willen zeggen waren Nog geen verkeersongevallen niet dodelijke afloop; in januari 1956 twee In de week van 29 maart t./m. 4 april deden zich in Leiden 41 verkeersonge lukken voor, waarvan er R lichamelijk letsel tengevolge hadden en 32 uitslui tend materiële schade veroorzaakten. In totaal bedroeg het aantal verkeers ongevallen in Leiden in de periode van 1 januari tot en met 4 ap-il: 408. Het totaal aantal aanrijdingen in de maand maart bedroeg 159. Een aantal, dat belangrijk hoger ligt dan in maart 1956. Toen waren dit er 123. Ook de kwartaalcijfers van dit jaar liggen na 3 maanden reeds ongunsti ger dan vorig jaar. Deden zich in het eerste kwartaal van 1956 in totaal 358 aanrijdingen voor, in 1957 waren dit er 383. Over de maanden verdeeld waren dit in januari 111 aanrijdingen (v.j. 137), februari 113 (v.j. 98) en maart 159 (v.j. 123). In tegenstelling met het vorig jaar, toen in januari twee verkeersongeval len met dodelijke afloop plaats had den, is dit jaar nog niemand in Leiden aan het verkeer ten slachtoffer geval len. aanwezig. Niet minder dan 44 zeer goede runde ren kregen met 255 a 295 punten (300 is het maximum) een ereprijs, daar mede zo ongeveer de helft van alle die ren benaderend! Of de kwaliteit dus ook goed was! Dit bleek ook in de strijd om het kampioenschap der roodbonten. Een zes- ta. excellente dieren kwam voor de jury. Met een aantal punten van resp. 278, 290, 290, 292, 295 en 289. Na veel wikken en wegen bleven tenslotte over twee viertanders van P. Roos te Ter Aar en Gebr. Biemond te Abbenes. Van welke tenslotte die van Roos de kam pioenstitel toegewezen kreeg; die van Biemond, die in Wageningen de titel had veroverd, werd reserve-kampioen, Ze hadden resp. 292 en 295 punten, Andersom was ook goed geweest. Bij de „dikbillen" i steen- of paarde- billen) ging de strijd tussen drie zwart bonten: een bonte tweetander van G. Roos te Abbenes, een excellente zestan der van P. A. Stokman te Abbenes en P. P. Clemens te Voorburg, die in Rhe- nen het kampioenschap had veroverden een praktisch even goede van D. Rade maker te Wieringerwerf (resp. 287, 285 en 286 punten). Merkwaardig, de zes- tander van Stokman en Clemens, die de minste punten had (zij het met heel ge ring verschil) werd kampioen, het excel lente tweetandje van Roos werd reserve. Praktisch trouwens geen verschil tussen de drie, maar er moet een beslissing komen en de kampioen was wel verre de zwaarste en daarmede ook de meest economische, Dan was er een kampioen van de „zwartbonten" en dat werdeen roodblaar! Blijkbaar was de splitsing zo gemaakt dat alle blaarkoppen (rood- zowel als zwartblaar) met de zwartbon ten in één afdeling, naast die der rood bonten, waren ondergebracht. En z( werd kampioen de excellente 288 punter viertand van G. de Wit te Oude Wete ring; reserve werd een zwartbonte vier- tander van D. Rademaker te Wieringer werf, die eveneens 288 punten had gekregen. De ossen waren gering in aantal en de jury meende goed te doen geen dezer de kampioenstitel toe te kennen. Te recht; een excellerend exemplaar was er niet bij. J. v. d. Maarl te Hoofddorp zegevier de terecht met zijn groep van vier beste roodbonte koeien, die ieder een ereprijs hadden veroverd met 261, 274, 278 en 290 punten: mooie uniforme groep zware afgewisselde koeien. Twee groe pen, één van vijf roodbonten, één van vier zwarten: drie blaarkoppen en een bonte, kregen ieder een tweede prijs, zonder volgorde, geen 2 A en 2 B dus. Trouwens ook heel aardige collecties. Naast al deze beste runderen waren er ook zeer goede vette kalveren van dewelke een excellent exemplaar van N. v. d. Meij te Voorschoten het kam pioenschap veroverde met 69 van het maximum van 70 punten. Varkens en schapen waren er slechts weinig, veroorloof ons om daarover niet te schrijven). De bekroningen De uitslagen in de diverse rubrieken luiden als volgt: Rubriek 1 (Afgewisselde vette koeien»: N. G. Bruynis, Nw. Vennep en A. van Santen, Leidschendam, eerv. verm Wed. J. M. v. Leeuwen, Oud-Ade, 1ste i pr.; C. Clemens, Rijpwetering en Sancta Maria. Noordwijk, eerv. verm. Rubriek 3 (Vette koeien met niet meer dan 4 brede tanden)G. de Wit, Oude Wetering, G. J. v. Leeuwen, Oud-Ade en C. Bos, Nw. Vennep, ere-prijs; J. de Vlieger, Nw. Vennep, eerv. verm.; P. Luyben, Nw. Vennep, ere-prijs; A. v. d. Poel, Katwijk a. d. Rijn, eerv. verm.; G. Roos. Abbenes, ere-prijs; D. Rademaker, Wieringerwerf, 1ste pr.; idem ere-prijs. Rubriek 1 (Vette koeien met niet meer d"n 2 brede tanden): P. Roos, Ter Aar, eerv. verm.; G. Roos. Abbenes, ere-prijs (2 x)D. Rademaker, Wieringerwerf, eerv. verm. Rubriek 5 (Groepen minstens 4 stuks van één eigenaar samengesteld uit de voorgaande individuele rubrie ken): D. Rademaker, Wieringerwerf ste pr. Rubriek 6 (Dikbillen slachtrijp met niet meer dan 6 brede tanden): P. A. Stokman en P. P. Clemens, Abbenes/ Voorburg, ere-prijs. Rubriek 8 (Dikbillen slachtrijp met niet meer dan 2 brede tanden: J. H. P. v. d. Zijden, Heemstede. 1ste pr.; D. Rademaker, Wieringerwerf, ere-prijs. Rubriek 10b (Vette ossen)J. H. P. v. d. Zijden, Heemstede, 1ste pr.; Gebr. C. en Th. de Vlieger, Abbenes, ere-prijs; Th. J. de Vlieger, Nw. Vennep, eerv. verm. (2 x). Rubriek 11 (Afgewisselde vette koeien) J. P. v. d. Zwaard, Boskoop, eerv. verm.; Gebr. Spronk, Zoetermeer, ere-prijs; P. v. d. Eyk, Hazerswoude, eerste pr. en ere-prijs; E. C. Westgeest, Wassenaar, ere-prijs; Gebrs. Westgeest, Zoetermeer, eerv. verm.; J. v. d. Maarl, Hoofddorp, ere-prijs (4 x) en eerv. verm. (2 x); L. Laban, Hazerswoude, eerv. verm.; A. M. Ammei-laan, Zoetermeer, ere-prijs; O. de Kok, Nw. Vennep, le pr.; J. L. L. de Groot, Zoetermeer, ere-prijs en 1ste pr. Rubriek 12 (Vette koeien met niet meer dan 6 brede tanden): C. J. v. d. Velde, Benthuizen, eerv. verm.; H. de Graaf, Diemen, J. v. Waai, Hazers woude, Gebrs. Spronk, Zoetermeer, E. C. Westgeest, Wassenaar, ere-prijs; J. v. d. Maarl. Hoofddorp, eerv. verm.; D. C. v. Leeuwen, Hoofddorp, 1ste pr.; J. L. L. de Groot, Zoetermeer, ere-prijs; Gebrs. Westgeest, Zoetermeer, eerv. verm.; C. P. J. Karens, ere-prijs; L. P. en M. Ka rens, 1ste pr.; D. Rademaker, Wierin gerwerf, ere-prijs. Rubriek 13 (Vette koeien met niet meer dan 4 brede tanden): L. P. en J. M. Karens, LeidenHillegom, ere-prijs; Gebrs. Scholtes, Poeldijk, eerv. verm.; E. C. Westgeest, Wassenaar, ere-prijs; P. A. Stokman en P. P. Clemens, Abbenes/ Hillegom, 1ste pr.; J. v. d. Maarl, Hoofd dorp, ere-prijs; M. Kroon, Abbenes, eerv. verm.; Gebrs. T. en A. Biemond, Abbe nes, ere-prijs; Gebrs. Biemond, Abbenes, ere-prijs; P. Roos, Ter Aar, ere-prijs <2 x); A. M. A. M Ammerlaan, Zoeter meer, O. de Kok, Nw. Vennep. J. L. L. de Groot, Zoetermeer. ere-prijs; D. Ra demaker, Wieringerwerf. 1ste pr. en ere-prijs; P. Verboom, Wassenaar, ere prijs; Gebrs. Spronk, Zoetermeer, eerv. verm. (2 x). Rubriek 14 (Vette koeien met niet meer dan 2 brede tanden»: Gebrs. Bulk, Nw. Vennep, eerv. verm. en ere-prijs; Gebrs. de Breuk, Nw. Vennep, 1ste pr. en ere-prijs; E. C. Westgeest, Wasse naar, 1ste pr.; Gebrs. Westgeest, Zoe termeer, eerv. verm.; G. Roos, Abbenes, ere-prijs en 1ste pr.; O. de Kok, Nw. Vennep, 1ste pr. en ere-prijs (2 x); D. Rademaker, Wieringerwerf, eerv. verm. Rubriek 15 (Groepen minstens 4 stuks van één eigenaar samengesteld uit voorgaande individuele rubrieken) J. v. d. Maarl, Hoofddorp, ere-prijs; D. Rademaker, Wieringerwerf, 1ste pr. Rubriek 20b (Vette ossen)Gebrs. v. d. Spek, Abbenes, Gebrs. C. en Th. de Vlieger, Abbenes, eerv. verm.; P. Ver boom, Wassenaar, 1ste pr. Rubriek 21 (Vette kalveren - dikbil len): N. v. d. Mey, Voorschoten, ere prijs (2 x). Rubriek 22 (Vette kalveren - geen dik billen): C. J. v. Egmond, eerv. verm. (3 x) en 1ste pr. (2 x); C. Heykoop, Warmond, ere-prijs; P. Roos, Ter Aar, lste pr.; Jac. Biemond, Abbenes (De Kaag», ere-prijs en lste pr. Rubriek 23 (Het meest geschikt voor de vetweiderij)O. de Kok, Nw. Vennep, ere-prijs. Rubriek 26 (Van 120150 kg. min stens 4 stuks)D. Kamstra, Hillegom, lste prijs. Rubriek 28 (Schapen): Q. Onderwater, Zoeterwoude, ere-prijs. Kampioen afdeling A: G. de Wit, O. Wetering. Kampioen afd. B: P. Roos. Ter Aar. Kampioen Kalveren. N. Mey, Voorschoten. Beste Os: Gebrs. de Vlieger, Abbenes. Beste groep Roodbont: J. v. d. Maarl. Hoofddorp. Res. kamp. afdeling A: G. Roos, Abbenes. Res. kamp. afdeling B: Gebrs. Biemond, Ab benes. Kalf met het hoogste aantal pun ten, geen dikbil: Jac. Biemond. Abbenes (De Kaag). Dikbillen met het hoogste aantal punten: D. Rademaker, Wierin gerwerf. Grootste inzender van kalve ren: C J. van Egmond, Woubrugge. Hoogste aantal punten van rubriek 4 Zw. B.: G. Roos. Abbenes; idem rubriek 14 Roodb.: G. Roe:, Abbenes. Verst ko mende inzender: C Rademaker, Wie ringerwerf. Ere-prijs schapen: Q. On derwater. Zoeterwoude. Kampioen dik billen: P. A. Stokman en R. P. Clemens. Abbenes/Voorburg. Politieke Jongeren Contactraad De Politieke Jongeren Contact Raad Leiden kwam gisteravond onder voorzit terschap van de heer J. A. M. van Zon neveld in café-restaurant „In den Ver gulden Turk" bijeen. In deze vergadering werd door de leden een openhartig ge sprek gevoerd over een onderwerp, dat ook in de politiek een grote rol speelt, nl. verdraagzaamheid. Voornaamste doel van deze avond was, zoals de heer Van Zonneveld het uitdrukte het op een ho ger plan stellen van het wederzijds be grip. Inleider was prof. dr. M. J. Wen- ners van het Philosophicum in War mond ,die er o.m. zijn vreugde over uit sprak, dat de P.J.C.R. een dergelijke ne telige kwestie niet uit de weg gaat, maar juist wil bespreken in een kring van mensen, die er allen een ander stand punt op nahouden. Hij juichte een samenspreking als deze ten zeerste toe, ook al bestaat het gevaar, dat men daar bij op verschillende praktische bijkom stigheden vastloopt. Prof. dr. Wenners gaf leiding aan het gesprek door in een aantal stellingen enkele zijner standpun ten voor te dragen. Hij wees er op, dat het object van de verdraagzaamheid slechts de mens kan zijn, zijn overtui ging en zijn gedragingen in zover deze te goeder trouw zich richten op de on waarheid of het kwade. Fundament van deze verdraagzaamheid noemde spreker het recht, dat de mens heeft op zelf standigheid en vrijheid van overtuiigng en geweten. Aan de uitoefening van dit recht kan door menselijke zwakheid het kwaad van de persoonlijke dwaling en verkeerd gedrag verbonden zijn. Wat de grenzen van de verdraagzaamheid be treft sprak prof. dr. Wenners als zijn overtuiging uit, dat een ware en een dwalende overtuiging, een waar en een dwalend geweten niet gelijk kunnen worden gewaardeerd. Het eerste vindt immers zijn funda ment en de grond voor zijn aanspra ken in de objectieve werkelijkheid en het tweede slechts in de eerlijke subjectieve of persoonlijke inzichten. Tot slot wijdde spreker aandacht aan de verdraagzaam heid op godsdienstig-zedelijk terrein door de Staat. Hij wees er op, dat in deze verdraagzaamheid, in dit verdragen van een kwaad, inderdaad een defect wordt gezien. Het moet gebeuren vanwege het ontbreken van de ideaaltoestand, welke bestaat in het kennen en erkennen van de objectieve waarheid door allen. Zo lang deze vrije ervaring echter van de waarheid door allen ontbreekt, zal ver draagzaamheid een plicht blijven. Er is dus geen sprake van, dat een .Katholieke Staat" in de zin van een katholieke meerderheid voor katholieken de ideaaltoestand zou zyn, waarin deze meerderheid zich zou kunnen opleggen aan de minderheid, aldus prof. dr. Wen ners. Na de pauze volgde op dit onderwerp een bespreking. BRETONSE RELIGIEUZE BEELDHOUWKUNST Woensdag a.s. zal men in onze stad kennis kunnen maken met een uiting van een bijzondere cultuur, die ten onzent slechts weinig bekend is. In de Remonstrantse kerk zal dan n.l. spreken ds. J. van Goudoever, die een lijdensoverdenking verbindt aan een bespreking van de zgn. Calvaires in Bretagne. -die hij door lichtbeelden ook zal tonen. Bepaalde delen van Frankrijk hebben, dankzij een eigen taal en ook dankzij het behoud van bevolkingskenmerken. die soms teruggaan tot ver vóór onze jaartelling, een geheel eigen cultuur ontplooid. Wie zich hierin verdiept kan stuiten niet alleen op voor-christelijke vormen en gebruiken, maar evenzeer op typische gedachten werelden, die zich uiten in gemeenschapslevenkunst en godsdienst. Het land van Bretagne is een zij het beperkt aantal Nederlanders wel vertrouwd, doch menigeen zal verrast zijn, wanneer hij kennis maakt met de religieuze cultuur van dit oud-Gallische of Keltische land. De Calvaires zijn uitingen van reli gieuze beeldhouwkunst uit de 16e eeuw, in ateliers vervaardigd door de eenvou dige mensen uit het volk. Meestal be staan zij uit een voetstuk, waarboven figuren staan aan het evangelie ontleend en gegroepeerd rond het kruis (op Gol gotha. Calvarië). Wie deze beeldhouw werken beziet, zal met verrassing bemer ken. hoe vreemd en toch verwant de christelijke boodschap is verstaan, en hoeveel schoonheid ook buiten de cul tuurcentra te vinden is.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1957 | | pagina 3