Een rok van vilt, Een Zoeklicht ONS MENU Te mooi om „waar" te zijn. ZATERDAG 3 NOVEMBER WEKELIJKS BIJVOEGSEL PAGINA 3 Spiegeltje, spiegeltje aan de wand maareen aparte rok! Mogelijkheden zijn legio v OP DE BOEKENMARKT VAN DE WEEK Parijs, november 1956 In alle welvoorziene stoffenwinkels vindt ge tegenwoordig vilt, en wel in de leukste, vlotste en mooiste kleuren. Ge kunt van dat materiaal van alles maken: jakken, ja hele mantels en complete tail leurs. Verreweg de meeste aftrek echter vindt het voor een vlotte, wijde rok, waaraan amper naaiwerk is en die niet behoeft te worden omgezoomd. Het is dus dankbaar materiaal voor haar die alleen maar naait als het werkelijk moet of als het niet teveel werk meebrengt. (Ingez. Med.-Adv.) Wie weet zyn er onder die luie naai sters wel enkele of meerdere die een meesteres zijn in het borduren en appliceren en juist op dat terrein niet tegen een beetje werk opzien. Voor allen, luie en niet luie naaisters, die een beetje extra werk niet zo erg vin den indien het resultaat de moeite loont, is de viltrok een ideale basis voor eenaparte rok! Hij leent zich immers voor alle mogelijke garnerin gen, die niet moeilijk aan te brengen zijn en waarin de fantasie de vrije loop kan worden gelaten. Hier zijn een paar van die niet-alledaagse rokken (mis schien is er een bij die een aardig Sint- of Kerstcadeautje voor de jonge doch ter zou zijn?): John Harris. „De Mijn" Oren Arnold. „De gouden stoel" Mrs. Robert Henrey. „De kleine Madeleine" John Boland. „Sneeuw in augustus". Vier titels uit de Elsevierreeks. Elsevier Amsterdam 1956. Het is langzamerhand een algemeen bekend feit; geen uitgeverij die zichzelf respecteert of zij houdt er wel een reeks op na. Specule rend op de wet van de traagheid, gaat men waarschijnlijk uit van de overweging dat het publiek, eenmaal bekend geraakt met de naam van een serie, wel tot in lengte van dagen door zal gaan de boeken, die onder de naam van die reeks verschijnen, al of niet bij intekening te kopen. De reeksen zijn bijna niet meer te tellen, zodat men wel aan moet nemen, dat deze opvatting juist is. De lezer kan er zich echter niet duidelijk genoeg van bewust zijn, dat er twee soorten reeksen bestaan. De eerste, de beste eveneens, is de soort waarbij het de uit gever het er werkelijk om te doen is zijn lezer goede boeken met een waardevolle inhoud te geven voor weinig geld, of om werk dat door zijn aard of omvang poëzie, korte verhalen minder gemakkelijk aan de markt te brengen is. Degene die enigszins thuis is in de wereld van het boek, zal in staat zijn deze soort series duidelijk te onderschei den van het tweede soort, bestemd om bepaalde lezers lectuur aan de lopende band te geven in de vorm van werken, die eveneens goed koop, doch als bezit van zeer weinig waarde zijn. Dat ook in deze tweede soort nog variatie in kwaliteit is, spreekt vanzelf. Evenwel vindt men er zelden boeken onder, die men meer dan één keer in han den zal nemen De vier werken, die hier genoemd worden, ondergebracht in de Elsevier reeks, onderscheiden zich in één enkel opzicht n.l. door middelmatigheid. Deze vier romans het zijn vertalin gen uit het Amerikaans en uit het Engels zijn niet slecht, doch stellig ook niet interessant. De schrijvers van deze boeken zijn evident navolgers van grote sojprijvers en munten dus niet uit door oorspronkelijkheid. Des alniettemin weten zij hun pen vlot te hanteren en hun verhaal boeiend voor te dragen. Maar wil men het criterium van de werkelijke waarde aanleggen, wil men dus boeken hebben, die men meer dan eenmaal zal lezen, dan ko men deze romans niet aan de orde. „De Mijn" waar de auteur John Harris van vertelt, bevindt zich in Sierra Leone, in Brits-West-Afrika dus. De lezer is stellig even nieuws gierig naar bijzonderheden over deze bovengrondse mijnindustrie, als de jonge employé Jimmy, die de hoofd persoon van dit verhaal is. Beiden komen er echter niet veel van te weten. Men ontmoet Jimmy's baas, genaamd Gare Gottie ongare ware beter een figuur in een tropisch milieu, zoals er in de Engelse roman schrijfkunst tallozen veel beter ge creëerd zijn. Een zendelingenechtpaar heeft dergelijke echtelieden bij Somer set Maugham tot model gehad en de negerklerk Smith is werkelijk regel recht weggelopen uit Joyce Cary's Mister Johnson. In het tweede hoofd stuk begrijpt ieder zinnig mens al dat het uit moet lopen op opstand en bloedvergieten en men is alleen maar verwonderd dat de opperste leiding van de mijn „Ammama" dat niet in de gaten heeft. Oren Arnold, die bereid is om de innig brave bewoners van het stadje Renderson, Texas in het hiernamaals op gouden stoelen te plaatsen, is blijk baar in de leer geweest bij Saroyan, doch heeft evenwel van zijn meester niet anders overgenomen dan diens overmaat van gevoel, daar waar het in sentimentaliteit omslaat. Een onmo gelijk brave grootvader met dito kin deren en kleinkinderen speelt winkel tje en deelt de kruidenierswaren ge woonlijk aan zijn stadgenoten uit. Gelukkig weet de mooie Honey Lou er een stokje voor te steken, want anders zou de oorlogsheld Bud voor wie het bedrijf in kwestie eigenlijk bestemd is, van een koude kermis thuisgekomen zijn. Mevrouw Henrey laat de kleine Madeleine zelf aan het woord en geeft zodoende een onderwerp, dat de oude meester Zola uit en terna behandeld heeft, n.l. een arbeidersmilieu in Parijs, in handen van een minderja rige. Zodoende kan de lezer hier een niet onvriendelijk verhaal volgen met soms aardige trekjes en niet kwade figuurtekeningen. „Sneeuw in Augustus" is ronduit een stiefkind van H. G. Wells, dus een roman gebaseerd op de stelling dat de mens zijn uitvindingen ten Iets te zal aanwenden tot zelfvernietiging. John Boland laat de Britse eilanden onver wacht verdwi,inen onder een niet op houdend radio-actief sneeuwen. Met de dood voor ogen blijken de bewoners niet allen van het beste hout gesneden en de dramatische gebeurtenissen stapelen zich «op als de befaamde sneeuw. Gelukkig is er een geleerde, die zijn leven inzet voor zijn mede mensen en die over voldoende vernuft beschikt om de geheimzinnige vijand, die zich hult in zware nevelen, het hoofd te bieden en te verslaan. Zo doende ontkomt Groot-Brittannië nog net aan een terugkeer tot de ijstijd. In vervolg op de bespreking van 20 oktober j.l. van de A.N.S I.E. of wel de Algemene Nederlandse Systematische Encyclopedie, verschenen bij de N.V. Amsterdamsche Boek- en Courant maatschappij, kunnen wij mededelen dat thans ook het tweede deel van deze handige encyclodepie van de pers is gekomen. Dit deel bevat de onder werpen de Menselijke Samenwerking, de Ordening van de Maatschappij, de Wegen der Geschiedenis, Psychologie, Opvoeding en Onderwijs, dè Wereld der Kunsten, Dagelijkse Schoonheid, de Godsdienst, de Wijsgerige Bezin ning. Deze onderwerpen zijn op de zelfde wijze, dus duidelijk en beknopt, behandeld. CLARA EGGINK. In ieder weekmenu komen wel groenten voor die in ruim water gekookt wor den (byv. bloemkool), of die zoveel vocht loslaten, dat niet alles tijdens het koken verdampt. Praktisch ieder groentenat leent zich uitstekend voor het be reiden van een smakelijke soep en daar zich juist in dat nat nog waardevolle voedingsstoffen bevinden, zou het wel zonde zijn hiervan niet te profiteren. Een kopje soep valt, vooral in de koude maanden, bij de brood- of voorafgaand aan de warme maaltijden, altijd in de smaak en is, vooral wanneer het afge maakt wordt met bijv. wat geraspte kaas, nog voedzaam ook. ZONDAG MAANDAG DINSDAG WOENSDAG DONDERDAG VRUDAG ZATERDAG rank van de linkerheup naar de zoom aan de voorkant neigt. De bloemmotie ven die al heel gemakkelijk uit vilt worden geknipt, kunnen losjes op de rok worden gehecht of wel geheel wor den vast gesfestonneerd. 5). Tot slot de meest bewerkelijke, maar dan ook een zeer effectrijke rok van wit en zwart vilt - wit voor het bo venstuk, zwart voor de brede zoom. De rok staat glad uit en is niet overdadig wijd. Op de scheiding van het witte en het zwarte materiaal zijn Griekse va zen van terracotta vilt (of katoen) ge- appliceerd. Alvorens deze kruik,en die alle even groot zijn en precies hetzelf de model hebben, op de rok worden be vestigd, worden ze eerst met zwarte soutache bestikt alle op andere wijze, de een met strepen, een andere met krulmotieven, een derde met ruitdes- sin, net naar het u in de zin komt, J.V. Selderij-broodjes, contrafilet, spruiten, aardappelen, ana nas-pudding. Jachtschotel, perencompóte. Gegratineerde bloemkool, gesmoorde aardappelen, yoghurt- vla.. Nierragout in rijstrand, appelmoes, koffiepudding. Gekruide omelet, witlof-sla, aardappelpurée, rijstkoekjes. Panharing, savoyekool, aardappelen, gevulde sinaasappelen. Stamppot rauwe andijvie met spek, beschuit met bessesap. Recept: Selderij-broodjes. Een selderij knol schillen en boven een kom, waarin een mengsel van ci troensap en olie is gedaan, raspen. Het geraspte gedeelte steeds snel door de saus roeren om bruinworden te voor komen. Stukjes toost dik bedekken met de selderij en tot slot bestrooien met wat geraspte kaas en fijn gehakte pe terselie. Recept: Gekruide omelet. 4 eieren. 1 ui, 1 theelepel papri ka, 4 eetlepels melk, zout, boter. De eieren met de melk loskloppen en vermengen met de goed fijngehakte ui en de paprika. De boter in een koe- kepan heet laten worden, het mengsel erin gieten en in het geheel langzaam en lichtbruin bakken. De omelet in de pan oprollen en hem daarna voorzich tig op een verwarmde schotel laten glijden. Ze gaan slapen en denken, ondanks moeder, dat 't toch waar was. Laat hun dit geloof! Ze zullen gauw genoeg mer ken, dat het té mooi was. om in dit leven waar te kunnen zijn!.... FANTASIO Foto Will Eiselin, Rijswijk. 1). Op een rok van zwart vilt is een aantal viltbanden in V-vorm geappli- ceerd. De banden worden van boven naar onderen breder en zijn afwisse lend kaneelkleur en wit. Ook de com binatie geel en wit, of lindebloesem- groen en terra cotta geven op een zwart fond een aardig effect, en wie van werkelijk bont houdt kan de applicatie in alle kleuren van de regenboog uit voeren. 2). De tweede viltrok is marineblauw. Het glad uitstaande model is van een brede overslag voorzien en deze over slag is gegarneerd met franje van witte of naturelkleurige raffia. Ook op een gesloten rok kan zulk een effectvolle franjegarnering worden aangebracht: deze wordt dan op de zijnaden ge plaatst en de raffia wordt iets korter afgeknipt dan in het afgebeelde mo del met voor-sluiting het geval is. 3). De viltrok van de derde schets is, „doorregen" met lint. Dit lint, in ver ticale banden rondom de rok gelegd, ontspringt ter hoogte van de heup en komt uit een „knoopsgat" te voor schijn; boven de zoom wordt het dan, met behulp van twee van zulke „knoopsgaten" door de rok geregen. De uiteinden van het lint boven de zoom blyven los hangen, het overige zegt ze. Dit is nu juist, wat de kinderen niet geloven, niet ge loven willen. Het was zó mooi en zou 1 dan niet waar zijn? deel wordt losjes op de rok gehecht, de gaten, waar het lint door wordt geregen, behoeven niet te worden ge festonneerd, maar wel is het zaak er voor te zorgen dat ze alle op de juiste hoogte worden ingeknipt en dat ze niet breder zijn dan het te gebruiken lint. 4). Bloemapplicaties van kleurig vilt garneren het vierde model. Zowel don ker of lfcht, zowel zwart of gekleurd vilt kan dienen voor deze glad uit staande rok, waarover een bloemen- HET klokje van zeven urn en düs In hoeveel Hollandse gezinnen klinkt dat klokje? Nog even luisteren naar 't spannende verhaaltje, dan de zoen van moeder en de kinderen duikelen pardoes hun bedjes in, waar Dromeman al op post is. VUURROOD van spanning zitten de kleintjes voorTiet toestel. Vlak voor het slapen gaan te luisteren naar kabouters, elfjes en andere wonderlijke sprook jesfiguren, is heerlijk! Wij ouderen kregen ze in onze jeugd nooit door de ether te horen. Doen wij echter niet. als we er éven de kans toe krijgen, pre cies hetzelfde, zij het op Ander niveau? We zoeken het gezelschap van detectives en schurken, van helden en heldinnen der liefde, waardoor we voor een schamel ogenblik de zorgen vergeten. Mysterie en romantiek lokken altijd, juist als we 't gevoel heb ben, dat ze voor ons niet meer zijn weggelegd. IK herinner me goed, hoe ver baasd ik was, dat niemand minder dan de eerzame dr. Colijn - misschien doet Vader tje Drees 't ook? - zich niet schaamde, er zich bij z'n lees lampje in te storten, om des te eerder in slaap te komen. Wonderlijke combinatie van nuchterheid en fantasie! Ik wil wedden, dat velen van U hetzelfde doen. Dat lijkt zo zot nog niet: uw hersens even op iets anders richten dan wat U drukt, is een 18-karaats gezondheidskuur! Voor U en mij mag het „klok je van zeven" pas om elf of twaalf uur slaan, desnoods om een of twee uur in de nacht, het komt per slot op hetzelfde neer: een moment de gejaagde pas verlaten, het tempo vertra gen, desnoods de klok terug zetten, ofschoon we bést weten, dat 't een ijdele illusie is...... t AMMER, dat we niet meer écht tot de kindertijd terug J kunnen vallen. We weten immers tè goed, dat alles „schijn" is. Het kind denkt of verbeeldt zich daarentegen, dat het écht is. Hoewel we weten, dat al die „rozegeur en maneschijn" in de grond nonsens is, grijpen we er naar, omdat we die „nonsens" nodig hebben, om tegen de moeilijkheden op te roeien. Is dat met de film, die ons zo prachtig afleiden kan, niet evenzo? NA 'het „grote avontuur" pakt moeder haar kleintjes nog eens stevig. „Ga nu maar lekker slapen. Het was toch een „sprookje"?

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1956 | | pagina 15