DE WINTERBLOUSE
ONS MENU
HET GELUKSGETAL
ZATERDAG 13 OKTOBER
WEKELIJKS BIJVOEGSEL
PAGINA 3
Spiegeltje, spiegeltje aan de wand...
IS VAN JERSEY OF CHIFFON
Ook ander materiaal komt in aanmerking
Verhaal voor de kleintjes
Hoe het varkensdiefje gesnapt werd
EN WAT ER MET HEM GEBEURDE
VAN DE WEEK
door Renée Senn
Even lachen
Parijs, oktober 1956
Er zijn in de laatste mode ook blouses van andere stoffen. In feite
alle materialen, leer en suède incluis, komen in aanmerking voor die
blouse die voor hoogst modern wil doorgaan. In de blousemode, die
Parijs voor het seizoen '56'57 lanceerde, nemen het warme wollen
jersey en het zomers dunne chiffon (óf mousseline óf voile) echter de
ereplaats in.
De jersey blouse is afwisselend toebehoren bij een rok van tweed
of andere wollen stof van sportieve of geklede allure, en bij de zijden,
satijnen of fluwelen gelegenheidsrok. De chiffon of voile blouse daar
entegen is, gedecolleteerd of niet, het modieuze complement van de
dikke wollen rok, waarvoor tweed, canvasweefsels of andere grove
stof het aangewezen materiaal is. De voile blouse is bovendien de
„dernier cri" bij tailleur en deux-pièces, die zo, dank zij ietwat
geklede rokaanvulsel, van de ochtend tot de avond te dragen zijn.
van zwarte jersey, is de getailleerde
blouse met korte mouwtjes en gedra
peerd, rond decolleté, die bij een wijde,
zijden ai fluwelen gelegenheidsrok
wordt gedragen (1)
is het tweede model, dat tot onder
de taille reikt, heel even getailleerd is
en, behalve een vrij ruime ronde hals
opening, aangeknipte zevenachtste
mouwen heeft (2)
werd het rechte, lange model ge
maakt, dat door een smal leren cein
tuurtje ineengerimpeld wordt, dat een
punthalsje heeft k la 1925 en van half
lange, nauwe mouwen voorzien is (3);
van jersey is ook de getailleerde
blouse met steekzakjes op het korte
schootje en een smal kraagje boven
het belegstuk met knoopsluiting (4)
Van voile of chiffon
die dubbel genomen werd, is de lich
telijk getailleerde blouse met knoop
sluiting, die óver de canvasrok gedra
gen wordt en die van een èfstaand
kraagje, kleine steekzakjes o<p het
schootje en vijfzesde mouwen met
boord is voorzien (1);
is ook de soepele, getailleerde blouse,
die onder een ronde en flatteuze biais-
Yon jersey kraag aan de voorkant ineengeriimpeld
is en die met wijde, vijfzesde over
hemdmouwen werd toegerust (2), dit
geklede model wordt by een tweed rok
gedragen;
weru eveneens het rechte, blousende
model gemaakt, dat zo simpel is als
de modellen der twintiger jaren, en
dat korte mouwen heeft en een ronde,
ruime halsopening die met een rol-
bandije is afgewerkt en wordt geslo
ten (3);
van dubbel verwerkte voile is ten
slotte ook het vierde model, dat van
heel korte mouwtjes en een brede,
ronde en gedrapeerde kraag is voor
zien (4) ook dit model is toebeho
ren bij een zware wollen rok.
J. V.
Ze vonden het allemaal leuk op de
boerderij dat er weer kleine biggetjes
waren, de boerin, de boer, de meid en
de knechten, zij blevei. steeds even
staan bij de roze diertjes die speels
over het omgewroete stukje land bui
telden en sprongen.
Negen waren het er, negen sterke
gezonde biggen, die veel aten en groei
den als kool.
Op een morgen stond de boer weer
even bij het drukke grut te kijken en
opeens merkte hij dat er één big mis
te. Er verdrongen zich acht biggen
rond het dikke moedervarken. Maar
waar was de negende? In het var
kenshok? De boer stapte door het
modderige veldje naar het hok, boog
zich voorover en zag, dat het hok leeg
was. Wéér was de negende big? Hij
kon onmogelijk ontsnapt zijn want de
omheining was te sterk en het var
kentje te dik om tussen de houten
spijlen door te dringen.
De boer liep door de stallen en
schuren, hij zocht op het grote erf
maar nergens vond hij big nummer
negen. Het was een raadsel, een raad
sel dat niemand kon oplossen. De vol
gende ochtend liep de boer weer naar
het varkensveldje en hij telde acht
biggetjes. Maar nog geen uur later
kwam de oudste van de twee knechten
op hem af: „Er mist een kip", be
richtte hij.
„Hei-je-nou-ooit.zei de boer ver
baasd, en: „Dat is het toppunt", zei hij
die middag en liet z'n pijp uit z'n mond
vallen. Want de boerin, die de varkens
had gevoerd kwam hem vertellen dat
er nu nog maar zeven biggen waren,
twee biggen weg en een kip. Waar
bleven die dieren toch
„Ik denk. dat d'r vossen zijn" zei de
oudste knecht. „Vossen zijn brutale
rovers".
„Vossen., hm., vossen.." zei de
boer bedachtzaam en opeens: „Dan ga
ik op de vossenjacht, nu dadelijk.
Vrouw haal m'n geweer, dan zal ik die
kleine gauwdief"
Driftig trok de boer er op uit, klom
pen aan, geweer in de hand, op de vos
senjacht. Het duurde meer dan drie
uur voor hij terugkwam, doodmoe, op
z'n klompen, met z'n geweer, maar.,
zonder vos.
Tegen de oudste knecht zei hij sma
lend: „Vossen., er is geen vos te
zien in velden of wegen. Nee, het is*
geen vos, die mijn kippen en mijn
biggen steelt. Het is 'n doodgewone
dief, een mens. Als ik 'm te pakken
krijg.."
Maar zover was het nog niet. Want
de dief stal de volgende ochtend heel
vroeg nog een kip en de boer plofte
haast van woede.
een oneerlijke, luie man, die met een
norse vrouw was getrouwd. Ze hadden
het kereltje in huis genomen omdat
ze wilden dat hij voor hen zou werken.
Dat was gemakkelijk en goedkoop
voor hen. Ze stuurden de jongen uit
stelen en als hij niet wilde, kreeg hij
veel slaag en weinig eten. Ze waren
precies zo onvriendelijk en wreed ais
de meeste pleegvaders en pleegmoe
ders uit ouderwetse verhalen
Toen ze dan ook die middag de jon
gen weer naar de boerderij stuurden
om nog een big te stelen, ging hij ge-
Het jongetje rende over het erf,
achter hem aan draafde.
„We moeten hem snappen", raasde
hij en de boerin, de meid en de knech
ten knikten instemmend. Ze waren
het roerend met de boer eens.
Toch was het nieta an hen te danken
dat de dief tenslotte gesnapt werd,
maar aan de dikste en grootste big.
Dat schrandere dier had heel goed ge
merkt dat er twee van z'n broers ver
dwenen waren. Dat beviel hem hele
maal niet en hij had zich voorgenomen
op te treden als het jongetje nog eens
één van z'n broers of zusjes wilde
meenemen.
Ja, het was een jongetje dat de kip
pen en de biggen had gepakt. Hij
moest dat doen voor z'n pleegvader.
terwijl de big knorrend en kwaad
laten op pad. Hij sloop behendig over
het erf, zorgde ervoor dat de knechten,
die bij een stal aan het werk waren,
hem niet zagen en liep regelrecht naar
het varkensveldje. Hij deed behoed
zaam het houten hekje in de omhei
ning en wilde zich bukken om het
eerste het beste varkentje, dat hij
zag, onder z'n arm te nemen en ermee
vandoor te gaan. Maar voor het zover
was, schoot opeens de dikste en
grootste big op hem af als een kogel
uit een kanon. Het jongetje schrok
ontzettend en rende gillend over het
erf, terwijl de woedende big knorrend
achter hem aan holde. Natuurlijk
hoorden de knechten dat en ze keken
In de meeste gezinnen wordt er zondags wat meer werk van het eten gemaakt
en, hoewel de maaltijd dan dikwijls geopend wordt met een bordje soep, vinden
toch velen juist dat bordje soep wat machtig, zodat de echte eetlust, die nodig
is om de rest van de maaltijd met animo te nuttigen, verdwenen is.
In dit geval is grapefruit een uitkomst. Middendoor gesneden, de partjes goed
losgemaakt en met suiker bestrooid is deze vrucht een heerlijk fris en licht begin
van een feestelijk etentje.
ZONDAG Grapefruit, kalfstong, zure saus, aardappelen, prinsessenbonen,
chocoladevla met banaan.
MAANDAG Ragout van tong, rijst, sla, stoofpeertjes.
DINSDAG Rijsteroquetten met kaas, bietjes, aardappelen, koffievla.
WOENSDAG Lever met rode kool, aardappelkoekjes, fruit.
DONDERDAG Stamppot rauwe andijvie, speklappen, muesli.
VRIJDAG Gekookte schelvis, peterseliesaus, worteltjes, aardappelen drie
in de pan.
ZATERDAG Vissoep, appeltaart.
Recept: Rijsteroquetten met kaas.
250 gr. gare ryst, eetlepel ui, 1
lepel fijn gehakte peterselie, 75 gr. ge
raspte kaas, 40 gr. boter, 40 gr. bloem,
ei, zout, aroma naar smaak, paneer
meel, frituurvet. De ui en de bloem in
de boter gaar fruiten. De rijst, de ge
raspte kaas, de peterselie en desgewenst
wat zout en aroma eraan toevoegen en
goed dooreen mengen. Van dit mengsel
croquetten vormen, door paneermeel,
ei en nog eens door paneermeel rollen
en in heet frituurvet bakken.
Recept: Muesli.
1 flinke appel, 1 eetlepel havermout,
1 lepel gecondenseerde gesuikerde melk,
3 lepels water, 1 lepel citroensap. De
havermout 1 nacht in het water weken,
de gecondenseerde melk hieraan toe
voegen, de citroensap er langzaam
onder voortdurend roeren bijgieten. Op
de kom een rasp leggen en de goed af
gewassen appel in zijn geheel met schil
en klokhuis hierop raspen. Steeds door
roeren om bruin worden van de appel
te voorkomen. Desgewenst kunnen op
de muesli gemalen noten worden ge
strooid.
(Ingez. Med.-Adv.)
lipstick %VÏ
de luxe stift
in de
luxe houder
<50 1J5 I
295
Vraag ook de luxe Na-
gellak in luxe flesjes.
met de 3 magische
kogeltjes f 1.45 wjjï
Paarlemoer f 1.85 f
heel verbaasd toen ze het jongetje op
zich af zagen komen, gevolgd door de
boze big. De jongste, de breedste van
de twee knechten, ving het ventje in
zijn armen op en de oudste greep de
big.
Nu hadden ze het diefje, huilend en
ontdaan, te pakken! Ze riepen de boer,
die heel bits keek en het jongetje een
heleboel vragen stelde. Het kereltje
gaf beleefd antwoord; hij vertelde dat
hij moest stelen voor z'n pleegvader,
die de biggen verkocht en de xippen
opat.
„Als ik het niet doe, kryg ik geen
eten, maar ik wordt hard geslagen en
geschopt", vertelde hij en hij voegde
eraan toe: „Het spijt me erg dat ik
uw dieren wegnam, ik deed het ook
liever niet."
De boer vond dat het jongetje met
z'n eerlijke open gezicht een heel aar
dig jongetje was, en hij zei: «Blijf jij
maar bij de boerin. Ze zal nog wel wat
voor je te eten hebben".
En toen ging de boer op pad, eerst
naar de burgemeester ,toen met de
burgemeester naar het politiebureau
en vervolgens met de burgemeester en
de commissaris van politie naar het
huisje waar de oneerlijke luie pleeg
ouders van het jongetje woonden. Die
moesten alle twee mee naar het poli
tiebureau en het jongetje hoefde ze
nooit terug te zien.
HU mocht voorgoed op de boerderU
blyven wonen. HU kreeg nieuwe kle
ren, lekker eten en aardig speelgoed,
en hU mocht de boer helpen bij het
werk. Dat vond hij prachtig: maar by
de varkens kwam hy toch liever niet
te dicht in de buurt.
M. F. B.
Dominee Tom Richardson in het Britse
Nottingham is er de man niet naar
om de boel te laten slingeren.
„Schoon schip", is zUn devies en dat
verwacht hU ook van zUn gemeente
leden. Daarom heeft hU ze meege
deeld. dat het voortaan maar uit
moet zyn met het strooien van con
fetti in de kerk bU trouwpartUen
Er is echter een uitzondering op de
regel: wanneer de bruiloftsgasten
het er voor over hebben zich met
stoffer en blik te wapenen om na
afloop van de plechtigheid de boel
weer op te uimen, is het strooien
van al die papiersnippertjes wel ge
oorloofd. Ook heeft dominee er geen
bezwaar tegen, wanneer er confetti
wordt gebruikt, die in de lucht op
lost. Maar dan is de aardigheid er
gauw af, vinden wy
Het was zeven uur. Bob ruimde zorg
vuldig zUn bureau op en liep naar de
andere zUde van zUn kamer, de „keu-
ken-zyde", waar een gaskomfoor broe-
derhjk naast een wasbak, die tevens als
gootsteen dienst deed, stond.
Wat eieren, mompelde hU, spek
en een glas wUn, en ik ben 't heertje!
Hy stak het gas aan, legde het spek
in de pan en begon naar de eieren te
zoeken. HU vond ze tenslotte in de
krantenbak. HU schonk het wastafel
glas vol wyn en piekerde erover, wat
hU die avond zou gaan doen. Ja, de
stad in met een paar vrienden, aardige
meisjesLeve de vrUheid!
Terwijl het spek luid sissend inéén-
schrompelde, begon de telefoon te rin
kelen.
Het was Max.
We hébben vanavond enkele men
sen te eten, Bob, maar we zyn met ons
dertienen. Ik heb héél zorgvuldig ge
teld. Eerst van links naar rechts, toen
van rechts naar links, maar ik kwam
steeds op dertien uit. Je weet, dat m'n
vrouw erg bygelovig is, Bob!
Hadden ze daar nu niet eerder ach
ter kunnen komen? Als je gasten voor
een diner uitnodigt, moet je meteen
gaan tellen, vond Bob. Niet op het laat
ste nippertje. NatuurlUk moest hy nu
weer als veertiende man optreden! HU,
de noodhulp, de vriend, die men zon
der gewetensbezwaren op het laatste
moment kon uitnodigen.
Wat? Is Pauline óók uitgenodigd?
Maar dat gaat te ver!
Kerel, begryp het toch!
Goed, ik kom.
Bob draaide het gas uit en begon zich
te scheren, waarby hy zijn gedachten
de vrye loop liet.
Zonder die 6cènes, zonder die brief
met pynlyke woorden, zonder die oor-
vUg. die de definitieve breuk tussen
hen had betekend, had hij Pauline
graag weergezien. Ze was nog steeds
een aanbiddelijk schepseltje, maar ze
hadden gezworen, dat ze elkaar niet
meer zouden zien en ze h&dden elkaar
inderdaad niet meer getroffen. En nu
moest hy zich voorbereiden om haar
weer in de ogen te blikken, dat graag
lachende, spotzieke meisje. Ja. dat was
zij uiteindelijk: een spotziek meisje. Hij
zou doen, alsof hy alles vergeten was.
Nee. dat kon toch eigenlyk niet. Ik
moet mU waardig gedragen, dacht Bob.
Ik moet een koele houding aannemen,
ik moet afstand bewaren. Misschien
kan ik my dan later vergevingsgezind
tonen, verzoenend. Ik zal met een stem
vol minachting „Mijn kleine Pauline"
tegen haar zeggen, en mU dan ostenta
tief omdraaien om met mUn tafelburen
te gaan praten. TenzU ze mU natuurlyk
een plaats naast haar geven
Bob begon zUn netste pak aan te
trekken, toen Max in hoogst eigen per
soon zyn hoofd om de deur stak.
Je zult me wel een lomperd vin
den, maar ik wil je even vertellen, dat
myn zwager zUn schouder ontwricht
heeft. HU zou by ons komen eten. Je
begrijpt het zeker wel
Ach. die arme kerel! riep Bob op
medeiydende toon. die lichtelyk ge
veinsd was. Daar biyft hy weken
mee sukkelen!
Ehdat bedoelde ik eigenlyk
niet. Ons diner
Je gaat toch niet al je gasten af
zeggen? Dat kun je onmogelyk doen!
Dat is te zeggen
Ik begrijp het al. Je wilt natuur
lek zeggen, dat jullie weer met z'n der
tienen zyn. Goed, ik kom niet
Met een fors gebaar wierp Bob de
deur achter de trouweloze, listige Max
dicht, die zich had laten beïnvloeden
door zyn bUgelovige vrouw. Maar hy
riskeerde daarmee een oude vriend
schap, vond Bob.
Nijdig stak hU het gas onder het in
middels koud geworden spek weer aan,
deed zyn colbertjasje uit en zette de
radio aan in de hoop op wat opwek
kende en vrolyke muziek. Nauwelyks
vulden schetterende klanken de kamer,
of de telefoon begon te bellen.
Het was de vrouw van Max. Ze ver
telde hem, dat onverwacht een zaken
relatie van Max was gekomen, waar
mee hU belangryke besprekingen moest
voeren.
Dat moet hU morgen maar doen
zei Bob nUdig. Stuur hem maar naar
een of andere restaurant. Je behoeft ir.
géén geval op my te rekenen als veer
tiende man.
Bob, je kunt ons toch niet in de
steek laten! HU móét vanavond bU ons
eten, want hij gaat met de nachttrein
weer weg. Max kan onze gasten toch
niet alleen laten en ergens anders met
hem gaan eten! Je móét ons helpen!
Met een berekenende kalmte, maar
inwendig ziedend, trok Bob-denoodhulp
zUn colbertjasje weer aan, stak siga
retten by zich en vertrok schouderop
halend. Hy dwong zichzelf een vrien-
delyk en opgewekt gezicht te zetten,
maar hy voelde zich steeds nydiger
worden.
Pauline had hy sedert die oorvy'g
niet meer gezien, maar een stekend
souvenir op zyn linker wang
Het is een vriendelyke en breed glim
lachende Bob, die tenslotte by Max
binnenkomt. Hy wordt echter ontvan
gen met verslagen gezichten. Op het
zelfde moment, dat de geur van gebra
den schaapsbout eyn neus streelt, zegt
Max timide: We komen er niet meer
uit. Toen Pauline hoorde, dat ik jou
had uitgenodigd, wilde ze opstappen.
ZU mag weggaan, mUn waarde,
maar ik biyf, zei Bob gedecideerd, ter-
wyi hU zyn gastheer een fikse klap op
de schouder gaf, die juist iets te hard
aankwam om nog vriendschappeiyk te
zUn. Max wankelde onder de slag en
wierp wanhopige blikken om zich heen.
Bob, je weet het, het spyt my ver-
schrikkelyk, maar
Laten we niet meer over Pauline
praten. De vrouwen zyn gek om alles
zo tragisch op te nemen. Als ze koppig
wil zyn, die Pauline, moet ze het zelf
maar weten. Ik heb langzamerhand
trek gekregen, dus blijf ik!
Je hebt het niet begrepen, kerel.
Als zy weggaat
Denk je, dat ze lang op me boos
biyft?
Dat zal my een zorg zUn, maar
als zy weggaat, laat ze ons in een af-
schuwelyke toestand achter. Dertien
mensen! Wéér dertien mensen!
Bob deed alsof hy er geen woord van
begTepen had. Hy streek zyn haren
glad, frommelde even aan zyn das en
snoof duideiyk hoorbaar de geuren op,
die uit de keuken kwamen aanwaaien.
Maar het was tevergeefs. Max balde de
vuist en gaf geen krimp. Tenslotte
wierp Bob een minachtende blik op zijn
gastheer en verkondigde uit de hoogte:
Ik ga weg!
Het nieuws van Bob's capitulatie be
reikte ogenblikkeiyk Pauline's oren,
dien toen meende dat zy eigenlijk best
kon blyven. Bob nUdig. Op het toppunt
van zyn verontwaardiging, omdat Max
haar niet durfde voor te stellen, wat hy
hem opgedrongen had, diep gekweld in
zyn eigen-waarde en tot overmaat van
ramp rammelend van de honger
want het was intussen al laat gewor
den duwde Bob Max terzyde, trapte
woedend op de tenen van het dienst
meisje, dat op een teken van Max
wachtte om hem uit te laten, en ste
vende regelrecht op Pauline af, die men
veiligheidshalve in de slaapkamer van
de bUgelovige vrouw van Max had op
gesloten.
Pauline had een kleur van opwinding.
Ze had haar jas aan en stond onder de
kroonluchter. Bob liep langzaam op
haar toe. Met haar korte kapsel zag ze
er verrukkelyk uit. „Ik heb je vroeger
vaak genoeg gevraagd die paardestaart.
die ik verafschuwde, af te knippen",
dacht Bob, die pal voor Pauline ging
staan. Hy voelde een verlangen in zich
opkomen aan die korte haren te trek
ken en haar hoofd, dat aardige kleine
kopje, dat zo obstinaat was, door elkaar
te schudden.
Hy haalde diep adem en zei toen,
byna over zyn woorden struikelend:
Luister nu eens: onze vrienden
zyn bygelovig; 't is idioot, maar ik kan
er niets aan doen. Of ik nu vertrek of
jy. ze blyven met hun dertienen aan
tafel. We blyven dus allebei, of we
gaan samen weg en eten samen. Be
grepen?
Dat is my te gortig!, riep Pauline
uit. Na die brief
en die oorvyg
na die scènes
HU greep haar by de arm, sleurde
haar letterhjk de kamer uit, graaide
zyn overjas van de kapstok, rende, zon
der zyn prooi los te laten, het huis uit,
en smeet de deur achter zich dicht,
waardoor de vingers van het dienst
meisje klem kwamen te zitten Een
langdurige gil begeleidde het paar. dat
de trappen afsnelde. Bob rende zo hard
hy kon om Pauline geen gelegenheid
te geven te protesteren en omdat
zoals hy zich plotseling herinnerde
het gas onder het spek had laten bran
den....