CHRISTIAAN HUYGENS:
w1
VOORJAARSBOMEN
en-STRUIKEN in RLOEI
ONS MENU
D
Even lachen.
ZATERDAG 14 APRIL
WEKELIJKS BIJVOEGSEL
PAGINA
Bewogen Leven
„ONTDEKKERS" en „UITVINDERS"
met 16 jaar aan Leidens Universiteit
In „De Hartog van Saksen" aan de Steenschnur
Er is veel overeenkomst tussen uitvinders en ontdekkers, maar ook toch veel
verschil. De overeenkomst is dat beide groepen een nieuwe wereld voor ons
openen. Columbus gai ons Amerika, en de uitvinder van de microscoop gal ons een
NIEUWE WERELD vlakbij: de wereld van het kleine.
Toch zijn „uitvinders" andere mensen dan „ontdekkers". Ontdekkers zijn altijd
mensen met een sterke dadendrang. Veelal vloeien ze over van energie. Zij moeten
er op uit. Zij moeten zichzelf meten met de elementen in de natuur en overwinnen.
Iets is er in hen dat hen altijd voortstuwt, dat hen in onze ogen tot grote roekelozen
maakt, maar zij „zeilen hun tijd vooruit" en voelen dat het nageslacht hen huldigen zal
waar de tijdgenoot hen niet verstaat. Dat is belangrijk voor hen, want zij zijn ijdel.
Toen Columbus terugkeerde van zijn eerste tocht, trok
hij over land naar Isabella en Ferdinand, opdat het
ganse volk gelegenheid kreeg de onderkoning te huldigen,
opdat de vorsten zelf wel verplicht waren hem een ont
vangst te bereiden, zoals nog nooit een gewone sterveling
had gekregen: zij waren immers het einde en het doel
van de zegetocht.
Daar op het land kon men de kleine Columbus vinden.
Op zee was hij de grote. De man die met een open Bijbel
in de ene hand en een zwaard in de andere op het voor
dek stond, bewegingloos, zonder vrees, toen daar die
enorme waterzuil aan kwam ruisen, die zyn schepen
vernietigen wilde. Terwijl alle schepelingen bloed zweet
ten van angst zag hy het naderend gevaarte zonder vrees
in de ogen en trok, de naam van de Verlosser noemende,
de magische cirkel, toen het gevaarte zich op hem dreigde
te storten.
Op het juiste ogenblik week bet gewillig uit en niemand
bekwam letsel
r U geloven niet meer dat dit waar gebeurd is.
Onze zeevaarders van heden zien dergelijke
waterbergen niet meer. die zich brullend Voort
bewegen. Doch wie nog enig vermogen heeft zich te
verdiepen in de gedachtenwereld van vroeger tijden, weet
ongetwijfeld dat Columbus niet één dergelijke zuil. maar
vele. die aankwamen stormen uit het rijk der verbeel
ding.. zó suggestief dat ze de angstige schepelingen het
ademen benamen, onschadelijk heeft gemaakt.
Columbus was een man. gróót in de storm op het
moment dat hij zijn ontdekking, gesloten in een ton. aan
de zee toevertrouwde, die hemzelf verzwelgen wilden.
God zou hem niet verlaten.
Te land was hij een kind. jengelende om eer. Te land
„bewees hij", dat zyn komst reeds in de Bijbel was
voorzegd en dat hij de geroepene was voor de grote, de
heilige tocht. Eens zou hij rond de ganse aarde zeilen
en het land van Ofir vinden, waar de schatten van
Salomo nog op hem lagen te wachten. Met dit goud zou
de laatste kruistocht worden betaald, want het ging toch
niet op dat het graf van de Heer in handen van zijn
verdoemde vyanden bleef? Binnen twee eeuwen zou
Christus wederkomen en dan zou alle leven ver-gaan.
Columbus, man en kind. Een man met een heldere
geest, een ijzersterk lichaam, een grote eerzucht en een
sterke wiL Hij was iets zeer aparts. Hij. die jaren lang
voor gek gehouden werd.
Na zijn succes werden geest, ziel en lichaam vertroebeld
door het verlangen naar wraak, hulde en erkenning. Hü
wist het, mede door aijn eigen schnld kreeg hü de
boeien aan. Maar niemand had het recht hem te be
rechten, want niemand had zo sterk het goede gewild.
Hl) bleef de uitverkorene die eens het goud van Ofir
halen zouom de weldra naar de aarde komende
Verlosserte verzoenen met zt)n graf
Wonderlijke mengeling van mystiek, dadendrang en
rede. Vallen wR door dit te schrijven Columbus af? In
tegendeel. Wij erkennen gaarne zijn grootheid, doch
stellen hem op deze wijze naast Huygens opdat die
beter begrepen worde.
CHRISTIAAN HUYGENS werd de 14e april 1629
geboren te Den Haag. en was een zoon van de par
ticulier secretaris van Frederik Hendrik: Constan
tijn- Huvgens, in zijn vrije tijd dichter, en van Suzanne
van Baêrle. een Amsterdamse koopmansdochter.
Constantijn Huygens was volop Renaissancemens. En
hij deed alle moeite om zijn vijf kinderen op te voeden
in die geest. Het domme, middeleeuwse bijgeloof werd de
rug toegekeerd en de rede kreeg een ereplaats in het
deftige huis.
Het vrije denken ontwaakte en daarmee een groot op
timistisch geloof in de kracht van de rede. Terwijl de
taak van het onderwijs eens geweest was de mens de
weg te wijzen langs het smalle pad, hem met de gruwelen
der hel als roede voort te drijven naar de hemelpoort,
opdat hij niet stilstaande, in handen viel van de mon
sters der lust, zou die taak voortaan moeten zijn: mee
bouwen aan de volledige ontplooiing van het mooiste,
belangrijkste en verstandigste wezen der aarde.
Men geloofde dat men een élitemens kon vormen, in
tamelijk snel tempo, als men het jonge mensenkind
maar heel vroeg opving, en bezig hield met die dingen,
die Ingrijpend Inwerkten, tot loutering van zijn gemoed,
tot verheldering van zijn rede. tot sterking van zijn wil.
Men geloofde in deze mogelijkheid cn geloven is altijd
een kracht. Een opvoedingsmethode waarin men ge
loven kan. heeft altijd resultaat, omdat men het
geloven, zonder te spreken overdraagt, waardoor het
bezit wordt van het nieuwe en gevoelige jonge leven.
DE vader heeft nauwkeurig aantekeningen gemaakt
van de vorderingen van zijn kinderen. De opvoeding
was immers belangrijk. Van Christiaan. zyn tweede
zoon schreef hij. toen die nog zeer jong was:
„Hij is seer kleintiens van jaren" en van aerd als van
complexie ende aengesicht soet als een meisken, daer
hem elck voor aenslen wilde."
Het kind had geen verlangen naar ruwe krachtspelen.
het genoot als ziin moeder hem vertelde en zyn vader
hem onderwees. Toen hy twee jaar was kon hij het
„Vaderons sonder movte. op sijn manier van uytsprake.
sonder missen uvtseggen". Op zijn zevende jaar begon hy
aan het Latijn èn op zijn achtste jaar stierf zijn moeder.
Het kind was zeer aan zijn moeder gehecht gewi
zodat deze vroege dood voor hem grote schade bcteke
De vader nam een nicht thuis, die de vijf kinderet
moest voeden en daar hij zelf met de stadhouder
moest trekken van legerplaats naar legerplaats
bevinden ons nog in de Tachtigjarige Oorlog steld»
gouverneurs aan voor zijn kinaeren. Hij zelf echter s
pelde uit wat er geleerd moest worden en hoe. En bij
nalezen daarvan verbaast het ons hoe weinig het on:
wijs sinds hem is opgeschoten. Hij werkte ook al
„gevoelige perioden", zelfwerkzaamheid, hij was er oo
lang van doordrongen dat het ene kind soms veel b
het andere kind iets duidelyk maken kan. omdat
diens taal verstaat, dan de meester de leerling. En
was daarbij even practisch als scherpzinnig. Als
Christiaan aanstelde als leraar over zijn een jaar ou
broer in het muziekonderwijs, dan kreeg die leraar it
dop daarvoor een schelling per week en de leerling
halve. Nooit leerde Constantijn. de oudere broer zo
als toen Christiaan zijn leermeester was. Na enige we
begon die „tot onser verwonderinghe, gans fraay
vast te worden in het intoneren".
E vader, een man van ervaring en mensenkennis,
zijn kinderen gauw doorzien en geen moeite
hem teveel om hun aangeboren talenten te
plooien, om hen voor te bereiden op het volle le
dat hen wachtte.
Dansen, schermen, paardrijden, vreemde talen sta
ren waaronder Frans en Italiaans, het Christen!
beleven op nieuwe, ruime wijze, dat alles behoorde
de opvoeding. En toen de vader bleek, dat Christii
de meest intelligente van zijn kinderen, een
hartstocht aan do dag legde voor alles wat met
kunde en mechanika te maken had. mocht deze
zelfs daarin bekwamen, ofschoon noch de vader, i
de zoon, enig vermoeden hadden in welke richting
dit leven zou bewegen. Belden namen vanzelfsprek
aan dat de loopbaan een ambtenaarlyke zou
ongeveer zoals die van de vader.
Daarom worden Constantijn en Christiaan dan
naar Leiden gezonden, om daar rechten te studeren,
mei van het jaar 1645 namen zij hun Intrek in De Hai
van Saksen, aan de Steenschuur en weldra zond
de twee knapen een schrijven waarin een dagroo
stond vermeld, door hem zelf opgesteld, beginnende
vijf uur 's morgens met gebed, en eindigende tien
's avonds, opnieuw met gebed. Bidden en Bijbellezen
voor de vader meer dan een vorm. Meer dan ee:
om zich thuis te kunnen voelen in een wereld, waai
de taal. zeden en gewoonten doorspekt waren
Bijbelse gezegden en opvattingen. Christiaan was
16 jaar toen hij ln Leiden werd ingeschreven aan
Universiteit van de Prins.
REIN BROUWE1
Kijkjes in de Natuur
DE PAASDAGEN hebben ons t«
pakken gehadMet dat aanloop
je van een paar heerlijke voor-
Jaarsdagen hadden we ons biy ge
maakt, in de verwachting van een
tweetal zaohte feestdagen, maar het ia
anders uitgekomen. En nu denken we
met spijt terug aan de verrukkelijke
atmosfeer van de Goede Vrijdag, toen
een onverwachte zuidenwind plotseling
overal het leven te voorschijn toverde.
Niet, dat we het gras konden zien
groeien, maar er was van de ene dag
op de andere toch wel degelijk verschil
te zien tussen het doodse grauwe geel
van de weilanden en het nieuwe gToen.
dat als een waas zich over het warm
gestoofde gras legde. De kippen op de
boerenerven waren glad van streek: ze
kakelden en kakelden en legden in ijl
tempo nog de ontbrekende feesteieren
waarvoor ze waren aangenomen. De
merels renden nog harder door de tui
nen, dan we van ze gewend waren en
de spreeuwen op de dakvorst deden
van louter voorjaarsvreugde nog gekker
dan anders en zongen en krasten al
hun melodieën door elkaar.
En nu dit! Pasen met de kachel aan.
Pasen in de winterjas, die al in een
hoekje achteraf was komen te hangen.
Toch (en dat is wel merkwaardig)
het voorjaarsfeest is doorgegaan, kou
of geen kou, al wordt de vreugde wel
getemperd door de gure wind en door
het ontbreken van zonnewarmte.
HET VOORJAAR heeft zijn op
wachting nu eenmaal gemaakt,
het voorjaar is niet meer te stui
ten. Hoort U maar!, 's morgens om half
6 ongeveer begint de eerste zanglijster
al.
HU zingt net zo lang. tot de hele
bent wakker is en dan zingt en tie
reliert het door in de eerste schemer,
dat een mens er met genoegen naar
luistert. Ik zelf vind het tenminste
geen straf, daar iedere morgen even
van wakker te worden. Ik denk dan
vaak: „Daar heb Je nu maandenlang
naar verlangd. Nu is het er weer. Ge
niet er nu van!"
Ook de bomen en struiken zijn op
gang gekomen en niets kan ze tegen
houden. Onze krenteboompjes staan
met een vracht van uitgeschoven knop
pen. Dat zal me een pracht van een
bloei geven! Dan is er de hamamelis.
de z.g. toverhazelaar, de laatbloeiende
soort, die nu, begin april, op z'n mooist
bloeit. Er is ook een vroegbloeiende die
in Januari in z'n eentje staat te prij
ken met z'n eigenaardig gekrulde gele
kroonslippen. Een vreemde verschij
ning in de kale tuin. Als we een takje
afplukken en in de kamer zetten, rui
ken we een heel bijzondere fijne geur.
Die geur duidt op contact met insek-
ten, maar waar er in Januari vliegjes
en zo vandaan moeten komen, is me
een raadsel.
Trouwens, die hamamelis heb ik al
tijd een vreemde sinjeur gevonden, die
me. wat zijn leven en gewoonten be
treft, volkomen ln het duister laat.
Daar komt nog bij, dat ik maar geen
boek kan vinden, waarin deze wonder-
struik uitvoerig beschreven staat.
Nu nummer drie, een voorjaarsstruik,
die vooraan staat in de rjj der vroeg-
bloeiers. De kornoelje. Die staat nu in
vol ornaat (hü is misschien zelfs al over
zijn hoogtepunt heen) en is boordevol
groengele bloempjes, vierpuntige ster
retjes, waaruit tientallen stipjes te
voorschijn komen. De meeldraden. Wil
de zon maar even goed doorkomen, dan
zitten ze al gauw vol met bijen, vliegen
en soms een vroeg kevertje. Wat dat
insektengoedje daar uitvoert en wat de
bedoeling is van hun bezoek, is niet
moeilijk te raden.
Een overbekende, maar niettemin
heel mooie boom. mag n.l. niet worden
vergeten. De iepenboom. Ook al een. die
eerst bloeit en daarna pas zijn bladeren
krygt. Om de iep te zien, hoeft U heel
weinig te doen. De meesten vain ons
fietsen er dagelijks langs of ze hebben
er een paar voor hun huis staan.
De iep is in deze tijd van het Jaar
een prachtboom, speciaal wanneer er
vele bijeen staan op een marktplein, in
een park of rondom een oude kerk.
Laat ik de Amsterdamse grachten met
hun beroemde iepen niet vergeten.
Staat een iep in bloei, dan zyn alle
takken, tot de kleinste en fijnste toe,
overdekt met duizenden lichtpaar
se bloempjes. In ieder van die bloem
pjes zitten witte meeldraden en al dat
wit en paars vormt in de koestering van
het zonlicht een schemer van brons en
goud, die als een ijle sluier over het
netwerk der boomkruinen ligt.
Dit feest is gauw voorbij. Niet zodra
hebben de bijen hun werk gedaan, of
ALS er nu ln zo'n kornoeljeboompje
een vogel gaat zitten zingen,
wordt het nog aardiger. Dat zou
b.v. de heggemus kunnen zijn, dat klei
ne bruingrauwe ding met het dunne
priemsnaveltje, waarover ik onlangs
al eens heb geschreven.
Mocht U hem voor een mus houden
zodra U hem hoort zingen, is er geen
vergissing meer mogelijk. Op het geluid
moeten we n.l. veelal afgaan, willen we
een vogel ontdekken en dit geluid nu
is zo opvallend en het wordt in deze
tijd in zoveel tuinen gehoord, dat het
niet kan missen, of U moet met dit
diertje wel kennis maken. Zijn zang
doet denken aan het opgewonden liedje
van de winterkoning, alleen is ze veel
korter. Wat? kent U het winterkoninkje
niet? Klein Jantje, ons bijna kleinste
zangvogeltje? Ja, dan wordt het moei
lijker. De roodborst dan. want daarop
lijkt de heggemus in zijn zang ook wel
een beetje. Ook niet? Dan keren we
terug naar onze vroegbloeiende bomen.
de flonkerende pracht sterft enel en
dan staan de bomen een tijdlang te
wachten op het volgende feest, dat is
de tijd van het uitlopen der jonge
blaadjes, zeker niet minder mooi dan
de bloesemtijd.
jAMMER dat de meeste mensen de
bomen voorbij lopen. Ze kijken lie-
J ver naar hun tenen. Nu .is het
waar, dat er vlak voor onze voeten
in de tuin ook veel te genieten valt.
We zouden b.v. kunnen kijken naar de
krokussen, die door de mussen (geen
heggemussenzo krachtdadig uit el
kaar worden getrokken.
We hebben ook zo'n krokusslag-
veldje, het is geen gezicht, zoals die
mussen ze toetakelen. Er schijnt in
deze bloemen iets te zitten, wat de
mussen bijzonder lekker vinden,
waaxbü ze dan voor de helgele kro
kussen een bijzondere voorkeur heb
ben. We hebben nu over elk polletje
Zoals de ouden
zongen, piepen de
jongen
He» belang van een juiste
voeding
Het Voorlichtingsbureau van de
Voedingsraad meldt
Er ls ln onze kennissenkring een
jochie, dat zó dol ls op levertraan,
dat z'n moeder de fles achter slot
en grendel moet zetten, wil ze niet
eensklaps tot de ontdekking komen,
dat zoonlief de Inhoud achter elkaar
beeft opgedronken.
U kent zulke gevallen misschien in
Uw eigen omgeving. Maar U hebt on-
getwyfeld ook heel wat kinderen
ontmoet, die met intense afkeer voor
hun lepel levertraan op de vlucht
slaan.
Ieder mens heeft zijn eigen smaak.
Een smaak, die voor een groot deel
gevormd wordt in zijn ouderlijk huis.
Wij werden daar vertrouwd gemaakt
met bepaalde voedingsgewoonten en
we leerden van bepaalde produkten
meer houden dan van andere.
Wat er in ons huisgezin gebeurt,
geschiedt ook in groter verband: de
streek-voedingsgewoonten zijn er een
uitvloeisel van. Het is niet gemakkelijk
deze streek- en gezinsvoedingsgewoon
ten te veranderen. De kinderen, voor
al de meisjes maar zeer zeker ook
de jongens voeren ze later in hun
eigen huishouding in en hun kinde
ren zullen ze op hun beurt weer verder
uitdragen.
Wie van traditie houdt, is bang
deze keten van gewoonten te verbre
ken. Hierin ligt echter een gevaar,
want oude gewoonten zijn niet altijd
goede gewoonten.
Onze verantwoordelijkheid tegen
over onze kinderen eist van ons, dat
we ons erop bezinnen of de voe
dingsgewoonten ln on6 gezin wel de
juiste zyn. Niet alleen wordt de
gezondheid van ons en onze gezins
leden door een goede voeding bevor
derd, we werken ook op langere
afstand. Wie zijn kinderen door de
praktijk begrip voor een goede en
gezonde voeding meegeeft, schept
voor hen de mogelijkheid later zelf
in hun eigen gezin hun voordeel te
doen met de kennis, die zij al etend
bij moeder thuis hebben opgedaan.
(Ingez. Med.-Adv.)
Goed voorbeeld doet
Zeker, kaar grootmoeder en haar
moeder gebruiktenreedsMAIZEN A
DU RYE A en tij volgde dat goede
voorbeeld. Vandaar haar lekkere
groenten, smakelijke eoepen en
smeuïge sausen. En als haar vrien-
dinttett vragen hoe het komt dat zjj
zo lekker kan koken, dan zegt z\j
,,Qoed voorbeeld doet goed volgen"
en gebruik zoals ik - MAÏZENA
DURYEA voor het binden van
groenten, soepen en sausen. Dan
zRn mislukkingen b(j voorbaat uit
gesloten.
want voorliefde voor bepaalde gerech
ten en tegenzin tegen andere bergen
als eraan wordt toegegeven het
gevaar in zich van een eenzijdige
voeding. Ouders moeten „alles eten"
en kunnen pas dan van hun kinderen
verwachten, dat zij het ook doen. De
jeugd volgt graag het voorbeeld van
de volwassenen na. Wanneer ouders
laten merken, dat ze zelf zekere pro
dukten allerminst waarderen, is het
niet vreemd wanneer de kinderen er
een afkeer van krijgen.
Wanneer moeder en vader bij voor
baat alles wat nieuw is als onjuist of
niet lekker van de hand wijzen, zullen
hun kinderen dat later misschien ook
doen.
Niet alleen vrees voor andere voe
dingsgewoonten. ook overvoeding vindt
in vele gevallen haar oorsprong ln
thuis aangeleerde verkeerde voedings
gewoonten. Als men van jongsaf te
veel heeft gegeten en te veel heeft
zien eten. gaat men met deze slechte
gewoonte door tot in lengte van dagen
Help Uw kinderen, die op school les
in voedingsleer krijgen, door zelf ook
van dit onderwerp kennis te nemen
en zo nodig Uw gewoonten en/of
menu's te veranderen. Geef Uw doch
ter, die de huishoudschool bezoekt, de
kans om dat. wat ze leert, thuis ln
praktijk te brengen.
Wanneer U Uw kinderen goed voedt
en hun alles leert eten, als U hun
de kans geeft het geleerde in de
praktijk te brengen, slaat U heel
wat meer dan twee vliegen in één
klap:
U helpt mee de gezondheid van Uw
(Ingez. Med.»Adv.)
kinderen nu en later te bevorde
U leert ben wat een goede
ding Is.
U geeft hun daardoor de kans i
kennis later uit te dragen ini
eigen gezin.
U kunt verwachten, dat ze 1
eigen kinderen In de toekomst
goede eters ln de ware zin van
woord zullen opvoeden.
En zo werkt U ln de kleine gcmei
schap van Uw gezin mee in
grote verband: de bevordering
de volksgezondheid.
VAN DE WEEK
Op verschillende manieren kunnen we verse groenten verwerken: geko
in salades en stamppot, maar ook in soep. Fijngesneden rauwe peterselie of ki
vel maakt iedere soep bijzonder geurig en verhoogt bovendien het vilamii
gehalte.
ZONDAG
DINSDAG
WOENSDAG
DONDERDAG
VRIJDAG
Groentesoep; stukje kalfs- of varkensvlees, princesscbo:
(blik), aardappelen; custard met rabarber-compóte.
Kopje soep; koud kalfs- of varkensvlees, worteltjes, aard
pelen; fruit.
Stamppot van rauwe raapstelen, kaas; appelmoes.
Witlof, eieren, botersaus, aardappelen; yoghurt met vani
vla. (Bonen weken).
Klapstuk, witte bonen, aardappelpuree, andijviesla; (ral
Gebakken vis, rode koolsla met geraspte appel, aardappd
bruine botersaus; karnemelksepap met stroop.
Gebakken aardappelen met uien en blokjes kaas, krop
fruit.
een huisje van kippegaas gestulpt.
Fijn gemaasd, want anders pikken
de dikke snavels er nog doorheen.
Dat gaas helpt. Behalve als het aan
een kant opgewipt is, want dan krui
pen de vandalen er rustig onderdoor.
En dat zijn nu de mussen, die we
van deze winter zo hebben gevoerd.
Van Je vrinden moet Je het maar
hebben!
SJOUKE VAN DER ZEE.
Recept: Stamppot van rauwe raap
stelen met kaas.
2 kg. aardappelen, 500 g. raapstelen,
200 g. jonge of Iets belegen kaas in
blokjes gesneden, melk, boter, zout
nootmuscaat)
De aardappelen wassen en koken
met weinig water en zout. De wortel
tjes van de bosjes raapstelen afsnij
den. wassen en daarna de raapstelen
hakken of zeer fijn snijden. Wanneer
de aardappelen gaar zijn, hiervan een
puree maken met boter en melk, de
fijngesneden raapstelen door de puree
roeren, op smaak maken met zout en
(nootmuscaat). De stamppot zeer kort,
goed doorwarmen, tot slot de blokjes
kaas erdoor roeren.
Recept: Yoghurt met vaniUevla.
Vi liter yoghurt, liter vaniUevla.
Belde flesjes zeer goed schudden en
uitschenken in een glazen schaal,
laag om laag of de yoghurt èn de va
niUevla goed door elkaar kloppen. Het
is meestal niet noodzakelijk nog suiker
toe te voege.ndien wél, dan basterd
suiker gebruiken.
Onlangs heeft de oudste man
Frankrijk en dat is Saphln R
vost zijn 106de verjaardag geviï
Op de vraag, hoe hü dat had
gespeeld, antwoordde hij: „Ik
altijd een rustig leven geleld,
grootste reis. die ik ooit maakw
geweest van Arras, waar ik altijd
gewoond, naar Rijssel. afstand 4i
lometer. Dat hi) drie jaar geleden
op het land werkte, willen we p
even onder de aandacht brem
want zulke mensen komt u niet
dag tegen.
Weg uniform, constateerde roe:
Cederqulst, inspecteur van de
penhaagse verkeerspolitie. Dat
het werk van een zwerver die k
kleedkamer var het hoofdbufl
van politie het hol van de Ie*
om het zo maar eens te zegget
zyn pakje had verwisseld voor
van de inspecteur Op straat ma»
hij van de gelegenheid sebniü
enkele uren tientallen weggek
kers, cie zich niet strikt aan de1
keersregels hielden, op de boa
sUngeren-