Voor wie liet in mei al zomer is.... ONS MENU FANTJE, de olifant, op zoek naar paaseieren i© ZATERDAG 7 APRIL WEKELIJKS BIJVOEGSEL PAGINA 3 Spiegeltje, spiegeltje aan de wand Vakantiespreiding onder zuidelijke zon VAN DE WEEK Verhaal voor de kleintjes Even lachen.... Parijs, april 1956 begin mei met een reisgezelschap voor ongeveer twee weken naar Antibes (aan de Rivièra). Het is de eerste maal dat ik daar naar toe ga. Ik ken de plaats helemaal niet en nu weet ik niet goed wat ik eigenlijk mee moet nemen. Zoudt U me eens willen inlichten?" f Bravo Annelies, bravo dat je aan vakantiespreiding doet. Maar vooral ook bravo omdat je dat luisterrijke stukje Frankrijk in het allermooiste, het allergunstigste jaargetijde gaat bekijken! Toen ik je briefje gelezen had. vroeg ik me af of het afkomstig was van een 18-jarige, die haar eerste buiten landse reisje ging maken, of van een vrouw die voor het eerst na vijftien jaren huwelijk een vakantie nemen kon. Wat je leeftijd betreft weet ik immers niets, en dus heb ik maar ge raden: rond de drieentwintig was mijn conclusie. Heb ik het mis? Omdat je geen leeftijd opgaf - en die is in zoverre belangrijk omdat ik een vrouw van vijftig geen katoenen kuitbroek zou aanraden en een bak visje geen rechte, zijden zomerjurk jes! - en omdat je vraag ongetwijfeld ook een heleboel andere lezeressen in teresseert, heb ik er met genoegen mijn wekelijkse rubriek voor beschik baar gesteld: er zijn tenslotte méér vrouwen en jonge meisjes die aan va kantiespreiding doen, en er zijn er eveneens een heleboel die vroeger of later de zonnige baaienkust van Zuid- Frankrijk - of soortgelijke zomerse oorden zoals de Zuid-Zwitserse me ren, de Balearen, Italië e.a. - gaan opzoeken. Je vertelt ook niet, Annelies, hoe je reist, per trein op per bus. In beide gevallen echter raad ik je aan: reis licht! Neem zo min mogelijk en zo licht mogelijke bagage mee, je zult er alleen maar plezier van hebben. Bezit je nylon onder- en nachtgoed, neem dan alleen dat mee: Aan twee stuks van ieder heb je dan meer dan vol doende, en je kunt zelfs met één stel letje volstaan, omdat je het vuile goed gemakkelijk kunt doorslaan en het ls in je warme vakantieoord in een wip droog. Zowel in trein als bus - en je reis is lang! - trek je gemakkelijke, sportie ve kleren aan, die liefst niet kreuke len, die tegen een stootje kunnen en niet gauw vuil worden. Bewaar je schone katoenen jurkjes dus voor An tibes, en draag onderweg bijvoorbeeld een wollen rok met een dim truitje of een blouse. Daarbij een kort mantel tje of een lange jas. Zorg ervoor een paar gemakkelijke schoenen en/of heb desnoods een paar gemakkelijke slip pertjes bij de hand. vooral als je des nachts reist. Pak je bagage zó. dat je zonder omslag bij je toiletgerei (en eventueel je nachtgoed) kunt komen, en doe dit als het kan in een handtas, zodat je je medereizigers niet lastig hoeft te vallen doordat de koffer uit het net moet worden gehaald. Ga je met een bus en overnacht je in een hotel, stop dan je nachtgoed boven in de koffer: je hoeft dan niets uit te pakken of overhoop te halen. Reis je per trein, dan heb je onderweg geen nachtgoed nodig, zelfs al krijg je een „couchette", zo'n krib (zes in één coupé), waarop je je uitstrekt zonder dat je je ontkleedt. Heb al je toiletgerei, in een plastiek zakje, bij de hand voor de volgende ochtend, wanneer je Je in het toiletkamertje van de trein (zoals alle andere reizi gers!) even vlug wilt opknappen. Wat er verder in je koffer zit? Je hebt in Antibes een afspraakje met de (vroege) zomer en dus kun je je vakantiegarderobe net zo samenstel len alsof je in augustus naar een Hol lands strand ging. Katoenen zomer jurkjes en/of rok en blouses van ka toen. een strandpakje of een zonne- jurkje mét jasje of bolero. Een wollen cardigan, een stola of een sjaal die je over je katoentjes dragen kunt als het 's avonds koel is. Een badpak, als je zwemt, plus een handdoek of een bad laken. Een handdoek, ook als je niet zwemt. Als je wilt een strandhoed. maar in ieder geval een zonnebril (het licht aan de kust is zeer scherp!). Een kiek toes tel. Zeep. Sigaretten en luci fers als je tot de rokende vrouwen ANNELIES P. behoort Gemakkelijke zomerschoe nen of sandalen, waarop je lange wandelingen maken kunt. Geklede zo- merschoentjes met hoge hak draag je alleen als je netjes uitgaat, naar een restaurant of een casino, maar zelfs daar kun je het in de meeste gevallen gemakkelijk zonder doen. Wat je waarschijnlijk niet hebt. maar in je vakantieoord kunt kopeh 'ze zijn niet duur) zijn spartiaatjes. Dit zijn hoogst comfortabele veter sandalen; de goedkoopste hebben een zool van touw die behoorlijk solide is. Ze zijn Ideaal en beter dan welke schoen ook om mee over de rotsjes te klauteren en op de keienstranden te lopen. Bovendien spaar je er je bete re schoeisel mee. Vergeet niet dat grote, brede zandstranden niet bij het landschap van de Cöte d'Azur horen. In Antibes zul je of van de rotsjes de zee induiken of over de grote kiezel keien van een strandje de zee inwan delen - tenzij Je naar het zandstrand van het dichtbije Juan les Pins trekt of ergens op de Cap d'Antibes bij een strandje wordt ondergebracht. Als je ooit een uitstapje maakt, de bergen in. zorg er dan voor dat Je iets warms bij Je hebt, ook al bak je aan de kust van de hitte De tempera tuursverschillen tussen hoog en laag zijn zeer merkbaar Geklede japonnen heb je beslist niet nodig. Feestelijke dans- en cocktailja ponnetjes kan je dus gerust thuisla ten. Daarvoor in de plaats stel Je Je meest flatteuze en aardigste zomer jurkje (van zijde of katoen), en heeft dat jurkje een wijde rok. draag het dan over een stijf uitstaande onder rok om het een modieus en feestelijk tintje te geven Tot slot nog een raad: onderschat de Rivièra-zon niet en... pas er voor op! Een twee-uren-zonnebad op Je eerste vakantiedag, en je kunt de overige dertien vakantiedagen niet meer in de zon komen. Doe het dus kalm aan. volsta met tien vijftien minuten, ook al „voel je dan nog niets". De Rivièra zon is geen Hol landse zon en kan funest zijn voor alle gretige zonnebaadsters, die regel recht uit het Hollandse winterklimaat komen. Heb dus, wanneer je een bloot zonnejurkje of een dito strandpakje draagt, altijd iets bij Je dat je na een poosje over je schouders kunt gooien, en bedenk dat ook een katoenen hoofddoekje soms goede diensten kan bewijzen. Geniet dus van de zon met wijze mate. maar. Annelies. geniet daaren tegen met volle teugen van het mooie landschap waar je naar toe gaat en het oude vestingstadje waar je onder-* dak zoekt. Een prettige vakantie! J. V Hoewel het nog koud is. zqn er toch onmiskenbare tekenen van de naderende lente. De jonge voorjaarsgroenten zqn er weer. aten wij hiervan volop genieten. Zqn ze U nog iets te duur? Verwerk ze dan in slaatjes; U behoeft er dan minder van te gebruiken en ze verschaffen U vitamines In ruime mate. ZONDAG DINSDAG WOENSDAG DONDERDAG Gebakken kaasrondjes; witlof met ham. aardappelen, boter saus; grape fruit gevuld met vruchtensla. Gehakt, gestoofde uien, aardappelpuree; yoghurt gemengd met rest vruchtensla. Gehakt, doperwten (blik), aardappelen; fruit. Kervelsoep van verse kervel; gebakken lever, appelmoes, gebakken aardappelen. Uitgebakken spek. bieten, aardappelen; koffievla met schuimpjes. (Bonen weken). Jachtschotel van bruine bonen, gebakken vis, aardappelen, andijviesla; vanillevla met schijfjes sinaasappel. Nasi-goreng met omelette; fruit. ZATERDAG Recept: Gebakken kaasrondjes. Per persoon 1 of 2 ronde stukjes brood (uitgesneden rond een kopje), 1 plak kaas. ontbijtspek, boter Bak het ontbijtspek knappend in een koekepan, het mag gerust iets op krullen. Bak nu de stukjes brood bruin (zelfde pan, met iets boter er bij). keer ze om, en bedek de gebak ken zijde met een dikke plak kaas. Laat de 2de kant langzaam bruin worden, zodat de kaas tijd heeft zacht te worden. Schik de kaasrondjes op een warme schaal en leg op ieder rondje een paar plakjes uitgebakken spek Recept: Koffievla met schuimpjes. 7 dl melk. zout. 45 gr. custardpoeder, 90 gr. suiker. 2 dl sterk koffie- extract of 1 eetlepel oploskoffiepoe- der. enkele schuimpjes. De custardpoeder aanmengen met iets melk. de rest der melk aan de kook brengen, de melk binden en even laten doorkoken, suiker en koffie- extract toevoegen, bij gebruik van oploskoffie deze oplossen in Iets ko kend water of melk. De vla onder af en toe roeren laten afkoelen, overdoen op een vlaschaal en kort voor het presenteren garneren met wat schuimpjes. Meneer Douglas Nye vond elke dag weer dat de straten van Croydon (Engeland) er maar smerig uitza gen. Daar kan een mens zich aan ergeren. Hij schreef een brief aan het gemeentebestuur, waarin hfj aanbood zelf op een zaterdagmiddag met een bezem de straten van zijn woonplaats te behandelen. De ge meenteraad wees dat aanbod echter af Het is namelijk niet toegestaan, dat particulieren het gemeentelijk schoonmaakmateriaal gebruiken. In Gatooma (Rhoaesiëi is het onlangs op veertig plaatsen tegelijk bruiloft geweest, dank zijde mieren. De beestjes hadden een gedeelte van het archief van de burgerlijke stand als voedingsbodem uitgekozen en zo maar veertig huwelijken verslonden. Daarom moesten al die echtparen opnieuw trouwen. Zo haal je nooit het gouden huwelijksfeest! „Krijgen wij ook paaseitjes" vroeg het kleine olifantje aan zijn moeder. Moeder olifant keek nadenkend naar haar zoontje, dat vragend zijn kleine slurf naar haar ophief en ze zei: „Ik denk het niet. Fantje. De paaskip en de paashaas hebben het heel druk, want ze moeten eieren leveren aan alle mensen. Ik vrees, dat ze geen tijd hebben om ook nog eieren aan olifan ten te brengen." „Ik zou toch zo vreselijk graag een echt paasei willen hebben", zeurde Fantje en hij keek smekend naar zijn tmoeder. „Ach," vond moeder, „zo'n teer ei is eigenlijk niets voor een klein olifantje, als jij. je zou het maar kapot maken. Jij krijgt met Pasen een grote kokosnoot, helemaal voor jou alleen." Maar kleine olifantjes kunnen net zo vervelend zijn als kleine kinderen wanneer ze iets graag willen hebben. Want Fantje dreinde koppig: „Ik wil een paasei". „Nu, weet je wat je doet?" bedacht moeder. „Je gaat naar de paashaas toe en je vraagt of hij een paasei voor je heeft. Als je maar goed uitkijkt, dat je niet op kleine dieren trapt en als je zorgt voor het donker thuis te zijn, vink ik het goed." Dat vond Fantje prachtig. Hij ging meteen op stap en toen hij na een half uurtje wandelen een kangoeroe tegen kwam, vroeg hij beleefd: „Kunt U mij misschien ook zeggen, waar de paashaas is?" De kangoeroe keek heel verbaasd en schudde zijn kop. „Nee." antwoordde hij bedachtzaam. „Van een paashaas heb ik nog nooit gehoord. Maar mijn vriend de giraffe weet erg veel. Je zou het hem eens kunnen vragen. Hij ligt waarschijnlijk te zonnebaden achter de bomen, daaren de kangoeroe wees naar een bos niet ver van hen vandaan. „Dan zal ik daar naar toe gaan, dank U wel." zei het olifantje en draafde verheugd flapperend met zijn oren weg. terwijl de kangoeroe hem hoofdschuddend nakeek. Het duurde niet lang of Fantje had de giraffe gevonden. Paashaas..." Heel voorzichtig lopend met de eieren in het mandje ging Fantje weer naar huis terug. haaspaashaasaapweet je ze- ker. dat je een haas bedoelt en geen peinsde de giraffe."paashaasaap? Apen zijn er genoeg, weet je"... Neem een stukje stevig wit of gekleurd papier waarvan de zijden 15 cm zijn. Knip het papier in zoals in fig. 1. Vouwde punten naar elkaar toe (fig. 2) en prik de pro peller op een stokje. En bevestig het stokje met een touwtje aan het stuur van je fiets of je autoped. Neem een stuk papier, dat 4 cm hoog Is en 56 cm lang. Vouw deze lange reep eerst In twee stukken (fig. 1)en daarna nog eens 3 maal vouwen (fig. 2, 3 en 4). Teken met carbonpapier (vader heeft wel een stukje), de dwerg op het boven ste stukje van de reep. Knip nu de dwerg uit, zonder het papier te ontvou wen. Ontvouw nu het papier en je hebt een rij vrolijk dansende dwergjes. Rosalientje heeft haar beursje verloren. Och, och, wat is zij droevig. Zij kan er echt niet van slapen, zullen wij haar helpen? Begin bij een van de pijltjes en pro beer het goede wegge tje te vinden. Maar: „Nee." zei het olifantje reso luut. „ik zoek een paashaas, geen haaspaas en ook geen haasaap." Toen schudde de giraffe zijn kop. die op een heel erg lange hals stond en zei: „Het spijt me vriendje, maar dan kan ik niets voor je doen." Een beetje mismoedig wandelde het oli fantje verder: hoe moest hij nu aan een paashaas komen? Terwijl hij zo wat peinzend voort- slenterde. hoorde hij opeens een fijn stemmetje ergens bij zijn voeten woe dend schreeuwen: .Kun je niet uit kijken. lomperik? Je hebt de ingang van mijn hol helemaal kapot ge trapt". Verschrikt bleef Fantje staan. Nu had moeder zó gezegd, dat hij op de kleine dieren moest letten. Bij zijn linkervoorpoot stond een bruin beest je met een klein staartje en lange oren boos naar hem te kijken. sneller dan met de mijne." Terwijl het olifantje gedwee het zand ging weg graven. keek het bruine dier hem be langstellend aan. „Wat doe je hier eigenlijk?" vroeg hij toen. „Ik heb nog nooit zo n dier als jij bent gezien." „Ik ben een olifantje, op zoek naar de paashaas." vertelde Fantje. Het bruine diertje staarde hem heel ver wonderd aan en riep uit: „Wat moet jij bij de paashaas doen? Ik ken hem heel goed. hij is een neef van mij, zie je!" „Dat is toevallig", riep Fantje en hij trompetterde met zijn slurf de lucht in. zodat het bruine dier ontzet zijn voorpootjes tegen zijn oren geklemd hield. „Hoe ziet de paashaas er eigenlijk uit?" wilde het olifantje weten en het •bruine dier zei: „Net zoals ik, natuur lijk, ik ben toch ook een haas?" Dat vond Fantje vreemd. Hij had gedacht, dat de paashaas bijna net zo groot zou zijn als een olifant en nu was het zo'n klein diertje. „Ik wilde hem vragen of ik een paasei van hem zou mogen hebben", vertelde hij aan het neefje van de paashaas, dat direct zei: „Ga maar met me mee. dan zullen we naar hem toe gaan en het hem vragen." Zo gezegd, zo gedaan. Wat was Fantje blij toen hij eindelijk de paas haas zag, die op een weilandje zat. met wel honderd eieren en zes grote bakken verf en een heleboel penselen waarmee hij de eieren verfde. Maar de paashaas was niet zo blij: hij vond het maar griezelig, die grote olifant tussen zijn kleine eitjes. Als Fantje een paar stappen naar voren zou doen. zouden alle eieren verplet terd worden. Maar Fantje deed geen stap naar voren. In sprakeloze bewon dering bleef hij staan kijken. .Wat prachtig." riep hij uit „Dus dit zijn nu paaseieren! En u bent dus de paashaas' Wat ben ik blij. dat ik gekomen ben!" De paashaas keek naar Fantje. hij vond hem wel een vriendelijk dier en daarom vroeg hij: „Wil je misschien een paar eieren hebben?" /O „Neem me asjeblieft niet kwalijk." verzocht het olifantje spijtig. „Het komt omdat ik zo groot ben en omdat ik zulke dikke pootjes heb. Dat kan ik echt niet helpen" „Nee. dat begrijp ik." gaf het bruine diertje toe. .Je bent. geloof ik. niet zo griezelig als Je er uit ziet. Zou je misschien met jouw voorpoot even een gat willen graven, hier? Dan heb ik weer een nieuwe ingang voor mijn hol, en met jouw poot gaat zo iets „Ik?" riep Fantje en het klonk als een jubelkreet. „Dolgraag". Toen pakte de paashaas een aardig mandje en dat vulde hij met mooi ge verfde eieren: een geel. een groen, een rood. een paars en dat mandje hing hij om de slurf van het olifantje Heel voorzichtig lopend met zijn breekbare lading ging Fantje weer naar huis terug. Nu had hij dus toch zijn paaseitjes! M- F B.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1956 | | pagina 25