Dr. J. W. C. KOLFF (NOORDWIJK)
MAAKTE BOERENOORLOG MEE
Oostenrijkers stromen in groten
getale naar Wenens Burgtheater
Eenmaal president Krüger ontmoet
ZATERDAG 18 FEBRUARI
WEKELIJKS BIJVOEGSEL
PAGINA 4
(Van een onzer redacteuren)
Gedachtig aan het gezegde „Als iemand verre
reizen doet, dan kan hij veel verhalen", zijn wij
eens een praatje gaan maken met de medicus dr.
J. W. C. Kolff, die thans in Noordwijk aan Zee
woont. Dr. Kolff heeft niet alleen verre reizen
gemaakt toen hij nog een jonge man van even
dertig was, en wel naar Zuid-Afrika, maar boven
dien was hij in dat land, toen daar de strijd woed
de tussen de Boeren en Engelsen, waarbij het er
om ging of de Boeren zelfstandig zouden blijven -
dan wel onder Engelse heerschappij zouden ko
men te staan. De gehele wereld leefde toen - het
was in de jaren 1899 tot 1902 - mee met de strijd
om de vrijheid en met name in Nederland was
men zeer begaan met het lot van de Boeren, het
stamverwante volk in Zuid-Afrika. De kranten
en tijdschriften schreven in die jaren kolommen
vol over deze oorlog. Dat is alles weer meer dan
vijftig jaar geleden, en het is thans nog wel aar
dig er iets over te horen vertellen door iemand,
die van nabij de strijd heeft meegemaakt.
Dr. Kolff, die op 31 december j.l. negentig jaar
werd, weet zich alles nog goed te herinneren en
hij kan ook nog zeer onderhoudend vertellen over
de tijd van 1899 tot 1902. Zijn grote bescheiden
heid weerhoudt hem er echter van veel over zich
zelf te vertellen.
De negentig-jarige arts is te
bescheiden om veel te vertellen
uit zijn rijke herinnering
Dr. Kolff woonde van 1895 tot 1909 in
Zuid-Afrika
Ter illustratie tui die prote bescheidenheid mope het Tolkende verhaal
dienen. Toen de Engelsen Pretoria hadden veroverd en het hospitaal, hadden
overgenomen, nam dr. Kolff ontslag als geneesheer van deze ziekenlnrichting,
omdat hi) niet van zins was met de Engelsen samen te werken. De koster van de
Dopperkerk nn moest opgenomen worden, omdat hi) ernstig gewond was aan zi)n
been. De Engelse behandelende geneesheer was van oordeel, dat het been geam
puteerd diende te worden. Iets waarvoor de koster weinig voelde. Zijn familie
kwam toen vragen aan dr. Kolff of hi) de behandeling wilde overnemen en trach
ten het been te behouden. In principe was dr. Kolff daar toe wel bereid, maar
h|) wenste niet naar het ziekenhuis te gaan. Derhalve werd de koster naar huis
gehaald en dr. Kolff behandelde de man verder. Zelf vertelde de dokter daar
over: „Ik heb hem toen behandeld en het been is weer geheel genezen, al was
bet dan wat korter dan het andere. Dit is echter geen verdienste van mij. want
van dr. G. C. J. Bierens de Haan - één van de Nederlandse artsen, die met een
Rode Krulscolonne naar Zuid-Afrika was gekomen - had ik geleerd hoe ik met
oorlogsverwondingen diende om te gaan. Zo heeft die man dus aan dr. Bierens
de Haan te danken, dat zijn been behouden bleef. Aldus het verhaal van dr.
Kolff. die zich wel erg op de achtergrond schuift en daarbij in ieder geval
vergeet een heel goed leerling te zijn geweest van dr. Bierens de Haan - en dat
ls op zichzelf toch ook al een grote verdienste.
spreken wilde, kon dan terecht. Iedere
Het hóspitaal te Pretoria, waarin
dr. Kolff werkzaam was.
De heer Coster was een vriend van
dr. Kolff uit de tijd. dat zij beiden
aan de Leidse universiteit studeerden
Wel waren zij in een ander jaar hun
studie begonnen, maar via het Leid-
sche Studentencorps, hadden zij elkaar
leren kennen en waarderen. Ver van
de Leidse Alma Mater kon de vriend
schap weer worden aangeknoopt. Op
die oudejaarsdag van 1895 deed de
Engelsman Jameson vanuit de Kaap
kolonie een verraderlijke aanval op
het gebied van de Zuid-Afrikaanse
republiek. Er werden onmiddellijk
maatregelen getroffen en een groep
van 400 Boeren trok de Engelsen te
gemoet. In Johannesburg was alles in
rep en roer. en leder wapende zich
zoveel mogelijk. Ook dr Kolff kreeg
een geweer in handen, maar eigenlijk
wist hij niet goed hoe er mee om te
gaan Gelukkig heeft hij het niet nodig
gehad, want de Engelsen werden te
ruggedrongen. De samenzweerders in
Johannesburg, die zich gereed hielden
om in actie te komen, als de Engelsen
succes gehad mochten hebben, werden
opgepakt en ter dood veroordeeld. Zij
kwamen er echter met een boete af.
„Ons sal sien"
Deze hele kwestie was niet zo een
voudig als het wel lijkt, aldus vertelde
dr. Kolff verder Het was n.l. een
voorloper van de oorlog van 1899. De
Engelsen versterkten hun troepen
voortdurend en de Boeren deden niets
dan afwachten Mr Coster heeft her
haalde malen de president gewaar
schuwd voor deze Engelse actie, maar
de Boeren waren over het algemeen
te slap en talmden maar Ons sal
sienwas een kenmerkende uitdruk
king van de Boeren Wanneer zij eer
der de oorlog hadden verklaard aan
de Engelsen, zou het wel eens heel
anders afgelopen kunnen zijn Mr
Co6ter heeft niet geaarzeld zich in te
■etten in de strijd en hij heeft zijn
enthousiasme met de dood moeten be
kopen Reeds bij een van de eerste
veldslagen sneuvelde hij. vertelt dr
Kolff met grote eerbied voor zijn
vriend
(Een gedenkplaat op het Leidse
Academieplein herinnert aan dat offer
Red L D
Na die rumoerige oudejaarsavond
keerde dr Kolff weer terug naar
Komatipoort Het klimaat ter plaatse
was niet al te best en vele bewoners
zijn er gestorven aan malaria. Dr
Kolff was dan ook blij. dat hij in 1897
een andere standplaats kreeg toege
wezen. Maar alle verandering is nog
geen verbetering, dat zou ook dr. Kolff
ondervinden. Het werk was er zeer
zwaar en dat is dan ook de reden ge
weest dat dr. Kolff ontslag nam uit
de dienst van de spoorwegmaatschappij
en zich als zelfstandig arts vestigde
in Pretoria. Het was in het Jaar 1898.
In Pretoria
In Pretoria was veel werk te ver
richten. Dr. Kolff richtte daar o.a.
het Volkshospitaal in. Het bood
plaats aan ongeveer veertig patiën
ten. Het personeel bestond uit 10 a
15 verpleegsters. Meestal waren het
Hollandse meisjes, maar ook enkele
7.uid-Afrikaanse en Duitse meisjes
waren daar in dienst.
Lang niet altijd was het ziekenhuisje
vol. en het is wel eens gebeurd dat er
tien zusters waren voor één patiënt
Toen de oorlog uitbrak, stond dr. Kolff
aan het hoofd van dit hospitaal en
daar er vele van zijn Europese col
lega's uitgewezen werden, had hij het
extra druk. vooral ook omdat er vele
oorlogsgewonden bij hem binnenge
bracht werden, zoals wij in de aan
vang van dit verhaal reeds schreven
Zodra de oorlog uitbrak, stuurde dr
Kolff zijn echtgenote en kind naar
Holland terug, omdat een langer ver
blijf ln Zuid-Afrika hem niet verant
woord leek. Met het laatste schip
een Duits wisten zij uit Afrika weg
te komen
Hoffelijke Engelsen
De oorlog ging niet aan Pretoria
voorbij: de Engelsen kregen' tenslotte
de stad in handen ZIJ namen het
ziekenhuis over en onmiddellijk vroeg
dr. Kolff ontslag, welk verzoek werd
Ingewilligd. Zolang er echter nog geen
opvolger was. bleef dr Kolff de pa
tiënten behandelen
„En ik moet zeggen, dat ze mij altijd
vriendelijk hebben behandeld, ver
telt dr. Kolff. Zo werden de brieven,
die lk kreeg van mijn vrouw, niet
door de censor geopend, hetgeen
natuurlijk erg hoffelijk was van de
heren. Toch was Ik blij. toen Ik mijn
dienstverband aan het hospitaal kon
beëindigen".
..Ik heb zelf niet zo erg veel gemerkt
van de oorlog, zodat ik daar niet al te
veel van kan vertellen Eten was er
voldoende, maar het was eenzijdig:
rijst, bruine bonen en maispap stonden
bijna dagelijks op het menu. en dat
wordt op den duur wel een beetje ver
velend. hoewel het altijd nog beter is
dan met een lege maag rond te lopen
Na de oorlog ls dr. Kolff enkele
malen naar Nederland teruggekeerd,
met het doel hier te blijven. „Maar
steeds benauwde de kleinheid van Hol
land mij. en ik ging weer terug, tot
ik mij ln 1909 voorgoed hier in Neder
land vestigde. Dat is dus al ruim veer
tig jaar geleden, maar nog steeds
verlang ik terug naar dat prachtige
land met zyn heerlijke klimaat. Daar
had je tenminste niet die verschrik
kelijke kou. die we nu weer beleven",
aldus vertelde dr Kolff.
Rassenprobleem
Aan het eind van ons gezellige
praatje dat voor ons geen teleur
stelling was, zoals dr. Kolff vreesde,
omdat fat) geen lijfarts van Paul
Kruger was geweest kwamen we
nog even op het rassenprobleem ln
Zuld-Afrlka.
„Er is ongetwijfeld veel veranderd
sinds ik het land verliet, aldus dr
Kolff. maar ik kan me heel goed voor
stellen. dat men het zwarte gedeelte
van de bevolking niet dezelfde rechten
wil geven als de blanken. Er zijn hele
beste mensen onder, maar zij zijn nog
niet rijp voor de beschaving van de
blanken. Het ergste ls echter dat allen,
buiten Zuid-Afrika. zich met dit pro
bleem bemoeien, terwijl men het land
heel goed moet kennen om er een
oordeel over te kunnen uitspreken."
MALLE GEVALLEN
Dit nieuws komt van eigen bodem.
Hoewel het merendeel van de nieu
we stadsbewoners in Rotterdam
zich uitstekend blijkt te kunnen
aanpassen, ontdekken de woningin-
spectrices nog wel eens zonderlinge
toestanden. In een nieuwe flatwo
ning in de Maasstad heeft men
driehoog in een der slaapkamers een
geit aangetroffen. Het gezin, uit het
Noorden afkomstig, had het dier
meegenomen en een groot deel van
de huishoudelijke economie steunde
op de voortbrengselen van het
beestje, dat gevoederd werd met
gras. dat in de omgeving werd ge
sneden.
De Britse hoedenmakers hebben het
Lagerhuis aangeboden de hoge hoed
te vervangen, die in het parlement
wordt gebruikt door de leden, die
het woord willen voeren. Het is ln
Engeland de gewoonte, dat een af
gevaardigde. die iets zeggen wil, deze
wens kenbaar maakt door een hoed
op te zetten. De hoed. die daar voor
gebruikt wordt, doet reeds vijftig
jaar dienst Dezer dagen had een ge
achte afgevaardigde geklaagd over de
ouderdom van dit parlementaire
hoofddeksel. De hoedenmakers wil
len de hoed schenken uit erkentelijk
heid voor de recente verlaging van
de belasting op hoeden.
Weer wat nieuws. - In Kopenhagen is
een firma, die in de kantoren het
personeel gebruik laat maken van
autopeds. Men heeft uitgerekend,
dat het 300 arbeidsdagen per jaar
uitspaart Vroeger deed iemand er
negentig seconden over om de gang
langs de kantoordeuren af te lopen.
Met de step gaat het sneller dan 30
seconden Aan het stuur is een me
talen korff bevestigd waarin de
mappen e d. gestopt kunnen worden.
Het Russische blad de „Prawda" is de
zer dagen van leer getrokken ln een
hoofdartikel tegen een niet bij name
genoemde architect, die in woonhui
zen zulke zware deuren bouwt, dat
vrouwen ze niet open kunnen krijgen.
Opmerkend dat de architect blijk
baar gebouwd heeft voor een toe
komstig ras van atleten, wilde de
„Prawda" weten: „Maar hoe moet
het met de mensen van nu? Moeten
die wachten tot een sterke man voor
mij komt"? Dat kon wel eens kou
lijden worden in Siberië, architect,
of óók achter zo'n zware deur ko
men te zitten.
Jim Andrew en Stanley Rowe zijn
twee gezworen kameraden. Maar tij
dens een gesprek over kunst raakte
Stanley zo over z'n kookpunt heen.
dat hü Jim een klap in het gezicht
gaf. Dat nam Jim natuurlijk niet en
hü nodigde zijn vriend uit tot een
duel met roomsoezen. Nadat bei
den een hoge hoed hadden opgezet
(die dingen liggen op zo'n moment
voor het grüpen) wierpen de duellis
ten hun soezen enmisten. Dat
vonden de toeschouwers zo jammer,
dat ze allemaal een soes grepen en
elkaar begonnen te bekogelen. Na
korte tüd zat iedereen onder de room
en kleverigheid. Totdat de voorraad
soezen was uitgeput en Rowe en Jim
op de schouders werden genomen.
Andrews gaf als commentaar op dit
wel zeer vreemde duel: ..De eer is
geredHet is omdat we van
morgen een schoon overhemd heb
ben aangetrokken, maar anders na
men we geen blad voor de mond als
we het dezer dagen over kunst zou
den hebben.
Wij waren eigenlijk naar dr. Kolff
toe gegaan, omdat wij gehoord had
den. dat hij de lijfarts van de presi
dent. Paul Kruger. was geweest. Dit
bleek echter op een vergissing te be
rusten Dokter Kolff heeft „Oom
Paul zoals de president meestal werd
genoemd, slechts één maal ontmoet
Het was in het hospitaal, waar dr.
Kolff geneesheer was Er waren enige
gewonde Boeren opgenomen en Paul
Kruger kwam kijken hoe zijn mannen
het maakten. Hij was danig uit zijn
humeur en liep een beetje brommend
rond In een der kamers lag een dame.
een gewone patiënt van dr Kolff. en
mopperend vroeg Kruger of dat ook
een gewonde was. waarop dr. Kolff
antwoordde „Nee, president, dat is een
vrouwmens", waarop de president nog
meer uit zijn humeur, het hospitaal
weer verliet
Medisch geheim
In zekere zin zou men dr. Kolff wel
de lijfarts van mevrouw Kruger,
„Tante Sannle", kunnen noemen. Hj)
heeft haar althans éénmaal behan
deld. Wat haar precies mankeerde,
herinnert dr. Kolff sich niet meer,
maar het was niet zo ernstig. „Toen
Ik bi) tante Sannle kwam voor
deze keer mag lk wel eens een me
disch geheim verklappen vond Ik
haar ln een groot ouderwets ledikant
met een grote hemel en zware gor
dijnen rondom. Het was een bed
zoals men dat nog vaak op oude
schilderijen ziet afgebeeld, en dat
tegenwoordig gelukkig niet
meer wordt gebruikt".
Dr Kolff mag Kruger dan slechts
één enkele keer hebben ontmoet, hij
heeft hem wel vele malen gezien
Kruger woonde n.l. in een grote villa
met een flinke waranda, 's Morgens
hield hij daar audiëntie en wie'hem
bezoeker kon er zeker van zijn een
kopje koffie aangeboden te krijgen.
De post „koffie" op de rekening van
de president moet fabelachtig hoog ge
weest zijn!
De lijfarts van Paul Kruger was de
Belg dr Heymans. een zeer kundig
medicus. Het was grappig hoe deze
werd uitverkoren de lijfarts van de
president te worden. De barbier raadde
n.l. Kruger aan dr. Heymans eens te
consulteren, aangezien deze hem ook
zo goed had geholpen Kruger is op die
raad ingegaan en sindsdien heeft hij
altijd dr Heymans geraadpleegd Deze
medicus kon uitstekend opschieten,
zowel met de Boeren als met de En
gelsen.
Holland was te klein
Dr. Kolff was reeds voordat er spra
ke was van een strijd tussen Boer en
Brit naar Zuid-Afrika gegaan Holland
was hem te klein en te eng. hij wilde
wat ruimer armslag hebben en trok In
1895 naar Zuid-Afrika. Er was een
betrekking vacant bt) de Zuid-Afri
kaanse spoorwegen, die juist in die tijd
aangelegd werden. Dr. Kolff kreeg als
standplaats aangewezen Komatipoort.
dicht bij de grens van de Portugese
kolonie en aan de lijn Lorenzo Mar
quesPretoria Deze lijn was juist ge
opend en ter gelegenheid daarvan
werden grote feesten georganiseerd
Toen dr Kolff. Juist uit Holland, aan
kwam heeft hij wel even onwennig
staan kijken bij dit grootse feest
Onrustige oudejaarsavond
De eerste oudejaarsavond, die dr.
Kolff in Zuid-Afrika meemaakte,
was ook allesbehalve rustig, al was
de onrust dan van geheel andere
aard dan bij zijn aankomst in Ko
matipoort. Hij logeerde met oud en
nieuw bü mr. H. J Coster, staats-
procureur te Johannesburg.
Paula Wessely trad iveer op, maar het Franse
stukwaarin zij speelde, viel tegen
Goethe „doet" het, zelfs bij de
„jazz-jeugd", nog steeds door mooie taal
(Van onze correspondent in Wenen)
Het drama van Schiller „Don Carlos" begint met de bekende
woorden: „De mooie dagen van Aranjuez zijn voorbij". Dat past ook
op het Burgtheater in Wenen, want de eerste twee maanden van
premières en nieuwe ensceneringen zij'n voorbij met al de glans van
de gala-toiletten en het grote aantal gasten uit het buitenland. Nu
heeft ook het gewone alledaagse leven zijn intrede gedaan in dit
prachtige gebouw en wat kortgeleden nog opwindend nieuw was,
wordt nu langzaam routine.
Toch blijft hét Burgtheater als gebouw en als ensemble nog altijd
nieuw genoeg en daarom maakt het vooral op buitenlanders een
onvergetelijke indruk van keizerlijke pracht, verbonden met moderne
veriij'nde smaak. In tegenstelling met de Weense Opera stelt het
Burgtheater zich eigenlijk tevreden met een vrij beperkt repertoire,
maar geen enkel stuk behoefde te worden afgevoerd, omdat het grote
Weense publiek, dat nu deze schouwburg avond aan avond vult, juist
deze drama's wil zien. Eindelijk komen dus nu de Weners zelf aan de
beurt, nadat zij meer dan twee maanden lang hadden moeten
wachten omdat de prijzen voor een normale plaats veel te hoog
waren. Voor een goede plaats betaalt men nu een schappelijk bedrag
en zelfs op de goedkope galerij kan men uitstekend zien en vooral
goed horen, omdat de akoestiek er werkelijk veel beter op is
geworden.
Evenals andere grote schouwburgen
zoekt ook het Burgtheater zijn kracht
niet in het opvoeren van nieuwe nog
onbekende stukken, maar houdt het
zich vooral aan een repertoire van
klassieke werken. Op het programma
staan daarom nog altUd „Koning Ot-
tokar" van Grillparzer. Schillers ..Don
Carlos", dat voorlopig in Wenen het
mooiste en best gespeelde drama is.
verder „Torquato Tasso" van Goethe.
„De Verkwister" van de Oostenrijker F.
Ralmund uit de vorige eeuw en het
pikante „Concert" van Hermann Bahr
eveneens een Oostenrijker rondom 1910.
Het publiek stroomt toe. niet alleen
uit Wenen, maar ook uit de provincie,
Uitstekend ensemble
Bij gelegenheid van de eerste opvoe
ring hebben wy erop gewezen, dat dit
succes voornamelyk te danken is aan
het uitstekende ensemble, waarover
deze schouwburg beschikt. De directie
heeft een zeer begaafde gToep toneel
spelers. zoals R Asian, Attilla Hörbi-
ger <de man van Pauia Wessely). E.
Balser. Moog. Skoda. Meinrad, Susl
Nicoletti. Judith Holzmeister. Alma
Seidler. Inge Conradi - om slechts en
kelen te noemen - aan zich weten te
binden, ondanks de verlokkingen van
de film
en vooral ook de jeugd, want op zater
dag en zondag worden er tevens mid
dagvoorstellingen gegeven, oa. van .De
Verkwister", een typisch-Oostenrijks
droom- en sprookjesspel, dat de mid
delbare schooljeugd - ondanks existen
tialisme en jazz! - nog altijd graag
wil zien, gelijk zij ook met voorliefde
Goethe's „Torquato Tasso" hoort de
clameren. omdat de taal van dit stuk
zo onvergetelijk edel en mooi ls. Het
enige werkelijke nieuwe was de wereld
première van Priestley's ..Take the
fool away", dat zch tegen alle ver
wachtingen in .ande weet te houden
en telkens een volle zaal trekt.
Burgtheater
Natuurlijk heeft het ook verliezen
moeten boeken, want Paul Horbiger
treedt nu al jaren niet meer in het
Burgtheater op en hetzelfde moet men
ook zeggen van zijn schoonzuster Pau
la Wessely. Ofschoon deze grote to
neelspeelster meer dan twintig jaar
geleden door het Burgtheater werd
ontdekt en daar beroemd is geworden,
werd zjj later zozeer door de film in
beslag genomen, dat zjj de laatste ja
ren alleen maar in naam lid was van
het Burgtheater-ensemble. Daar komt
nog bij. dat Paula Wessely niet alleen
voor het witte doek optreedt, maar bo
vendien een filmmaatschappij onder
haar eigen naam heeft opgericht, die
van 1950 af elk jaar een nieuwe film
produceerde. Wat haar daartoe bewo
gen heeft, blijft voor de buitenstaan
ders een raadsel, want zij is toch al
bekend genoeg en het is nog de vraag
of haar filmproduktie zo veel geld op
brengt.
Zeker is dat zjj sindsdien veel meer
zorgen heeft gekregen en dat zij in de
laatste jaren tweemaal een ernstige
zenuwinzinking heeft gehad, zodat
men de plank niet ver misslaat met de
veronderstelling, dat haar filmproduk
tie er de schuld van ls.
Uitgeplozen discussies
i och heeft de aanhankelijkheid ten
opzichte van het Burgtheater bij haar
de overhand gekregen en daarom is zij
tot grote tevredenheid van het Ween
se publiek, in het bekende stuk „Port
Royal" van Montherlant als zuster An-
gelique opgetreden. Wanneer men re
kening houdt met het karakter van
dat toneelstuk, dat eigenlijk geen en
kele dramatische spanning kent en
waarin het conflict zich in het diepst
van de ziel afspeelt, dan moet men
zeggen dat de opvoering in het Burg
theater op hoog peil stond. Het Oos-
tenrykse publiek voelde zich echter
niet aangegrepen door een drama, dat
zich binnen de kale koude muren van
een vrouwenklooster afspeelt. Twee
uren aan één stuk zonder pauze luis
terde men naar de ijle en uitgeplozen
theologische discussies, die meer ge
lispeld dan gesproken werden. Een uit
zondering vormde alleen het woordge
vecht van de aartsbisschop van Parijs
met zuster Francisca, welke rol door
Inge Conradi prachtig werd vertolkt,
maar voor het overige maakte het stuk
geen diepe indruk, zelfs niet het spel
van Paula Wessely. Eerlijk gezegd, me
nen wij dat de film deze tragedienne
van het echte toneel heeft vervreemd,
want ze sprak grotendeels met een ver
sluierde mierofoonstem en ze scheen
vergeten te hebben dat het Burg
theater een grote hoge zaal ls die ge
heel andere eisen stelt dan eèn film
studio.
Over het stuk zelf heeft het Weense
publiek aanvankelijk nog wel gediscus
sieerd en zich vooral met de vraag be
zig gehouden waarom het in Frankryx
zo'n groot succes heeft gehad en waar
schijnlijk nog heeft. Men wees daarbij
op het feit. dat „Port Royal" voor de
Fransen een vaststaand begrip is en
dat dat volk de Jansenistische bewe
ging veel beter kent en begrijpt dan de
Oostenrijkers, die bijvoorbeeld ..Sa nt
Beuve" met hebben gelezen en daarom
ook niet veel konden begrijpen v. n
deze religieuze beweging Hoe diepzin
nig men ook in literaire kringen spri
het stuk was en blijft een teleursu.-
ling. Daaraan kunnen zelfs de beste to
neelspelers niets veranderen en daar
om zal van het gehele eerste Burg
theater-repertoire juist dit stuk het
eerst van het voetlicht verdwijnen.