n T u j IV' u M I'AjM Hl L IRAK WIL ACHTERSTAND VAN ZEVEN EEUWEN INHALEN DE ETALAGE-POP ts r* /N n I IJSPRET EN -LEED 4e Jaargang no. 7 ZATERDAG 18 FEBRUARI 1956 Tussen Eufraat en Tigris (II) Dank zij Mossadeq... In zekere zin heeft Irak deze rijk dom mede aan Perziës wenende pre- mler-in-pyama, Mossadeq, te danken. Want toen deze de Perzische olie na tionaliseerde, werd in allerijl de pro- duktie van de Iraakse olie reeds in 1927 ontdekt opgevoerd. Het inter nationaal consortium van de I.P C waarin ook onze .Koninklijke' voor bij na een kwart aandeel heeft, liet het niet bij technische verbeteringen. De les van Abadan was geleerd, men schiep een nieuwe verhouding tussen staat en concessionair: een winstver deling op fifty-fifty-basis, gelijke kan sen voor Iraki's en buitenlanders in de maatschappij, uitstekende sociale ver zorging, nieuwe huizen voor de em ployees, gratis scholing. Irak kan nu niet meer bulten zijn olie-maatschappijen, want naast de stimulans, die de geweldige industrie direct aan het economische leven geeft, puit zij Irak de fabuleuze bedragen in, waarmee het zijn grootscheeps ont- wlkkelingsprogram financiert. Zeventig procent van alle olie-royaltles worden door de regering in machtige kapi taals-werken gestoken, die van Irak het rijkste en het meest vooraanstaan de land van het Midden-Oosten moe ten maken Een cijfer, dat bijzonder gunstig afsteekt bij de (theoretische) 14 procent, die de feodale heersers van Saoedi-Arabië aan het welzijn van hun armoedige bevolking spenderen. Het schept ook in wezen een gezonde re toestand dan in Koeweit, waar de overigens goedwillende Sjeik aan 1 miljard royalties voor 200 000 inwoners eigenlijk te veel heeft. Een Jaar-inko men van vijf mille per hoofd zou de Koeweiti's in feite in staat stellen de hele lange lieve dag op hun rug in het woestijnzand te liggen I Nederlandse kansen niet voldoende uitgebuit Naast het aandeel vin 23 procent van de „Koninklijke" in het Iraakse olie-consortium, liggen er nog andere Nederland se belangen in Irak. In de ca. 200 leden tellende Nederlandse kolonie in Bagdad vindt men vertegenwoordigers van enige grote Nederlandse industrieën, een aantal han delshuizen. een ingenieursbu reau en twee grote aannemers firma's. benevens een Uental Vederlandse technische experts, die in Iraakse overheidsdienst werken. Er is vraag naar meer Nederlandse experts, maar die vraag wordt maar magertjes beantwoord. Blijkbaar is de keuze voor jonge Nederlandse deskundigen zo groot, dat zij een contract van twee jaar op een uitstekend salaris niet aan trekkelijk genoeg vinden. Jam mer. want al is Irak niet bijster comfortabel, het is een fascine rend land in opkomst, dat rijke kansen op ervaring biedt. En wat het Nederlandse za kenleven betreft, men krijgt niet de indruk, dat het in dit land. waar de miljoenen in het rond vliegen, bijzonder „bij het hek" Is. Wil men van de grote kan sen, die hier véoral over een paar jaar zullen liggen, profi teren, dan zal men er tijdig bU moeten zijn. De nachtelijke hemel boven Kirkuk wordt rood verlicht door de enorme vlammen van de ontgassers. En hier en daar in de omtrek ziet men nog de eeuwige vuren, waarvan de bijbel reeds gewag maakt. Zij worden gevoed door olie-gas. dat door poreuze aardlagen ontsnapt. Oliemiljarden worden besteed aan machtig vijf jarenplan (Van onze reisredacteur) De eeuwige vuren, die in de heuvels tussen de besneeuwde Koer- distaanse bergen en de wijde vlakte van Mesopotamië branden, zijn al in de bijbel genoemd. Het zijn maar kleine heksenkringen van flak kerende vuurtongetjes, ondoofbaar en sedert duizenden jaren voor werp van aanbidding. Nu echter worden zij overvleugeld door zes enorme fel-oranje vlammen die - van heinde en ver zichtbaar - naar de hemel loeien. Het geheim is ontsluierd, de olie van Irak vloeit naar alle werelddelen, in de vlampijpen der ontgassings-installaties van de Iraq Petroleum Company bij Kirkuk wordt het olie-gas verbrand, dat de magische vuren voedde. En na een door oorlog, plundering en brand getekende historie van Irak, symboliseren vuur en rook thans een nieuwe ongekende welvaart. Want de 34 miljoen ton olie, die Irak jaarlijks produceert, brengen bijna zevenhonderd miljoen gulden aan royalties in de Iraakse schatkist. En zo gauw de capaciteit van de pijpleidingen vergroot wordt, zullen die royalties nog meer stijgen: in 1959 verwacht men één miljard. Liever onafhankelijk van de oliewinning Irak Is er met zün vijf miljoen in woners en het vruchtbare Mesopota mië veruit het best aan toe. Na de aanvankelijke verwarring over zoveel geld ineens, zjjn alle plannen en dro men thans geconcretiseerd in een vijf jarenplan, waarvoor het totaal-budget twee en een half miljard bedraagt. En als het moet, zjjn er nog wel wat dinars over de hand. Dit vijfjaren plan berust op een gezonde basis. Hoe wel er tot aan het eind van de eeuw nog olie genoeg in het land zal zijn, wil men Irak toch onafhankelijk van de olie maken. De hoofddoelen zijn derhalve: opvoering van de agrarische produktie, openlegging van het land door een netwerk van wegen en brug gen, intensieve scholing, betere me dische en sociale verzorging en indus trialisering, in de eerste plaats verwer king van agrarische produkten. Bovenaan de lijst van grote objec ten staat de aanleg van een aantal grote dammen, die de jaarlijkse ramp zalige overstromingen van Eufraat en Tigris moeten voorkomen. Twee dam men zijn reeds klaar, twee zijn er on der constructie en in 1957 zal men de lente-woede van de grote rivieren de baas zijn. Bovendien zullen de hierbij te scheppen bassins, zoals die van de Dokan-dam en het Wadi-Tharthar- project, als irrigatie-reservoirs kunnen dienen Een Nederlandse ingenieurs firma verwacht de opdracht om de ir rigatie-mogelijkheden van de Wadi Tharthar te onderzoeken, Punt twee is het onder irrigatie brengen van twee en een half miljoen hectare ter verdubbeling van het be bouwbaar areaal Punt drie: verbetering van de be staande. verouderde irrigatie-werken De verregaande verzilting - hier en daar erger dan in de Wieringermeer vlak na He droogmaking - die het ri vierwater door onvoldoende ontwate ring teweegbracht, is de voornaamste kopzorg van de tien Nederlandse inge nieurs, die in dienst zijn. van de Iraak se ontwikkelingsraad. In totaal slikken deze waterbouwkundige projecten een miljard aan plangelden op. Terecht, want nog afgezien van het voorkomen van overstromingen, be ogen zij een (althans een technisch zeker mogelijke) vertienvoudiging van Iraks agrarisch vermogen. Sociale hervormingen komen helaas achteraan Het anderhalf miljard .dat over schiet. zal worden gebruikt voor de aanleg van wegen, spoorwegen, brug gen, vliegvelden, de bouw van scholen, universiteiten, klinieken, hospitalen, technische instituten, sportvelden, zwembaden en voor de industrialise ring, die zal beginnen met de construc tie van elektrische centrales. Een on derdeel dat mogelük tekort schiet, is de volkswoningbouw, dringend nood zakelijk voor een volk, dat grotendeels in lemen hutten leeft. Het bedrag hiervoor, honderd miljoen, steekt bepaald wat schril af tegen de tweehonderd miljoen voor een nieuw koninklijk paleis, een parlementsge bouw, een gevangenis en wat nieuwe ministeries. De sociale hervormingen, onmisbare aanvulling van het tech nisch program in een land, dat van oudsher door feodale sjeiks en groot grondbezitters wordt bestierd, komen trouwens in het algemeen hinkend achteraan. Het is nochtans verfrissend dat het hier nu eens niet om papieren plan nen gaat: kolossale objecten zijn reeds in aanleg. En wat de omvang van het program aangaat: per jaar wordt er bijna driemaal zoveel geld aan gespen deerd als aan het hele tienjaren-plan voor Suriname bij elkaar! Zelfs als men de over-optimistische schattingen der Iraki's niet deelt, moet men toege ven, dat het van Irak het rijkste land van het Midden-Oosten zou maken. Onvermijdelijk. Afgezien van enige onvermijdelijk heden, zoals corruptie, departementale naijver en tegenslag door een tekort aan geschoolde arbeiders, is dit plan zo gezond en vordert het zo snel. dat iedere propagandist voor technische ontwikkeling van achtergebleven gebie den er op slag in vreugdetranen over zou moeten uitbarsten Te meer daar Irak het zelf nog allemaal betaalt ook. een bijzonder fijn trekje. Maar de op timisten, die ln technische hulp het wondergeneesmiddel voor alle kwalen van deze wereld zien - en slechts een dwaas zou op de noodzakelijkheid er van afdingen - kunnen in Irak toch een gerede portie kopzorgen komen af halen. Zij raken de belangrijkste, de mense lijke. kant Hiermee wordt nog niet eens bedoeld dat Irak eigenlijk te on- derbevolkt is om al snel de nieuw te verwerven capaciteit uit te bulten, dat het onvoldoende technici heeft om straks de zaaik zelf te laten draaien en dat. het begrip „.onderhoud" in het Arabisch woordenboek niet voorkomt Want al deze. hoewel ernstige, vraag stukken. zullen op den duur wel oo'os- baar blijken. Het kernpunt - en dat geldt voor alle onderontwikkelde gebieden - Is dat men zo'n schoksgewijze materiele ontwikkeling wel technisch kan uitvoe ren, maar dat de menselijke verwer king ervan dat tempo niet bij kan hou den. Het zou mogelijk eenvoudiger zijn primitieve Afrikanen, die in feite een onbeschreven blad zijn, hierin mee te nemen dan mensen, die voor een groot deel bij ruïnes van een gestagneerde beschaving hurken. Men is niet oneer biedig jegens de Islam, wanneer men opmerkt, dat zijn starre interpretatie op maatschappelijk gebied (vaak van iwjjleiachtige herkomst) een blok aan Het wordt misschien een beetje vervelend, maar waarover zullen wij het anders hebben, dan over het winterweer? Dat heeft ons allemaal te pak ken. De jeugd geniet op het Us. en ouders en opvoeders mogen wel iets door de vingers zien; huiswerk komt op het tweede plan; bij de maal tijden komt er wel eens een te laat. Maar wU herinneren ons nog vol doende, hoe wij zelf waren wanneer er een echte ouderwetse winter was Maar de ijspret is alleen een be paalde kant. het zonnige deel, van een medaille, die een heel donkere keerzijde heeft. Sneeuw, sneeuw en nog eens sneeuw. En de courant vertelt ons van de records, die geheten worden of het maar niets is. En wij krijgen bij de nieuwsberichten zo ongeveer heel Europa ln onze huiskamer. In een Spaanse stad bevriest de wa terleiding. in de Lybische woestijn ligt een meter sneeuw de omge ving van Nice is door sneeuw ge ïsoleerd. In Oostenrijk en Zwitser land enorme sneeuwval, met gevaar voor lawines. En boven de poolcirkel lente weer. Een vreemd verschijnsel, met iets dreigends. Want wij kunnen ons aan de ge dachte niet onttrekken, dat er iets in de war schijnt te zijn WU accepteren nu eenmaal als normaal wat overeenstemt met onze ervaring; het abnormale ls voor ons wat met onze ervaring schijnt te spotten. En als Noord-Afrika en IJsland gaan stuivertje verwisselen, ja, dan is er Iets vreemds aan de gang En het vreemde kan de mens be angstigen. Zo zullen mensen, die wij tot de primitieve volkeren rekenen, het buitengewone bovenmenselijke kracht toekennen, waarvoor zij neerknielen om te aanbidden, of wat zy door bezwering trachten' tot rust te brengen En wU zien met een zekere mee warigheid op deze lieden neer. De vraag is alleen of wU dit te recht doen. WOORD VAN BEZINNING Is er bij ons niet ook nog bUgelo- vige angst voor het buitengewone, wat zich aan ons als abnormaal voordoet? Wordt ons geestelijk leven ook niet door angst bepaald, en door meer beinvloed? Toen' ruim drie jaar geleden de grote waterramp het zuidwesten van ons land teis terde. hebben velen daar op soort gelijke wijze gereageerd. Het was de toorn van God. die hier uitstak; het was straf over de goddeloosheid der mensen. En een zelfde angstgevoel voor de over machtige dreiging in de natuur trad aan de dag. Maar waren de slachtoffers hier mee geholpen? Was het troost voor hen om te horen, dat dit hen over kwam omdat zU er goddeloos wa ren? Waren de anderen, die niet door de ramp geteisterd werden dan min der goddeloos? En welke Godsge dachte leefde bij deze theorie? Geen mens was gebaat bU deze oplossing. Hoogstens kwam men tot fatalistische berusting in het lot; maar een krachtige aanvaarding ontbrak. Nu zijn er weer rampen losgebro ken Dé plaats is alleen verschillend. Nu niet in Nederland, maar in Ita lië en Griekenland En wU horen dit als een couran tenbericht; en gaan dan over tot de orde van de dag. En het Is weer eens opmerkelijk hoe verschillend de reactie is wan neer wU zelf er bU betrokken zUn, of wanneer het alleen maar een an der aangaat. Zo herinner ik mij hoe op de Ve- luwe aan de IJsselkant een vrese- Ujk onweer losbarstte. De boeren werden verschrikt en smeekten om hulp. Toen echter de bui overdreef, om aan de andere kant van de IJs- sel zich te ontladen, dankte men God voor de verhoring. En ik heb hen gevraagd of de mensen aan de overkant God nu ook zouden danken Het klopt niet altijd met onze vroomheid. En nu wil ik hier geen poging wagen om ook zelf met een ver klaring te komen. Ik geloof wel. dat deze dingen iets van ons vragen; dat zU voor ons mensen een opgaaf betekenen. Toen Zeeland geholpen werd. en vrijwel de gehele wereld meedeed in de wedloop om te redden wat er te redden was was er midden in de nood toch ook dankbaarheid omdat mensen de traag verstonden, die de nood aan hen stelde. En wanneer wU nu horen van ae hulp aan Griekenland en Italië, kunnen wU toch alleen maar in stemmen: dit is het, wat van ons gevraagd "wordt. De vraag, die ook ons aangaat, wil van ons geen theoretische ant woorden. geen beschouwingen of theologische inzichten: de vraag stelt ons voor de beslissing: Wat doet gij hiermee? Wat doen wU met de barre win terkou? Goddanken, als wU zelf warm bU de kachel zitten; of wellicht niet eens danken, maar het als vanzelf sprekend aannemen? Tevreden zijn. dat wy er niet door hoeven? dat wy gelukkig niet in Italië wonen? Of verstaan wU. dat dit iets van ons vraagt; zeer concreet met be trekking tot onze medemens? Mens zijn wil toch ook zeggen: O. F. Callenbach Herv. Pred te Oegstgeest het been ls van Iedere vorm van mo dernisering. Belemmering van de ont plooiing van de helft der bevolking (het vrouwelijk deel), een hopeloos verouderd civiel recht, onpraktisch on derwijs, een systeem van versnipperde grond- en waterrechten, dat alle irri gatie-plannen sou kunnen torpederen, het wijn maar een paar voorbeelden, die het verlangen naar een schoon schipmakende Ataturk zouden kunnen voeden. Spanningen te wachten Men heeft dus bij Iraks technische revolutie de hevigste menselijke span ningen te verwachten. Naast een krampachtig vastklampen aan het oude, een even geforceerde verwerping ervan, naast minderwaardigheidsge voelens een hevige zelfoverschatting. De buitenlandse technische experts zullen knappe psychologen moeten zijn en warm menselijk begrip moeten be zitten om de Iraki's met hun techni sche superioriteit niet voor het hoofd te stoten. De Jonge „effendl-klasse" van nieuw gevormde Iraakse intellec tuelen en technici zal het psychisch hard te verduren krijgen Niet de dammen, wegen en bruggen zullen tenslotte een nieuw Irak maken. Dat zal pas groeien, als de werkelijke waarden van het oude. samengesmol ten kunnen worden met de mogelijk heden van het nieuwe. Dat zal nog wel even duren, want voor het Midden- Oosten geldt: het lichaam reist per vliegtuig, de geest komt er per kameel achteraan! Ons kort verlianl door J. A. S. Coppard Op de avond van de 16de begon mijn dienst om 9 uur. Ik moest patrouille ren in High Street tussen de Trinity Kerk en Webster Street en in enkele zijstraten. Om twee minuten over 10 zag lk in High Street voor Pollock's Meubel ma gazijn een kleine, groene, gesloten vrachtwagen staan. Een man zat ach ter het stuur. Hij was ongeveer 28 jaar oud, had zwart haar, droeg een pet, die nogal scheef stond, had een blauw zijden das om en een licht bruine Jas aan. Toen ik naderbij kwam, liepen twee mannen, die in overall gestoken waren, van de achterzijde van de vrachtwa gen. waar zij voor mijn blikken ver borgen waren geweest, naar de win keldeur van het meubelmagazyn Zon der enige overhaasting gingen zij naar binnen. Toen ik de vrachtwagen passeerde, zag ik dat op de zijkant geschilderd stond: Sellmore's Etalage Service De twee mannen, die zo juist de winkel waren binnengegaan, waren aan het werk getogen in de rechter etalage. Ze sjouwden met stoelen, tafeltjes en een grote bank. Ik bleef staan en keek aandachtig toe. De etalage-verlichting was ont- ln liet technisch instituut van de I.P.C. worden jonge Iraki's ge schoold in de honderd-en-ecn onderdelen van de moderne techniek, dringende noodzaak in een land. dat zich ten doel heeft gesteld in geforceerd tempo zijn achterstand in te halen. stoken. Eén der mannen was ongeveer dertig jaar oud en goed gebouwd. HU had blauwe ogen, bruin haar. droeg een pet en had bruine schoenen aan De ander moest tussen de 25 en 30 jaar oud zijn. Hij was van middelmatige lengte, vrU blond, had bruine ogen en eveneen» een pet op. Na enkele minuten verliet de eerste man de winkel. Goedenavond, sergeant, zei hij Ook goedenavond, antwoordde ik Hoe vindt U de etalage er uit zien? Ik ben op dat gebied wel geen ex pert. maar ik geloof wel dat heel wat mensen "t aardig zullen vinden. Gedurende dit korte gesprek kon ik een blik ln de winkel slaan Het licht ln het kantoortje, dat achterin de zaak gelegen was, brandde De soha- duw van mijnheer Pollock die aan zijn bureau zat, was te zien op de matgla zen ruit. welke het kantoortje van de winkel scheidde. Dit was overigens niet iets bijzonders. TUdens mijn ron den had lk hem vaak zo 's avonds laat zien werken. Verder was het ook nor maal. dat mannen van Sellmore's Eta lage Service nog 's avonds druk in de weer waren. Iedere veertien dagen verzorgden zij Pollock's etalage. Ik keek naar de Inhoud van de vrachtwagen. Achterin lagen een eta lagepop. die bedekt was met een doek, een laddertje, enkele dozen, potjes verf, een rol papier en nog enkele an dere zaken. Een miezerig lampje aan het plafond brandde. De man, die met mij gesproken had, haalde een bezem uit de wagen en liep toen terug naar de winkel. Toen hij in de etalage verscheen, wuifde hy mU toe. Ik zag duidelUk. dat hij .goeden avond, sergeant" mompelde Even verderop in de straat hep lk de Ingang van de Ondergrondse binnen en zocht naar een telefooncel van waaruit lk de mannen in de gaten kon houden. Ik draalde het nummer van Pollock's zaak. De telefoon ging over Juist op het moment, dat de twee man nen van Sellmore aanstalten maakten om de winkel te verlaten. Alhoewel de telefoon in het kantoortje van mijn heer Pollock stond, kreeg lk geen ge hoor Ik hing de hoorn op het toestel en draaide toen Pollock's nummer op nieuw. Wederom geen gehoor. De twee mannen verlieten op dat moment de winkel en trokken de deur achter rich dicht. Toen draaide ik 999, het alarm-num mer van de politie. Hierna liep ik te rug naar de winkel en arresteerde de drie mannen met behulp van de agen ten. die met een overvalwagen waren komen aansnellen. Bij ons onderzoek bleek, dat de schaduw op de matglazen ruit in het kantoortje die van een pop was, en dat de pop. die in de vrachtwagen lag. mynheer Pollock was. die met een hard voorwerp bewusteloos was gesla gen Myn argwaan was gewekt, toen ik in de wagen had gekeken. De vingers van één der handen van de „pop" kwamen van onder de doek te voor- schyn en het was voor de ee.ste keer in myn leven dat :k een etalagepop zag met nicotinevlekken aan de vin gers

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1956 | | pagina 11