OP BEZOEK BIJ REINAART Als de nachtvorst heeft afgedaan Ons KNUTSELHOEKJE ZATERDAG 11 FEBRUARI WEKELIJKS BIJVOEGSEL PAGINA 3 ren, zal aan die tip nog enkele wenken toevoegen: Vermijdt witte nylon, hoe verleidelijk sneeuwwit het ln nieuwe staat ook is. Alle nylon wordt helaas na verloop van tijd vaal en bU witte nylon is die ei genschap het meest zichtbaar. Werk in een nylon nachthemd of een nylon peignoir alle naden goed af, maak Engelse naden waar mogelijk. Knip ook de stof niet te dicht langs de naden af. deze zullen anders ge makkelijk kerven. Indien ge de moed hebt (en de een voudige moderne modellen vergen heus niet eindeloos veel tijd!) naai Uw ny lon nachtgoed dan op de hand Dit blijkt steviger en duurzamer te zijn dan machinewerk, waarin de stiksels vroeger of later nog maar al te vaak loslaten. Interesseert het zelf-gemaakte ny lon nachtgewaad D. bekijkt dan eens de schetsen, die U laten zien wat er op dit gebied nieuw onder de maan is. J. V. Kijkjes in de Natuur nekvel, de zwarte poten dwaas ge strekt, hoog boven zich, legt hem be hoedzaam neer en zegt meewarig: „Och, ons Reintje is dood". HU schudt het slappe lichaam, licht de lippen iets op, zodat het blanke gebit zichtbaar wordt JDe vos ligt met gesloten ogen en laat maar met zich sollen. Maar opeens Joep daar is de overledene op de been en raffelt en dartelt in 't rond, hangt in de broekspijpen van zijn gro te makker en blijft stokstijf staan. Volgende voorstellinghuisgenoot nummer twee verschijnt ten tonele, een grote ruige hond met een indruk wekkende kop en een krulstaart van wat-ben-Je-me. Ook uit wat nu volgt blijkt, dat waar tact en geduld wor den gebruikt en liefde voor het dier aanwezig is. de wonderen de wereld nog niet uit zUn. Spiegeltje, spiegeltje aan de wand... Nylon voor luchtige lingerie Parijs, iebruari 1956 Als de nachtvorst weer tot het verleden behoort en de kruiken tot de volgende winter zijn opgeborgen, dan is de tijd voor zomer- nachtgoed weer daar. De flanellen pyjama, de gewatteerde peignoir kunnen weldra door dunnere (en gemakkelijker te wassen) stukken worden vervangen. En allerlei aardige katoentjes, verwerkt tot allerlei aardige modellen komen weer op het appèl. Doch, als ge voor het komende seizoen juist iets nieuws nodig hebt. probeert het dan eens met nylon. Het is BIINA ideaal. Het zal U op was- en strijkdag een gedeelte van Uw werk besparen. Zij, die met nylon nachtgoed de nodige ervaring hebben opge daan, zullen U zeggen, hoe ge het gemakkelijk des ochtends even door kunt slaan: het is voor de middag weer droog en elke avond (of om de andere nacht) kunt ge in een fris gewassen nachtjaponnetje Uw bed instappen. Gestreken hoeft het niet te worden. Het zal U dus veel tijd en werk besparen. Zij, voor wie nylon nachtgoed geen Tegenover die voordelen zult ge mis- nleuwtje is, zullen U tevens zeggen schien bezwaren stellen dat het ideaal is voor de zomervacan- Nylon „ademt" niet. zult ge zeggen, tie en het reisje dat ge dan maakt: het is te warm. En nylon is vrij prijzig, nylon is licht en neemt ln de koffer Bovendien bekoort U de doorzichtig- MIJN EERSTE, kennismaking met een levende vos dateert uit mijn jeugdjaren, de tijd, dat wij als tienjarige jochies alle interessante plekjes van onze woonplaats kenden als onze broekzak en wij altijd feilloos wisten, waar iets viel te beleven en waar niet Merkwaardig, dat een jeugdherinnering zo krachtig blijft voortleven en dat vele onbeduidende voorvallen zo haarscherp in Je geest bewaard blijven Want inderdaad scherp in vele details zie ik uit die jeugdperiode voor me onze z.g. haven, een uitgegraven talud waar heel ln de diepte het kanaal lag. Onze „haven", die bij hernieuwde kennismaking Ja ren later, een smal stilstaand water bleek te zijn, waarin van alles dreef Niets romantisch dus, een gewone flinke sloot. Aan het begin van die vaart stond het huisje van de havenmeester, van de bewijzen had kunnen leveren van de valsheid en de gemene sluwheid., waarmee hij in de vertelsels zo ten voeten uit wordt getekend. De werke lijkheid is anders: door een Juiste ver zorging en een liefdevolle behande ling is deze vos geworden tot een speels en aanhalig dier, dat iedere bezoeker onmiddellijk voor zich inneemt en hem geneest van alle vooroordeel, van alle geloof aan bloeddorst en geslepen heid of wat voor flauwe onzin ook. DOOR de geopende kooldeur heen ontmoeten twee dieren elkaar in strekstand. Hun raakpunt is een tweetal natglimmende neuzen, hun uitersten worden gevormd door de zachtbewegende staarten. De man praat zacht, hU streelt op twee fron ten en vormt de schakel tussen twee werelden, die van nature zo onver zoenlijk tegenover elkaar staan. Wie nu denkt, dat er maar een vonkje no dig is. om een uitslaande brand te ver oorzaken, heeft het mis. Al eens eer der heb ik tussen deze beide dieren, het ranke lichtvoetige vosje en de ont zagwekkende hond, een spel gezien, zo elegant, zo bekoorlijk, dat ik het niet meer kan vergeten. Dat was binnens kamers, in de zomer toen er geen ge vaar bestond van een brandende ka chel. Alles in de beste harmonie, hoe wel onder het wakend oog van „de baas" en „de vrouw", want tussen het speelse snappen van voorzichtige ka ken en het per ongeluk plotseling te hard toegrijpen, daartussen ligt bij de dieren maar een stapje! „Alles goed en wel", zegt iemand, die het vrijheidsbeginsel door dik en dun handhaaft „dat dier zit toch maar z'n leven lang opgesloten in een hok. Inderdaad, z'n leven lang is deze vos zijn vrijheid kwijt. Dat leven is ni. verkeerd begonnen, toen hy als vossewelp werd uitgegraven. In 'n land als het onze. dat al armer wordt aan natuurschoon, zijn de terreinen, waar een vos werkelijk in vrijheid kan le ven, al zeldzamer. Ingewijden weten maar al te goed. hoe de verhouding mens-vos is geworden. Wie een vos vrijlaat, heeft daarmee meteen zijn lot bezegeld. Daarom Reinaart schik Je in je lot. Sta maar kwispelstaartend je baas af te wachten, laat Je krauwen in je dik ke bakkebaarden en doe je ogen dicht van zaligheid, als hij Je zachtjes in Je pels blaast. Wees zo wijs, niet te ontsnappen. Wie weet, misschien word je nog eens de oudste vos van Nederland. Sjouke van der Zee. (Bij de tekeningen): I: Vele moderne nylon nachthemden gaan gepaard met een „déshabillé", een luchtige peignoir, die van dezelfde stof is gemaakt en die wat model of garnering betreft bij het nachthemd past. Het nachthemd van het eerste tekeningetje vraagt niet meer dan twee maal de hoogte aan stof en het heeft niet meer dan twee lengtenaden. Langs het décolleté is de stofbreedte met behulp van eenvoudig smockwerk ineengerimpeld. Het model kan naar believe met of zonder ceintuur worden gedragen, en gaat gepaard met een wijde peignoir, die rechte, driekwart mouwen heeft en van een gesmookt sohouderstuk is voorzien. Een belegstuk werkt de halsopening af en reikt tot halverwege de overslag, terwille van de knoopsluiting. wie ik me alleen herinner, dat hij een grijs baardje had en dat we vuurbang voor hem waren. Gek is dat tooh, kin deren kunnen elkaar zo staan op te jutten, dat alleen het noemen van ie mands naam al voldoende is, een troepje kleine helden uit elkaar te doen stuiven, alsof de baarlijke duivel ze op de hielen zit. Zouden mijn klas genoten het nog weten. Dat we het toch telkens waagden, de slecht geplaveide weg naar bene den af te schuivelen en om het huisje heen te sluipen, had z'n oorzaak. Dat terrein aan de haven was een heerlijk oord op de woensdagmiddag, maar bovenal trok ons het plekje, waar voor het huis van de havenmeester een vosje aan een ketting lag. Lag? wel nee, het deed niet anders dan heen en weer lopen; naair links - ketting strak - draai naar rechts - ketting strak - draai naar links en zo maar door, 'n allernaarste eeuwig durende beweging van een scharminkelig diertje, dat niettemin, ondanks zijn penetrante geur, een grote indruk op ans maakte. Intussen was onze aanwezigheid aan de waterkant een clandestiene bezigheid, die ons ieder ogenblik kon opbreken. Wie het sein gaf tot de pa nische vlucht, was achteraf nooit te zeggen. Het zal wel zoiets als „daar heb j' em!" geweest zijn. In leder ge val was het heerlijk, als Je daarna bo ven aan het talud, het hart bonzend in de keel, tegen elkaar stond op te scheppen. Dit alles is wel erg lang geleden. Nu sluipen we niet meer langs weggetjes naar beneden en we hollen niet meer weg voor een havenmeester. (Wie weet wat een vriendelijk man hij is geweest!) en we zien gelukkig geen schurftige vosjes meer aan een ket ting. Wie dit nooit heeft gezien, kan het zich moeilijk voorstellen. Een vos, die zachtjes ,jne me me" roepend, de oren plat gelegd, de staart hevig kwispe lend, rechtop tegen het gaas van zijn hok staat, hunkerend naar z'n verzor ger. Een in wezen toch wild dier, dat, in een volstrekt vertrouwen in zijn baas, zich laat opnemen, knuffelen en weer neerzetten, om dan in een werve ling van rappe poten en flitsende staart, om hem heen te cirkelen en met een formidabele sprong zijn nachthok in te schieten, vanwaar uit hij met grote barnstenen ogen ligt te kijken en ligt te wachten op de dingen die zullen komen. Die zeker zullen komen. Want wat nu volgt is hem allang vertrouwd. De man haalt zijn ruige vriend uit het hok, sleept hem zachtjes „voor dood" naar buiten en tilt hem bij het ruige vrij weinig plaats in, en inplaats van met twee of drie katoenen (of zijden) nachtgewaden kunt ge makkelijk met een (of hoogstens twee) nylonnetjes volstaan. Wanneer ge na een paar we ken vakantie weer huiswaarts tijgt, hoeft ge geen gedragen nachtgoed m te pakken, want zelfs in de wastafel van een hotelkamer kimt ge zelf üw nylongoed doorspoelen. door JORGEN CLEVUS BLOEMEN VAN GAREN De bloemen van de ruiker primula's worden genaaid. Maak de steken van groen wollen garen tweemaal zo lang als je ze hebben wilt. Vouw ze in het midden samen en naai een wollen draad in een voor de bloem passende kleur precies in de vouw door het garen. Als kroonbladen worden van dit'punt uit vijf lusjes genaaid. Dan wordt het einde van de draad stevig bevestigd. De bloemen worden stuk voor stuk klaargemaakt en tot een ruiker samengebonden. Het andere bloemetje, de winteraconiet wordt ge maakt met behulp van een potlood waaromheen je een wollen draad gewikkelt. Trek de draad door alle win dingen voordat je het potlood eruit trekt. Trek goed aan en maak beide uiteinden vast voor je de stengel in het midden van de bloem vastnaait. heid, de soms rokerige dunheid van de meeste nylonnaohtgewaden niet. Maar luistert U dan nogmaals naar de er- vanen nylondraagster. Zij zal U zeg gen dat het niet „ademen" van nylon geen bezwaar is voor een ruim nacht gewaad; alleen bij ziekte, by koorts is het onaangenaam, normaliter merkt gé er niets van. Ook voor de hoge prijs en de doorzichtigheid van nachthem den, die ge kant en klaar koopt, heeft ze een afdoende remedie: koopt ny lonweefsels van het stuk en maakt zelf Uw nachtgoed. Uw aanwinst zal dan aanmerkelijk goedkoper zijn dan indien ge „klaar" koopt. En de stof, die ge er voor kiest hoeft amper door zichtiger te zijn dan dunne katoen. Wie nylon nachtgoed in de afgelopen jaren heeft leren kennen en waarde- III. Ook voor het model van het laatste schetsje is niet meer dan twee maal de hoogte aan stof nodig, en ook in dit nachthemd werd de gehele stof- ruimte aan de band van het décolleté ineengerimpeld. Het nachthemd heeft smalle schouderbandjes en is gegar neerd met een smal bandje, dat onder de buste is geappliceerd en de rimpels bijeenhoudt. Ook deze nachtpon kan met of zon der ceintuur worden gedragen. De bij behorende peignoir heeft geen mouwen. Voor- en achterkant zijn aan een smal schouderstuk ineengerimpeld. Een kantje of een ruche garneert de voorkant van dit schouderstuk. De halsopening is afgewerkt met een smal boordje, dat onder de kin wordt gestrikt. Het model heeft geen sluiting. SINDSDIEN heb ik de kennisma king met vosjes enige malen kun nen hernieuwen, onder betere om standigheden wat de dieren betreft al thans wanneer lk van het standpunt uitga, dat een prima verzorgde vos die zijn vrijheid mist, er beter aan toe is dan één, die (nog!) op vrije voeten is, maar ln ons dichtbevolkte land slechts een leven leidt van een opgejaagde misdadiger. Wordt een vos door het gros van de mensen niet zo be schouwd? Deze gedachten houden mij bezig nu ik opnieuw oog ln oog zit met een tamme vos, de mooiste, maar tevens de liefste vos, die ik tot nu toe heb ge zien. Hij is al vier jaren oud, heeft dus een leeftijd bereikt, waarop hy al lang EEN BELLEBAL Dit is een heel eenvoudige bal, die je gemakkelijk zelf kunt maken. De buitenkant van wollen lappen kun je met borduur- of applikeer- werk versieren, terwijl het omhulsel wordt opgevuld met kapok. In het inwendige doe je een belletje, dat klingelt als je de bal laat rollen. Het omhulsel bestaat uit 12 banen, die je nadat je ze versierd hebt, met de naaimachine aan elkaar naait. Laat één naad open om de kapok in te kunnen stoppen. Daama wordt ook deze naad gesloten en allen na den met fleurige kruissteken wegge werkt. „Dat betalen ln de autobus moet maar eens uit zijn", zeiden twee mannen in het Amerikaanse Denver tot el kaar. Ze roofden het kantoor van de tramwegmaatschappij leeg. Buit: 10.000 buskaartjes. Ze namen ook nog 9? dollar mee. Waarschijnlijk om ze in de handen van de chauffeur te stoppenals fooil EEN SCHRIJFMAP De buitenzijde van deze schrijfmap is bekleed met gebloemd katoen. De stof wordt zodanig geknipt, dat het overeen komt net de oppervlakte van beide bla den en de rugzijde, terwijl er bovendien aan alle kanten 3 centimeter beschikbaar moet blijven. Bestrijk de stof met lijm en leg de bladen karton daarop. Het verdient aanbeveling de rugzijde met een strook stevig pakpapier te versterken. Sla ver volgens aan alle zijden IV2 cm stof bin nenwaarts om. Weer zo'n paalzitter, of liever gezegd een paaizitster, want het is de 29- jarige mevrouw von Ray, die in New Orleans 202 dagen op een paal heeft gezeten en daarmee het wereldre cord, dat met 196 dagen op naam van Bill Howard uit Portland stond, heeft gebroken. Mevrouw Von Ray zal als beloning tijdens een plech tigheid de sleutels van de stad ont vangen. Het kleine plankier, dat op een dertig meter hoge paal was be vestigd, was voorzien van een bed. een telefoon, een radio en, met het oog op de koude zes dekens. Bewoners van een zolderkamertje zouden bijna Ja loers worden op die luxe in de openlucht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1956 | | pagina 13