ZINGENDE BANANEN IN KLEURIGE REGENJASSEN 4e Jaargang no. 2 ZATERDAG 14 JANUARI 1956 „Myn bananen zingen in de regen en zingen als het kond is", zei een tevreden bananen- boer. toen ik zijn plantage be zocht. „Dit werd mogelijk, voegde hij er aan toe, dank zy de jasjes van plastiek, die ik te genwoordig mijn trossen aan trek!" X, \V>v'.V Naar grootte gesorteerd, worden de bananen in kisten naar de steden in het zuiden verzonden Plastiek verdrong de jute-zakken Boer hield in drie jaar 45.000.— over Een jonge, doch prachtige gedijende cultuur, aldus kan men de bananenteelt in Nieuw-Zuid-Wales kenschetsen. Dat dit zo is, is voor een groot deel te danken aan een toevallige ontdekking en aan de komst van plastiek op de wereldmarkt. Een kwart eeuw geleden werden er in Queensland op bescheiden schaal bananen verbouwd. De boeren bestoven de palmen met een ziekte-werend poeder. Zij bemerkten na enige jaren, dat het poeder een schadelijke uitwerking had op de vruchten. Daarom hulden zij tijdens de bepoedering der stammen de jonge trossen in jute-zakken. Dit hielp inderdaad. Deze jute .mantels' beschermden voorts tegen nachtelijke en winterse koude. Vrij spoedig ondervonden de bana- nenboeren. dat de beschermde trossen een veel beter produkt gaven dan de niet beschermde. Zo werd de ,tros-in-jute-zak' een normaal verschijnsel in de Australische bananentuinen. Tijdens de oorlog stagneerde de aanvoer van jute in Australië. De boeren probeerden toen papieren, instede van jute-zakken te gebruiken. Dit liep uit op een mislukking. In 1950 echter kwamen de plastiek produkten op de wereldmarkt. Een slimme bananenboer besloot toen om het eens met .jassen van plastiek' te proberen. Hij maakte die plastiek-bananen-jassen zelf. Het succes was zó groot, dat in 1952 de plastiek-industrie speciaal voor de bananenteelt ver vaardigde plastiek overjassen ging maken. Hieraan ls het toe te schrijven, dat uw oog, als u thaais de bananen-plan tages op de subtropische oostkust van Australië ziet. getroffen wordt door talloze kleurige plekken temidden van het groen der palmen kruinen. Die plekken zijn kleurige bananen-overjas sen. die de hellingen der heuvels een welhaast feestelijk versierde aanblik verlenen. Die „overjassen" verhogen de sma kelijkheid der banenen. vooral als de plastiek kledij geel, groen of blauw van kleur is. Witte jasjes zijn minder goed. stelden de onderzoekers var. het land bouwproefstation Duranbah in Nieuw- Zuid-Wales vast. Zij constateerden voorts, dat de nieuwe kledij de bana nen meer profijt doet trekken van de zon hen beschermt tegen de wind, het rijpingsproces aanmerkelijk bevordert en de gaafheid der vruchten in de hand werkt. Dit betekent, dat dank zij de kleurige plastiek overjassen de ba- nanenboeren jaarlijks tienduizenden guldens meer verdienen. De jaarlijkse opbrengst van de jonge bananen-plantages in Nieuw- Zuid-Wales bedraagt ongeveer vijf tig miljoen gulden. De vruchten worden groen geplukt, dan per trein naar het vijfduizend kilometer ver wijderde Perth vervoerd en daar ge rijpt in speciaal voor dit rijpings proces ingerichte ruimten. Anders dan elders verzendt men in Nieuw- Zuid-Wales de bananen niet aan de tros, doch stuksgewijze in kisten ver pakt. De bananenteelt, is als regel klein bedrijf. Deskundigen zeiden mij, dat een plantage van twee hectares groot genoeg is om een gezin behoorlijk te onderhouden. Ongeveer 70% van alle plantages zijn inderdaad kleiner dan 3'i' ha. Slechts 10% beslaat meer dan 4 ha en het aantal bedrijven, dat meer dan 4 ha beslaat, is heel gering. IRRIGATIE Een der middelen om de opbrengst der tuinen te vergroten, is irrigatie. Pas de laatste jaren komt de bevloei ing meer in zwang. Zes jaar geleden waren er in Nieuw-Zuid-Wales slechts 10.000 m2 (1 ha) van het met bana nen beplant oppervlak voorzien van bevloeiingsinsta 11aties. Dat was op het proefstation Duranbah. In 1953 be droeg het met bananen bebouwde op pervlak 1000 a 1100 ha. Hiervan waren er toen reeds 200 bevloeid. In 1955 hoopte men dit aantal te kunnen op voeren tot 500. Waarom worden die verbeteringen niet in sneller tempo aangebracht' Het antwoord luidt: Omdat de kosten hoog zijn Er is namelijk wel genoeg water in de streek, doch de bananen tuinen liggen tegen de vrij steile hel lingen der heuvels, zodat het water tot op een hoogte van 200 m. moet wor den opgepompt. Kostbare pompinstal- laties en buizen zijn daartoe nodig. Op een der modernste plantages be steedden de eigenaars Cecil Chil- oott en Charles Parmenter in 1951 '52 alleen aan pijpleidingen reeds f. 45.000,om een bananenplantage van 8 ha „nat" te houden. De pompen kostten eveneens vele duizenden. Ter gen de helling staan thans met een hoogteverschil van zes meter, rijen sproeiers, die de toppen der palmen vochtig houden. Het is. als of er dag en nacht een milde zomerse regen valt. De irrigatie heeft een buitengewoon gunstig effect. De gemiddelde op brengst per ha is op een plantage met bevloeiings- en be<proeiingsinstallaties vier keer zo groot als in een tuin zon der behoorlijke watervoorziening! DEZER dagen hebben wij ken nis kunnen nemen van de grootse plannen, die de Ne derlandse Spoorwegen voor de toe komst hebben. Heel duidelijk bleek wel uit alle projecten, dat de stoomtractie volkomen is afgeschre ven. alles is afgestemd op elektrici teit sis de beste krachtbron. Daar mee is ook het beeld, dat de reizi ger van het spoorwegbedrijf te zien krygt ingrijpend gewijzigd. Onge merkt misschien wordt alles gemo derniseerd. Zon kloeke en impone rende stoomlocomotief, waar je als kind uren lang naar kon staan kij ken is eigenlijk al uit het beeld van de spoorwegen in Nederland ver dwenen. Wanneer wij nog eens even zo'n plaatje van zo'n oud-gediende voor ons zien, dan is het of wij nog de hitte van de ketel voelen, die merkwaardige lucht van stoom en olie ruiken, en wij herinneren ons nog het merkwaardig-langzaam stotend optrekken van de wagen, wanneer de locomotief op gang be gon te komen. Wat was er veel te zien aan zo'n locomotief, zoveel knoppen en kranen, zoveel buizen en lampen, en het was net of al les iets geheimzinnigs had. Soms hoor ik, wanneer een ge- stroomlijpde elektnsohe trein het station binnenrijdt wel eens ie mand zeggen: „Voor de kinderen is er niet veel meer aan te zien". De reiziger, die dit zegt. heeft stellig een beeld als op onze foto voor ogen. Toch vergist hij zich. De kinde ren van nu worden evenzeer ge boeid door de gestroomlijnde ma chines. zij zoeken naar de details en nebben oog voor de perfecte werking van alle onderdelen. De Nederlandse Spoorwegen ver gissen zich niet: zij weten, dat men op tijd moet durven overschakelen, een nieuwe tractie moet invoeren, wanneer deze beter blijkt te passen bij het kader van de tyd, wanneer zij efficiënter blijkt te zijn. Dan moeten alle mm of meer romanti sche overwegingen wijken, niet uit gebrek aan traditie, maar omdat men hier niet mag blijven staan bij wat verouderd blijkt te zijn. Wie vooruit wil komen, en vooruit wil brengen, moet er voor waken, dat hij zich van de meest efficiënte en WOORD VAN BEZINNING aan de realiteit aangepaste kracht bron bedient. Er zijn heel wat mensen, die. als wy dit woord van de NS. nu eens mogen overnemen - bij de tractie van hun leven minder zakelijk - en daarom minder juist te werk gaan. De taak, die wij nog betrekkelijk aan het begin van een Jaar voor ons hebben, is in wezen niet gerin ger. vraagt niet minder „planning" VOLLEDIGE ELEKTIFICATIE dan een bestek voor een spoorweg bedrijf. Het is misschien niet zon der zin, om eens bij het doornemen van onze overwegingen te vragen: hebben wij de juiste krachtbron in geschakeld. en bedienen wij ons daarvan op de meest efficiënte wijze? Er zijn veel mensen. ö.e menen, dat men bij de geestelijke opbouw van zijn leven zakelijke overwegin gen niet behoeft te laten gelden. Een van de gevolgen van" deze on juiste gedachte is. dat er dikwijls een bedenkelijke kloof ontstaat tus sen de levenspraktijk, zoals men die nu eenmaal in het leven van deze tijd leven moet en de dikwyls met veel ouderwets materiaal gestof feerde geestelijke krachtbron, die toch tenslotte ons leven moet voortstuwen en verder dragen. Wanneer men dit niet tijdig her ziet, kan het gebeuren, dat wij tot de pijnlijke ontdekking komen, dat de tractie niet meer voldoet en ons niet kan brengen, waar wij hoopten te komen. Volledige elektrificatie. Herzie ning van onze krachtbron èn effi ciënte toepassing van onze kracht bron, aangepast aan het leven van deze tijd. Dat is niet altijd een van zelfsprekende zaak. Dat kost soms offers en bereidheid om te laten vernieuwen wat herzien moet wor den. Laten wy ons hier eens mee bezighouden, nu wy nog allerlei in het jonge jaar 1956 kunnen her zien en zo nodig vernieuwen. Een diep doorleefd leven, met zijn vele complicaties, met allerlei vra gen en problemen, dit alles in het hoogopgevoerde tempo, waaraan wij ons nu eenmaal niet kunnen onttrekken, vraagt om een goede tractie, een energie, die doeltref fend en met groot uithoudingsver mogen ons leven dragen kan. Volledige elektrificatie betekent voor ons: een levend geloof.'dat be reid is zich te laten vernieuwen van dag tot dag. Dat wist Luther reeds, toen hij zei: ..Het is een le vend," beweeglijk, actief, machtig ding, het geloof". DS. S. L. VERJHEUS Doopsgez. Predikant Leiden. WELVAART VERDRONG WOESTENIJ In dertig jaar tijd zijn de kunst dalen van Nieuw-Zuid-Wales onher kenbaar veranderd. Vroeger groei den er op de hellingen struikgewas en vrijwel waardeloos geboomte. Geen veeboer vond het land vol doende aantrekkelijk om er zyn be drijf uit te oefenen. De invoering der bananencultuur gaf de stoot tot de metamorfose. De kleurige plastiek bananen-overjassen versnelden het tempo in hoge mate. Thans heerst reeds welvaart, waar een kwart eeuw geleden geld nauwelijks te vin den was. Plastiek-jasjes beschermen de bananen- trossen tegen regen en overmatige zonneschijn Grote mogelijkheden zyn er nog voor hen, die in de bananencultuur hun brood willen verdienen, ook al zijn de grondprijzan de laatste jaren in de ba- nanenstreek aanmerkelijk gestegen. Er zijn op het ogenblik circa f15 000 - (arbeidsloon, enz nodig om een ter rein van 4 ha te herscheppen in een bananenplantage. De opbrengsten en winsten zijn echter groot. Zo hoorde ik in Murwillumbahdat ruim drie jaar geleden een immigrant uit Europa een 4 ha grote in produktie zijnde bana nentuin te koop aangeboden kreeg voor zowat f 15.000- Hy bezat er slechts vijftig. De eigenaar vond goed, dat de koper de som betaalde uit de winsten, die hy zou maken. Na drie jaar gewerkt te hebben, kon deze het laatste deel van de koopsom betalen en hierna de plantage verkopen voor het dubbele bedrag dat h<j er voor had had betaald! Tuin. palmen, schuren, bananen en de plastiek bananenmantels gingen toen in andere handen over. De immi grant, die zo goed geboerd had in die drie jaar, dankte dit voor een niet on belangrijk deel aan de kleurige plastiek overjassen, die in 1950 begonnen om de Australische bananenplantages zo'n vrolyk en versierd uiterlijk te geven. (Mivano - Nadruk verboden) Als de tros voldoende tot ontwik keling is gekomen, wordt het omhulsel verwijderd en t rijpings proces elders kunstmatig voort gezet.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1956 | | pagina 5