DE ANDEREN NEDERLAND BREIT JAARLIJKS 25 MILLIOEN KNOTTEN WOL Weense mode geinspireerd door Opera-festival WIE de gesprekken van de grote politici over de veiligheid van Europa en de wereld volgt, wordt telkens pijnlijk: getroffen door het pove re resultaat. Als eenvoudig mens vraag Je je af: waarom neemt de één dit nu niet aan van de ander en waarom houden som migen hardnekkig vast aan een eenmaal ingenomen standpunt? Het eenvoudig onwil of sabo tage te noemen is erg goedkoop en gemakkelijk. Is het dit niet, dat men zo bang ls zijn eigen vrijheid te verliezen en deze voortdurend bedreigd ziet door de vryheid van de ander? „Ja", zegt de één, „ik wil een her enigd Duitsland": „ik ook", zegt de ander, „maar dan los van de bindingen aan de Wes terse mogendheden". De vrij heid is ons veel te lief en wij willen de beveiliging van onze vrijheid niet opgeven! WIJ wil len nu eenmaal garanties voor onze eigen levensruimte. Is deze houding niet de spie gel van ons leven in kleiner kring? Het zijn immers altijd weer de anderen, die het doen. Wij willen wel het goede, maar de anderen lopen ons voor de voeten. Wij bekijken de ander vaak met wantrouwen, wij com bineren. hallucineren en conclu deren ten slotte in een hard oordeel, waarbij wy zo vaak ónze eigen zwakheden en fouten in de ander projecteren. Wat hebben de bioscoopbe zoekers zich destijds genomen gevoeld by de „Zeven Hoofd zonden". In het laatste stuk werden allerlei figuren in si tuaties op het doek gebracht. WOORD VAN BEZINNING waarmee de fantasie van de be zoekers ging spelen: een geeste lijke in een louche buurt, een grysaard met een kindnu zou het komenhet gefan taseerde kwaaden de ont knoping kwam in de grootste ontnuchtering: een geestelyke op weg naar een zieke De anderen, dat zyn, zo me nen velen, degenen die ons be dreigen. Zo heeft Jean Paul Sartre het ons gezegd, dat mijn vryheid (en ik ben mijn vry heid) voortdurend belaagd wordt door de vryheid van de ander. Door zyn blik kan hy reeds myn leven bevriezen. Een diepgeworteld één-zyn ls niet mogeiyk, zelfs niet binnen het huwelijk. Zijn woord is by ve len tot slagzin geworden: l'enfer, c'est les autres (de hel, dat is de anderen!). Men heeft dit ook toegepast op God: God - als Hy bestaat- is zo'n grote macht, dat hy ons in onze vryheid verpletteren moet. Indien God bestaat, be staat de mens niet werkeiyk. Is dat nu juist? Is de ander de bedreiger van myn vryheid? Het hangt er maar van af, wie en wat ik zelf ben. De anderen uit myn leven en denken weg bannen, brengt my de ware vrijheid niet. Integendeel: ik ben op de wereld gezet samen met de anderen. Het levende contact met die anderen is een belangryk stuk van myn leven; wanneer dat contact wegvalt vereenzaam ik. sterf ik: dan wordt myn wereld kleiner en myn leven verschraalt, dan ben ik gevangen in de enge bunker cel van myn eigen zelf. Als de Ander, God in myn le ven komt, verplettert Hy my niet. maar haalt mij uit myn vereenzaming en veiligheid, en spreekt mij aan met: o mens, Ik wil niet zonder U zyn. Wie binnen de lichtkring van Gods Liefde treedt, ontmoet de An der en de anderen. Niet meer als bedreigers van myn levens ruimte en myn vryheid; neen in vryheid treed ik hen tege moet, om te geven, myzelf te geven, de ander ryker te maken en my door de ander te laten schenken wat van hemzelf is. Echt leven is niet mogelyk zonder de anderen. „De hel dat lsde anderen", mogen wy omkeren: „de hemel dat is de anderen". Maar dan niet de ander zien als vyand, bedreiger en bedrieger, maar als mens in nood. die door my geholpen moet' worden, wy staan by el kaar in de schuld, de schuld van de liefde. En deze liefde, die uit God geboren is, gelooft alle dingen, hoopt alle dingen, ver draagt alle dingen; deze liefde vergaat nooit. Als wy in onze kring dit in practyk gaan brengen, zou dit dan niet zo kunnen doorwerken, dat op internationaal niveau de angst wykt, het vertrouwen overwint? Ds G. TOORNVLIET Geref. stud, predikant Zaterdag 19 November 1955 VAN SCHAPENVACHT TOT KANTWOL Ook breien is een kunst. Hier is een aantal vrouwen bezig liaar deel van de jaarlijkse acht millioen kilo meter zo snel mogelijk op te breien, en wel zonder fouten, want daarvoor kent de jury geen pardon. Tot een gezamenlijke lengte van 8 millioen kilometer! Het is vaak moeilijk zich aan een mode te onttrekken, vooral wanneer men zo nauw bij mode betrokken is als wij. Wij vragen ons dus met velen al. wie er eigenlijk gelukkiger zijn; mensen in min of meer primitieve samenlevingen of wij. stervelingen van een jachtige door de machine beheerste Westerse maatschappij. Dit vraagstuk, dat ons in het algemeen nauwelijks beroert, omdat wij ons nu een maal zeer wel thuis voelen in de jachtige, wat lawaaierige en door reclame beheerste tijd waarin wij leven, stellen wij aan de orde om dat wij ons hier bezighouden met wol, met breiwol in het bijzonder. Wol is nu eenmaal een prettig ma teriaal, waarmede we ellen graag om gaan. De man die een mooi kamgaien mantel gaat maken, laat een coupon een trui of een rok breien, leggen het werkstuk telkens eenseven op haar schoot uit en voelen hoe zacht en warm het is. Maar zou de voldoening by allen niet nog veel groter zyn. wanneer zy zelf het materiaal hadden kunnen maken? Voor de eerstgenoemden is de afstand tot het schaap reeds zo on overbrugbaar geworden, dat de moge- lykheid feitelyk nauwelyks meer by hen opkomt: de industrie is volkomen onmisbaar geworden. Maar by de brei wol ligt het todh nog wel iets anders. Velen zullen zich uit de oorlogsjaren herinneren hoe men pogingen deed zelf te spinnen met de wol van klan- destien geslachte schapen. Het suc- sec was niet altijd even groot, want ook handspinnen is een kunst, die slechts langzaam eigen gemaakt wordt. In primitieve landen echter wordt deze kunst nog druk beoefend. In Joe- go-Slavië zagen wy deze zomer nog talryke vrouwen rustig langs de weg of achter haar schapen voortwande- lend de spintol hanteren. Deze vrou wen smaken nog het genoegen zelf de schapen te weiden, de geschoren vacht te sorteren en te wassen, zelf de wol te spinnen en te verven, zelf te ver werken tot allerlei kledings- en ge bruiksvoorwerpen. Wanneer zij iets klaar hebben, is het haar eigen werk van begin tot eind! En de moderne Nederlandse huls vrouw? Heeft zij dan alleen maar een achterstelling by haar eenvoudiger le vende seksegenoten? Integendeel, want ook al bereiken deze boerenvrouwen soms een grote vaardigheid in de ver schillende bewerkingen, het resultaat blijft ruw en onvolkomen vergeleken met de producten van de moderne breiwol-industrieEn dan tellen wy nog niet eens het ontzagwekkende aantal uren, dat nodig is alvorens zy alleen nog maar kan beginnen met het breien. WISSELENDE WENSEN De moderne breiwol, die voor een ieder in een enorm' aantal kleuren en dikten in de breiwinkel te koop ligt, waarby men bovendien nog precies uitgerekende breipatronen kan krygen, is het resultaat van een wydvertakte handel en industrie, die met de groot ste zorg en liefde de gore, ïuwe vach ten van schapen uit Alstralië, Zuid- Afrika of Zuid-Amerika verzamelen, sorteren, reinigen en nog eens reinigen, uitkammen, samenvoegen en uitspin nen tot steeds gelijkmatiger, steeds zachtere en mooiere diaden. die ten slotte door nauw contact met de be- langryke modecentra recepten samen stellen voor verf baden, die precies dat resultaat verzekeren, dat door de mo derne breister wordt gewenst op ieder bepaald moment. Want dat die wensen van jaar tot jaar en van seizoen tot seizoen wis selen, en dat de vraag nooit teleur gesteld wordt, dat realiseren zich slechts weinigen. IVIen neemt als van- Ook in ons land wordt het handspinnen nog sporadisch beoefend. Hier ziet men enkele Nederlandse vrouwen met haar snorrende spinnewiel tijdens een demonstratie. Het spinnewiel is een technisch hoge vorm van spinnen, die lang niet alle volken kennen. zelfsprekend aan dat wat men ver langt, ook prompt ln de winkel aan wezig is. VAN FIJN NAAR GROF Zo moest bijvoorbeeld de Engelse breiwol-industrie ervaren, dat by het populair worden van de televisie de vraag naar fynere garens sterk afnam en langzamerhand de dikke garens meer populair werden. De huis vrouw, die voor haar toestel zat ,kon met de fyne garens niet meer breien, maar verlangde desondanks iets om handen te hebben. Zy greep naar gro vere garens en de inzinking was niet alleen overwonnen, maar er werd meer gebreid dan ooit te voren! In Nederland begint de breiwol-fa- bricage gewoonlijk met hel zg. kam- band, dat is een dikke lont van reeds geheel gereinigde wolvezels, die door middel van kaarden en kammen keu rig in dezelfde richting zyn gelegd en ontdaan van de korte veeels, die later onsterke plekken en pluizen zouden veroorzaken. Deze kambanden komen uit allerlei delen van de wereld, waar speciale industrieën deze tot dikke kluwen opgewonden lonten, de zoge naamde „tops" vervaardigen. Deze tops zyn als laatste bewerking met een weinig olie gedrenkt, wat het stuiven tegengaat en het eigeniyke spinnen vergema fckelijkt EEN TECHNISCH PRAATJE In de breiwolfabrieken nu begint men de lont voorzichtig uit te trekken, twee gerekte lonten samen te voegen en weer te rekken, waarbij steeds minder wolvezels naast elkaar komen te liggen en de resulterende lont dus dunner wordt, maar tevens egaler. By de nog meest in gebruik zynde syste men zyn 6 tot 8 van deze gangen nood zakelijk om een goed product te ver krijgen. Een Engelse wolfabrikant, de heer Raper, was hiermede niet tevre den. hy trok zich uit zyn zaak terug en wydde zich gedurende vijf jaar aan het construeren van een nieuwe ma chine. Zyn gehele vermogen offerde hy in deze tijd op. maar hy had suc ces! De Raper Autoleveler doet in drie gangen, waar vroeger gemiddeld zeven voor nodig waren. Bovendien werkt deze machine met veel groter spoelen en neemt een fractie in van de ruimte benodigd voor de oude apparaten. De bediening vindt plaats door twee ar beiders waar er vroeger zes nodig wa ren De volkomen egale lont wordt ver volgens in elkaar gedraaid, getwynd, waarna het zo ontstane garen op strengen wordt gewonden. Deze strengen gaan naar de wassery (om de olie te verwijderen), blekery en ververij en komen als evenzovele wondermooie donzige kleurige dotten schoonheid daar weer uit. Men krygt de neiging er met de handen in rond te woelen, maar dat mag natuurlijk niet, omdat ze dan in de war gaan! Een deel van de strengen wordt dan in elkaar gedraaid en verpakt, terwijl een ander deel op kluwenwinders tot kluwen wordt omgespoeld. In de baden zijn alle spanningen die tydens het spinproces in het garen mochten zyn ontstaan, verdwenen; na het winden tot kluwen worden de laatste nogmaals gestoomd om zeker te zyn dat niet op nieuw spanningen zyn opgetreden. Dit laatste moge voor onze lezeressen een waarschuwing zijn nooit te stijve klu wens te winden, want dan kan in het brelsel later spannlngskrimp optreden, wat grote teleurstelling zou kunnen geven. Machinale kluwens zyn dan ook ln principe beter! Een andere waar schuwing moge de kleur gelden. De fa brieken leveren steeds af van één verf. bad, maar latere bestellingen kunnen kleine kleurverschillen opleveren. Wan neer U dus voor een kledingstuk wol koopt, koop dan alles tegeiyk ol laat een deel reserveren, want dezelfde kleur kan anders niet gegarandeerd o:»ien. Breit Nederland nu veel? Wel, een dikke zes gulden per Nederlander (babies, mannen, grootvaders en overgrootmoeders Inbegrep) betekent een totaal van om en naby de 25 millioen knotten, ln lengten uitge- Opera gedragen worden, maar niet ln het smalle parket Met het oog daarop besteedde de Weense haute couture bijzondere zorg aan nauwsluitende avondjaponnen, waarvan de waarde wordt verhoogd door het kostbare ma teriaal. Een voorbeeld hiervan ziet men in een slerlyk turkoois-kleurig (Van een correspondente ln Wenen) De binnenstad van Wenen staat geheel in het teken van het Opera-festival. Men ziet dit in de eerste plaats aan de winkels en de etalages, die voor deze gelegenheid buitengewoon smaakvol werden opgemaakt. Bijna iedere étalage doet aan een kleine toneeldecoratie denken van een bekende opera. Nu eens is een beroemde originele partituur als 't ware verdwaald geraakt tussen 'n paar fragiele avond schoentjes in zilver of goud, dan weer zweeft er een ivoren maatstok boven een droom van een avondtasje met een afzonderlijk vakje voor een waaier, een toneelkijker of een poederdoosje. De etalage van een herenmodezaak Illustreert zowel de geschiedenis van de opera als de mode-ontwikkeling door middel van twee hoge hoeden: de ene uit het jaar 1869, toen de opera werd geopend, de andere van nu. Ethe rische at ondiblousjes zweven als lichte wolkjes rondom een vlooi udt louter kant, in één woord: of het nu een zwierige sol-sleutel is, het portret van een bekende componist, een etalage vol met boeken over musici, toneelspelers of operazangeressen, oude plattegron den of het oorspronkeiyke aanplakbil jet van een première, al deze requisie- ten vestigen de aandacht op de zo no dige modesnufjes en accessoires, die by het grote avondtoilet van de dames passen of het rokcostuum van de heer. die naai- de opera gaat. Een flinke teleurstelling beleefden die heren, die te lang met een maat- costuum hadden gewacht, en nu in de zaken waar herencostuums werden ver huurd te horen kregen: rok en smo king al meer dan een week uitverkocht. In tegenstelling daarmee waren de Weense dames voorzichtiger. Zy heb ben haar avondjaponnen tydig besteld en zochten hoogstens nog naar een en kel modern sieraad, naar een bontcape of een tola. Tooh bleef de Weense hoofdzakelyk voor dames uit het bui tenland. die de Weense mode kennen en liever ter plaatse een toilet uitzoch ten om zich by de Weense smaak aan te passen. Daarom ook worden er tydens het Opera-festival regelmatig modeshows gehouden, die het overtuigende bewijs leveren dat nieuwe ideeën, grappige in vallen en vooral goede smaak m We nen nog lang niet zijn uitgeput De mode-ontwerper AdlmilUer is met een oreatie voor de dag gekomen, die hij aphrodite" noemt en waarvoor hij witte atlaszijde nam ryk geborduurd met granaatappels in goud en zilver natuurlijk wel in een loge van de Niet minder elegant is zyn model ere- mitage" van glanzend rose groen „poul de soie", bezaaid met rozen in reliëf model van Henrik, vervaardigd uit kostbaar taftfluweel en smaakvol ver sierd met borduursels uit strass en zil veren pailletten (of lovertjes). Dat de Weense mode, evenals vroe ger. ook nu nog een bijzondere voor liefde heeft voor Oosterse, resp. Turkse motieven betwist het grote aantal mo dellen met gebolde rokken naar Turks voorbeeld. Daarnaast trekt ook het Verre Oosten de aandacht, zoals blykt uit een model van Farnhammer met syn exotische lojn. Hiervoor gebruikte hij ruwe gouden kant op een achter grond van witte „duchesse". WEENEN NIET BEDUCHT VOOR PARIJS Ondanks haar bescheidenheid is de Weense haute couture zozeer van haar eigen waarde overtuigd, dat zij de Parijse modekoning Balmain heeft uitgenodigd om tydens het Opera festival zijn creaties in het paleis Auersperg te demonstreren, terwijl tU zelf haar eigen modellen in het paleis Pallavicini laat zien. Zij is niet bang voor een confrontatie, want juist uit een vergelyking blykt dat de Weense mode msschien niet zo'n extra-vagant en gewaagd ka rakter heeft als de Paryse, maar daarvoor in de plaats is z|j uiterst smaakvol, beheerst en elegant. Bo vendien zijn haar modellen niet uit sluitend voor mannequins bestemd. drukt zo'n lieve acht millioen kilo meter, wat de Nederlandse vrouwen steekje voor steekje opbreien! Met dit griezelige beeld voor ogen nemen wy maar afscheid van de breiwol-industrie, maar niet dan na dat wU U dringend hebben aangera den vanavond toch werkeiyk een pullovertje op te zetten. U ben het aan uw eer als vrouw verplicht en het ls zo'n bijzonder gezellig werk. Uw hulsgenoten en Uzelf zullen er U dankbaar voor zyn. Links ..Aphrodite" van witte atlaszijde, rijk geborduurd met granaatappels in zilver en goud. Het model wordt gedragen door de dochter van de Nederlandse gezant te Wenen. Rechts: ..Eremitage" van rose-groen ..poul de soie" van voren bezaaid met rozen in reliëf en glinsterend van pailletten. (Modellen van Adlmilller). Goede smaak nog lang niet uitgeput

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1955 | | pagina 13