jirm Lezers schrijven De grenswijziging Leiden Oegstgeest HIER stond een F teveel Leidse straatnaambordjes worden van fouten gezuiverd (eer LEO' WEE( ind aanp-ëhnd. J Wijdingsdienst in Pieterskerk ter inleiding 3 Octoberviering 1955 96ste Jaargang Zaterdag 1 October 1955 No. 28642 Mijne Heren, In het nummer van het „L. D." van 27-9-'55 tref ik een uitgebreid prae- advies. aan van het College van B. en W. van Leiden. Als inwoner van Leiden zou ik daar gaarne enige opmerkingen over willen maken. Ongetwijfeld zal ook het gemeentebe stuur van Oegstgeest wel reageren en m.i. terecht. De grondstelling, waar B. en W. van Leiden van uitgaan, en dat genoemd College met vele argumenten tracht aan te tonen is. dat algehele op heffing van Oegstgeest de oplossing geeft voor vele problemen, waar Leiden mee te kampen heeft. In de eerste plaats valt op. dat in het prae-advies van B. en W. vele argumen ten voorkomen, die een sterk subjectief (en dus eenzijdig) stempel dragen, ter- v. ijl er daarnaast te berde gebracht wor den, die door de andere partij (de ge meente Oegstgeest) ook gebruikt kunnen worden om een betoog in tegengestelde richting op te bouwen, dus om aan te tonen, dat het gewenst is, dat Oegst geest als zelfstandige gemeente blijft bestaan. Er zijn zelfs wel redenen aan te voeren, waarop Oegstgeest de wen selijkheid kan baseren van annexatie van Leiden door Oegstgeest! De moei lijkheid is alleen, dat we dan geen reke ning houden met de realiteit. Deze rea liteit is uitsluitend en alleen ontstaan uit het verleden en houdt in, dat Leiden en Oegstgeest rechtens en feitelijk twee gemeenten zijn. Het betoog van B. en W. van Leiden toont m.i. niet afdoende de wenselijk heid en noodzakelijkheid aan van sa mensmelting van beide gemeenten. Zelfs wanneer men uitgaat van het on derstelde (samenvoeging), dan is hier mede in het geheel niet bewezen, dat er „een harmonisch en evenwichtig opge bouwde eenheid" ontstaat (lste/2de ko lom, 3de alinea van boven v. d. betref fende pagina). Ook Nederland vormt een eenheid (staatkundig en historisch b.v.), maar toch zijn er in Nederland vele gemeen ten. Ook bij een steeds verder om zich heen grijpen van de grote steden zal er toch 'n zekere onderverdeling moeten blijven bestaan, o.a. uit practische be- stuursoverwegingen. Juist in grote steden ziet men veelal een streven naar decen tralisatie. niet alleen met betrekking tot het bestuur, maar ook op vele andere gebieden (openbare voorzieningen,onder wijs. cultuurvoorzieningen, recreatie, winkelapparaat, woningbouw e.a.). Ik wil nu niet een pleidooi houden om b.v. Den Haag maar te gaan verdelen in meer gemeenten; maar wel is dit een vingerwijzing, om voorzichtig te zijn met annexatie, wanneer niet vaststaat, dat verschillende gemeenten van onder ling zeer verschillend karakter niet naast elkaar kunnen bestaan. „Leiden mist die categorie inwoners, die tot de meer welgestelde bevolkings groep behoren (1ste kolom. 1ste alinea). Daaronder lees ik dan als verklaring het ontbreken van gronden daarvoor. Het is verleidelijk, om na te gaan, of deze ver- k'aring ook in het verleden steeds gold. Waarschijnlijk niet. want met name om streeks 1935 kwamen er in Leiden enkele aantrekkelijke woonwijken tot stand. (4e kolom. 1ste alinea). Met „aantrekkelijke woonwijken" wordt i.v.m. de daaraan voorafgaande zinnen bedoeld; aantrek kelijk voor beter gesitueerden. De twee slachtigheid in deze redenering schuilt hierin, dat men de invloed van tijdsom standigheden e.d. onvoldoende onder kent. Ook de invloed van de woning- bouwpolitiek is groot. Bij de huidige woningnood spelen factoren een rol, die in de argumentering van B. en W. niet of nauwelijks ter sprake komen. Zo staat er in de 3de kolom, 2de alinea; „Arbeiderswoningbouw is te Oegstgeest dan ook in heden en verleden een ver geten hoofdstuk". Wat betreft het he den: de gemeente Leiden mag blij zijn, dat Oegstgeest na de oorlog zo weinig arbeiderswoningen heeft gebouwd; men zit met de bouw van het aantal wo ningen de laatste jaren kennelijk aan het plafond door allerlei oorzaken en elke niet-gebouwde arbeiderswoning in Oegstgeest geeft Leiden de mogelijk heid, om er één meer te bouwen. In het genoemde prae-advies worden verder woorden gewijd aan de openbare voorzieningen. Het postkantoor in Oegstgeest is slechts een bijkantoor van het Leidse. Dit is een kwestie van organisatie van de PTT en kan dus op zichzelf niet als argument dienen. Verder kan men lezen, dat de NZH Leiden en Oegstgeest als één geheel be schouwt; dit geldt voor het locale tarief, doch niet voor de interlocale diensten; reist men b.v. van Noordwk naar Oegst geest of Leiden, dan is het tarief wel degelijk versohillend Stapt men bij de halte Leidsebuurt uit. dan betaalt men minder, dan wanneer men uitstapt in leiden, b.v. de halte Stadhuis Overigens spruit dit voort uit de tarie venpolitiek van de tramwegmij. Als ar gument voor samenvoeging is deze zin snede waardeloos. In de Iste kolom. 3de alinea kan men lezen: „Oegstgeest steunt sterk op Lei den". Dit geldt alvast niet voor het lager onderwijs, immers: 167 Oegstgees- ter leerlingen genieten lager onderwijs in Leiden, terwijl 281 Leidse kinderen een l.o.school in Oegstgeest bezoeken. Dit betekent, dat Leiden in deze van Oegstgeest profiteert en niet omgekeerd. Voor andere takken van onderwijs kan men zeggen, dat Oegstgeest op Leiden steunt. De vraag is echter, in hoeverre dit vrijwillig geschiedt. Wanneer Oegst geest bijv. een ULO zou willen stichten, komt men op dezelfde bezwaren als bij de wonintrbouw, o.a. door de oversnan- nen arbeidsmarkt in de bouwnijverheid, om nog maar te zwijgen over het grote tekort aan leraren, die voor zo'n school nodig zijn. Mee betrekking tot culturele uitingen gelden al dezelfde moeilijkheden als hiervoor geschetst: de gemeente Lelden moet het toejuichen, dat Oegstgeest nog geen plan heeft tot bouw van b.v. een schouwburg; als dit wel zo was, zou de bouw van de nieuwe Leidse Schouw burg wel eens noodgedwongen uitgesteld kunnen worden voor een aantal jaren, wat het vreemde gevolg zou hebben, dat over enige jaren Oegstgeest wel een Schouwburg heeft en Leiden niet! Verder moet men niet vergeten, dat ook inwoners van Oegstgeest bij bezoek van Schouwburg, Stadsgehoorzaal e.d. bijdragen leveren voor de gemeente Lei den in de vorm van vermakelijkheids belasting. Leiden heeft niet alleen na deel van de huidige situatie! .De Leidse Hout" vormt een belang rijke recreatieve voorziening voor Oegst geestenaren" <2e kolom. 2e alinea). Inderdaad is dit zo. De vraag is echter, of de gemeente Leiden wel alles in het werk stelt om de Leidenaren gelegenheid te geven van dit bos te genieten. Het ligt ver van het centrum van Leiden verwij derd; iemand, die eens een uurtje vrij heeft en deze tijd wil gebruiken om de „Hout" te bezoeken, stapt doorgaans op de fiets en rijdt er naar toe. Bij het bos aangekomen, vindt hij bij de ingang een bord. waar o.a. vermeld staat, dat het wandelen met een rijwiel aan de hand daar verboden is. Hij wil zijn fiets uiter aard niet bij de ingang achterlaten en zal dus van een wandeling door het bos afzien Hieruit volgt, dat het voor de meeste mensen, die htm dagelijks werk hebben, zeer moeilijk wordt gemaakt, om van het park te genieten. In de 3e kolom. 5e alinea, schrijft men, dat nagenoeg 78 van de werkende be roepsbevolking van Oegstgeest behoort tot met name genoemde beroepsgroepen van stedelijk karakter. Dit aegt nog niets voor het percentage ran de beroepsbe volking, die in Leiden werkzaam is Ook de gemeente Oegstgeest breidt zich uit met betrekking tot plaatselijke voorzie ningen en instellingen, wat weer tot ge volg heeft een grotere beroepsbevolking. Er is tevens een aantal Oegstgeestena- ren, dat zijn werk vindt in andere na burige gemeenten, zoals Sassenheim, Rijnsburg en ook Den Haag en omstre ken. Wanneer men nu het tweede gedeelte ram de bewuste pagina van het ,ID beschouwt, valt allereerst op de zinsnede, dat concentratie van de woningbouw op Leiden „Zuid-West" grote bezwaren op levert (4e kolom. Ie alinea). Het is in teressant, om die bezwaren dan eens te vernemen. In de eerste plaats moet vast gesteld worden, dat daar nog een grote oppervlakte onbebouwd Is en het is niet aannemelijk, dat dit in korte tijd veran deren zal. Er is daar genoeg ruimte, om een grote stadswijk te stichten, die in alle opzichten aam de te stellen eisen voldoet. Waarom zijm de bezwaren hier van groter dam van het bouwen van een wijk ergens bij Oegstgeest, die qua grootte en vorm toch ook een afzonder lijk geheel zal worden? Men moet niet vergeten, dat bij een onverhoopte an nexatie van Oegstgeest het huidige be bouwde gedeelte blijft bestaan, zodat de gemeente Leiden bij ee»n grote uitbrei ding in die riohting min. of meer om Oegstgeest, Endegeest, enz. heen moet laten bouwen, wat zeker geen fraaie op lossing is. Bepaald onaangenaam doet het argu ment aan, dat Oegstgeest nalatig is ge- bleven, om de Lage Morsweg in betere toestand te brengen. Ten eerste blijft ook dan genoemde weg totaal ongeschikt voor verkeer van enig belang in verband met de aansluiting op de Rijksweg bij de Slaagh. Een enigszins aanvaardbare aansluiting vereist een kostbare voor ziening. die niet rendabel is. aangezien in de toekomst de Rijksweg aldaar een geheel ander tracé krijgt Overigens i treffen soortgelijke verwijten in nog sterkere mate de gemeente Leiden. Bij de Gevangenlaan (Legermuseum) be vindt zich een groot viaduct onder de spoorlijn LeidenDen Haag. Aan de Westzijde hiervan ontbreekt nog elk spoor van een aansluitende weg in de riohting Morskwartier en Oegstgeest, De aanleg van zo'n weg ligt toch wel in de bedoeling, gezien de grootte van het ge noemde viaduct. In de passage ran het gewraakte prae-advies aangaande „Bndegeest" en pingen of ram weinig belang zijn. ..Voorgeest" berinden zich verschillende punten, die vatbaar zijn voor tegenwer- Zo staat er. dat „Endegeest" ca. een barrière vormt voor de ontwikkeling van Oegstgeest in Westelijke nchting. Dit zal echter ook zo zijm, wanmeer ..Ende geest" aan Leiden wordt toegevoegd. Het karakter van de omgeving van de gestichten past zeker beter bij Oegst geest dan bij Leiden. De Bndegeester- laan en --straatweg danken hun aan trekkelijkheid grotendeels aan het bos van .Bndegeest" ca.; wegen ran een dergelijk karakter ontbreken in Leiden geheel! Het is bepaald onwaar, dat deze omgeving niet bij Oegstgeest past; inte gendeel, zij sluit logisch aan bij de Rhijmgeesterstraatweg en het Wilhel- minapark. Elders leest men, dat de nieuw voor gestelde grens het toekomstige paviljoen by .Bndegeest" doorsnijdt; een goede, oplossing zou zijn, om de geprojecteerde grens wat minder ver cp te schuiven, zodat het nieuwe paviljoen nog op grondgebied van Oegstgeest blijft, waar bij er tevens voor gezorgd kan worden, dat een toekomstige uitbreiding moge lijk is. Het bezwaar van de ligging van de b.l.o.-school bij „Voorgeest" op Oegst- geester grondgebied Is niet duidelijk Om het eens euphemistisch uit te drukken: de argumentering van B en W. in deze materie is zeer zwak De conclusie, waartoe het College komt: de noodzaak van overdracht van deze ter reinen aan Leiden, komt hierdoor op losse schroeven te staan Ook is niet duidelijk, waarom de ge meente Leiden bij de huidige toestand niet ten volle verantwoordelijk zou zijn voor de verpleegden van de inrichtingen, zoals wordt gesuggereerd In de laatste kolom ile gedeelte) treft men dan neg de opmerking aam, dat de door B en W beoogde samenvoeging het enige middel is om al diegenen onder de Oegstgeestenaren. die hun belangen in feite in Leiden hebben liggen, de gele genheid te geien over dè behartiging ran die belangen medezeggenschap te verkrijgen Deze zin roept vele vragen op. Wat verstaat men onder: .al diege nen onder de Oegstgeestenaren, die hun belangen in feite in Leiden hebben"'? Het lijkt mij zo toe. dat iemand, die el ders woont, wel degelijk grote belangen heeft in zijn woonplaats, in dit geval Oegstgeest. Met betrekking tot de medezeggen schap kam worden opgemerkt, dat deze bij annexatie eerder kleiner dan groter wordt Immers hoe groter een bepaalde gemeenschap, hoe kleiner de peroonlijke medezeggenschap onder gelijke omstan digheden Men kan zich voorstellen, dat by de huidige toestand ook invloed van de be doelde groep op het bestuur van Leiden wordt uitgeoefend, zij het dan minder direct, want deze inwoners hebben me dezeggenschap in het bestuur van Oegst geest en het beleid hiervan is o.a. weer van invloed op dat van de gemeente Leiden. Voorts is dus niet duideiyk gemaakt, dat samenvoeging het enige middel is tot de bedoelde medezeggenschap. Het gebruikte argument in het prae- Maar het zit ook elders niet goed met Van der Werf Leiden heeft een hele boel voortreffelijke bur gemeesters gehad. Popu laire figuren of statige magistraten, ploeteraars of lieden die in het bij zonder him representa tieve plichten naliepen. Vele van die figuren uit het verleden werden ge- eerd in de Sleutelstad door de vernoeming van straten. Geen hunner zal ooit de nationale vermaardheid krijgen die burgemeester Pieter Adriaanszoon van der Werf zich verwierf door zijn arm aan te bie den aan de hongerende Leidse bevolking tijdens het beleg door de Span jaarden. Aan hem is dan ook een van de twee ech te standbeelden gewijd, die de Sleutelstand rijk is, terwijl er nog een Van der Werf park en een Van der Werfstraat bestaan. Tot kort geleden be stond er in Leiden echter ook een... Van der Werff- straat. Enkele straatnaambord jes in de naar deze be roemdste Leidse burger vader genoemde straat vermeldden zijn naam juist, andere bordjes zet ten er een f teveel ach ter. In onze serie over fou ten in Leidse straat naambordjes hadden wij deze wonderlijke fout een plaatsje toegekend op de vooravond van de derde October. Maar dat gaat niet Want die f teveel staat er niet meer. Er zijn voortvarende lieden van gemeentewerken geko men met ladders, een pot verf en een stevige kwast Zo doet de Drie October'vereniging het verkeerd in het feestprogramma. en die hebben een eind gemaakt aan het onge motiveerde bestaan van die tweede f. Ze zijn niet alleen in de Van der Werfstraat geweest, maar ook in de Valkensteeg. in de Hoog landse Kerksteeg, in de Lodewijk van Deyssel- straat. en in de Bakhuis Roozeboomstraat. en in heel veel andere straten waar het met de bordjes niet in orde was. Na de Van der Werfstraat had den wij nog meer op het programma staan. Iets over de Groenha- zengracht of Groen- hazegracht, over de St. Jacobsgracht of St. Ja- kobsgracht, over de Dul- le bakkerssteeg of Dulle- bakkersteeg, over de Conscientiestraat en het Concientieplein, over de Kraaierstraat of Kraalër- straat en nog een hele boel andere straten en grachten. Maar we hebben ons programma herzien: van daag besluiten wij met een eresaluut aan de gemeente, die, na de ontdekking hoé erg het was in Lelden, hard aan het werk getogen is om onze straatnaambordjes van fouten te zuiveren. Waarvan die ene wegge- verfde f hierbij een ge tuigenis moge vormen. Wij zijn dankbaar, dat onze critiek niet vergeefs is geweest. Het is overigens met Van der Werf een moei lijke zaak Gaat men in de archieven de juiste schrijfwijze zoeken, dan staat men voor een grote puzzle Zijn handteke ning is niet nauwkeurig te ontcijferen. Een offi ciële burgerlijke stand bestond er in die jaren niet. In oude documenten wordt nu eens zijn naam met een f. dan weer met twee f's geschreven. De grote historicus Fruin houdt het in zijn boek over het beleg en ontzet van Leiden op Van der Werf. anderen schrijven steeds Van der Werff. zo als b.v in vele publicaties van het Leidse Jaarboek je. het orgaan van de toch waarlijk op histo risch terrein niet ondes kundige vereniging Oud standbeeld, en het is moeilijk om daar een let ter by te beitelen. Maar dan wordt het, naar onze bescheiden overtuiging, ook tyd dat de Drie Octobervereeni- ging haar leven gaat be teren en de overbodige f Deel van het opschrift van de oude penning in de Lakenhal, waarin het met die F wel in orde is. maar waar voor de variatie een R ontbreekt. Leiden. In de Lakenhal, waar de schatten uit Leidens verleden liefdevol worden bewaard, berust een pen ning die enkele tiental len jaren na het ontzet van Lelden geslagen werd. Op die penning wordt slechts één f geschreven maarde naam luidt daar Van de Werf, dus zonder r. Het meest waarschyn- lijk echter is. dat de naam van deze beroemde burgervader als Van der Werf geschreven moet worden. Laten we het daar in ieder geval in Leiden maar op houden. Want zo staat het ook op het voortaan uit program ma's en dergelijke weg laat Zeker deze vereni ging hoort het goed te doen Laten wij deze serie besluiten met een woord van dank aan de lezers, die ons hielpen met de jacht op fouten, met een woord van waardering voor het daadwerkelijke antwoord van de ge meente, en met de ver wachting. dat Leiden binnenkort een unicum in den lande zal zijn: een stad zonder fonten in straatnaambordjes. Want het Is overal zo. zoals het hier was, al was het ln de Sleutelstad wel erbarme lijk. (lngez. Med.-Adv.) TH. J. VAN DER HEIJDEN rechtskundige Hoge Rijndijk 103a. Leiden, telefoon 23405 Pacht-, rechtszaken en incasso's. advies kan dus wel zeer gezocht worden genoemd. Onder .Algehele samenvoeging" komt tevens de zinsnede voor: .Bit (een har monische bevolkingsopbouw) is voor een evenwichtige gemeentepolitiek, die mede geschraagd moet wonden door een zo gelijkmatig mogelijk verdeeld financieel draagvlak, van onschatbare betekenis". Hierbij kan weer opgemerkt worden dat in deze vorm in 't geheel niet duidelijk wordt gemaakt, dat by samenvoeging het financiële draagvlak zo gelijkmatig mogelijk verdeeld wórdt In tegendeel, men blijft ook dan zitten met twee stadsdelen, die op dit gebied onderling zeer grote verschillen verto nen. ook met betrekking tot de bevol kingsopbouw. „Èen op één visie toerustend ontwikke lingsplan" is heel mooi, maar wel vol komen afhankelijk van de betreffende visie, die dan de goedkeuring van de inwoners van beide stadsdelen zal moe ten hebben Aangaande de huidige „nlet-tastbare" gemeentegrens kan men de vraag opwer pen, wat hiermee wordt bedoeld Hoe men dat „niet-tasbtaaar" ook opvat, steeds zal men kunnen wijzen op „nlet- tastbare" grenzen van andere gemeen ten. Dit is op zichzelf zeker geen reden om die grens dan maar op te heffen Uit het voorgaande blijkt wel, dat de argumentering van het prae-advies van B en W zeer wel voor bestryding vat baar is Men kan zich in het algemeen afvragen, of de behartiging van de be langen van Oegstgeest door de gemeente Leiden beter zou geschieden dan by de huidige toestand door de gemeente Oegstgeest zelf In aanmerking genomen het beleid inzake stads- en gemeente- ontwikkeling. zoals dat tot nu toe door de verschillende gemeenten geweest is, heeft men geen zekerheid, dat annexa tie bevorderiyk Is voor een goede ont wikkeling van de delen Leiden en Oegst geest. Het uiteriyk van de gemeente Oegst geest heeft kennelijk grote aantrekkings kracht voor velen en men moet hierbij wel bedenken, dat dit uiteriyk toch tot stand gekomen is door eigen bestuur en niet door dat van de gemeente Leiden. Gelukkig pleegt met name de lande- ïyke overheid by het nemen van belang rijke beslissingen niet over een nacht Us te gaan en dat is in het hier besproken geval zeer Juist Het is te hopen, dat dit ook nu zal geschieden. waardoor voorkomen wordt, dat een toestand wondt geschapen, die bij nader inzien tooh niet gewenst is W VAN ROOI JEN, Marislaan 11, Leiden. Slaat dan op tot de vreugde! Die bij ons zijn, zijn meer dan die bij hen Het 3-Octoberfeest is een feest vol tradities en ecu van die tradities is de feestelijke wijdingsure, georganiseerd door de Chr. Zangvereniging - Kerkkoor ,„Ex Animo". De Pieterskerk was gisteravond, evenals andere jaren, weer bijna geheel gevuld met belangstellenden, die zich op de feestviering wilden voorbe reiden, door zich een ogenblik te bezinnen op de achtergrond van het beleg cn ontzet van Leiden in 1574. De eerste spreker op deze avond was ds G. Toornvliet, Geref. predikant, die begon met er op te wyzen dat het ontzet van Leiden, naar menseluke maatstaven gemeten, een dubbeltje op z'n kant is geweest. De Prins van Oranje had wel geschreven dat de burgerij moed moest houden en dat hulp gereed stond, maar het was niet gemakkelyk stand te hou den, terwyl de Spanjaarden dicht om de wallen lagen en honger en pest de bewoners belaagden. Geen wonder dat bestuurders en burgers der stad wel oren hadden naar het zoet gefluit van de Spaanse vogelaar. Eén ding hield de mannen en vrouwen echter staande en was de eed en het verbond met de Prins van Oranje, die men niet eenzy- dig wilde verbreken, en aangezien de Prins niet te bereiken was. bleef men stand houden tot de bevryding kwam. De bevryding van de tyrannie en de ge- wetensknechting maar ook de bevryding tot het leven, de vreugde en de dienst aan God. WAARLIJK VRIJ? Leiden is ontzet, maar leeft de bevol king heden ten dage waarlijk vrij? Ook nu zijn er nog velen wier leven bezet is: angst voor de dood. angst voor de toekomst. Doch zoals God in 1574 neerzag op de belegerde stad. zo ziet Hij ook nu nog neer op alle be zette levens en in Jezus Christus ver lost Hy ons van alle vijanden. Hy breekt alle bunkermuren af en Hy schenkt het leven een nieuwe toe komst. de toekomst van Zijn eeuwige heerlijkheid. In het perspectief van de eeuwigheid kunnen wij elkaar toe roepen: „Staat op tot de vreugde!" In de wetenschap dat wU perspectief hebben, al omringen ons vele vyanden. kunnen wU waarachtig feest vieren. Door Jezus Christus wordt het feest ver diept en wordt het een preludium op het eeuwige feest van Zyn Koninkryk. dat geen einde zal hebben. WAT MOETEN WIJ BEGINNEN? Ds J. van der Wiel. Ned. Herv. predi kant vertelde allereerst van de profeet, die in de belegerde stad is en die weet dat de Syriers het op hem gemunt heb ben. Hy slaapt echter rustig, aangezien hy zich omringd weet door de engelen Gods. Zyn knecht begrypt niets van deze rust en vraagt. „Mijn heer, wat moeten wy beginnen?" De profeet ant woordt dan: „Die by ons zyn, zyn meer, dan die bU hen zyn". En op zyn gebed worden de ogen van de knecht geopend, zodat hy dóór de vyanden heen het le ger Gods ziet. Hier worden twee typen mensen gete kend: de een is de wanhopige, de uit zichtlozen, de nihilist, die niets heeft om zich aan vast te grypen en de an der is hy die in groot geloof en ver trouwen leeft. Het verstand zegt dat de vyand veel sterker is en zal overwinnen, maar het geloof zegt dat God er is. In dit geloof hebben ook de Leidenaars van 1574 geleefd en alleen daardoor heb ben zy weten stand te houden tot het uiterste. De vraag „Wat zullen wy beginnen?" horen wy tegenwoordig maar al te vaak. er is Immers van alle kant dreiging? En Inderdaad, als wy het zelf op wijjen knappen, komt er niets van terecht, maar wiens ogen geopend zyn ziet het leger dat van God is. En daarom moet steeds dit gebed op onze lippen zyn. dat wy mogen zien, dat Jezus Christus vlak naast ons staat. Alleen waar Hy is kan de ware feestvreugde doorbreken. Het is goed dat wy ln de herinnering teruggaan naar de droeve en biyde da gen van 1574. maar we mogen daar niet by stil biyven staan, want wy moeten heden de beslissing nemen en ons le ven stellen in zyn hand wy mogen zien dat die bü ons zijn, meer zyn, dan die bij hen zijn". WIJDINGSURE Aan de dienst werkte mee het ge mengd koor „Ex Animo", dat enkele lie deren zong. die vaak gezongen warden met 3 October, zoals „Wilt heden nu tre den" (in een bewerking van de direc teur H. de Wolff), Psalm 9 en „Lof zy de Helden". De organist van de Pieters kerk, Leo Mens, begeleidde de gemeen tezang en speelde de Echo-fantasie van J. P. Sweelinck. Zang en orgelspel klon ken prachtig door de hoge gewelven van het kerkgebouw en maakten samen met het gesproken woord cn de ge meentezang. deze dienst Inderdaad tot een feestelijke wydingsure. By het aanstaande feest Ie leven door moet dil zUn: „Heer, open onze ogen, opdat1 voor Veel vraag, weinig aanbod Het aanbod van werkkrachten onder ging geen wyzlging, zodat het aantal als werkloos ingeschreven mannen op 24 September 215 bedroeg In enkele be- dryfstakken. zoals o.a. in de metaalin dustrie, het grafisch bedrijf, de textiel industrie, de bouwbedryven en de am- bachts bedrijven doet zich een tekort aan arbeidskrachten gevoelen, dat niet alleen betrekking heeft op geschoolde, maar ook op geoefende en ongeschoolde krachten. Ook de ongewyzigde stand van de ge registreerde vraag nl. 400, waarvan on geveer 60 aanvragen betrekking hebben op jeugdigen van 15 t/m 18 jaar, legt nogmaals het accent op de behoefte aan personeel. Gewezen kan nog worden op de ruimere plaatsingskansen welke door de ontwikkeling van de arbeidsmarkt voor de minder validen ontstonden Ge durende de thans verstreken periode ran dit Jaar konden reeds ongeveer 180 per sonen in een passende werkkring ge plaatst worden Het aantal als geheel werkloos Inge schreven vrouwen beliep op 24 Septem ber 125. een daling derhalve ta v de vo rige stand van 25. waaraan echter niet al te grote waarde dient te worden toe gekend. aangezien zy in hoofdzaak net gevolg is van administratieve maatre gelen (afvoering Ingeschrevenen, welke hun inschrijving niet tydig vernieuw den) Dit neemt niet weg, dat het plaat- singscyfer vooral gezien de huidige om standigheden. niet onbeduidend was. Evenwel de vraag om vrouwelijke krachten bleef eelijk en bedroeg ruim 300. waarvan bijna de helft betrekking heeft op jeugdigen van 15 t/m 18 Jaar. Ook voor vrouweiyk personeel geldt: Z nimmer deden zich dermate ruime nn ons gebed gevarieerde plaatsingsmogeiykheden

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1955 | | pagina 3