jirm
Lezers schrijven
De grenswijziging
Leiden Oegstgeest
HIER
stond een F teveel
Leidse straatnaambordjes worden
van fouten gezuiverd
(eer LEO'
WEE(
ind aanp-ëhnd.
J
Wijdingsdienst in Pieterskerk ter
inleiding 3 Octoberviering 1955
96ste Jaargang
Zaterdag 1 October 1955
No. 28642
Mijne Heren,
In het nummer van het „L. D." van
27-9-'55 tref ik een uitgebreid prae-
advies. aan van het College van B. en W.
van Leiden. Als inwoner van Leiden zou
ik daar gaarne enige opmerkingen over
willen maken.
Ongetwijfeld zal ook het gemeentebe
stuur van Oegstgeest wel reageren en
m.i. terecht. De grondstelling, waar B.
en W. van Leiden van uitgaan, en dat
genoemd College met vele argumenten
tracht aan te tonen is. dat algehele op
heffing van Oegstgeest de oplossing
geeft voor vele problemen, waar Leiden
mee te kampen heeft.
In de eerste plaats valt op. dat in het
prae-advies van B. en W. vele argumen
ten voorkomen, die een sterk subjectief
(en dus eenzijdig) stempel dragen, ter-
v. ijl er daarnaast te berde gebracht wor
den, die door de andere partij (de ge
meente Oegstgeest) ook gebruikt kunnen
worden om een betoog in tegengestelde
richting op te bouwen, dus om aan te
tonen, dat het gewenst is, dat Oegst
geest als zelfstandige gemeente blijft
bestaan. Er zijn zelfs wel redenen aan
te voeren, waarop Oegstgeest de wen
selijkheid kan baseren van annexatie
van Leiden door Oegstgeest! De moei
lijkheid is alleen, dat we dan geen reke
ning houden met de realiteit. Deze rea
liteit is uitsluitend en alleen ontstaan
uit het verleden en houdt in, dat Leiden
en Oegstgeest rechtens en feitelijk twee
gemeenten zijn.
Het betoog van B. en W. van Leiden
toont m.i. niet afdoende de wenselijk
heid en noodzakelijkheid aan van sa
mensmelting van beide gemeenten.
Zelfs wanneer men uitgaat van het on
derstelde (samenvoeging), dan is hier
mede in het geheel niet bewezen, dat er
„een harmonisch en evenwichtig opge
bouwde eenheid" ontstaat (lste/2de ko
lom, 3de alinea van boven v. d. betref
fende pagina).
Ook Nederland vormt een eenheid
(staatkundig en historisch b.v.), maar
toch zijn er in Nederland vele gemeen
ten. Ook bij een steeds verder om zich
heen grijpen van de grote steden zal
er toch 'n zekere onderverdeling moeten
blijven bestaan, o.a. uit practische be-
stuursoverwegingen. Juist in grote steden
ziet men veelal een streven naar decen
tralisatie. niet alleen met betrekking tot
het bestuur, maar ook op vele andere
gebieden (openbare voorzieningen,onder
wijs. cultuurvoorzieningen, recreatie,
winkelapparaat, woningbouw e.a.). Ik
wil nu niet een pleidooi houden om b.v.
Den Haag maar te gaan verdelen in
meer gemeenten; maar wel is dit een
vingerwijzing, om voorzichtig te zijn
met annexatie, wanneer niet vaststaat,
dat verschillende gemeenten van onder
ling zeer verschillend karakter niet
naast elkaar kunnen bestaan.
„Leiden mist die categorie inwoners,
die tot de meer welgestelde bevolkings
groep behoren (1ste kolom. 1ste alinea).
Daaronder lees ik dan als verklaring het
ontbreken van gronden daarvoor. Het is
verleidelijk, om na te gaan, of deze ver-
k'aring ook in het verleden steeds gold.
Waarschijnlijk niet. want met name om
streeks 1935 kwamen er in Leiden enkele
aantrekkelijke woonwijken tot stand. (4e
kolom. 1ste alinea). Met „aantrekkelijke
woonwijken" wordt i.v.m. de daaraan
voorafgaande zinnen bedoeld; aantrek
kelijk voor beter gesitueerden. De twee
slachtigheid in deze redenering schuilt
hierin, dat men de invloed van tijdsom
standigheden e.d. onvoldoende onder
kent. Ook de invloed van de woning-
bouwpolitiek is groot. Bij de huidige
woningnood spelen factoren een rol, die
in de argumentering van B. en W. niet
of nauwelijks ter sprake komen. Zo
staat er in de 3de kolom, 2de alinea;
„Arbeiderswoningbouw is te Oegstgeest
dan ook in heden en verleden een ver
geten hoofdstuk". Wat betreft het he
den: de gemeente Leiden mag blij zijn,
dat Oegstgeest na de oorlog zo weinig
arbeiderswoningen heeft gebouwd; men
zit met de bouw van het aantal wo
ningen de laatste jaren kennelijk aan
het plafond door allerlei oorzaken en
elke niet-gebouwde arbeiderswoning in
Oegstgeest geeft Leiden de mogelijk
heid, om er één meer te bouwen.
In het genoemde prae-advies worden
verder woorden gewijd aan de openbare
voorzieningen.
Het postkantoor in Oegstgeest is
slechts een bijkantoor van het Leidse.
Dit is een kwestie van organisatie van
de PTT en kan dus op zichzelf niet als
argument dienen.
Verder kan men lezen, dat de NZH
Leiden en Oegstgeest als één geheel be
schouwt; dit geldt voor het locale tarief,
doch niet voor de interlocale diensten;
reist men b.v. van Noordwk naar Oegst
geest of Leiden, dan is het tarief wel
degelijk versohillend Stapt men bij de
halte Leidsebuurt uit. dan betaalt men
minder, dan wanneer men uitstapt in
leiden, b.v. de halte Stadhuis
Overigens spruit dit voort uit de tarie
venpolitiek van de tramwegmij. Als ar
gument voor samenvoeging is deze zin
snede waardeloos.
In de Iste kolom. 3de alinea kan men
lezen: „Oegstgeest steunt sterk op Lei
den". Dit geldt alvast niet voor het
lager onderwijs, immers: 167 Oegstgees-
ter leerlingen genieten lager onderwijs
in Leiden, terwijl 281 Leidse kinderen
een l.o.school in Oegstgeest bezoeken.
Dit betekent, dat Leiden in deze van
Oegstgeest profiteert en niet omgekeerd.
Voor andere takken van onderwijs kan
men zeggen, dat Oegstgeest op Leiden
steunt. De vraag is echter, in hoeverre
dit vrijwillig geschiedt. Wanneer Oegst
geest bijv. een ULO zou willen stichten,
komt men op dezelfde bezwaren als bij
de wonintrbouw, o.a. door de oversnan-
nen arbeidsmarkt in de bouwnijverheid,
om nog maar te zwijgen over het grote
tekort aan leraren, die voor zo'n school
nodig zijn.
Mee betrekking tot culturele uitingen
gelden al dezelfde moeilijkheden als
hiervoor geschetst: de gemeente Lelden
moet het toejuichen, dat Oegstgeest nog
geen plan heeft tot bouw van b.v.
een schouwburg; als dit wel zo was, zou
de bouw van de nieuwe Leidse Schouw
burg wel eens noodgedwongen uitgesteld
kunnen worden voor een aantal jaren,
wat het vreemde gevolg zou hebben, dat
over enige jaren Oegstgeest wel een
Schouwburg heeft en Leiden niet!
Verder moet men niet vergeten, dat
ook inwoners van Oegstgeest bij bezoek
van Schouwburg, Stadsgehoorzaal e.d.
bijdragen leveren voor de gemeente Lei
den in de vorm van vermakelijkheids
belasting. Leiden heeft niet alleen na
deel van de huidige situatie!
.De Leidse Hout" vormt een belang
rijke recreatieve voorziening voor Oegst
geestenaren" <2e kolom. 2e alinea).
Inderdaad is dit zo. De vraag is echter,
of de gemeente Leiden wel alles in het
werk stelt om de Leidenaren gelegenheid
te geven van dit bos te genieten. Het ligt
ver van het centrum van Leiden verwij
derd; iemand, die eens een uurtje vrij
heeft en deze tijd wil gebruiken om de
„Hout" te bezoeken, stapt doorgaans op
de fiets en rijdt er naar toe. Bij het bos
aangekomen, vindt hij bij de ingang een
bord. waar o.a. vermeld staat, dat het
wandelen met een rijwiel aan de hand
daar verboden is. Hij wil zijn fiets uiter
aard niet bij de ingang achterlaten en
zal dus van een wandeling door het bos
afzien Hieruit volgt, dat het voor de
meeste mensen, die htm dagelijks werk
hebben, zeer moeilijk wordt gemaakt, om
van het park te genieten.
In de 3e kolom. 5e alinea, schrijft men,
dat nagenoeg 78 van de werkende be
roepsbevolking van Oegstgeest behoort
tot met name genoemde beroepsgroepen
van stedelijk karakter. Dit aegt nog niets
voor het percentage ran de beroepsbe
volking, die in Leiden werkzaam is Ook
de gemeente Oegstgeest breidt zich uit
met betrekking tot plaatselijke voorzie
ningen en instellingen, wat weer tot ge
volg heeft een grotere beroepsbevolking.
Er is tevens een aantal Oegstgeestena-
ren, dat zijn werk vindt in andere na
burige gemeenten, zoals Sassenheim,
Rijnsburg en ook Den Haag en omstre
ken.
Wanneer men nu het tweede gedeelte
ram de bewuste pagina van het ,ID
beschouwt, valt allereerst op de zinsnede,
dat concentratie van de woningbouw op
Leiden „Zuid-West" grote bezwaren op
levert (4e kolom. Ie alinea). Het is in
teressant, om die bezwaren dan eens te
vernemen. In de eerste plaats moet vast
gesteld worden, dat daar nog een grote
oppervlakte onbebouwd Is en het is niet
aannemelijk, dat dit in korte tijd veran
deren zal. Er is daar genoeg ruimte, om
een grote stadswijk te stichten, die in
alle opzichten aam de te stellen eisen
voldoet. Waarom zijm de bezwaren hier
van groter dam van het bouwen van een
wijk ergens bij Oegstgeest, die qua
grootte en vorm toch ook een afzonder
lijk geheel zal worden? Men moet niet
vergeten, dat bij een onverhoopte an
nexatie van Oegstgeest het huidige be
bouwde gedeelte blijft bestaan, zodat de
gemeente Leiden bij ee»n grote uitbrei
ding in die riohting min. of meer om
Oegstgeest, Endegeest, enz. heen moet
laten bouwen, wat zeker geen fraaie op
lossing is.
Bepaald onaangenaam doet het argu
ment aan, dat Oegstgeest nalatig is ge-
bleven, om de Lage Morsweg in betere
toestand te brengen. Ten eerste blijft
ook dan genoemde weg totaal ongeschikt
voor verkeer van enig belang in verband
met de aansluiting op de Rijksweg bij
de Slaagh. Een enigszins aanvaardbare
aansluiting vereist een kostbare voor
ziening. die niet rendabel is. aangezien
in de toekomst de Rijksweg aldaar een
geheel ander tracé krijgt Overigens i
treffen soortgelijke verwijten in nog
sterkere mate de gemeente Leiden. Bij
de Gevangenlaan (Legermuseum) be
vindt zich een groot viaduct onder de
spoorlijn LeidenDen Haag. Aan de
Westzijde hiervan ontbreekt nog elk
spoor van een aansluitende weg in de
riohting Morskwartier en Oegstgeest, De
aanleg van zo'n weg ligt toch wel in de
bedoeling, gezien de grootte van het ge
noemde viaduct.
In de passage ran het gewraakte
prae-advies aangaande „Bndegeest" en
pingen of ram weinig belang zijn.
..Voorgeest" berinden zich verschillende
punten, die vatbaar zijn voor tegenwer-
Zo staat er. dat „Endegeest" ca. een
barrière vormt voor de ontwikkeling van
Oegstgeest in Westelijke nchting. Dit
zal echter ook zo zijm, wanmeer ..Ende
geest" aan Leiden wordt toegevoegd.
Het karakter van de omgeving van de
gestichten past zeker beter bij Oegst
geest dan bij Leiden. De Bndegeester-
laan en --straatweg danken hun aan
trekkelijkheid grotendeels aan het bos
van .Bndegeest" ca.; wegen ran een
dergelijk karakter ontbreken in Leiden
geheel! Het is bepaald onwaar, dat deze
omgeving niet bij Oegstgeest past; inte
gendeel, zij sluit logisch aan bij de
Rhijmgeesterstraatweg en het Wilhel-
minapark.
Elders leest men, dat de nieuw voor
gestelde grens het toekomstige paviljoen
by .Bndegeest" doorsnijdt; een goede,
oplossing zou zijn, om de geprojecteerde
grens wat minder ver cp te schuiven,
zodat het nieuwe paviljoen nog op
grondgebied van Oegstgeest blijft, waar
bij er tevens voor gezorgd kan worden,
dat een toekomstige uitbreiding moge
lijk is.
Het bezwaar van de ligging van de
b.l.o.-school bij „Voorgeest" op Oegst-
geester grondgebied Is niet duidelijk
Om het eens euphemistisch uit te
drukken: de argumentering van B en
W. in deze materie is zeer zwak De
conclusie, waartoe het College komt: de
noodzaak van overdracht van deze ter
reinen aan Leiden, komt hierdoor op
losse schroeven te staan
Ook is niet duidelijk, waarom de ge
meente Leiden bij de huidige toestand
niet ten volle verantwoordelijk zou zijn
voor de verpleegden van de inrichtingen,
zoals wordt gesuggereerd
In de laatste kolom ile gedeelte) treft
men dan neg de opmerking aam, dat de
door B en W beoogde samenvoeging het
enige middel is om al diegenen onder de
Oegstgeestenaren. die hun belangen in
feite in Leiden hebben liggen, de gele
genheid te geien over dè behartiging
ran die belangen medezeggenschap te
verkrijgen Deze zin roept vele vragen
op. Wat verstaat men onder: .al diege
nen onder de Oegstgeestenaren, die hun
belangen in feite in Leiden hebben"'?
Het lijkt mij zo toe. dat iemand, die el
ders woont, wel degelijk grote belangen
heeft in zijn woonplaats, in dit geval
Oegstgeest.
Met betrekking tot de medezeggen
schap kam worden opgemerkt, dat deze
bij annexatie eerder kleiner dan groter
wordt Immers hoe groter een bepaalde
gemeenschap, hoe kleiner de peroonlijke
medezeggenschap onder gelijke omstan
digheden
Men kan zich voorstellen, dat by de
huidige toestand ook invloed van de be
doelde groep op het bestuur van Leiden
wordt uitgeoefend, zij het dan minder
direct, want deze inwoners hebben me
dezeggenschap in het bestuur van Oegst
geest en het beleid hiervan is o.a. weer
van invloed op dat van de gemeente
Leiden.
Voorts is dus niet duideiyk gemaakt,
dat samenvoeging het enige middel is
tot de bedoelde medezeggenschap.
Het gebruikte argument in het prae-
Maar het zit ook elders niet
goed met Van der Werf
Leiden heeft een hele
boel voortreffelijke bur
gemeesters gehad. Popu
laire figuren of statige
magistraten, ploeteraars
of lieden die in het bij
zonder him representa
tieve plichten naliepen.
Vele van die figuren uit
het verleden werden ge-
eerd in de Sleutelstad
door de vernoeming van
straten.
Geen hunner zal ooit de
nationale vermaardheid
krijgen die burgemeester
Pieter Adriaanszoon van
der Werf zich verwierf
door zijn arm aan te bie
den aan de hongerende
Leidse bevolking tijdens
het beleg door de Span
jaarden. Aan hem is dan
ook een van de twee ech
te standbeelden gewijd,
die de Sleutelstand rijk
is, terwijl er nog een Van
der Werf park en een Van
der Werfstraat bestaan.
Tot kort geleden be
stond er in Leiden echter
ook een... Van der Werff-
straat.
Enkele straatnaambord
jes in de naar deze be
roemdste Leidse burger
vader genoemde straat
vermeldden zijn naam
juist, andere bordjes zet
ten er een f teveel ach
ter.
In onze serie over fou
ten in Leidse straat
naambordjes hadden wij
deze wonderlijke fout een
plaatsje toegekend op de
vooravond van de derde
October.
Maar dat gaat niet
Want die f teveel staat
er niet meer. Er zijn
voortvarende lieden van
gemeentewerken geko
men met ladders, een pot
verf en een stevige kwast
Zo doet de Drie October'vereniging het
verkeerd in het feestprogramma.
en die hebben een eind
gemaakt aan het onge
motiveerde bestaan van
die tweede f.
Ze zijn niet alleen in
de Van der Werfstraat
geweest, maar ook in de
Valkensteeg. in de Hoog
landse Kerksteeg, in de
Lodewijk van Deyssel-
straat. en in de Bakhuis
Roozeboomstraat. en in
heel veel andere straten
waar het met de bordjes
niet in orde was. Na de
Van der Werfstraat had
den wij nog meer op
het programma staan.
Iets over de Groenha-
zengracht of Groen-
hazegracht, over de St.
Jacobsgracht of St. Ja-
kobsgracht, over de Dul-
le bakkerssteeg of Dulle-
bakkersteeg, over de
Conscientiestraat en het
Concientieplein, over de
Kraaierstraat of Kraalër-
straat en nog een hele
boel andere straten en
grachten.
Maar we hebben ons
programma herzien: van
daag besluiten wij met
een eresaluut aan de
gemeente, die, na de
ontdekking hoé erg het
was in Lelden, hard aan
het werk getogen is om
onze straatnaambordjes
van fouten te zuiveren.
Waarvan die ene wegge-
verfde f hierbij een ge
tuigenis moge vormen.
Wij zijn dankbaar, dat
onze critiek niet vergeefs
is geweest.
Het is overigens met
Van der Werf een moei
lijke zaak Gaat men in
de archieven de juiste
schrijfwijze zoeken, dan
staat men voor een grote
puzzle Zijn handteke
ning is niet nauwkeurig
te ontcijferen. Een offi
ciële burgerlijke stand
bestond er in die jaren
niet. In oude documenten
wordt nu eens zijn naam
met een f. dan weer met
twee f's geschreven. De
grote historicus Fruin
houdt het in zijn boek
over het beleg en ontzet
van Leiden op Van der
Werf. anderen schrijven
steeds Van der Werff. zo
als b.v in vele publicaties
van het Leidse Jaarboek
je. het orgaan van de
toch waarlijk op histo
risch terrein niet ondes
kundige vereniging Oud
standbeeld, en het is
moeilijk om daar een let
ter by te beitelen.
Maar dan wordt het,
naar onze bescheiden
overtuiging, ook tyd dat
de Drie Octobervereeni-
ging haar leven gaat be
teren en de overbodige f
Deel van het opschrift van de oude penning
in de Lakenhal, waarin het met die F wel in
orde is. maar waar voor de variatie een R
ontbreekt.
Leiden.
In de Lakenhal, waar
de schatten uit Leidens
verleden liefdevol worden
bewaard, berust een pen
ning die enkele tiental
len jaren na het ontzet
van Lelden geslagen werd.
Op die penning wordt
slechts één f geschreven
maarde naam luidt
daar Van de Werf, dus
zonder r.
Het meest waarschyn-
lijk echter is. dat de
naam van deze beroemde
burgervader als Van der
Werf geschreven moet
worden.
Laten we het daar in
ieder geval in Leiden
maar op houden. Want
zo staat het ook op het
voortaan uit program
ma's en dergelijke weg
laat Zeker deze vereni
ging hoort het goed te
doen
Laten wij deze serie
besluiten met een woord
van dank aan de lezers,
die ons hielpen met de
jacht op fouten, met een
woord van waardering
voor het daadwerkelijke
antwoord van de ge
meente, en met de ver
wachting. dat Leiden
binnenkort een unicum
in den lande zal zijn: een
stad zonder fonten in
straatnaambordjes. Want
het Is overal zo. zoals het
hier was, al was het ln de
Sleutelstad wel erbarme
lijk.
(lngez. Med.-Adv.)
TH. J. VAN DER HEIJDEN
rechtskundige
Hoge Rijndijk 103a. Leiden,
telefoon 23405
Pacht-, rechtszaken en incasso's.
advies kan dus wel zeer gezocht worden
genoemd.
Onder .Algehele samenvoeging" komt
tevens de zinsnede voor: .Bit (een har
monische bevolkingsopbouw) is voor een
evenwichtige gemeentepolitiek, die mede
geschraagd moet wonden door een zo
gelijkmatig mogelijk verdeeld financieel
draagvlak, van onschatbare betekenis".
Hierbij kan weer opgemerkt worden dat
in deze vorm in 't geheel niet duidelijk
wordt gemaakt, dat by samenvoeging
het financiële draagvlak zo gelijkmatig
mogelijk verdeeld wórdt
In tegendeel, men blijft ook dan zitten
met twee stadsdelen, die op dit gebied
onderling zeer grote verschillen verto
nen. ook met betrekking tot de bevol
kingsopbouw.
„Èen op één visie toerustend ontwikke
lingsplan" is heel mooi, maar wel vol
komen afhankelijk van de betreffende
visie, die dan de goedkeuring van de
inwoners van beide stadsdelen zal moe
ten hebben
Aangaande de huidige „nlet-tastbare"
gemeentegrens kan men de vraag opwer
pen, wat hiermee wordt bedoeld Hoe
men dat „niet-tasbtaaar" ook opvat,
steeds zal men kunnen wijzen op „nlet-
tastbare" grenzen van andere gemeen
ten. Dit is op zichzelf zeker geen reden
om die grens dan maar op te heffen
Uit het voorgaande blijkt wel, dat de
argumentering van het prae-advies van
B en W zeer wel voor bestryding vat
baar is Men kan zich in het algemeen
afvragen, of de behartiging van de be
langen van Oegstgeest door de gemeente
Leiden beter zou geschieden dan by de
huidige toestand door de gemeente
Oegstgeest zelf In aanmerking genomen
het beleid inzake stads- en gemeente-
ontwikkeling. zoals dat tot nu toe door
de verschillende gemeenten geweest is,
heeft men geen zekerheid, dat annexa
tie bevorderiyk Is voor een goede ont
wikkeling van de delen Leiden en Oegst
geest.
Het uiteriyk van de gemeente Oegst
geest heeft kennelijk grote aantrekkings
kracht voor velen en men moet hierbij
wel bedenken, dat dit uiteriyk toch tot
stand gekomen is door eigen bestuur en
niet door dat van de gemeente Leiden.
Gelukkig pleegt met name de lande-
ïyke overheid by het nemen van belang
rijke beslissingen niet over een nacht Us
te gaan en dat is in het hier besproken
geval zeer Juist
Het is te hopen, dat dit ook nu zal
geschieden. waardoor voorkomen wordt,
dat een toestand wondt geschapen, die
bij nader inzien tooh niet gewenst is
W VAN ROOI JEN,
Marislaan 11, Leiden.
Slaat dan op tot de vreugde!
Die bij ons zijn, zijn meer dan die bij hen
Het 3-Octoberfeest is een feest vol tradities en ecu van die tradities is de
feestelijke wijdingsure, georganiseerd door de Chr. Zangvereniging - Kerkkoor
,„Ex Animo". De Pieterskerk was gisteravond, evenals andere jaren, weer bijna
geheel gevuld met belangstellenden, die zich op de feestviering wilden voorbe
reiden, door zich een ogenblik te bezinnen op de achtergrond van het beleg cn
ontzet van Leiden in 1574.
De eerste spreker op deze avond was
ds G. Toornvliet, Geref. predikant, die
begon met er op te wyzen dat het ontzet
van Leiden, naar menseluke maatstaven
gemeten, een dubbeltje op z'n kant is
geweest. De Prins van Oranje had wel
geschreven dat de burgerij moed moest
houden en dat hulp gereed stond, maar
het was niet gemakkelyk stand te hou
den, terwyl de Spanjaarden dicht om
de wallen lagen en honger en pest de
bewoners belaagden. Geen wonder dat
bestuurders en burgers der stad wel
oren hadden naar het zoet gefluit van
de Spaanse vogelaar. Eén ding hield de
mannen en vrouwen echter staande en
was de eed en het verbond met de
Prins van Oranje, die men niet eenzy-
dig wilde verbreken, en aangezien de
Prins niet te bereiken was. bleef men
stand houden tot de bevryding kwam.
De bevryding van de tyrannie en de ge-
wetensknechting maar ook de bevryding
tot het leven, de vreugde en de dienst
aan God.
WAARLIJK VRIJ?
Leiden is ontzet, maar leeft de bevol
king heden ten dage waarlijk vrij?
Ook nu zijn er nog velen wier leven
bezet is: angst voor de dood. angst
voor de toekomst. Doch zoals God in
1574 neerzag op de belegerde stad. zo
ziet Hij ook nu nog neer op alle be
zette levens en in Jezus Christus ver
lost Hy ons van alle vijanden. Hy
breekt alle bunkermuren af en Hy
schenkt het leven een nieuwe toe
komst. de toekomst van Zijn eeuwige
heerlijkheid. In het perspectief van
de eeuwigheid kunnen wij elkaar toe
roepen: „Staat op tot de vreugde!"
In de wetenschap dat wU perspectief
hebben, al omringen ons vele vyanden.
kunnen wU waarachtig feest vieren.
Door Jezus Christus wordt het feest ver
diept en wordt het een preludium op
het eeuwige feest van Zyn Koninkryk.
dat geen einde zal hebben.
WAT MOETEN WIJ BEGINNEN?
Ds J. van der Wiel. Ned. Herv. predi
kant vertelde allereerst van de profeet,
die in de belegerde stad is en die weet
dat de Syriers het op hem gemunt heb
ben. Hy slaapt echter rustig, aangezien
hy zich omringd weet door de engelen
Gods. Zyn knecht begrypt niets van
deze rust en vraagt. „Mijn heer, wat
moeten wy beginnen?" De profeet ant
woordt dan: „Die by ons zyn, zyn meer,
dan die bU hen zyn". En op zyn gebed
worden de ogen van de knecht geopend,
zodat hy dóór de vyanden heen het le
ger Gods ziet.
Hier worden twee typen mensen gete
kend: de een is de wanhopige, de uit
zichtlozen, de nihilist, die niets heeft
om zich aan vast te grypen en de an
der is hy die in groot geloof en ver
trouwen leeft.
Het verstand zegt dat de vyand veel
sterker is en zal overwinnen, maar
het geloof zegt dat God er is. In dit
geloof hebben ook de Leidenaars van
1574 geleefd en alleen daardoor heb
ben zy weten stand te houden tot het
uiterste.
De vraag „Wat zullen wy beginnen?"
horen wy tegenwoordig maar al te vaak.
er is Immers van alle kant dreiging? En
Inderdaad, als wy het zelf op wijjen
knappen, komt er niets van terecht,
maar wiens ogen geopend zyn ziet het
leger dat van God is. En daarom moet
steeds dit gebed op onze lippen zyn. dat
wy mogen zien, dat Jezus Christus vlak
naast ons staat. Alleen waar Hy is kan
de ware feestvreugde doorbreken.
Het is goed dat wy ln de herinnering
teruggaan naar de droeve en biyde da
gen van 1574. maar we mogen daar niet
by stil biyven staan, want wy moeten
heden de beslissing nemen en ons le
ven stellen in zyn hand
wy mogen zien dat die bü ons zijn,
meer zyn, dan die bij hen zijn".
WIJDINGSURE
Aan de dienst werkte mee het ge
mengd koor „Ex Animo", dat enkele lie
deren zong. die vaak gezongen warden
met 3 October, zoals „Wilt heden nu tre
den" (in een bewerking van de direc
teur H. de Wolff), Psalm 9 en „Lof zy
de Helden". De organist van de Pieters
kerk, Leo Mens, begeleidde de gemeen
tezang en speelde de Echo-fantasie van
J. P. Sweelinck. Zang en orgelspel klon
ken prachtig door de hoge gewelven
van het kerkgebouw en maakten samen
met het gesproken woord cn de ge
meentezang. deze dienst Inderdaad tot
een feestelijke wydingsure.
By het aanstaande feest
Ie leven door moet dil
zUn: „Heer, open onze ogen, opdat1 voor
Veel vraag, weinig aanbod
Het aanbod van werkkrachten onder
ging geen wyzlging, zodat het aantal als
werkloos ingeschreven mannen op 24
September 215 bedroeg In enkele be-
dryfstakken. zoals o.a. in de metaalin
dustrie, het grafisch bedrijf, de textiel
industrie, de bouwbedryven en de am-
bachts bedrijven doet zich een tekort
aan arbeidskrachten gevoelen, dat niet
alleen betrekking heeft op geschoolde,
maar ook op geoefende en ongeschoolde
krachten.
Ook de ongewyzigde stand van de ge
registreerde vraag nl. 400, waarvan on
geveer 60 aanvragen betrekking hebben
op jeugdigen van 15 t/m 18 jaar, legt
nogmaals het accent op de behoefte aan
personeel. Gewezen kan nog worden op
de ruimere plaatsingskansen welke door
de ontwikkeling van de arbeidsmarkt
voor de minder validen ontstonden Ge
durende de thans verstreken periode ran
dit Jaar konden reeds ongeveer 180 per
sonen in een passende werkkring ge
plaatst worden
Het aantal als geheel werkloos Inge
schreven vrouwen beliep op 24 Septem
ber 125. een daling derhalve ta v de vo
rige stand van 25. waaraan echter niet
al te grote waarde dient te worden toe
gekend. aangezien zy in hoofdzaak net
gevolg is van administratieve maatre
gelen (afvoering Ingeschrevenen, welke
hun inschrijving niet tydig vernieuw
den) Dit neemt niet weg, dat het plaat-
singscyfer vooral gezien de huidige om
standigheden. niet onbeduidend was.
Evenwel de vraag om vrouwelijke
krachten bleef eelijk en bedroeg ruim
300. waarvan bijna de helft betrekking
heeft op jeugdigen van 15 t/m 18 Jaar.
Ook voor vrouweiyk personeel geldt:
Z nimmer deden zich dermate ruime nn
ons gebed gevarieerde plaatsingsmogeiykheden