leiding van aanvoerhaven en rederijplaats leidde tot ondoelmatige bedrijfsvoering jgeii vissershaven voor Katwijk is, nationaal- economiscli gezien, volledig verantwoord ijdig rapport van deskundige commissie verschenen en de heer G. M. Nederhorst, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Het secretariaat was in handen van het Nederlandsch Economisch Instituut te Rotter dam, welke instelling tevens als adviseur der commissie optrad. Het rapport werd in een Maandag j. I. ten raadhuize van Katwijk gehouden besloten bijeen komst door de Stichtingscommissie „Zeehaven Katwijk", bij monde van haar voorzitter, de heer P. de Bruin, ter kennis gebracht van de Katwijkse gemeenteraad, het comité van actie „Zeehaven Katwijk", het bestuur van de Katwijkse Rederijvèreniging „Vuurbaak" en het bestuur van de Vereniging van schippers-eigenaren. p, Stichtingscommissie „Zeehaven Katwijk" heeft iooort gepubliceerd, opgesteld door een commis- ljn deskundigen, waarin de economische zijde van ((intude aanleg van een vissershaven te Katwijk Lj belicht. Bij de samenstelling van deze commissie j'er naar gestreefd hiervoor deskundigen uit te yjnwie verwacht kon worden, dat zij ten aan- van' de te behandelen materie een strikt onpar- ,(jnJpunt zouden innemen. De leden waren: tl van der Mandele, voorzitter van de Kamer KcophancJel en Fabrieken voor Rotterdam (voorzit- ith L Y. van der Meer, voorzitter van de vaste ..„Ie van de Rijksdienst voor het Nationale Plan en wetenschappelijk onderzoek rspport sljn neergelegd de con- iu een gedegen wetenschappe- ilcioek, verdeeld over drie hoofd- e, loorafgegaan van een inlel- wlo om. het volgende wordt Hoezeer ook de wenselijkheid wtuven in eerste Instantie als !sch Katwijks belang moge wor- Biflnrd, de beoordeling van deze ^theia zal moeten geschieden op inn objectieve nationale overwe- iwirln de Katwijkse belangen la plaats krijgen. Deze overwe- :y:owel van economische, so- c sociologische, als van water- 1~"' sard. «mttgiiigen voor en tegen de m na een Katwijkse zeehaven ntoteel mogelijk gekwantificeerd '-o worden, zodat ook een objec tivering van de voor- en nade- lu plaats vinden. Niet voor alle «tinten U deze kwantificering omdat de voor- en nadelen nde nfhnnkelijk zijn van de toe- ïip ontwikkeling van de Neder- wrtaerij, over welke ontwik- gthns nog weinig met zekerheid li «Ren. De uiteindelijke beoor- cmm de wenselijkheid van een zeehaven zal dan ook wor- >ld door het antwoord op de hoeverre de waardering van «meetbare factoren opweegt 'kt saldo van de meetbare ge wordt aan een drietal factoren afgeme ten, t.w. de omvang en de samenstelling van de vloot, de omvang en de samen stelling van de aanvoer en de arbeids voorziening. Dit onderzoek leidde de tot de volgende conclusie: Alet de oude bomschuiten: geen haven nodig. stoomlogger zijn Intrede deed, ontstond de noodzakelijkheid van een zeehaven. Scheveningen krpeg in 1904 zijn haven. Katwijk maakte wel plannen, doch tot uitvoering kwamen deze met. Men scha kelde echter wel over op loggers en een „voorlopige" oplossing van het haven probleem werd gevonden door van de haven van IJmuiden gebruik te maken. In IJmuiden werd de vis aangevoerd: de verse zeevis en de verse haring werden er op de afslag gebracht, de zoute ha ring werd er in lichters overgeladen en vla de binnenwateren naar Katwijk ver- Katwijk is naar omvang van de vloot en het aandeel in de drijfnetha- ringvisserü de tweede vissersplaats van Nederland. Een deel van de Kat wijkse loggervloot behoeft, evenals die voor geheel Nederland, noodzakelijk vervanging. Het aandeel van Katwijk in de totale aanvoer van de drijfnet- haringvisserij is in de periode tussen de belde wereldoorlogen toegenomen. dorh na de tweede wereldoorlog we- derom afgenomen; dit aandeel be- voerd. Aan het einde van het seizoen draagt thans ca. 25%. De arbeidsvoor ziening van de Katwijkse vloot is zo wel naar leeftijdsopbouw als naar vakbekwaamheid gunstiger dan voor Scheveningen en Vlaardingen. Het aandeel van Katwijk in het totaal aantal gemonsterden in de zeevisserij Is sedert het einde van de eerste we reldoorlog aanzienlijk toegenomen. IJmuiden: oplossing voorlopige' Huidige positie als vissersplaats - «rite hoofdstuk gaat het rap- de betekenis van Katwijk als |Wi Hierin wordt in de eerste sestaan bij de betekenis van et zocr Katwijk als middel van -Ua de beroepsbevolking van Ju, volgens de ln 1947 gehouden 19.5% werkzaam in de 34.2% in 1930. Hiermede m nijverheid, de visserij de ••U's in. De daling van dit *il echter niet zeggen, dat «Hl van de visserij ls afgeno- m absolute zin het aanral --« toenam van 1239 ln 1930 tot relatieve betekenis bepaald door de ontwlkke- overige vissersplaatsen. De de commissie hieruit trekt volgt: Volgens de be- "Cli. Warei* van de Kat- h.r^Wevolking 1341 personen ^Bde visserij en 2166 in de e j ?lnde een Inzicht te ver- TItÜ* wtekenis van de visserij *«me als primaire bestaans- w® de gemeente Katwijk. worden gehouden met woon- en werkforensen, die op directe wijze ijv.*n] mmenhangen en met de ■w «Borgende functie van een de Katwijkse lndustrlebe- ^"•Wwens van de beroeps- 'bovenstaande factoren a Km efrd' blijkt Katwijk biy. Personen in de visserij en umetihangende bedrijven -j u en tegen over ca. 150 primaire nUverbeidsbr- i^r5S5i?de't dit hoofdstuk ae fei :.5,t*Dk als vissersplaats ten Wi™ overige Nederlandse ^•«.waarbij tevens wordt ''uïL Verre van een veran- "iPOs'tie ln het verleden De relatieve be etle visserij van Katwijk I Als derde onderdeel van het eerste hoofdstuk beziet de commissie de wijze waarop in Katwijk de visserij wordt uit geoefend. Hierin wordt de geschiedenis van de Katwijkse visserij gereleveerd vanaf de tijd dat de visserij met plat boomde scheepjes bommenwerd uit geoefend. waarvoor een buitenhaven geen noodzakelijkheid was. De vaartuig jes konden op het strand en zelfs over de Boulevard naar de binnenhaven wor den getrokken Toen echter aan keerden ook de loggers zelf over de bin nenwateren naar hun rederijplaats te rug. Het is mede daarom dat de keus op IJmuiden als aanvoerhaven was geval len, omdat Scheveningen, hoewel dichter by Katwijk gelegen, niet via de binnen wateren met Katwijk was verbonden. Hetgeen men aanvankelijk als een voor lopige oplossing had beschouwd, bleek in werkelijkheid een blijvende situatie te zijn. Wel werden nog voortdurend plannen gemaakt voor een zeehavi maar de omstandigheden waren voor uitvoering niet gunstig. Bedrijfsuitkomsten liggen te laag 1 der commissie. Dit uit zich dan ook in de bedrijfsuitkomsten. die voor het Katwijkse rederjjbedrijf gemiddeld aanzienlijk lager liggen, dan voor die van de andere vissersplaatsen. Gezien deze situatie ware het derhalve niet te verwonderen geweest, indien de be tekenis van Katwijk als vissersplaats ten opzichte van de andere vissers plaatsen zou zHn afgenomen en Kat wijkse rederybedrijven zich naar IJmuiden zouden hebben verplaatst. Geen van deze ontwikkelingen heeft zich echter voorgedaan: Katwijk is voor de oorlog relatief in betekenis toegenomen en van een verplaatsing van bedrijven naar IJmuiden is geen sprake geweest. Honkvast Voor deze merkwaardige tegenstelling tussen de feitelijke ontwikkeling en eco nomische omstandigheden moet de ver klaring ln verschillende richtingen wor den gezocht. Vooreerst het feit dat IJmuiden voor de reders niet aantrek kelijk was. daar deze plaats geen eigen lijke vissersbevolking bezit. Voor de be manningen zou men derhalve toch op de Katwijkse vissers aangewezen blijven. Voor de reders zou de verplaatsing van kantoren en pakhuizen naar IJmuiden belangrijke kapitaalsuitgaven vergen, waarvoor echter de financiële reserves ontbraken. De Katwijkse bemanning ls tenslotte weinig geneigd naar elders te verhuizen en hun rederij naar IJmui den te volgen, omdat dan oa. de neven inkomsten uit kamerverhuur gedurenae de zomermaanden zouden komen te ver vallen. Door deze economische argu menten heen speelt ook de traditionele gebondenheid van de Katwijkse bevol- kintr aan beroep en woonplaats vermoe delijk de belangrijkste rol bij de ver klaring van de blijvende en zelfs toene mende betekenis van de visserij ta Kat wijk ondanks de ongunst der omstan digheden Aan deze geringe mobiliteit van de Katwijkse bevolking is het laat ste deel van het eerste hoofdstuk gewijd Deze gebondenheid aan de woonplaats toont de commissie aan in tal van tabel len. waarin een vergelijking wordt ge trokken met de gemiddelde landelijke cijfers. De conclusie welke hieruit wordt ge trokken luidt dan als volgt: Uit de cijfers omtrent de structuur der bevol king en uit die omtrent de migratie blijkt, dat de aantrekkingskracht van Katwijk als vestigingsplaats zeer ge ring is, doch dat ook het vertrek uit deze gemeente naar verhouding bij zonder klein is Deze factoren geven aan Katwijk enigszins het karakter van gesloten gemeenschap, die door zijn hoge geboortecijfers echter in volle ontwikkeling is. Toekomstige ontwikkeling Het tweede hoofdstuk behandelt de toekomstige ontwikkeling van de Neder landse visserij en van de bestaansbron- nen van Katwijk. Na een inleiding be spreekt de commissie dan eerst de" toe komstige ontwikkeling van de Neder landse zeevisserij Ter bescherming van de eig;n visserij heeft het buitenland in de periode tussen de twee wereldoorlogen de invoer van Nederlandse vis (in hoofd zaak zoute haring» sterk belemmerd. Bovendien ls het visverbruik in sterke mate afhankelijk van de koopkracht, zo dat in de depressie de algemene daling van de nationale Inkomens in blnnen- en buitenland tot een daling van de af zetmogelijkheden heeft geleid. De nood zakelijke vervanging en vernieuwing van vissersvloot kon niet plaats vinden. Na de oorlog was allereerst het terug voeren van leen deel van) de vissers- loot uit het buitenland en het bedrijfs klaar maken van de vloot aan de orde. De aanvoer, in het bijzonder van haring, ontwikkelde zich weldra gunstig en het buitenland legde weinig belemmeringen aan cn2e export van vis in de we? Niet temin werd een grondige sanering van de zesvisserij, noodzakelijk geacht en wel omdat: 1 In' het belang van een doel matige uitoefening van het visserijbe drijf vernieuwing van de vloot dringend noodzakelijk is De loggervloot dateert bijv. grotendeels uit de eerste wereld oorlog en is sindsdien weliswaar door verbouwing en door voorziening met jterkere motoren zoveel mogelijk aan de echnische ontwikkeling aangepast, doch veel van deze verbeteringen zijn ondoel- matig. 2. De belangstel]ing voor de grote sanering van de Katwijkse vloot gelel- treil-visserij, hoofdzakelijk geconcen- 1 delijk gedurende een periode van 10 jaar treerd in LJmulden, is na de oorlog sterk zal plaats vinden, dan kan berekend Katwijk, t w. de visserij en de nijverheid, te bevorderen. Het behoud van het ka rakter van Katwijk als recreatieplaats maakt een oriëntatie van de welvaarts bronnen van Katwijk op industrie on gewenst. Weggegooid geld Het derde en laatste hoofdstuk van het rapport komt tenslotte tot een di recte behandeling van t onderwerp van onderzoek, t.w. een zo mogelijk kwanti tatieve beoordeling van do voor- en na delen die in nationaal verband bezien, verbonden zijn aan de aanleg van een zeehaven in Katwijk. Hierbij wordt uit gegaan van het feit dat een blijvende vestiging van reders en vissers in Kat wijk ais normaal dient te worden be schouwd. Hiermede komt dan tevens het argument, gericht tegen een Katwijkse haven, te vervallen, dat zegt dat de hui dige capaciteit van de drie Nederlandse vissershavens (Scheveningen. IJmuiden en Vlaardingen) voldoende is voor de Nederlandse vissersvloot en dat aanleg van een vierde vrissershaven op een kust- vlak van sleohts 60 km. lengte tot over in ves ter ing zou leiden. Hierna wordt nader ingegaan op de baten en lasten, die, nationaal-eeono- misch bezien, verbonden zijn aan de vestiging van een zeehaven in Kat wijk. Als belangrijkste extra-kosten, welke de Katwijkse reders moeten maken, worden genoemd: a. de kosten van vervoer van de zoute haring vai IJmuiden naar Katwijk; b. de extra' reisgelden voor het vervoer van d< bemanning van Katwijk naar IJmui den v.v.c. de kosten van de factor (vertegenwoordiger) van de rederij in IJmuiden. Na een uitvoerige bereke ning van de grootte der bedragen, komt dan de commissie tot de slotsom, dat de toekomstige Katwijkse loggervloot, aannemende dat deze uit 49 moderne loggers zal bestaan aan extra-kosten per jaar zal hebben een bedrag van f. 362.600, hetgeen neerkomt op f. 7400 per logger per jaar. Uit een bereke ning gegrond op de huidige vloot, welke 63 loggers omvat, komt de com missie tot een totaal aan extra- kosten van f. 306.979 per jaar. Britse commando's stappen hier. na een tocht vanaf het eiland Malta. Iiun vorige legerplaats, aan wal bij Famagusta op het eiland Cyprus om het Britse garnizoen op Cyprus 1 te versterken teneinde een betere bestrijding van de relletjes mogelijk te maken. Er zijn inmiddels nog \meer troepen op het eiland aan- I gekomen. vormen van financiële reserves wordt het Initiatief van de Katwijkse reders tot het saneren van de vloten, tot het Inslaan van nieuwe wegen, die risico's met zich meebrengen, geremd. Het ge meentebestuur van Katwijk zou zijn taak om voor de toekomstige, sterk groeiende bevolking voldoende werkgelegnheld te creëren verzwaard zien, wanneer aan de belangrijkste huidige bestaansbron niet de mogelijkheid werd geboden zich te ontplooien en als gevolg daarvan het pad van een uitsluitend op de industrie ingestelde ontwikkeling moest worden gekozen. Het is nu eenmaal moeilijk, aldus de commissie, deze aspecten van een Katwijkse vissershaven :e bewijzen of te kwantificeren. Dit betekent ech ter niet, dat zU buiten bescnouvlng moeten blijven. Stelt men daaram deze I voordelen tegenover het nadelig sa'do van de berekende baten en lasten van enkele millioenen guldens, dan worden geenszins de normen van verenscnap- pelijke objectiviteit overschreden. De slotronclusie van de commissie kon dan ook niet anders luiden don, dat de vissershaven Katwijk, zowel in verband met het saldo van de di recte voor- en nadelen daaraan ver bonden als in verband met de beteke nis van een dergelijke haven voor de toekomstige ontwikkeling van Ie Ne derlandse zeevisserij en de besiaans- bronnen voor Katwijk vanuit nntlo- naal-economisch standpunt als volle dig verantwoord moet worden be schouwd. Baten en lasten Hieruit blijkt, dat bij een sanering van de Katwijkse vloot het totaal aan extra-kosten, die door Katwijkse loggers moet worden gemaakt, zal toenemen Wanneer verondersteld wordt, dat einde van de 19e tekielde Het resultaat van deze ontwikkeling afgenomem hetgeen geleld heeft tot een. worden dat de contante waarde van de vergelijking met de vooroor.ogse cy- toekomstige extra-kosten f. 10 400 000 zal fers. gedaalde aanvoer ran rondvis. De bedragen Verder worden nog een aan- oorzaak Ls hiervan de overbevissmg van tal bijkomende bnten genoemd, zoals het de Noordzee en het vrijwel niet deelne- vervallen van beweegbare bruggen in de men van Nederland aan de zg verre vaarweg, welke thans door de loggers zeevisserij. Uitbreiding van de treil-vloot I wordt gebruikt, de bijdrage welke van en stimulering vam de verre visserij het hoogheemraadschap Rijnland kan wordt noodzakelijk geacht in verband worden verwacht wegens het niet meer met de voorziening van de markt met noodzakelijk zijn van extra-voorzienin- versc zeevis. gen aan de uitwatering en de mogelyk- De commissie komt tot de conclusie 1 heid van zandwinning uit zee Hier- dat de instandhouding, gezondmaking tegenover staar de lasten, bestaande en ontwikkeling van de Nederlandse Ult grondaankoop, werken aan de bui zeevisserij noodzakelijk is en de regering tenhaven, haven met bijbehorende ka- heeft getoond dat zij bereid is haarden, meerstoelen, wegen enz., voorzie- 6teun te verlenen Deze steun is thans ningen aan het strand ten Westen van was dat de Katwykse visserij op wei nig doelmatige wijze moest en thans nog moet worden beoefend. De schei ding van aanvoerhaven en rederij- plaats heeft geleid tot een bedrijfs voering. die als zeer ondoelmatig moet worden b»«chouwd. aldus het oordcel Met de moderne gericht op sanering van de vissersvloot en bevordering van de visserij. Hierna wordt Ingegaan op de toekom stige ontwikkeling van de bestaamsbrom- nen voor Katwdjk. Hierbij is het noodza kelijk een ondersoheid te maken tussen de economische ontwikkeling, welke kan worden verwacht in geval de plannen voor een zeehaven gerealiseerd zouden worden en de ontwikkeling ln het geval, dat deze plannen niet zouden kunnen worden uitgeivoerd. Hierbij merkt de commissie op dat het krijgen van een zeehaven niet moet inhouden dat de in dustrie moet worden veronachtzaamd en omgekeerd. Visserij en Industrie zjjn namelijk ieder op zichzelf niet in staat de be volkingsaanwas op te vangen. Deze twee bestaansmogelijkheden zullen naast elkaar moeten worden bevorderd om aan de gehele beroepsbevolking In de toekomst werk te kunnen verschaf fen. Het uitblijven van een zeehaven voor Katwijk zou derhalve het pro bleem om aan de toekomstige beroeps bevolking werk te verschaffen aanmer kelijk verzwaren, zo niet onoplosbaar maken. Op grond var. verschillende argumen ten Ls de commissie verder overtuigd, dat onttrekking van arbeidskrachten aan de visserij, juist doordat een zeeha ven misschien Industrieën zou aantrek- ■PHHH...J ken, niet behoeft te worden gevreesd. hnvon nn-1 Haar conclusie ten aanzien van dit on- derdeel ls dan ook dat het. ten einde de ntoeerujk. j toekomstige beroepsbevolking van Kat- 1 wijk voldoende werkgelegenheid te ver- de buitensluis en de aanleg van haven- dammen, welke in totaal worden ge raamd op f. 12 000.000. HlerbU is nog geen rekening gehouden met de extra- kosten ln verband met de waterstaat kundige eisen, welke na de stormramp van 1953 aan de kustbeschermlng moe ten worden gesteld. Deze kosten moeten nog worden geraamd op f. 1.700 000 fi f. 2.000.000. Tenslotte moet nog rekening worden gehouden met de eventuele ver mindering in betekenis van de reeds be staande havens door aanleg van een vierde vissershaven. Om verschillende redenen acht de commissie echter dat dit verlies onbelangrijk zal zijn. Ove rigens vestigt de commissie er nog de aandacht op. dat uit planologische over wegingen een verplaatsing van de Kat wijkse visserij naar IJmuiden een on gewenste verdere belasting van het ge bied rond de LJmond zou betekenen. Resumerende komt de commissie dan tot de slotsom, dat het negatieve saldo van baten en lasten f. 3.300.000 zal be dragen. waaruit de conclusie kan worden getrokken dat, afgezien van alle bijkomende voordelen c.a. 65%, •in de kosten voor aanleg en onder houd van een Katwijkse haven (Incl. keersluis) worden gedekt door de ver betering van de rentabiliteit van de Katwijkse visserij. Het saldo van be rekende baten en lasten is van een zeer geringe orde van grootte. Volledig verantwoord schaffen, noodzakelijk ls de ontwikke- .ter met deze conclusie niet worden vol- I ling van beide bestaanstoronnen van I staan. Zonder de mogelijkheid tot het Loodgieter krijgt procesverbaal NA BRAND SINT SERVAESTOREN Het politic-onderzoek naar de oorzaak van de brand in de Sint Servaostoren te Maastrieht heeft tot enkele con clusies geleid, aan de hand waarvan proces-verbaal is opgemaakt tegen 'n loodrieter in dienst bij een loodgle- tersfirma, welke het betreffende werk In dc Sint Servaes had aangenomen. Vast staat, dat In de toren van de kerk. daags voor de brand, dus Donderdag loodgieterswerkzaamheden zijn verricht met een open brander op een wijze die volgens de politie in strijd moet worden geacht, mrt de betreffende veiligheidsvoorschriften in de z.g. loodgietcrswet. De betreffende loodgieter heeft ont kend op dc morgen dat de brand ont stond de bedoelde werkzaamheden te hebben verricht. Een deskundig onder zoek heeft echter de mogelijkheid niet uitgesloten dat reeds Donderdag mate riaal op de toren bij de loodgieters werkzaamheden ls gaan smeulen en Vrijdagmorgen pas tot vlammen zijn gaan uitlaaien welke tot de brand leid den Voor schuld aan- of verantwoorde lijkheid voor de brand bij anderen, die bij de restauratiewerkzaamheden zijn betrokken, is bij de stand van het po- lltiëel onderzoek tot nu toe geen posi tieve aanwijzing. AUTO TE WATER Bestuurder behouden aan wal Gisteravond is te Amsterdam de be stuurder van een kleine personenauto, die komende uit de Honthorststraat in de richting Ruysdaelkade reed, de weg kwijt geraakt en ln het water gereden. Een bewoner van de Ruvsdaelkade hoorde een plons en dook het water ln. Hij slaagde er echter niet in het por tier te openen. Toen ging de brand wacht A. Speek te water Het gelukte hem het portier te openen en de be stuurder. de heer K Thomas uit Den Haag. die 8 10 minuten in de auto had gezeten, behouden aan de wal te brengen. PRIJSVERLAG LNG KALKZANDSTEEN Het Ministerie van Economische Za ken heeft met vertegenwoordigers van de Nederlandse Kalkzandsteenlndustrie be sprekingen gevoerd over de prijs %an kalkzandsteen. Deze besprekingen heb ben ertoe geleid dat de kalkzandsteen lndustrie de huidige prijzen van haar product heeft verlaagd tot het niveau van I Juni JJ Het betreft hier prijsver lagingen tot 13%. Woensdag 14 September 1955 Derde Blad No. 28627

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1955 | | pagina 7