Wereld van het Hofje Nederlandse muziek- Uypermoderne operatiezaal ZIET ER UIT ALS EEN RUIMTESCHIP _r ONDERWERP VERWEZENLIJKT IDEAAL VAN CHIRURGEN 1 INVASIE IN PARIJS In één weekend traden van Epenhuysen, van Otterloo, de Groot en Waayenberg op WEKELIJKS BIJVOEGSEL VAN HET LEIDSCH DAGBLAD - ZATERDAG 19 MAART - PAGINA 4 GEEN STOF, GEEN BACTERIËN In het nieuwste model operatie zaal zijn zelfs geen lampen, omdat zjj „stof- bronnen" kun nen zijn. VJ (Bijzondere medewerking) Enige artsen, architecten en ver- lichtingsingenieurs in Birmingham hebben een model ontworpen van een nieuw type operatiezaal, die geheel „infectie-vrij'' is. Zij komt enigszins overeen met de voorstel ling, die zeer velen zich thans ma ken van een ruimteschip, een ver voermiddel voor het interplanetaire verkeer. Zij heeft de vorm van een halve bol. die met de platte zijde op de grond rust. De zaal is hoefvormig. De wanden en de zoldering vormen een koepel, waarin ruim hondera patrijspoorten zijn aangebracht. Die patrijspoorten zijn geschikt voor tweeledig gebruik. Zij kunnen namelijk dienen als „kijkgaten" voor de artsen en studenten, die een operatie willen gadeslaan. Voorts kan men er lichtbundels door projecteren. Aldus is het mo gelijk om de operatie-zaal vrij te houden van toeschouwers (zonder dezen te kort te doen). In de zaal bevinden zich alleen de chirurg en diens helpers. Een der problemen, die men bij het ontwerpen van dit nieuwe model operatiezaal wilde oplossen, was zoveel mogelijk tech nisch gerei en mensen buiten de zaal te houden. Het tweede vraagstuk, dat om een oplossing vroeg, was hoe ver wezenlijken wij het ideaal van de chirurg, te weten volmaakt zuivere lucht in de operatiezaal? De heer Donald Goldfinch, architect, ver télde hierover: „Wij zullen alle ziektekiemen en bacteriën, die zich in de operatiezaal zouden kunnen bevinden, brengen beneden het ni veau van de operatietafel. Wij be reiken dit door warme, gezuiverde lucht in de ojjeratiezaal te jaompen door zes openingen in de zoldering van de koepel. Die warme lucht zakt als een „deken" omlaag en drukt de kiemen en bacteriën op de vloer. Hier wordt de lucht - met de schadelyke bestanddelen - door voor dit doel aangebrachte gaten weggezogen. De wanden en de vloer zijn bekleed met licht gekleurd materiaal, dat gemakkelijk gerei nigd en gedesinfecteerd kan wor den". „Wij wilden zelfs geen hanglam pen. Zij kunnen „stofbronnen" zijn. Daarom maakten we 82 patrijs- poortlichten", vertelde de heer Goldfinch verder, „en een chirurg kan de lichtbundels zo regelen, dat zij ieder deel van de operatietafel belichten". Het model of prototype is van Sripxs gemaakt, doch reeds zijn de voorbereidingen getroffen voor de bouw van'twee permanente opera tiekamers van het nieuwe model. Binnen afzienbare tijd zullen zij in Birmingham in gebruik worden genomen. (Nadruk verboden) Dr William Gissane, een chirurg te Birmingham, demonstreert hoe een operatie kan worden uitgevoerd met behulp van horizontaal licht. De grijze cirkels laten de lichtbundels door voor de operatietafel, de witte die voor de gewone ver lichting en de zwarte dienen als kijkgazen voor de studenten. IN de eeuwige wisseling der sei zoenen lrgt de natuurlijke re gelmaat onzer overigens zo snel veranderende wereld. De conflictpsycholoog, prof. Van den Berg heeft in zijn onlangs uitgesproken inaugurele rede ge wezen op het feit. dat de laatste veertig jaren gekarakteriseerd zijn door een reeks van grote, ingrijpende veranderingen. „Niets bleef, zo lijkt het, sta biel", zo zei hij. Wij denken én- ders en voelen énders. wij ge dragen ons énders en kleden ons Anders. Zo is het! Maar ge moet in Leiden ko men, om te ontdekken, dat er toch wel iéts stabiel bleef: de uiterlijke verschijning van het Hofje ennaar wy hojjen, de innerlijke gesteldheid van zyn bewoners. IN een tijd, die door gejaagd heid gekenmerkt wordt, is een wereld waarin slechts de be woners van Samoa niet aan neu rotische stoornissen lyden, kan men ook onder de Hofjesbewo ners nog enkelingen aantreffen, voor wie de nerveuse bezeten heid taboe is en wie het mogelijk is nog eens een ogenblik „uit de zinloze vaart" te treden zoals prof Van den Berg het uitdrukt waaronder het huidige ge slacht gebukt gaat. IK heb in deze rubriek wel eens meer aandacht gewijd aan de Leidse Hofjes en er op gewezen, hoe heerlijk het is. althans voor de buitenstaander, op een bankje te zitten en de er hangende stilte op zich te laten Inwerken. Ik neem daar af en toe éven de tijd voor hoewel ik best weet dat zo iets héél erg gevonden wordt. Want niemand heeft tegen woordig voor iets meer tijd, még nergens meer tijd voor hebben, omdat dan de boel spaak loopt. De bedrijvigheid moet tot het opperste hoogtepunt gestuwd worden, anders ligt men bij het tempo van de tijd ten achter en dat is het ..verschrikkelijkste", wat iemand overkomen kan. Maar als we op zo'n bankje in zo"n Hofje zitten, trekken we ons van de wesdtriJd met de tijd niets aan en komen we op adem. om een volgend ogenblik meteen ruk krachtig op te springen en de race met frisse en misschien niet al te zinloze vaart voort te zetten, tot ook wij éénmaal er het bijltje bij neer moeten leg gen Hoevéél Hofjes Leiden telt weet ik niet Maar wél. dat 't er héél veel zijn en dat er dus élle ge legenheid is zich te bezinnen op de tyd en op het wègvlietende leven, waarvan de meeste men sen zich maar weinig bewust zijn. De dag ls nauwelijks begonnen en ze rennen, hiér heen en déér heen, de week ls om, vóór ze 't weten en op de Zondag zijn hun bezige handen nog zó in de weer, dat ze ook dén nauwelijks tot stilstand kunnen komen Ik raad U in gemoede: loop eens zo'n Leids Hofje binnen en kom tot U zélf.... Myd eens voor één dag de drukke straat, zet uw auto een ogenblik aan kant en gluur naar binnen. Als ge bescheiden bent en geen lawaai maakt, of niet de allure van een inbreker aan neemt, vinden de bewoners het bést. dat ge U in hun domein waagt. Dan ls er een vriendelijk woord te wisselen, dan is er een poes die miauwend tegen D aankruipt, een historische gevelsteen, die spreekt van vervlogen tijden toen de mensheid nog niet door een krankzinnige haast was aan gevreten of er is een zonnewij zer, die wél vertelt, dat de tijd omgaat, maar ook, dat het niet noodzakelijk ls met de zon mee te hollen. htm vitale voortvarendheid. Hij drukt er een wat romantisoh stempel op, zon der het karakter en de stijl van de stukken die hij uitvoert, evenwel ge weld aan te doen. Zo hoorde men het derde Branden- burgse concert van Bach, rhythmisch hecht gebonden, maar geladen met een stroom van muzikale spanning die zijn vertolking een wel zeer sprekend relief verleende. En door diezelfde ver frissende spontaniteit onderscheidde zich eveneens Andriessen's Kuhnau- variaties, van Otterloo's Symphonietta waarin de Franse blazers dankbaar schitterden in heel him gamma van geraffineerde timbres, en tenslotte in Sjostakowitsj' eerste symphonie, een werk dat door de snelle wisseling van stemmingen een zware opgave vormt voor een dirigent, doch dat onder de handen van Van Ejienhuysen eveneens een veerkrachtige, boeiende en kleur rijke vertolking heeft gekregen. Na Yvon Baarspul, die onlangs voor ditzelfde orkest stond, laat ook Jan van Epenhuysen by de musici, zo als ze wel duidelijk blijken lieten, de beste indrukken achter, en wel van een dirigent die met zyn program ma's niet de gebaande wegen van de minste weerstand volgt, en wiens verrichtingen nog niet zo spoedig in de herinnering zullen vervagen. Niet temin hoopt men hem hier weldra en regelmatig terug te zullen mogen zien. Door de zonderlinge gewoonte van vier Parijse orkesten om hun concerten alle op hetzelfde uur in de Zondagmid dag te geven, worden de Paryse mu ziekcritici hier wekelijks voor de klei ne gewetensvraag gesteld naar welke zaal hun stapjien te richten W\) per soonlijk hadden ons dit keer een esta fette voorgesteld om zo dezelfde mid dag drie landgenoten te kunnen be luisteren. Dat is ons helaas niet geheel en al gelukt omdat De Groot en Waayen- berg - in Prokoffiefs derde pianocon cert - juist op hetzelfde moment zich achter hun vleugels zetten. We hebben toen Cor de Groot gekozen om ons, di rect na zijn laatste slotaccoord. met hem samen naar het Palais Chaillot te spoeden waar we toen nog juist het einde van Van Otterloo's concert mee konden maken en getuige werden van de stormachtige ovaties waarmee hier de Haagse dirigent gehuldigd werd. Willem van Otterloo is nu al met verschillende Franse orkesten opge treden en zyn grote faam is ook in Parys nu wel definitief gevestigd. Ook voor het volgende seizoen ont ving hij al weer verschillende invita ties, onder meer voor een concert waarbij Cor de Groot opnieuw als solist zal optreden. De Groot bezit mede dank zy zijn gramofoonplaten. in Parijs vandaag een vast en groot publiek, dat hem terecht als een der meesterpiamsten van de tegenwoordige generatie be schouwt. Het Parijse publiek is niet bijzonder vooruitstrevend en zo had men De Groot verzocht nog maar weer eens Beethoven's vijfde planoconcert te spelen, een werk dat hij. als ons ge heugen ons niet bedriegt, hier nu al voor de zesde maal voordroeg Naar het onstuimige succes te oordelen, dat hij, ondanks de wat vlakke en matte begeleiding van Jean Fournet. er op nieuw mee oogstte, zal men De Groot in hetzelfde stuk hier nog wel eens te horen krijgen. Al zou hij zelf dan ook zeker wel eens wat anders willen spe len. Over de kunst van Cor de Groot is intussen alles al wel gezegd. Zyn fabulcuse techniek, zyn souvereine beheersing van een partituur, waar van hjj elke finesse, ieder detail heeft doorvorst, zijn klare visie en vaste greep: het zyn alles kwalitei ten die van deze Nederlandse pianist een figuur hebben gemaakt wiens faam tot in alle hoeken der muzikale wereld is doorgedrongen, een figuur, die, als gezegd, ook in Parys van daag tot de grootste en allereerste muzikale verschijningen gerekend wordt. FRANK ONNEN Dit is het nieuwste type van operatiezaal, ontworpen door architect Donald Goldfinch (midden), die U hier ziet praten met dr W. Gissana, een chirurg (links) en ir C. T. Alldridge, een verlichtingsspecialist. De vensters in de wand dienen voor de verlichting en als kijkgaten. (Van onze Paryse correspondent) Muzikaal Nederland manifesteert zich dit seizoen wel bij zonder krachtig in Parijs. De laatste weken hebben wij hier al op verschillende concerten, die door Nederlanders werden gegeven, de aandacht kunnen vestigen. Maar tijdens het vorige weekend kon men wel bijna van een invasie spreken. Zaterdag middag dirigeerde Jan van Epenhuysen uit Groningen het Radio- en Symphonische Orkest en op de vier traditionele Zondagmid dagconcerten traden nog eens niet minder dan drie landgenoten op: Willem van Otterloo leidde het Pasdeloup-Orkest, Cor de Groot speelde bij Lamoureux en Daniel Waayenberg bij de Société des Concerts du Conservatoire. Met Jan van Epenhuysen hadden de beeld van zijn muzikale persoonlij k- Parijzenaars al kennis kunnen maken heid te vormen en vooral van de uit- toen hij, aan het hoofd van diens or- nemende prestaties die hij onder gun- kest. het vorig jaar de plaats innam stige omstandigheden te bereiken weet. van de jonge dirigent Chouteau. Nu Van Epenhuysen is een dirigent die hij. ditmaal, een aanzienlijk beter or- door krachtige muzikale impulsen kest tot zyn beschikking had, was men wordt gedreven en zijn vertolkingen in staat zich ook een veel zuiverder munten dan ook vooral wel uit door DAN staat er ook zo'n vrouwtje als op dit plaat je. Ze kijkt naar de hemel en vraagt zich af, wanneer de zon eindelijk warm genoeg is, om de eerste zaadjes uit de grond te doen schieten. Ze heeft het. om alles aan kant te houden, in haar huisje misschien even volhandig als U op uw kantoor. Maar ze maakt er zich niet zenuwachtig bij en ze gaat niet onder de druk zó gebukt als gy. Ze heeft de tijd en als ze niet de tyd heeft, méékt ze die wel om eens over de natuur, het leven, haar geranium of haar kanariepiet te mijmeren. Ze weet, dat de dagen kort zijn en het leven nóg korter is Ze zit in haar Hofje en dat Hofje heeft zij lief. Niet dat ze niet graag in een groot herenhuis zou willen wo nen. Niet. dat ze de zorg niet kent. want ondanks Vadertje Diees is 't nog lang niet alles zoals ze 't graag wensen zou. Maar er is in haar Hofje tenminste zo dénk ik iéts dat de mens daarbuiten mist. De vertrouwdheid met het eigen kamertje, met de eigen sfeer daarbinnen of op het pleintje, maar toch altijd binnen de beslotenheid van het eigen terrein. DAAR kén en még alleen de vreemdeling binnen treden die voor dat eigen terrein eerbied heeft en hetzelfde zoekt als zij: wat rust en tevredenheid in een chaotische wereld, die zich. snel veranderend, naar een ongekende en een soms beang stigende horizon spoedt. Daarom is het voor allen, wier leven vervuld is van een zeker helmwee naar het verleden, zo prettig in de wereld van de Hof jes onder te duiken. Niet té lang. Doch lang genoeg om „bij" te komen, opdat ge beter bestand zijt tegen het vreesaanjagende mysterie der toekomst. Als ge er dan voor éénmaal het kloppen van het eigen hart gehoord hebt, weet ge tenminste voor één moment, dat ge wéér- lijk leeft! fantasio

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1955 | | pagina 14