20 Britse filmindustrie in nieuwe crisis gedompeld GRASMUS Bekrompen regeringsbeleid gehekeld TOT OVER IA AR! WEKELIJKS BIJVOEGSEL VAN HET LEIDSCII DAGBLAD - ZATERDAG 26 JUNI 1954 - PAGINA 1 .Seven days to noon". ..Lente in Park Lane", „De gelukkigste dagen van Uw leven" en „Staatsgeheim". Indien ..British Lion" ten gronde zou gaan. betekent dit dat een der de van de Engelse films zou ver dwenen, waarmede ook een uniek cultuurgoed verloren dreigt tc gaan. Degenen, die dit terecht trachten t» redden .bepleiten dat de drie mll- lloen pond. door de regering geleend, in de industrie dienen te blijven en dat men zich tevreden zal stellen met de rente. Bovendien zal de regeling de industrie verder tegemoet dienen te komen, opdat aan de eisen, welke te recht door elke financier worden ge steld, namelijk dat de opbrengst gro ter moet zijn dan de kosten, zal kun nen worden voldaan. Het zal de moeite waard zUn. want wie zou de kostelijke Engelse humor, zoals die in een film als „Gene vieve" tot ons komt. willen missen? Bovendien is de Engelse film. zeker Zeker: gezag moet er zUn en dat is er ook nu. Maar de scheidingslijn tussen paedagoog en grut Is toch niet meer zó hoog opgetrokken als vroeger. Er zijn dikwijls vriendelijke juffrouwen in de weer. die met een charmant gebaar en een stralende laoh meer de kleln- mensen" om en niet met stren ge ledepoppen. Daarom ben ik altijd blij. als ik zo'n groepje langs de straten zie gaan, met een onderwijzer of een ondenvilzeres er naast, die èén met hen is. Iemand, van w:e je op een af stand al kunt zien, dat hij aller vriend of vriendin ls. niet „British Lion" het slachtoffer (Van onze Londense correspondent) Het faillissement van de Engelse filmmaatschappij „British Lion" is een symptoom van de crisis, waarin de filmindustrie zich al zo lang bevindt. Schrijnend is de tegenstelling tussen de financiële tragedie, waarin de filmstudio's steeds weer gestort Worden, en de artistieke triomfen, welke hun naam zo groot gemaakt hebben. Met Sir Alexander Korda als productie-advi seur maakte „British Lion" onvergetelijke films als „De geluids barrière"; „Het houten paard" (over de ontsnapping van Britse krijgsgevangenen uit een Duits kamp) „Hoifmanns vertellingen", „Captain's Paradise" en „Fallen Idol". „British Lion" was een onafhankelijke onderneming, die vrat durfde. De productie zal onder regeringstoezicht worden voort gezet, maar gevreesd wordt dat de hoge normen, die men zich had gesteld eronder zullen lijden. Men roept om meer films voor de grote massa. Op de beslissing van de regering ls reeds ernstige critiek uit geoefend. Toen de Britse filmindustrie, na de opleving gedurende de oorlog, diep in de put kwam te zitten, sprong de overheid bü met leningen, welke verstrekt werden door een speciaal voor dit doel opgericht regeringsli- chaam. de nationale filmfinancierings corporatie. Toen de British Lion een bedrag van drie mlllioen pond ont ving. besefte het parlement, dat dit geld grotendeels „verloren" was ln dien zin. dat slechts een klein deel zou kunnen worden terugbetaald. Wat de Interest betreft, bleef men echter niet in gebreke. Maar daartegenover stond, dat deze prestige-lening voor de staat een bedrag van zeven mil- 11 oen aan vermakelijkheidsbelasting en 3 5 mlllioen aan buitenlandse de viezen heeft opgeleverd. Tegenover de zes millioen pond, wel ke uitgegeven werd om de filmin dustrie te steunen, stond een op brengst ln de laatste vijf Jaar van ruim 187 millioen pond aan verma kelijkheidsbelasting. Vandaar dat men het kleingeestig acht. dat er zo een drukte wordt ge maakt over de achterstallige terugbe taling van de aan de „British Lion" verstrekte lening. Insiders gaan er- der en eisen dat de regering niet al leen de hand over het hart strijkt, maar bovendien nog twintig millioen pond in de filmindustrie steekt om deze weer geheel op de been te hel pen. ONDRAAGLIJKE VERMAKELIJKHEIDS BELASTING Het probleem is, dat de Engelse films alleen gered kunnen worden door een verlaging van de vermake lijkheidsbelasting en andere belas ting, welke een last betekenen van veertig procent, welke geen enkele industrie ter wereld heeft te dragen. Daarbij komt dat de Engelse films ln tegenstelling met de Amerikaanse over een uiterst beperkt afzetgebied be schikken. De binnenlandse markt is te klein en in de Ver Staten hebben Engelse rolprenten slechts een geringe kans omdat ze d: Amerikanen, op en kele lutzonderingen na. niet liggen, ook wegens hun gepolijste taal. Daarentegen overstromen Ameri kaanse films de Engelse bioscopen. Tegenover vier Amerikaanse fiims wordt er slechts eén Engelse ver toond. omdat de eerste meer geld in het laatje brengen. De Amerikaanse binnenlandse markt ls drie maal zo groot als de Engelse en de Amerikaanse belasting bedraagt bovendien maar Wn derde van de Engelse. Voor de Amerikaanse films is alle export winst Na de oorlog begon de Engrise filmindustrie Hollywood-allures aan te nemen en werd er met geld gesmeten. De regering heeft daar reeds lang geleden een stokje voor gestoken, met het gevolg dat de productiekosten aanzienlijk omlaag gebracht zijn. maar zelfs met een absoluut minimum aan kosten zou toch nog met verlies worden gewerkt. Vermindering der belasting en subsidiëring zou de enig» oplossing zijn voor een gezondmaking der industrie. Grote schade werd enkele jaren ge leden aangericht door de heffing van Invoerrechten op buitenlandse films. Welke door Amerika b?antwoord werd met een boycot van Britse films. La ter werd het invoerrecht opgeheven, maar de Engelse filmindustrie had er een klap door gekregen. IJSCO'S BRACHTEN DE WINST! De filmkoning Arthur J. Rar.k zag zijn tijdens en na de oorlog gemaakte grote plannen om zijn eigen vier hon derd bioscopen elke week van een nieuwe film te voorzien, Ineenstorten omdat vele films een mislukking wer den Het ls nog niet lang geleden, dat ln Ranks jaarverslag werd onthuld, dat d? hoofdbron van inkomsten de verkoop van ijscream tijdens de voor stellingen was. Het leek of het einde van de Britse film was gekomen. Duizenden ln de studio's werden werkloos, maar Rank was er de man niet naar om zich uit het veld te laten slaan Hij liet de Hollywool-imitatie spoedig varen en werkte op bescheidener schaal door om nieuwe successen te boeken. British Lion liet met behulp van de regeringssteun 56 films maken door enkele tientallen onafhankelijke pro ducers. zoals Sir Carol Reed. Herbert Wilcox, en Emerlc Press'ourger. Grote successen werden behaald, o.a. met ln Engeland zélf nodig al» tegen» wioht tegen een teveel aan Amen» kaause gangsterfilms, welke terecht of ten onrechte verantwoordelijk worden gesteld voor een verzwakking of verruwing van de zeden, die toch al zo veel door de oorlog heb ben geleden. BIJ de fllmcrlsis doet zich natuur lijk ook de invloed van de televisie gelden, die het bioscoopbezoek reeds in sterke mate nadelig heeft beïnvloed. Foto L.D.-Van Vliet tjes bereiken, dan indertijd d e hoogdeftige meneer met zijn gouden montuur en zijn zuiver gesneden pandjesjas. Dit neemt niet weg. dat ook ik Indertijd meesters heb gehad, die vertrouwelijk met de kinde ren omgingen. Ik herinner me zelfs hun namen nog: namen, die :k m'n hele leven niet ver geten zal. bewUs. welk een In druk een man op kinderen kan maken, als hij hun vertrouwen op soepele wijze weet te winnen. KINDEREN zijn met een grapje en wat jovialiteit, die nochtans niet naar 't al te populaire moet rieken, zo gauw te vangen. Kinderen weten deksels goed het zuivere van het onzuivere te sche den. De juiste houding te vinden is daarom het moei lijkste van het onderwyzersambt. veel moeilijker, dan dat de on derwijzer precies moet weten, wanneer de Slag bij Nleuwpoort plaats vond. Kinderen gaan graag met iemand voor wie zij beven en sidderen zoals indertijd de me neer. die van een ontzagwek kende hoogte op ons neerzag: een man. met het paedagogisch wetboek in de hand. die ieder individu, hóe klein ook. behan delde op gelijke, door hemzelf voorgeschreven wijze, zonder re kening te houden met het feit. dat elk mensje, hóe klein ook. een wezen op zichzelf is, dat al leen maar op de Juiste man of vrouw waoht om hem tot volle ontplooiing te brengen. NIET dat de „vrijheid" zege vieren moet Daarmee allèèn groeien niets dan ellendig verwaande, betweterige, akelige kereltjes op Maar vrijheid in gebondenheid kan wonderen doen en de on derwijzer of onderwijzeres, die deze leuze voorstaat, weet zich verzekerd van een schone levens taak. Daarom was 't zo prettig ZE zaten daar zo ongedwon gen en plezierig bij elkaar, dat ik voor hen hoopte, dat het hun hele verdere leven zo zou mogen gaan. Helaas: "t zal wel anders uit vallen. want het leven is geen speeltuin en kinderbewaarplaats. Dat zullen ook zij merken! Maar voor 't ogenblik ls 't dat voor hen in het algemeen nog wèl, al vallen de tafels van ver menigvuldiging niet mee en kun nen zij 't boekje Ot en Sien niet zó maar lezen. Daarvoor moet op z'n tijd gewérkt, hard gewerkt worden Ze zullen heus merken, dat wer ken niet alleen maar spelen is. zoals Hyronimus van Alphen dacht. Straks, na het uitrusten, staat de harde leerschool weer klaar De leerschool van het leven, die van deze kleine mensjes „mensen" maken zal. Tenminste: dót hóóp lk! Tot over twlnt'g Jaar. kinde ren! Dat zullen we dan eens samen goed bekijken gaan! FANTASIO IN goede ogenblikken des le vens denk ik terug aan dat onschuldige begin, toen alles nog vol perspectief leek. Ik was toen nog te jong om dat perspectief te zien en zo kwam 't. dat 't prille leven toch niet altijd zó zonnig was, als ik nu denk, dót 't was. Ik herinner me met diep ont zag het langgebaarde school hoofd. een imponerend sinjeur, die hoog opger.cht aan ae In gang van het gebouw stond: een gesoigneerd man. met een lorg net in goudmontuur, gouden hoektanden, gouden horlogeket ting en gouden manchetknopen, waarmee zyn in voortreffelijk snit gehouden jacquet nog mo- dleuser indruk maakte, dan het dit op zichzelf al deed. Wij trippelden als dreumes- sen héél schuchter, héél beangst zelfs, langs deze indrukwekken de persoonlijkheid, die soms zo bestraffend u.t zijn baard kon sputteren. Wij vonden hem het non plus ultra van deftigheid en ge strengheid. hij zag er dan ook minstens uit als de man. die men tegenwoordig een „minister zon der portefeuille" noemt. Wy waren héél dankbaar en héél blij. als wij dit voorname personage zonder kleerscheuren veilig gepasseerd waren DAT was de oude tijd. Nu gaat 't. naar me voor wil komen, d'kwljls heel wat gemoedelijker op de scholen toe. dat ik daarvan kortgeleden een Indruk kreeg, toen dit stelletje in een vrij uurtje zo genoeglijk lanes de Rijn en Schlekade van de wandeling zat uit te rusten: geen armzalige asphalt jeugd dit maal. maar een levend groepje opgewekte, gezonde kinderen met Juffrouwen, die beste vriendin nen van hen allen leken. Kijkjes in de Natuur water van de bosbeek met de bewe gingloze spiegeling der bomen. Er baadde zich een vogel op de re solute wijze, die vogels eigen is, driftig en uitgelaten. Dan schudde hij zich de parels van de veren, die terugvielen ;n het narimpelende water. Maar dan viel zijn oog op de behoedzame wandelaar en omhoog schoot htj door de takken, het licht tegemoet. Zyn wilde schreeuw hing ln het bos. De beek, verder op, lachte om het in cident. Lachte breed en wijd, evenals het verre weiland, dat vanuit de sche- merte als met vuur overgoten leek. Niet lang duurde de stilte. Uit een naburige bos klonk de roep van een koekoek en deze werd wonderlijk ge noeg. prompt beantwoord uit de bla derkroon van het hoog opgaand geboomte, vlak boven het hoofd van de aandachtige bespieder. Weer was er de verre roep. waarop dp wederroep volgde nog eens en weer. maar op steeds korter afstand. Maar ook klonk er een geluid, anders dan het roepen, en opeens was daar boven in de kruinen een zacht geflad der en een geluld als van onderdrukt gebabbel. Koekoeken zijn vreemde gasten. Zij ook dragen een geheim en bewaren het wel en zorgen telkens weer voor nieuwe verrassingen. Wat voerden ze daar hoog in de bomen uit. wie maakte dat zachte krassen dat klonk als het glchelen van een onnozele, wat betekende dat driftig doorslaan van de koekoekstem? Werd er gestoeid? Werd er gepluk haard? Maar de wandelaar kreeg geen ant woord en terwijl hij de drie of vier langgestaarte grijze vogels nog boven zich waande, klonk hun spotlach al honderden meters verder en lag zijn bos weer verlaten. TOEN streek er boven op de door nige rank van een braamstruik het mooiste vogeltje neer, dat hij sinds de laatste zomerse dagen had gezien. Het was een grasmus. Geen mus. die algemeen voorkomende straatjongen uit de stad. die slordige stro-nesten maakt onder de dakpannen en als hij goed aan 't vechteri is, een bek opzet van je welste. Het was een grasmus, een fUngebouwd, sierlijk zangvogeltje, dat In geen onkel op zicht iets met een mus uitstaande heeft. „Grasa-smucka" zegt de geleerde wereld, dat zoveel moet betekenen als de „sluiper door het gras." een uit drukking. die wel van toepassing is op dit rusteloze vogeltje, hoewel het meer door de takken en bladeren sluipt en springt, dan door het gras. Van dat grasa-smucka moet dan grasmus zijn afgeleid, hetgeen geen fraaie oplossing is geweest. Maar hoe het ook zij, deze grasmus is een pracht van een vogeltje. Het was daar in dat bos plotseling te voorschijn gekomen, vertrouwend op de volkomen rust en de stilte onder het geboomte. Het klemde zijn fijne tenen om de doorntak. het keek eens links, het draaide ziin donkere oog naar rechts en voelde zich zo op z'n gemak, dat het uitvoerig toilet ging zitten maken. Veertje voor veertje van de roestbruine vleugeltjes werd door het spitse Insectensnaveltje getrokken en op de juiste plaats gevoegd. Ook de grijze staart met ziin buitenste witte vlagranden kreeg een beurt. Toen draaide het kleintje zich om, liet zijn witte keeltje goed bekijken en gaf plotseling zijn nummertje weg, een kort snel liedje, maar zo heftig voor gedragen. dat het met logge woorden Biet is te omschrijven Hing z'n nestje ergens in de braam struiken of lag het verborgen tussen de brandnetels ginds aan de rand van het weiland? Koekoek! koekoek! daar was het weer! Daar klonk ook weer het snel gefladder van vleugels, was er het geheimzinnig gescharrel hoog boven de grond en onzichtbaar voor nog zulke gretige ogen. Weer kwam er een werveling van vleugcis en weer viel er een stilte. Stilte In het beschaduwde bos, boven de zachlvloeiende beek. Stilte ook in de doornstruik, van waar de kleine grasmus by het eerste gerucht was weggeschoten, de ruigte in. Dat kon z'n reden hebben! Want waar een koekoek verschijnt, kan een grasmus zijn eieren beter bedekt houden. Een koekoek betekent voor een zangvogel: een kaper op de kust! SIEBE VAN DER ZEE Zonncbrill.oning Alexander Kono lieeft een zonnebril- sliow gehouden in Chicago waar hij zijn nieuwste mo dellen voor het zomerseizoen toonde. Er werden vele ..ah's en oil's" door de aanwezige dames geslaakt, want Kono houdt van een grapje wan neer het om zonnebrillen gaat en zijn mannequins kwamen met vete bijzondere modellen op de neus binnen. Een van de meest bewonder de monturen tros ..French Touch", dat U hierboven ziet. De glazen, verbonden door een fijn gouden montuur van 10 karaat, hebben de vorm van de ogen: een flatteuze variatie op de bril. die de ogen en soms zelfs een deel van het gezicht bedekt. DE BUI was over. het licht vocht me», de stapeling van wolken, die dreien voor het blauw van de opengebroken hemel en nu lag er het weiland plotseling overspoeld door dat licht, het van geuren zwaar ademende land. een zee "an bloeiend gras en veelkleurig kruid met de stille flonke ring van duizenden droppels. Aan het einde van het welland, daar waar het kromgetrokken afsluithek schuil ging ln de wilde overwoekering van nachtegaalskruid en brandnetel en de kantig gesneden bladen van de bereklauw, daar floot een merel zuiver en melodieus, en met vibrato als van een instrument. Hij zong en behield zijn geheim: het komvormig nest met het tweede broed blauwgroene eieren of misschien wel weer Jongen, drie, vier kleine kaal kopjes met open bekjes. Waar? In de bruine beuk? In de Gelderse roos. die bloeide met grote schijven roomgele bloemen? Achter het overgroeide hek was de schemer van het hoge geboomte, dat het rumoerige licht van het zomerse land buitensloot, streng en afdoende Daar binnen ln de koele sfeer van die hoge. met klimop omrankte bomen, was het stil. Zo stil, dat men er ongaarne ook maar het lichtste ge rucht met de voorzichtig tastende voet veroorzaakte, bevreesd als men was. door knappend dood hout de stilte te breken, aandachtig als men ook was voor de velerlei kleine geluiden van het schijnbaar dode maar in wezen zo hevig levende bos. Daar was de veder lichte fladdering van kleine zwartkop mezen, die elkaar stoelend nazetten. Ze buitelden op en af langs de takken, ze schetterden even luid en fladderden driftig ln de klimopruigte. Dan rrrrt! waren ze verdwenen en was het stille bos nog stiller dan tevoren. Onder langs de boomwortels was de glooiing naar de beek. Het donkere

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1954 | | pagina 12