Rust, vrijheid, volmaaktheid Een Zoeklicht Hij bloeide open als een bloem! litli ii f s~y k f* o 1 ri n 1 UJ\ l J M Cl L GOED AANGEKOMEN Atoomgeleerden, detectives en wijsgeren v.d.k.gd I Jaargang No. 10 Zaterdag 6 Maart 1954 Bewogen Leven LXII „Maak U los van de genietingen"! "K/"en zegt wel eens dat er zich om de 500 jaar iets groots voltrekt op deze planeet. Mensen zeggen zoveel, en zé zijn met hun conclusies zo vaak lichtvaardig. Voor het ellendig kleine stukje dat van de weg der mensheid bekend is, lijkt deze conclusie toch een kern van waarheid te bevatten Zo omstreeks het jaar 0 werd Christus geboren, en niemand zal durven beweren dat Zijn optreden niet aan millioenen mensen het geloof heeft gegeven „verlost te zijn door Hem". Ruim vijf eeuwen later trad Mohammed op; zijn volgelingen werden ontelbaar als de zandkorrels der woestijn. Omstreeks het jaar duizend leek het alsof de wereldklok in de Christelijke landen stil zou gaan staan, en weer vijf eeuwen later kwam de grote Kerkhervorming. Wat zal het jaar twee duizend ons brengen? Niet alleen de bewoners van deze lage landen, doch de ganse wereld Een andere vraag: „Is er vijf eeuwen vóór Christus ook iemand geweest die het rad ener nieuwe leer in beweging heeft gezet? Zo ja, aan hem dan dit artikel gewijd. OMSTREEKS 560 vóór Chr. werd er zelfs de mo derne geleerden hebben zich erby neergelegd een kind geboren in Kapilawastoe, niet ver van de grens nn Nepal, in het tegenwoordige India dus. Zyn naam -.as Siddharta Gautama en hij was van koninklijken bloede. Reeds vóór zijn geboorte toonde hij zijn macht exi aan zijn moeder Maja. genezende kracht te schen ken. En toen hij geboren werd was er geen ster die de Kj naar hem wees, maar toonde het heelal overduidelyk dat het zich verheugde over deze geboorte, zoals een lader zich verheugt over de geboorte van zijn kind. ..De Goden juichten en aan de hemel was een wonderlijke f'.oed", zo zeggen oude geschriften, toen Gautama ter «ereld kwam. Onmiddellijk na dit geboren worden uer- cen zieken gezond en in de stilte zongen duizenden jammen, nèt of de hemel open was! TET kind groeide voorspoedig op, was schoon van lijf "1 en leden en bovendien begiftigd met „ingeboren vvys- 1 A heid" die zijn leermeesters versteld deed staan. Wys- he.d. die zij, na een lange en bange strijd eindelijk en hadden, bleek reeds deel van hem. Was het wonder dat men zijn vader voorspelde, dat am zoon nooit Koning zou worden, doch een redder, een verlosser der mensen? Was het wonder dat de vader, set alle middelen waarover hij beschikte, zijn zoon wilde Miouden voor zich en zijn dynastie? Bovendien: Ko- rang zijn is Immers het hoogste! De vader, bang. dat het leed der wereld hem zün kind tttroven zou, vaardigde een bevel uit dat Siddharta on ledig moest worden gelaten van alle leed. ZO groeide dan een mensenkind op zonder leed te zien. De jonge Prins was kerngezond. Hij kende geen pijn. Hij voelde zich gelukkig en toen hij een Mdschone vrouw trouwde, die hem al spoedig een zoon thonk, scheen zijn geluk volmaakt. Doch op een dag zag de Prins op een korte rijtoer een hralide gritsaard. En toen hij zijn wagenmenner vroeg vit dit te betekenen had. antwoordde deze: ..Deze man isoud, en als men oud wordt verliest men zijn krachten, fommige mensen die oud worden, verliezen zelfs het ver- icjen met hun ledematen iets te doen. verwondering dacht de Prins hier eerst aan, méér tiet verwondering, dan met vertwijfeling, ofschoon de geachte bij hem op kwam: „Dit staat dus misschien mij tot te wachten." Op een tweede rijtoer zag hij een zieke. Iemand die lag kermen van pijn. En wéér antwoordde de wagenmen- op zijn vraag wat dit betekende: ..Alle mensen kan overkomen. Het lichaam van de mens is zo broos." Op een derde tocht zag hij een dode. en toen de vva- pnmenner hem zei dat geen sterveling dit zou ontlopen ra dat de dood meestal voorafging door een pijnlijk slo- "ijsproces, werd hij zeer stil. Hier was Iets dat hij niet begreep. Hij hield zo ont- lollend van het leven. Er was een stem in hem die zong un eeuwigheid, van onsterfelijkheid, een stem die hem io blijmoedig maakte, die hem zei dat hjj zo bevoor recht was omdat hjj leefde en nu bleek het leven eensklaps een last. Duizenden gevaren waren er om hel leven die het wilden vernietigen, duizenden in- 'Ineden die het de kroon wilden ontroven, die maakten bi wat schoon kon zjjn een gruwelijke strijd werd. AAR dat kon toch niet? J In hem was toch die stem die zong van eeuwigheid en reinheid? Van liefde en onsterfelijkheid? Voor {'■eerst in zijn leven was hij ten prooi aan een vrese- w strijd. Alles krijgt zijn oplossing. Op zijn vierde reis b? hij een bedelmonnik, het toonbeeld van waardig- rust en verhevenheid. Deze mens wandelde over «zelfde aarde waarop de anderen woonden die in het '"'•er tastten. Deze mens was boven ziekte uit en boven Siddharta voelde en zag heel duidelijk dat deze ?{"nik in een ander leven stond, en zijn leven was wer- «'ijkheid. Zijn leven was het Juiste, omdat het niet te knoesten was! Dagen lang zonderde Siddharta zich af. Langzaam "h het grote licht bij hem door. Wie het genot van de arde zoekt is verloren. Wie genieten wil door zijn lus- ;'r plaatst zichzelf In de tijdelijkheid. En de tydeliik- is vergankelijk Wie de tijdelijkheid voor de werke- jlkheid. voor de waarheid houdt, is verloren, want hij jf^dt zijn ziel. HU laat in elk geval zUn ziel in waaide u-tn. en wordt onherroepelijk een prooi van de dood. een nacht ziet hU duideiyk voor zich wat hem te staat. HU zal zichzelf op het spel moeten zetten io het leven te kunnen leren kennen en de mensen J «unnen verlossen van datgene waaraan zy grande diezelfde nacht verlaat hU het palels om als bedel- «nnlk de wereld in te trekken. HU verlaat dus zijn vrouw. zUn kind. zUn ouders, om de taak te ver- ;'hten waarvoor hU eens naar de wereld is gekomen «eet dat zUn vader groot verdriet zal hebbben vvan- die zijn verdwUnen ontdekken zal, hU weet echter *®j dat het een verdriet der duisternis Is. Zijn vader - timers nog blind zoals allen om hem. en daarom moet - fan HU moet gaan om zelf het licht te vinden -»t hij tot hen terugkeren kan met de waarheid. Eoeddha-beeld van Samath VERGEZELD van enige beroemde leermeesters trekt hij de wereld in. Doch hij voelt dat hij ook hen ver laten moet. HU zal het alléén moeten volbrengen. Deze leermeesters zijn ook verduisterd, zy begrijpen nog niet dat een leven van onthouding alleen maar zin kan hebben als dit onthouden van binnenuit geboren woidt. Zo gaat hij dan alleen verder, zichzelf beproevend ten bate van de wereld. Men kan niet door zelfkasteiding zyn beeeei ten overwinnen. Men kan ze alleen maar met de gesel ttjdeiyk het zwygen opleggen, doch als de wonden TWEE MENSEN hebben, met elkaar en ieder voor zich, een strUd uitgestreden. Hij is jong, sympathiek, door tastend; nog ongetrouwd, maar in staat zUn toekomstige vrouw een onbezorgd leven aan te bieden. ZU is de gast geweest van haar zuster, hier in Rome. Haar land. haar huis, haar man en enig dochtertje zijn ver weg. Een ontmoeting van deze twee leidde tot een goede vriend schap. Gisteravond hebben zij elkaar trouw beloofd, voorgoed. DAT HKT huweiuk, waartoe twee gewone, menselijke mensen besloten hebben, niet doorgaat, vertelt „Stazione Woord van Bezinning bU het afscheid, dat niet meer uitgesteld of ongedaan gemaakt mag worden. Zelfs geen brief zal voortaan het contact tussen deze twee handhaven Geen van beiden wil hierop terugkomen Maar moei- viijk is het: een laatste stukje pijnlyke strijd. „Stuur dan tenminste een te legram met „goed aangekomen smeekt Giovanni Maria stemt, na enige aarzeling, toe. Meer kan en mag zij niet beloven. Wie hen helpt, is de commis saris van politie. Een man van groot geestelijk formaat. Hy ze- demeestert niet. Hij moraliseert niet. Hij verscheurt niet ach teloos of theatraal maar als mens met begrip voor zijn me demens het proces-verbaal, dat tegen Maria en Giovanni is opgemaakt Met de scheur in het papier scheurt hun verleden, van goed bedoelde, schynbaar ongevaar lijke vriendschap, stuk. Zy mo gen opnieuw beginnen. Ieder voor zich De trein van Maria raast naar het Westen, naar haar land, haar huis, haar man, haar kind. Giovanni keert ge slagen. maar niet wanhopig terug naar zijn eigen leven. Ook hy heeft nog een toekomst. termini" ln een reeks beelden, die stuk voor stuk meesterwer ken zijn. Het navertellen van de film zou te veel ruimte vragen. Bo vendien zou de aandacht afge leid kunnen worden door bU- komstigheden. De strijd is namelijk uitge streden. Maria en Giovanni lo pen langzaam over de perrons, waar in anderhalf uur een on- vergetelyk stuk van hun leven werd geleefd en waar zulke In grijpende beslissingen vielen. Nu is over die twee een merk waardige stilte, een niet geheel natuurlijke rust gekomen. Het is slechts een pauze, een inter mezzo. Ieder ogenblik kan de strijd weer oplaaien. Over enkele minuten zal Ma ria voorgoed uit Rome vertrek ken. De expresse voor Parijs staat gereed. Het onvermurw bare mechaniek van de stations klok doet de wijzer wéér een minuut verder springen. Dat be tekent: wéér een minuut dichter Terwille van haar man en kind niet, ook niet terwille van zich zelf en Giovanni, terwille van de strijd niet. die uitgestreden is maar nog nasmeult. DEZE TWEE ZUn geen hei ligen. maar evenmin los- bandigen. Maria en Gio vanni zyn gewone mensen. ZU stryden en verliezen; zU stry- den en winnen. Denk niet: het verhaal van deze te ver gedreven vriend schap, deze verboden liefde, is ontroerend, waarschuwend, leer zaam. Alstublieft geen hooghar tige zedeprekerij, het kramp achtig pleidooi voor een zoge naamde „christeiyke" moraal! In de film zijn figuren, die deze „nette" houding van ulter- lyk fatsoen levensgroot uitbeel den. Een zielig en zielloos ge doe. Hiermee zijn Maria en Gio vanni en wy „gewone" mensen allerminst geholpen. GE i genezen zUn, zyn de begeerten er weer. Feller nog dan voorheen. Men kan de begeerten alleen maar overwin nen door het juiste inzicht. In een nacht bloeit hU open als een bloem. Hij voelt zich verbonden met alles. Duidelijk ziet hy hoe hij eens in de vergankelijkheid verstrikt is geweest. Hoe hy zich eens heeft willen verzadigen aan datgene wat altijd weer nieuwe onrust, nieuwe kwellingen oproept Nu ziet hij ont stellend duidelijk het juiste pad voor zich dat hem ein delijk zal voeren naar het ryk waar de dood ziin macht verloren heeft, en zelfs de wedergeboorte niet bestaat. Ontstellend duidelijk ziet hU de weg voor zich naar het Nirwana, waarin de eeuwige staat is van rust. vryheid en volmaaktheid. Als hy. onder de Bodhi-boom. de heilige vijgeboom. tot de overtuiging komt dat de dwaling, verkeerd-gaan ten gevolge van verblinding, de ware oorzaak is van alle el lende. is hij een Boeddha, een vol-ontwaakte geworden. Dan ziet hij ook met zyn geestesoog. HET moment van de prediking is nu aangebroken. En als hy aarzelt om te beginnen is daar ojjeens de stem van de God Brahma, als pleitbezorger van de ganse wereld, die hem smeekt het rad zijner leer in be weging te zetten. Nu is er voor hem geen excuus meer. Nu zal hij moeten verkondigen wat hem als Boeddha, gegeven is: „Maak U los van alle genietingen die U aan de wereld binden en kasteid Uzelf niet. opdat ge niet medewerkt aan een zinneloos uitbreiden van het reeds bestaande leed. Er is al leed teveel. Men kan het uit zich bannen door het achtvoudige pad te betreden, het pad van de juiste overtuiging, het juiste besluit, het juiste woord, de juiste daad. het juiste leven, het juiste streven, het zich juist bezinnen, en de juiste meditatie." Op tachtig-jarige leeftyd zou de meester gstorven zUn te Kusinara. REIN BROUWER. Geen kortzichtige moraal: „Dat blijft een wond, een vlek ln hun leven. Pas toch op, dat zo iets je nooit overkomt!" Het Evangelie gaat dwars hiertegen in: ...Maria. Giovanni, leder ander mag na een leven, dat anderhalf uur of misschien ettelyke jaren, om welke reden ook, in de knoop is geraakt, op nieuw beginnen. Niet door een goedgunstige politiecommissaris maar door de goedheid en gunst van God. P. L. SCHOONHETM Predikant voor BUzonder kerkewerk van de Her vormde Gemeente te Lei- vormde Gemeente te Lel den (Hoge Rijndyk 14a). Deze twee acrobaten in Parijs tonen een ..sterk" staaltje van buitengewoon krachtige tanden. Het zijn de twee gebroeders Seiferts van 23 en II jaar. die samen met hun 21 jaar oude broer dit verbluffende nummer brengen in het bekende circus Medrano. Een ..liapje acrobatiek", dat de meeslcn wel zeer zwaar op de maag zou liggen W. H. van Eemlandt. „Weer verdwijnt een atoomgeleerde". Het Wereldvenster, Baarn 1953. Indien alle atoomgeleerden verdwe nen op de wyze waarop de man van wetenschap uit dit mysterie van de misdaad gevrijwaard wordt voor mm of meer officiële benden, die het op dergelykc vaten vol geleerdheid voor zien hebben, dan zouden wy heel wat sensationele berichten in onze dage lijkse courant missen. Tenzij er natuur lijk weer berichten verschenen, die onderdeel waren van een even inge nieus complot als er gesmeed werd om dr Joseph Stevens zyn rust te verze keren. In dat geval zouden wij de nieuwsberichten over weggeraakte atoomgeleerden met nog meer aan dacht moeten lezen en bedenken, dat die op het eerste gezicht allarmerende mededelingen, wel eens iets andeis zouden kunnen betekenen dan een on- ingewjjde meent. Men verwyte mU niet dat ik geheim zinnige taal neerschrijf, want als ik my duideyker zou uitdrukken dan zou ik de inhoud en de intrige verraden van een intelligent en boeiend detec tive verhaal en het genoegen dat er aan dit boek te beleven valt, wil ik niemand ontnemen. De liefhebbers van moordhlstories- sec kunnen hun hart ophalen, want zy worden door Van Eemlandt niet in hun spanning gestoord door tirelantynen In de vorm van liefdesavonturen, noch wordt de oplossing van dit piobleem in handen gegeven van lieve, pientere oude dames of eerzuchtige Jonge jour nalisten. Het zUn de leden van de Ge heime Dienst en verstandige inspec- 'y OP DE BOEKENMARKT teurs die de leiding hebben en houden. Ongetwijfeld een boek dat vele bed lampjes brandende zal houden. Jammer dat erin de aanbeveling op het stofomslag zulke vreemde stijlbloe- men te plukken zyn, zoals: Een nieuwe Nederlandse schrijver te kunnen intro duceren. moet voor vele lezers van dit genre boeken in ons land een wel kome verrassing zijn En op de andere zyae: dat het welslagen van zyn onderneming het hem onmogelyk maakt anderen in vertrouwen te ne men". Hoe moeilijk is de Nederlandse taal toch voor sommige Nederlanders. C. Budding*. „Vrijwel op slag". Bruna. Utrecht 1953. De Dichter Budding" heeft het voor beeld van zyn Engelse collega Cecil Day Lewis gevolgd en heeft een detec tive-verhaal geschreven Hoewel het geen „Malice in Wonderland" gewor den is. is het toch een onderhoudend verhaal met goede typeringen, hoewel de boosdoener Kreukniet met fladde rende jas en dikke sigaar wel een beet je een tweelingbroer lykt van de deur waarder Dreverhaven uit Bordewijks „Karakter", en aardige milieutekening De oplossing in padvindersstyi van een goede daad per dag is niet erg bevre digend. doch het geheel levert wel een verzetje voor een regenachtige dag op Joh. Schotman. „Arcadië en Asfalt". De Tijdstroom. Lochem z.j. In het boekje met de veelzeggende titel „Arcadië en Asfalt", bovendien nog versierd met een lieve Flora, wordt de lezer niet lang in het onge wisse gelaten omtrent de voorkeuren van dc auteur Niet het asfalt der wereldsteden waarlangs de roes des levens vliedt, noch het naakte vraag teken van de reken- en kruiswoord raadsels, de inbraken, de ontvoeringen en de drinkgelagen, vermogen hem tc bekoren Hy verkiest de stilte van de vergeten dorpen, de simpele praat van s.mpele Heden, de leeuwerikken, de mieienhopen de fanfarecorpsen, de hondjes, dc kippen en de moestuinen. Altemaal dingen waarover al velen mm of meer diepzinnig de wijsgeer uitgehangen hebben, vooral zy die het asfalt afwijzen. „Ieder zUn meug', zei de boer en ook ik bemin het buitenleven innig, maar ik zou er mij toch liever voor wach ten om. misleid door myn voorkeuren, schilders als Klee en Picasso op de mestvaalt naast mUn boerderij te gooien De Arcadiër moge dan :n de verbijsterende asfaltweteld zyn indi vidualiteit verliezen iets wat hele maal niet zeker is deze Aread ér verliest door dat staren on plantjes en diertjes een onderscheidingsvermogen, dat speciaal een schryver niet verlie zen mag. Marnix Gijsen. „Van een wolf die vreemde talen sprak". A. A. ML Stols, 's-Gravenhage 1953. De wolf die de mensentaal ging spreken om met de mens tot een over eenkomst te komen betreffende scha penbouten. was een wezen met een nieuw idee en werd zoals alle wezens met nieuwe ideeën, misverstaan Hy had zyn wolvenaard, om zo te zeggen, gekerstend en werd nu gewantrouwd door zyn medewolven en door de men sen gelykelyk. Hy emigreerde naar een beter oord Een aardig niemendal letje van een groot schryVei CLARA EGGINK. v.d.k.g. van de kouwe grond - Red „LD"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1954 | | pagina 5