Er zit een luchtje aan VIJFTIGJARIGE SALAMANDER De daagse garderobe van de werkende vrouw alles Weet U van borduren Kijkjes in de Natuur ATEN we er maar niet omheen draaien en meteen met de deur in huls vallen: liet gaat vandaag over k stinlim"! Nu kun Jc «el om zoïi ™ad heendraaien, o heel gemak- Sijk soms wel ln een straal van 25 neter en nog meer, zonder dat je de «roorzaker van de zeer bijzondere daten we maar gerust zeggen le i kunt ontdekken. Wie van «indelen houdt en voor zijn omzwer- ircen de stille bossen zoekt, moet wel ekend zijn met de doordringende ht die door dit wonderlijke na- .jrproduct wordt verspreid Zelfs als zegt niet te weten wat ik bedoel, elfs ais u zou beweren, nog nooit van en stinkzwam te hebben gehoord, lan nog durf ik te zeggen, dat de be- worden gezet mare breekbare dingen overigens i. Dit gloeikousje nu had de zelfde fijne structuur als de kanten steel van de stinkzwam, alleen ls de laatste wel tweemaal zo hoog. ERKWAARDIG is ook de hoed van de zwam. Hij bestaat uit ongeveer dezelfde stof als de steel, maar in verse toestand is hü be dekt met een groenzwart glanzend slijm Dit slijm is de oorsprong van de stank. En nu iets merkwaardigs. De overeenkomst met een lijkenlucht of aaslucht ls blijkbaar zo sterk, dat verschillende soorten insecten er door worden aangetrokken, voornamelijk aaseters, die natuurlijk bij de stink zwam niet datgene vinden, wat de geur hun had „beloofd". Zij zetten de dop" vindt, kan zichzelf een bij zonder genoegen verschaffen, als hU tenminste wat gevoel voor de natuur heeft. Hij moet dat z.g. duivelsel of heksenei eens meenemen, het thuis op een schotel en onder een omge keerde weckfles zetten, de schotel rondom het glas goed met vochtig zand aangestampt, U begrijpt wel waarvoor. En nu maar geduld hebben, soms wel 14 dagen lang. Maar uw ge duld wordt beloond, want op een ze kere morgen vindt U uit het wonder- ei de prachtige wonderbaarlijke pad destoel opgerezen inota bene in één nacht!) met zijn glanzende zwarte vingerhoed aan de top. Maar wee U, als U nieuwsgierig bent, want dan vergaat het U als die sprookjesprinsessen, die eeuwig en al tijd door hun nieuwsgierigheid in de knel kwamen, ondanks duidelijke waarschuwing! Spiegel u dus aan deze dames en blijf van het glas af. U mag het natuurlijk wel proberen en ochzóóóó erg is het toch ook weer niet. Even goed opsnuiven Maar gewaarschuwd bent U! S. VAN DER ZEE OP BEZOEK BIJ EEN Spiegeltje, spiegeltje aan de wand in zeven delen Parijs, October 1953. We hebben er verleden week al op gewezen: een garderobe in zeven delen is zeker geen volledige garderobe' Zelfs als daagse garderobe - feest - en gelegenheidskleding zijn er immers niet in opgenomen! - bevat deze zeven-stuks-uitzet nog vele leemten en gebreken. Altijd immers zijn blouses en truitjes te gebruiken en hun doelmatig aantal is vrijwel ongelimiteerd; ook een extra rok, een extra japon zouden geen onwelkome of overbodige uitbreiding zijn van deze basis-uitzet, die tot zeven delen beperkt bleef usie peur U niet onbekend kan zijn. 'ant het is iedereen wel eens overko- tn. dat hij tijdens een wandeling ot a fietstochtje plotseling het gesprek zijn gedachtengang onderbrak en een speurhond snuffelend naar al- wlndstreken op een bijzondere ma- ■r mompelde: ..Héée, eigenaardig.. i!" waarna de tocht werd voortge- De meeste mensen vinden het vol lende. dat zo een feit alleen maar mstateren, verder gaan ze niet. ze iboen geen behoefte te weten, of er diter dat feit soms nog iets verbor- in zit. Toch is dit laatste het inte- ssante. Het begint pas wat te wor- m als je doordringt in de verbor- inheld tan een verschijnsel. Welnu, ihter dit sterke luchtje zit een ver- thijnsel verborgen. Br zijn ook mensen, die bij het op- tan de stinkzwamgeur Juist imcrkzaam tvorden en in actie ko- i De paddestoelenliefhebber al- ns zal onmiddellijk op jacht gaan. al heeft hij ettelijke keren voor raadsel van dit „stankwonder" ge in en er zich mee bezig gehouden. Dus gaat hij aan het zoeken Dat leuren naar een stinkzwam ls een vdlg werk Er zit bepaald iets op- Indends. iets prikkelends ihmli in, »ral wanneer je met meerderen hit. ik heb eens een stel jongelui op tt spoor tan zo'n zwam gezet, nee mar! het leek wel een meute tijdens in slipjacht. Het animerende en on- irwachte van deze onderneming is wisselvalligheid en onberekenbaar- van het reukspoor! De wind >t er bezit van, drijft de geur nu dan ergens anders heen, zodat zoekers als jachthonden achter speurneus aansjouwen. \E ONTKNOPING bergt ook het 1 element verrassing ln zich en kan heel merkwaardig zijn. Het kan best gebeuren, dat het reukspoor tnd'gt bi) een dlerenlijkje. een rot- ■rid konijntje of een vogellichaam, ■at ln de herfstlucht langzaam tot poinding is overgegaan. Maar even- j*o 's het mogelijk, dat we werkelijk v oen stinkzwam stuiten, die in de Pjiemer van een bos ln alle heerlük- F - staat te pronken (nou. nou! >rlljkhp|d'i IJ*, hier zullen de meningen wel T.r verdceld ziin en zullen we het luTF' HPn™kkehjk eens worden. Hf de een met alle tekenen van K ln een wijde boog omheen |"*eit .je hebt lui. die met een zak- voor de neus op een afstand blij- staan wat een beetje zielig is' Saa' epn ander op zijn gemak bij en en ls warempel nog blij ook met mii betreft, telkens wanneer ik e'n '"nkzwam In contact kom. Étvii i" ldere herfst of zomer wel het "o ten er altijd weer even ge- *|<J door EJ* .ho°P- dat de tekening een vol- ■dri duidelijk beeld geeft van deze Eu» TT?' z°dat u met een beschrU- »n vi een soede voorstelling er- eeft F1 A'8 vele paddestoelen rou ook deze zwam een steel en een En JTaar haast bij een enkele treft «m stcpi aan vervaardigd van Tgeh'k filn broos weefsel als bh an de srinltownm Het ls. of de in een enlllee bul er Diezier in EL» ?0|lad. het fijnste en teerste te aan het afschuwelijke, het af- toe wij gaslicht hadden in de lamp een z.g. gloeikousje zich zoekend op de slijmerige hoed. kruipen er op rond en krygen daar door het slijm aan hun harige poten. In dat slijm bevinden zich de ver bazend kleine lichaampjes, de sporen, die op andere plaatsen weer voor nieuwe zwammen moeten zorgen, ten minste als er voor transport kan wor den gezorgd. Voor deze sporenver- plaatsing nu zorgen de vliegen en de aaskevers. Waar zij neerstrijken op de bosgrond in het kreupelhout. Ja. ook ln oude vochtige stadstuinen, daar wordt de kiem gelegd voor een nieuwe plant, of anders gezegd, daar groeit uit de microscopisch kleine sporestofje een vlokkig draderig schimmelweefsel, waaruit ln zomer of najaar de nieu we zwammen zich kunnen ontwikke len Wat er dan uit groeit, is op zich zelf al een wonder. Het heeft de vorm de grootte en de kleur van een ei. het heeft een zacht gespannen vel, dat in drukbaar is, maar een geur heeft het nog niet. Nog niet! Wie zo'n heel jonge stinkzwam „in Ook de kleding voor de werkende vrouw, die we vandaag in ogenschouw nemen is zeer eenvoudig en toch mo dieus. bovendien praotisch en flatteus. Wat echter ontbreekt is de lange stof fen mantel, doch twee korte jasjes, één winters dik en één minder zwaar, vervangen het lange straat kleed, ter wijl een neutrale regenmantel ook op niet-regendagen et? plaats van de ge wone mantel zal kunnen innemen. De zeven stukken, waaruit we de mi nimum-garderobe van de werkende vrouw hebben opgesteld zijn: Allereerst een tailleur, die, naar moderne trant, bestaat uit een rechte rok en een ongctailleerd recht twee derde jasje. Beide delen zijn gemaakt uit dikke tweed, waarvan de hoofd kleuren zwart en wit zijn. Het jasje heeft een klein astrakan kraagje (ook bever of soortgelijk bont komt er voor in aanmerking, evenals zwart fluweel". Met twee rijen knopen wordt het tot de taille gesloten Een lange zwarte «of havanabruine) jersey-blouse niet lange gladde mouwen is het derde deel van de beknoj>te uitzet; het model heeft een ronde halsopening zonder kraag en wordt met een zijden hals doekje. een gavroche. of een parelcol lier gecompleteerd Het vierde, vijfde en zesde deel van de zeven-stuks-iutzet. een rok. een lijfje en een tweederde manteltje, die alle van dezelfde heel donker-gnjze wollen flanel zijn gemaakt, breiden de garderobe uit met vijf tenues, name- liik: een rok, waarbij de jersey-blouse d enen kam. een Japon in twee de.en of een deux-pièces 'al naar gelang het lnfje in of over de rok wordt gedra gen'. een tweede wandelpakje (de rok en het manteltje tezamen', en een trois-pièces 'de drie delen gecombi neerd'. De rok is geheel recht en heef t midden op de rug een tot in de knie holte ingeslikte stolpplooi" Het streng getailleerde lijfje heeft een opgeknipte hals zonder kraag, een sluitm? van kleine parelmoe-en of stof knoopjes, driekwart gladde mouwen, die even onder de schoudertop zijn ingezet, en wijkende, halfronde borstzakken Het manteltje is geheel recht, heeft lange mouwen, die tot driekwart lengte in een manchet kunnen worden terugge slagen. en. terwijl het geen sluiting bezit, heeft het een klassieke revers- kraa? Het kan worden gevoerd met een grijs en wit zephyr streepje, van welk katoenen materiaal tevens een everhemdblouse met brede polsboor- den 'die onder de driekwart mantel mouwen te zien komen' aan de basis- u.'tzet kan worden toegevoegd Tot slot de regenmantel, die breed en ruim en royaal is als een gewone mantel, en die zo nodig gemakkelijk over de mantelpakjes kan worden ge- Van /rouw tot Vrouw Vormen vanborduursels door de eeuwen heen Deze keer willen wij de vormen van borduursel in de ons omringende landen eens wat nader bezien Wij zagen reeds hoe ieder land op zich van een algemene smaak - evolutie steeds een eigen kunstdrang wist te vormen, een zekere samensmel ting van mode met eigen volkskarakter, die dan de typisch- nationale borduursels hebben gevormd. Wij zagen ook hoe dit nationale karakter aanvankelijk het minst kenbaar was in de religieuze borduursels, al was in de Middeleeuwen het Opus Anglicanum terecht beroemd, en werden reeds zeer vroeg b.v in Tsjecho-Slowakije prachtige rijke, bijna Oosters-opulent aandoende stukken gewerkt, die zeker een geheel eigen karakter droegen. In sterkere mate vinden we deze ln - boiduurscls - omgezette landsaard over het algemeen in de leken-borduursels. Die we dan weer in twee grote groe pen kunnen onderverdelen: a. die borduursels die aan grote mode-fluc tuaties ondeihevtg waren - zy werd?n veelal voor de handel gewerkt - en b die borduursels die als het ware een volkseigendom zijn geworden en deel van het floklore-bezlt van een land zijn gaan uitmaken Wij zagen reeds vluchtig hoe het de mocle-borduursels verging: het Ita liaanse wltwerk ln de Renaissance, de Engelse Jacobean embroidery en de Beriynse wol-borduursels zijn typische voorbeelden van ook nu nog aan mode onderhevige borduurselvormen. Nu willen we dus de echte volksbor duursels eens wat nader bezien Uiteraard vinden we dez? soort borduursels het meest in die landen, die een betrekkelijk rustig en constant bestaan kenden, waar. vooral ook door de geografische situatie, de bevolking een afgeslotener bestaan had en zich minder gemakkelijk verplaatste. Zo bijv. de Scandinavische landen- ln Noorwegen b-zit ieder, door de bergen afgesloten dal nog zyn eigen tradi tionele borduursels, die even vaak een dragen; hij heeft een dubbele knoop- sluGUng op een brede overslag, lange mouwen die in een brede manchet kunnen worden teruggeslagen, en schuin aangebrachte stêekzakken Op de rug zorgt een afknoopbare, laag aangebrachte ceintuur voor een semi- sportief effect; doet de jas als enigs zins geklede middagmantel dienst, dan wordt d'.e ceintuur achterwege gelaten En als nette mantel kan deze regen- Jas d enen, want hij is gemaakt van zwarte nylonstof, materiaal dat het hele jaar d'oor. ln elk jaargetijde, uit komst zal bieden. J. V Een brede kop, kleine oogjes, een enorme bek. vier pootjes, die de indruk wekken, dat zij nauwelijks het onge veer één meter lange lichaam kunnen dragen, en een zachte, ehocolodebruine huid, bedekt met knobbels, ziedaar de mannelijke schoonheid van het dier. dat binnenkort zijn jubileum zal vie ren. Het is de reuzensalamander, die dan 50 jaar in het aquaiiuril van Ar- tis in Amsterdam vertoeft HU leeft ln Japanse bergbeken, en men kan hem duidelijk zUn afstamming van de voor historische reuzensalamander aanzien. Wy hebben hem, de eerste, die voor hemelsbreed verschil vertonen met wat ln een nevenliggend dal wordt geproduceerd. De patron?n van deze borduursels kunnen dan byv. dateren uit een pe riode van grote zeevaart. De zeelieden brachten naar hun woonplaatsen stof fen of borduursels mee van hun rei zen, deze werden bewonderd, nage- borduurd, geadopteerd aan landscos- tuum en doelmatigheid en werden zo weldra een dorpstraditie. EVOLUEREND VOLKSCOSTUUM Natuurlijk heeft ook het volkscos- tuum steeds een evolutie ondergaan, maar als het ware in vertraagd tempo. De oorzaken van deze evoluties waren dan niet meer zozeer dé mode als wel de veranderde levensomstandig heden. Veranderde economische en so ciale toestanden vereisten het ver eenvoudigen en aanpassen van de be staande drachten, geld en tyd gingen steeds meer ontbreken, het verander de leven eiste ook vaak een practi- scher. minder bewerkelyke kleding Bij het door al deze redenen zo kenbare en betreflrensw aardige uit sterven van talloze regionale drach ten. zUn het vaak de borduursels, die met de sieraden het eerst verdwenen In ons land wordt prachtig werk ge daan door de Stichting ..Het Nederlands Costuummuseum". om de historie van onze eigen volksdrachten vast te leggen en de liefde ervoor levend te houden. De Scheveningse vrouwendracht, niet de Watteau-achtig aandoende sil houetten. zijn een typisch voorbeeld van de zekere fixatie van een mode verschijnsel. die wU in de volksdrach ten terugvinden. Andere landen dan de onze. met een meer beschutte lig ging. met een minder snelle economi sche en sociale evolutie, zagen ook de levenswijze van hun plattelandsbevol king minder snel veranderen. In de Balkanlanden byv ls nog steeds een enorme rUkdom aan volksborduursels, zowel voor drachten als voor huiselijk gebruik. Voor deze oorlog gingen de Hongaarse vrouwen mag bordurend naar het land om daar te werken, op de terugweg naar huis werd het bor duurwerk weer te voorschijn gehaald om geen tyd verloren te doen gaan Zo groeide daar menig? boerendoch ter^ uitzet Bovendien bleef men in die landen langer vry van de tnvloed van alle machinale borduursels, door de mindere luxe en het minder ge makkelijk verkeer. zover bekend is. ooit ln gevangenschap werd geboren, ter ere van zijn komen de Jubileum, dat in de volgende maand valt, een bezoek gebracht, dat hy ech ter ln het geheel niet op prijs bleek te stellen. Traag kroop hU boven op de rotsjes in het grote bassin, waarin kleine visjes vlug door het water scho ten, toen de oppasser hem met een bamboestok trachtte „op" te porren. Meer levendigheid dan een paar hap pen van zijn grote hoornachtige bek naar de punt van de stok, en het om de tien minuten ademen boven water, vertoonde de vijftigjarige niet. De ver zorgers, de heren Van de Ploeg en Wiegel, heBben dan ook niet veel last van hem, want verzorging eist hij zo goed als niets. Het water in het bas sin, dat niet op temperatuur behoeft te worden gebracht, wordt regelmatig ververst, het voedsel, dat hij krijgt, bestaat uit dode visjes, die als het waren „onder de neus" moeten worden geduwd, voordat hU ze bemerkt, want zijn ogen zijn zeer zwak. Ziek is hU nog nooit gfweest, en dat ls een groot geluk, zo werd ons verteld, want wan neer dit dier. waarvan men eigenlijk slechts weinig weet. eens ziek zou wor den. zou men het waarschijnlijk niet kunnen helpen De salamander is on danks zijn leeftijd, een waar „kind van het aquarium". Hij werd er n.l. in 1903 geboren uit een ouderpaar, dat waar schijnlijk by de opening van het aqua rium in 1882 werd aangekocht. De reuzensalamanders zijn niet talrijk en men wist weinig over hun leefwijze, paring en gebcurte. „Het was dan ook een hele sensatie", zo vertelde ons de he?r De Jong. een assistent-bioloog van Art is. „toen bleek, dat het paartje nakomelingen zou krijgen. Het man netje paste op de meterslange stren gen eieren, die het wijfje om de rotsen in het bassin had gewonden, en de celeerden er kwamen zelfs twee hoogleraren uit Japan voor over volgden nauwkeurig de verrichtingen van de aanstaande vader en moeder. Er werden heel wat toep nog kleine en felle reuzensalamanders gebo ren. doch het bleek al gauw, dat men de dieren niet bU elkaar in een bassin kon houden, want zij vochten „als leeuwenMen gaf ze alle weg. op één na. en dat ls Artis' aanstaande Jubi laris." De „man ln kwestie" laat zijn kop op zijn poten zakken, rolt zich eens duchtig op. en dut weer door WU denken, dat hij met zo'n leventje de honderd wel haalt! Indien we dus door alle veranderde tijdsomstandigheden juist in onze eeuw een sterke teruggang zien van deze vorm van volkskunst, zo ls toch ook hier ln de laatste jaren e?n reac tie te bespeuren. Vooral vele bonden van plattelands vrouwen doen actief werk om de volksborduursels weer te doen opleven. EUROPA'S BORDUURKAART Teneinde U een Idee te geven van de eindeloos vele vormen van borduur sel door de eeuwen heen, volgt hier een klein, uiteraard zeer schematisch, overzicht van wat de verschillende Europese landen zo al op dit gebied hebben geproduceerd: Groot-Brittannië: Opus Anglicanum Elizabethan en Jacobean embroidery, smcckwerk. matelasse Scandinavië: Nedebö en Hardanger- werk, vooral als volksborduursels toe gepast. evenals vele vormen van kruis steek werk. Duitsland- vele religieuze borduur sels, volksdrachten (bijv. Winsinger Elbmarsch Oostenrijk en Hongarije: bonte bloemborduursels. eveneens hoofdzake lijk als velksborduursels. Zwitserland de beroemde broderies de St Gall, die beeldige fijne bor- duurseltjes, d;e ook nu nog zo geliefd zijn'en decoratieve stukken met een z?er typische tekening Balkanlanden: volksborduursels, veel kruissteken, open naden en samentrek- werk. in de Zuidelijke gedeelten ook motieven onder sterke invloed van het Nabije Oosten Italië: renaissance-borduursels. ap- plicatiewerk, naaldkanten ikloskant rekenen we uiteraard niet tot de bor duursels. immers de naald ontbreekt ten enenmale». Spanje en Portugal en omliggende eilanden: vele vormen van volksbor duursels en dan religieus werk. dat vaak een sterke band met dat van Ita lië vertoont. FTankryk en Belgle veel lingerie- borduursels. naaldkanten en door de cuwen heen specialiteit van het bor duren voor oe kleding In ons eigen land: borduursels voor de volksdrachten en het zgn. Zaans werk. Welk een eindeloze veelvoud van lustorle. van motieven en technieken. Welk een rijkdom om uit te putten! CECILE DREESMANN. Etienne Marches! heeft het bestaan de 200 treden van de Sacrè Coeur. te Pari/s, die een normaal lopend mens bij het op- en afgaan reeds de adem benemen, op de handen of te lopen. Marches! beoefent deze vreemdsoortige ..sport" al lang. Eens was hij een bekend trapezewerker in beroemde circussen, de verwondin gen, die hij opliep na een val uit^de nok van een circus beletten hem z ,n beroep langer uit te oefenen. Mar chesi vond een compensatie voor het verlies van zi/n vak door dit „han denwerk". Hij heeft reeds een han denwandeling van 160 km. afgelegd in 20 dagen, op zijn rekening staan. WEKELIJKS BIJVOEGSEL VAN HET LEIDSCH DAGBLAD - ZATERDAG 24 OCTOBER 1953 - PAGINA 3

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1953 | | pagina 9