H De wereld wordt groter De nobele Iwan werd tot een beest oe ontstond het onmetelijke Rusland? IK BEN DIE BOEF Hef wonder uit de pruimenboom WEKELIJKS BIJVOEGSEL van het LEIDSCH DAGBLAD - ZATERDAG 19SEPTEMBER 1953 - Pagina 1 BEWOGEN LEVEN XXXVIII Iwan de Verschrikkelijke "£r Ür EEN dome klampte mij aan. Zij had verdriet. Haar vriend was getokt voor het Middenstands diploma. Zij zei dot de glans van hoor leven was gegaan door de vreselijke ingewikkeldheid van onze tijd. Het leek haar zo heerlijk om in voorbije eeuwen te leven, toen alles nog zo eenvoudig was. Ze wilde weten of ik het met haar eens was, of ik dus óók vond, dat alles tegenwoordig zo vreselijk ingewikkeld" is. Het probleem is interessant genoeg om eens bij stil te staan. Is alles werkelijk veel ingewik kelder dan vroeger? DE kleding niet. De tuigage van een Zeeuwse schone van een eeuw geleden, die weer behoorlijk verschilde van de dracht van een dorpeling tien kilometer van haar verwijderd, vergde heel wat meer tijd om bijgezet te worden dan de eenvoudige jurk van heden. De verlichting ook niet. Wij draaien slechts een knopje om en hebben een zee van verblindend licht, dat riekt noch walmt, dat nooit behoeft te worden aangevuld. De verwarming ook niet. Daarvan behoeven we verder niets te zeggen. Het verkeer ook al niet. Nog nooit heeft men zo gemak kelijk van Leiden naar Delft kunnen reizen als in onze tijd. Of van Arnhem naar Florence voor mijn part. In een auto is het al eenvoudig. Met een der grote tenen geeft men gas en met een paar vingers stuurt men. Het is wer kelijk veel gemakkelijker een auto te besturen dan een paard. Van die auto behoeft men eigenlijk niets te weten. Een paard dient men van binnen en van buiten te kennen. De belasting tochook niet. Voor een zeer groot ge deelte van de bevolking wordt die gewoon ingehouden op het loon. De Staat dan misschien? Het regeren van tien millioen Nederlanders is nu veel eenvoudiger dan het regeren van drie millioen vóór de Franse tijd, toen elke stad nog een Staat was. Is het dan moeilijker om aan de kost te komen? Er is in vorige eeuwen veel meer honger geleden in Nederland dan tegenwoordig. Wie voor zijn middenstandsdiploma ge zakt is. behoeft niet bezorgd meer te zijn. Als hij oud is zal Drees wel voor hem zorgen. Vorige eeuw en hadden geen „Vader Drees". MAAR waarom zitten dan millioenen mensen van thans in de ban van de ingewikkeldheid? Omdat ze naar de kamwielen zien en niet naar de handle. Men moet naar de handle zien, want die moet men bedie nen. Men behoeft niet precies te weten w at er in een motor gebeurt, men weet ook niet wat er gebeurt als iemand loopt. Omdat ze door de snelheidsroes van onze tijd gegrepen zijn! Ze willen in een paar weken Pan-Europa voor elkaar spijkeren, en als dit niet gelukt krijgt de ingewikkeldheid de schuld. En dat. terwijl dit Pan-Europa samenstellen opzichzelf bezien toch zo heel eenvoudig is. In onze tijd zou men zelfs een wereldstaat kunnen maken. Technisch bekeken, bedoe len wij. In vorige eeuwen kon dat niet. Toen paard en teilschip het snelste vervoermiddel waren was dit technisch volkomen onmogelijk. Morgen zouden we met Pan-Europa kunnen beginnen, doch het gebeurt niet. En het gebeurt nooit als de nood der tijden niet dringt. Door alle eeuwen heen is niet alleen elke stad. ook elke staat gesteld geweest op het behoud van zyn privilegiën. Hoé moeilijk en ingewikkeld was het rroeger om tot een groter Staten verband te komen, hoe gemakkelijk zou het nu zyn het te volbrengen als de nood ons dreef. De radio golft om de ganse aarde, telefoon en telegraaf vertellen ons wat enige uren geleden in Grieken land is gebeurd, of in Japan. Gelukkig is de mens die de eenvoud in onze tijd ontdekt. Hij heeft rust Hij krijgt kracht om boven alles te blijven staan. Hij kan in de avond zijn krant lezen en genieten van alle dingen, die hem het leven gemakkelyker hebben gemaakt. Dat wat ontdekt en uitgevonden is is voor hem een vreugde en geen last. Hij is een schakel in de keten der mensheid, want hij heeft tijd voor zyn waardering. Vergeleken bi) onze voorouders van enige eeuwen geleden, hebben wij werkelijk tijd genoeg. Pan-Europa komt nog niet. Niet omdat het zo ingewik keld is Europa, of een deel van Europa tot één Staat te maken. nee. Maar de nood oer tijden Is er nog niet; wordt althans nog niet voldoende gevoeld. IN dit licht bezien is het leerzaam om eens na te speuren hoe een groot Rijk in de loop der eeuwen is ontstaan. En laten we dan het minst bekende voorbeeld nemen: Rusland. Duizenden mensen denken namelijk dat dit Rus land zo maar vanzelf is gegroeid, zoals ook een eik of een beer langzaam tot zijn proporties komt. Dit blijven stilstaan bij duizend moeilijkheden zal ons opnieuw doen beseffen dat geen mens. geen Staat, geen volk het cadeau gekregen heeft, rn dat wfj zonde doen door te willen dat ook de Geschiedenis zich honderd voudig versnelt, zoals de techniek heeft gedaan in de korte spanne tijds cat wy hebben geleefd. Het hart der Historie heeft een eigen '-lop en een eigen rythme zoals een mensenhart. De geschiedenis gaat haar eigen gang cn wy hebben te luisteren naar haar indringende stem die ons vertelt dat wij de leidsels in handen moeien houden en ons geduld niet verliezen, dat wy ons eens moeten Terdiepen in de ingewikkeldheden en de moei lijkheden van het verleden om de eenvoud in onze tijd te kunnen zien. RUSLAND... Voor het begin van onze jaartelling een eindeloze vlakte, een half werelddeel, met daarin, her en der verspreid, nomaden. Deze zwierven onder de machtige hemel met hun vee en bleven daar een wyle. waar God iets groeien liet. Soms. als na een snikhete zomer, een ijskoude wind uit de Poolzee kwam en over de open vlakte blies, stierven er duizenden van honger en kou. Toen Karei de Grote, zijn wereldrijk stichtte in het Westen van Europa, hadden de bewoners van Rusland hun plaats nog niet gevonden. Eindeloos duurde de trek der stammen. In het Noorden, ten Zuiden van de toendra's, zochten Mongolen naar een pelzenparadijs, in het midden trokken Slavische stammen heen en weer. ten Zuiden van hen weer Mongolen. Ten tijde van Karei de Grote was er een volk in Europa dat de trek zo in het bloed had. dat zc. ondanks de vreselijkste geruchten, gaarne naar die ge bieden zouden gaan „waar men de zon hoorde suizen als zij opkwamDe Noormannen waren het. die weldra van uit Zweden kwamen aangeroeid, steeds maar naar het Oosten. Zij voeren de rivieren van Rusland op zo ver zc konden Soms dioegen zij hun schip op hun schouders langs de moeilijkste trajecten. Alt.jd ging het verder, het onbekende land in. op zoek naar buit en avontuur Huotsl, zo noemen de Finnen nog heden ten dage hun Zweedse buren, een woord dat roeiers betekent. Ver droegen deze Ruotsi of Roossi het tegenwoordige Rusland in en waar zij kwamen onderwierpen zij de Slavische stammen. ER is een oude kroniek bewaard gebleven van de mon nik Nestor, die daarin vertelt dat de Slaven zo werden geterroriseerd door Mongoolse stammen uit het Oosten, dat zy de Noormannen te hulp riepen om over hen te regeren. Zo werd de Zweed Runk uit Upsala vorst te Novgorod iNieuwstad) en een ander. Oleg. deelde weldra de lakens uit te Kiejev. De macht der Roossen, of Russen steeg voortdurend Voor hen was er geen rust. Zij rukten zelfs door tot Constantinopcl, doch daar werd hun een halt NEEN, maakt U zich niet onge rust. Ik ben nooit voor bijzon dere wandaden met de politie in aanraking geweest Eén keer werd ik bekeurd voor een verkeers- fout: in diep gesprek fietste ik naast twee van mijn medewerkers in de dichtbegroeide b «cht van een landelijke verkeersweg Nu ja. dat kan iedereen overkomen, vindt U niet? Het wr overigens een goede les De politie kan op dergelijke overtredingen, van mijzelf cn van anderen, niet streng genoeg toe zien. Om terug te keren tot het uit gangspunt: als u mij op straat ontmoet, steek ik werkelijk niet opvallend af in kwade zin bij anderen. Bovendien ma? van een predikant in leder geval wor den verwacht, dat hij aan de nor male eisen van fatsoen beant woordt. Het is zelfs redelijk te ver langen dat hij een extra duidelijk voorbeeld is. Maar. vergis u m nie mand: ook niet in een predikant! Wellicht weet U uit ervaring, dat U ook van zijn leven niet veel meer dan de buitenkant ziet. IS het niet enorm voordelig dat w»j. als normaal fatsoenlijke men sen, onze minder fraaie gedachte veilig voor onszelf kunren houden? Geen cnkei mens behoeft te weten wat in myn binnenste binnenste woelt en werkt. Dat wy ons keurig van onze voordelige kant runnen tonen is echter tece- lijk een venijnige verleiding Het etiket huichelaar" of .farizeeër" wordt zonder moeite verkregen. Dat draag je eerder dan je denkt. Hebt U nooit ogenblikken, waar op U als het ware in tweeën ge spleten bent. Uw ene helft zegt met grondige minachting tegen de andere helft: „Bah. wat ben jij een mispunt"? Misschien ben ik een uitzondering, maar het overkomt mil telkens, dat een dergelijke kri tiek van mijn ene .ik" op mijn an dere „ik" nodig is Vertrouwde ge sprekken met medemensen hebben mij echter geleerd, dat ik wat dit betreft niet de enige ben. HEBBEN wij mensen met cn zonder bewijs van goed ge drag. afgegeven door het stad huis of door een kerk. niet a.len dezelfde hardnekkige neiging fot kwade gedachten en kwade prak tijken? Bij sommigen vormen de opvoeding, het milieu, de omstan digheden een stevige heining, z dat de mogelijkheid tot het bedrij ven van vele soorten boosheid et In daden naa. buiten kan treden. Hoe dikwijls blijkt niet. uit een po litierapport of uit het gedegen on derzoek van de rechtbank, dat de beklaagde dooi de wereld, die wij samen maken rijp geworden is. rijp gem .ékt ll voor een bepaald misdrijf! Het een niet te onder schatten voorr°rht. een zorgvuldiv te bewaren erfenis, dat de rechter Woord van Bezinning in onze maatschappij bereid is een verklaring te zoeken voor het uit dijden van deze of eene mens. Daarom verwondert het mij niet. dat volgens de statistiek van het moderne Reclasse-lnc^werk negen tig van de honderd voorwaardelijk veroordeelden, dank zij morele en geestelijke steun, weer „terecht" komen HET zou mtj onder al deze overpeinzingen bijna ontscho ten zyn. maar iet is juist de propaeandaph.at voor de Reclasse- ringsdaz 1953. d.e plotseling by mij de gedachte wekte ik ben die boef Je ziet namelijk de binnenkant un een half geopende celdeur Daarvóór staat, met de rug naar je toe. een ontslagen gevangene. Achter hem is een helpende har.d en aan de rechterkant is nog juist een uitgestoken arm zichtbaar; deze wijst naar het licht in de verte, dat weerkaatst op de ex- gevangene Als ik kiezen moest zou ik He- ver de beschermer dan de vr'jee- laten veroordeelde zijn. Maar dat is een gevaarlijke keus Zo licht wek ik. door mijn belangstelling voor gevangenen, de schijn een on berispelijke „brave Hendrik" te zijn. de schijnheilige tegenover ''e „boef", die nederig „Dank U wel" mag zeggen tegenover iemand, die zich welwillend neerbuigt tot een „g«"'allen" medemens Neen. ik mag. ik moet gelijk vloers met hern staan als mens vol kwade neigingen naast een mede mens, die eedéén heeft, wat ik vaak zou willen doen. Daarom, kijkende naar die plaat van de Reclasseringsdag. denk ik hardop: Achttr mij is de bescher mende hand van Jezus Christus, die zich. zonder opdringerig te zijn. met mijn intieme wereld wil be moeien. Hij wijst mij „boef" die ik ben. vanbinnen, ook al lijkt mim leven aan de buitenkant redelijk gaaf een nieuwe we? Hij reclas- feert. Hij brengt terecht". Mil en ieder ander Niet voor negentig maar voor honderd procent Vergeet deze gehele bezinning alstublieft, vanneer U meent, dat hier met stichtelijke woorden wordt gewerkt Lééf liever vanuit het onweer sprekelijke feit: met de ex-gevan gene van de Reclasserinesplaat 1953 en met tallozen van zijn col lega's stuk voor stuk zijn «zij ook mijn collega's ben ik. door Jezus Christus in een verrassende vrij heid met ongekende perspectieven gezet. P L SCHOONHETM, Predikant voor het Bijzonder Kerkewerk der Hervormde Gemeente te Leiden Hoge Rijndijk 14a. v_ toegeroepen. Al hun heftige aanvallen op deze machtige stad waren tevergeefs. De Roossen kwamen tot rust. Zij losten op in de inheem se bevolking en verloren hun eigen taal. Een hunner. \Vla- dimir (beheerser der wereld) vorst van Kiejev huwde zelfs een Byzantijnse prinses. Door reizen cn trekken had hij zyn eigen nieuwe ideeen gekregen Hy ging tenslotte over tot het Christendom, omdat het Mohammedanisme hem afschrikte wegens het alcoholverbodiKiejev, de hoofd stad van de Oekraïne (grensland), werd eerst het macht centrum. doch na lange strijd moesten de klein-Russen tenslotte gehoorzamen aan de grootvorsten van Moscou, die het Rijk der groot-Russen bestuurden. GROOT, oneindig groot en kaal waren de Russische vlakten. In de eeuwen tussen Karei de Grote en Karei de Vijfde was er in de onbekende onmetelijkheid ten Oosten van hun Rijken oorlog op oorlog. De stammen waren zo kwetsbaar. Nergens natuurlijke grenzen die afdoende be schermden. Felle vyandschap en grote wreedheid heersten er. totdat zij allen te zamen werden opgeschrikt door gru welijke verhalen over een Mongools ras. dat op snelle paarden naderkwam, vanuit het Oosten om alles in bezit te nemen waaraan het voorbijging: landerijen, mannen, vrouwen en kinderen, vee. De Tartaren waren het die omstreeks 1200 de grote vlakte overstroomden en er bijna drie eeuwen hun scepter zwaaiden. Aan alle macht en geweld komt eens een einde. 7.o ook aan die der Tartaren. De grootvorsten van Moscou wisten een verhond tot stand te brengen tussen al de vijanden van dit Mongoolse ras en na bloedige strijd werden ze teruggedreven. Vanaf die tijd hadden de groot-Russen de leiding in het centrum van de grote vlakte. En de leiders van de groot-Russen waren de grootvorsten van Moscou. die weldra Tsaar zouden heten. d.i. Caesar. Ten tijde van Karei V regeerde de eerste Tsaar: Iwan de Verschrikkelijke, die Keizer en Paus tegelijk was, het geen hem een zeer grote macht gafop papier. Zyn moeder had hem tijdens zijn eerste levensjaren opgevoed, doch zij werd, zeer vermoedelijk door de mach tige Bojaren, de landadel van het toenmalige Rusland, gedood. Daarna werd Iwan door zijn vijanden, de Boja ren. die zijn macht zo veel mogelijk wilden beknotten, opgevoed. Die opvoeding bestond uit een reeks -an ver nederingen. Zy behandelden hun toekomstige vorst als een voetveeg en doodden zyn vrienden vlak voor zijn Dit maakte het zo geniale en goedwillende kind al heel vroeg tot een huichelaar. Nooit liet hij zijn gaven blijken, dat kon immers zyn dood zijn. Altijd was hij vriendelijk teRen zijn machtige vijanden, waardoor hij hen in slaap wiegde. Geen avond viel hy in slaap zonder eerst gedacht te hebben aan mogelijkheden van wraak. Dat vergiftigde zijn ziel. Hij komt op de troon Nu zal zijn kans komen De Boja ren geven hem slechts een schijn van macht. Iwan zal met hen afrekenen. Hij trekt met :yn vrouw en een kleine groep getrouwen uit Moscou, een groot en donker bos in. Daarna deelt hij zijn volk mede dat hij afstand heeft gedaan van de regering. Hij heeft het beste met zyn volk voor. veel wil hy voor zijn volk doen. zegt hij. doch de Bojaren hebben hem van zyn kinderjaren gekweld en staan niet toe dat hij zijn volk lief heeft. Wat Iwan wenste gebeulde. Het volk komt ln opstand. Het vernielt de kastelen der machtige Bojaren; de vloed golf is niet te stuiten Vadertje Tsaar moet hen regeren. Weldra doet Iwan IV zijn intocht in Moscou. Duizenden en nog eens duizenden juichen hem toe. In zijn gevolg is broeder Silvester die een wetboek zal maken, waardoor aan alle terreur, alle knevelarij, alle onrecht een einde zal komen. Geen arme zal meer gekweld worden of uit gezogen door een rijke De Tsaar verheft zich en spreekt zo schoon over de plannen van broeder Silvester, dat geen oog droog blijft. Duizenden ongelukkigen is het alsof de hemel voor hen open gaat! De macht der Bojaren was niet te breken cn om zich te kunnen handhaven schonk de Tsaar vele landerijen weg aan zijn trouwe soldaten, die zijn Ryk moesten ver dedigen tegen de Tartaren, Bojaren 4 4 4 if. 4 if. IWAN IV begreep dat hij zijn Rijk uit moest breiden wilde het zich staande kunnen houden. Nergens werd het door de natuur beschermd, noch door de zee. noch door de bergen Hy wierp de Tartaren terug tot op de Krlm, zodat het ganse Wolgagebied ln zijn handen kwam. Zyn strenge hand schiep orde aan de Zuidgrens waar de Donkozakken zwierven in ongebreidelde vrijheid. Snel als de w ind ijlden ze op hun kleine paarden over de eentonige vlakte en begonnen, toen ze enigszins waren getemd, voor deze Iwan Siberië te veroveren. Voor het Westen was Iwan bang. Er kwamen zulke vreemde geruchten uit het Westen.over wapens door geen der Russen nog aanschouwd, maar die zo vreselijk moesten zijn zó vreselijk dat geen mens van de vlak te er tegen vechten kon Over verbazend knappe mensen, die goochelen in ernst, over schepen die men vandaar liet varen tot aan het einde van de wereld. De oorlog die Iwan in het Westen voerde om de Baltische zee te bereiken, verloor hy. Alle Staten op de Westgrens spanden tegen hem samen. Daar lag de kans op ver nietiging. Op een dag. ten tijde van de regering van Iwan IV kwam er een heel vreemd schip naar de mond van de Dwina Het kwam van de Witte Zee. het was van de grote zee gekomen, die aan het einde van de wereld grenst.. van de zee aan welke de zuilen staan die de w ereld schragen De mensen die erop waren hadden tolken by zich én brieven, gericht „aan alle vorsten, koningen, heren, aan alle rechters der aarde, aan hunne ambtenaren, aan een ieder die enig oppergezag bekleedt in alle land streken onder de onmetelijke hemel...." Wat waren dit toch voor mensen en wie had hen gezonden? Het waren Engelsen, die op weg waren naar hem die weldra Iwan de Verschrikkelijke zou heten Spoedig na hen kwamen de Hollanders, doch een der Engelse zeevaar ders. een zekere Jenkinson. kon zo prachtig vertellen, dat Iwan zich verloor in die verhalen, zoals ten onzent slechts een kind in de verbeelding kan opgaan Jankine, zo noemde Iwan hem. vertelde van de grote zeeén en van de koene mensen die deze bedwongen had den Iwan. volkomen verloren in de verhalen, zag Colum bus naar Amerika gaanen Vasco di Gama naar Indië. Al deze wonderverhalen over rijkdom en macht, over lan den waar geen winter was. geen kou. waren woord voor woord waar Het was zo licht om hem als Jankine vertelde. Jankine werd zijn beste vriend Die ging voor hem met een handjevol mensen de Wolga af, de Kaspische zee over.om in Turkestan, temidden van duizenden vijanden de Engelse vlag te planten. Welk een man. deze Jankine! Welk een onverschrokken heid Duidelijk zag de Tsaar aller Russen hoe wankel zijn positie was. Het Westen was groot en machtig, cn de wereld was tientallen keren groter dan hy ooit had ge droomd! Zijn Rijk moest een uitweg hebben naar zee. zijn volk moest een aandeel hebben in de taak der wereld. Van alle kanten rukten zijn vijanden op hem aan. Fn de Bojaren lieten niet af hem te kwellen. Zijn geliefde vrouw stierf. Hadden de Bojaren die vergiftigd? Het jicht om Iwan verdween. De wreedheid die eens In zyn jeugd als een vloeistof over hem was gekomen, keer de plotseling terug. Alle verzet tegen hem zou aij neer slaan met bloedig geweld. In het tegen hem opgestane Novgorod liet hij 60.000 mensen doden. Het donkere rood van haat kronkelde om hem: Iwan de Vreesaanjagende, Iwan de Verschrikkelijke ontstond! De stem van broeder Silvester klonk zelfs niet meer achter zyn horizon. Zwaar rustte zjjn hand op het ganse volk. Doch het kwam niet in opstand omdat het begreep dat de Bojaren van een in wezen nobel mens een beest hadden gemaakt. Zij waren de vijanden van het volk. Rusland, vreselijke haat. vreselijk zondenbescf, een heel diep heilsverlangen, grote achterdocht. MOEILIJK, oneindig moeilyk is het geweest dit Rijk te grondvesten. Eeuwen waren ermee gemoeid, zo ingewikkeld was het. Eeuwen zullen er voor nodig zijn om het ingewortelde wantrouwen van de Rus in het algemeen, en m het byzon- der tegenover het Westen, te doen verdwijnen. Dit te bereiken, in ónze tyd, dat geven we gaarne toe. is NIET eenvoudig! REIN BROUWER. Kijkjes in de natuur... DE wonderen zijn de wereld nog niet uit! Een oud gezcRde, dat wel eens een beetje afgezaagde uitdrukking wordt, die we gedachte loos gebruiken. Voor iemand, die graag let op wat er in de natuur te beleven valt, ls deze uitdrukking echter was geen gemeenplaats My is de letterlijke betekenis ervan althans heel duidelijk geworden, toen een van mijn vrienden me een zeer zonderling diertje thuisbezorgde, waarvan ik moest zeggen „Nee. zo n wonderlijk exemplaar heb ik ln lanse tijd niet gezien: Het was een Insect, o' eigenlyk een larve van een vlinder, een rups dus Het is namelijk weer rupsentyd. Einde Augustus en gedurende de maand September, kan ik de aanvoer van nieuwelingen weer verwachten Zodra de worteltjes goed in 't lof schieten, komen de eerste rupsen van de koninginnepage te voorschijn, prachtige gioen-oranje diertjes, die aan de schitterende geelzwarte kapel len het aanschijn geven Toch zijn gedurende de hele zomer de rupsen in allerlei soorten ook wel aanwezig, maar het is, alsof zc dan minder In 't oog vallen. Wordt me straks een „bont schaapje" gebracht, een harige „beer rups". een „ringelrups" of een partijtje fluweelgroene dahliarupsen, dan ze? ik: „Zo zo, zyn jullie er ook weer? Nou, stap maar over in je flessen met bla deren, de tafel is gedekt, ga je gang maar. Als je me over een paar weken dan maar een stelletje mooi glanzende en gezonde vlinderpoppen levert". De winter gaan we dan altyd In met een partijtje van die poppen, be waard in een ruime doos of een fles. vorstvrij weggezet voor het volgende jaar. Maar nu dan die vreemde knaap van vandaag. Werkelijk, zo n exem plaar had ik van m'n leven nog niet gezien. Hoewel. nu herinner ik me toch wel dat ik. bladerende in een lijvig boek over vlinders en rupsen, dit merkwaardige type zo in 't voor bijgaan had bekeken met de gedachte: „Och zo n ongewoon exemplaar komt in ons land toch niet voor, dus maar verder bladeren." Inderdaad, deze rups komt in Ne derland weinig voor. hoewel hij enige keren is gevonden in verschillende streken van ons land. Mijn vriend, die het diertje op me af stuurde, had de boodschap erbij gedaan: „Denk erom, als het wat by- zonders is. moet het mijn naam dra gen, hoor!" Hij had iets onthouden van ontdekkers in de binnenlanden van Centraal Afrika of van Nieuw- Guinea. waar de nieuwe diersoorten de naam krygen van die ontdekkers! EEN beetje menselijke ijdelheid? Jammer nu voor myn vriend, dat de bewuste rups al lang vermeld staat in de wetenschappelijke werken, en wel onder de naammaar laat ik eerst iets meer over hem vertellen, zijn naam volgt dan wel. Ieder kent wel een rups Langgerekte diertjes, met een hard. glimmend kopje, een week lichaam, dat duidelijk in leden is ver deeld en voorzien is van een serie korte pootjes, die bij de voortbeweging die eigenaardige hamonika-achtice bewegingen geven, waarvoor vele men sen een beetje bang zyn. Het aantal pootjes by een gewone rups is acht maal twee. Deze poten zijn niet alle gelijk. Vooraan, d.w z. aan de eerste drie leden zitten er drie paar. Dat zijn de borstpoten. Dan vol gen 2 pootloze lichaamsringen. vervol gens 4 ringen met 4 paar achterlijf poten, terwijl het lichaam eindigt met 2 z g. naschuiveis. Deze by zonder heden zullen U waar schijnlijk matig interesseren: toch moést ik ze vermelden, omdat de rups van vandaag ook zo'n verzameling voetjes heeft. By hem zien ze er ech ter hoogsteigenaardig uit! Het eerste paar is een echt paar rupsenpootjes, het tweede en derde paar is lang en Irjkt het meest op vlinderpoten. stel je voor. een rups met lange vlinder- poten (zie de tekening!) terwijl de overige poten veel weg hebben van korte paaltjes. Het vv ónderbaarlijkste aan dit diertje is echter zyn staart stuk! Dit staat in ruststand rechtop en omdat er twee dunnen sprietjes uit steken. die ook al rechtop staan, is het net, of daar. aan het achtereind dus. de kop zit. Ik ben dadelyk op zoek gegaan naar de naam van deze gast en met enige moeite en met hulp van twee kan ten. ben ik die op 't spoor gekomen. Zyn naam is eikhoren, maar zijn we tenschappelijke naam Stauropus fagi I. vind ik veel aardiger. Die naam heb ik me laten uitleggen door een jeugdige student en nu blijkt, dat stauros. een Grieks woord, betekent „rechtopstaan de paal" en pus betekent „voet" of „poot Nu zit ik te puzzelen. Slaan deze woorden op de korte stokachtige pootjes of op het vreemde omhoog- geklapte achterstuk? Of.en dat is een derde mogelijkheid, moeten we het zonderlinge gebergte op de rupsenrug zien als een serie paaltjes? Och och, wat een vragen, wat een hoofdbrekens om een bruin knobbelig levend takje, dat zich van alle bemoeienis geen zier aantrekt en midden op m'n tafel onder het lamplicht doodkalm zit te knagen aan zyn eikenblaadje OOK weer zo iets raars: fagus wil zeggen „beuk" en meneer eet eikenblad als verse groente en hij werd bovendien nog gevonden in een pruimenboom! En wat gaat er nu verder gebeuren met deze zeldzaamheid? Wel. hy komt by ons inwonen! HU heeft de kost vrij en kan rekenen op een onbezorgde ouwe dag. Dat wil zeggen, als zyn tUd is gekomen mag hij veranderen in een pop en deze zal ik gedurende de winter trouw bewaren. Want ik wil beslist weten, wat voor vlinder uit dit pheno- meen nog eens te voorschUn zal komen. Het wachten wordt dus op de eik horenvlinder. Ik hoop. dat ik U dan daarover nog eens iets kan vertellen. S. VAN DER ZEE.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1953 | | pagina 7