Boerenstrijd
T&Xt
tegen
Austrcdië's symbool
Aleoeten
huiselijke haard
Waar Amerikaanse beschaving
Russische invloed verdreef
WEKELIJKS BIJVOEGSEL van het LEIDSCII DAGBLAD - ZATERDAG 12 SEPTEMBER 19.13 - Pagina 2
Duizenden kangoeroes
verwoesten
schapenweiden
Vliegende vossen:
doodsvijanden van lammeren
De vliegende vos, die niet alleen lammeren i
s ook (gewonde) kangoeroes aanvalt.
(Van onze correspondent in Australië)
KONIJNEN de grote nationale plaag van Australië die
het gras voor de schapen wegvreten, worden sinds enige
maanden met behulp van myxomatosis (een verdelgingmiddel)
met millioenen tegelijk naar de andere wereld geholpen. De
productie van de bodem is daardoor belangrijk gestegen en
zelfs kon de schapenstapel met drie millioen stuks worden uit
gebreid. Als het zo doorgaat zullen de weiden binnen afzien
bare tijd 300 millioen schapen kunnen dragen in plaats van de
120 millioen van thans.
WAAR vroeger één schaap per acre
(0.4 HA.) werd geweid en het
konün het grootste deel van het
gras knaagde, grazen er nu drie, sinds
langoor in ettelijke tientallen millioe
nen aan „myxo" ten offer valt.
Maar het ene kwaad is nauwelijks
beteugeld of het andere steekt de kop
op: vliegende vossen en kangoeroes
hebben nu hun kans schoon gezien om
lammeren bij duizenden te doden, af
rasteringen te vernielen en de wel
landen te omwoelen, zodat de grasmat
verwoest wordt en de schapen en lam
meren van honger sterven.
Havikken zien nu ook hun kans
schoon en storten zich op de onschul
dige dieren, die de rijkdom van Austra
lië op hun lichaam dragen.
De boeren hebben zich al geruime
tijd afgevraagd wat er boven hun hoofd
hangt als werkelijk de tijd mocht ko
men, dat de konijnen, waarvan er 3
milliard in Australië zijn, zouden wor
den uitgeroeid. WRnt waarvan zouden
de vliegende vossen (heel grote vleer
muizen! en de havikken dan moeten
leven? Konijnen behoren namelijk tot
hun dagelijks voedsel.
THANS is het in verschillende stre
ken zover dat het konijn er een
zeldzaam dier is geworden. „Myxo''
heeft het mllliardenleger gedecimeerd
en prompt storten hun vijanden zich
op de onschuldige lammeren. Op één
bedrijf, waar 3000 lammeren grazen,
werden er in één nacht meer dan 300
gedood. De boeren zijn nu een inten
sieve Jacht op de havikken begonnen.
Dit is een moeilijk karwei, maar er
worden er nu toch soms 30 per week
neergelegd.
Deze arendvogelszijn geen kleine dier
tjes. Hun vleugelspanwijdte bedraagt
DE
(Van een bijzondere medewerker)
LS een sleutel op de achterdeur van de twee grote continenten Rusland
en NoordtAmerika strekt zich in het uiterste Noorden van de Grote Oceaan
tussen Kamtsjatka en Alaska, de lange eilandenboog der Aleoeten uit. In 1741
werd ze door Bering, een Deen in Russische dienst, ontdekt en de ten Noorden
van deze eilanden gelegen Bering Zee en Bering Straat houden nog steeds de
herinnering aan deze pionier levendig.
Dt eilanden hebben een onregelmatige kustlijn, de baaien zijn er ondiep, vol
riffen en gevaarlijk voor de scheepvaart.
Het water van de warme Japanse stroom ontmoet hier het koude, zuurstofrijke
Noordelijke water, waardoor zich een rijk planktonleven en een overvloed van
vis ontwikkelt. Us, sneeuw en de zo lange winter van het barre Noorden
ontbreken er, maar bijna voortdurend is hier storm, mist en een betrokken lucht.
In een periode van anderhalf jaar heeft men er soms slechts negen dagen een
heldere hemel.
Primitieve jachtmethoden
ZONDER de zee was het
leven der Aleoeten niet
denkbaar: ze jaagden er
op de zee-otter, zeeleeuw, de
zeerob en zelfs op de walvis.
Vóór de komst van Russen en
Amerikanen was er een
overvloed van zeezoogdieren
en men ging toen gezamen
lijk op jacht. In de lichte,
met huiden beklede boten
vertrok men in een brede
halve cirkel en op een on
derlinge afstand van min
stens 45 meter Zo sloot men
de otter, die aan de opper
vlakte kwam om te ademen,
in. Een bekwaam jager
wierp dan een pijl met een
geweerhaakte benen punt
naar het dier.
Werd het niet ineens ge
dood, dan belemmerde toch
de blaas aan het einde van
de lijn, die bevestigd was
aan de pijlpunt, zijn bewe
gingen.
Deze drijver toonde bo
vendien de positie van het
dier. De boten vormden er
dan een dichte cirkel om
heen en andere pijlen wer
den gegooid tot de otter de
strijd moest opgeven. Op de
zelfde manier werd jacht ge
maakt op zeerob en zee
leeuw. De walvis werd met
een vergiftigde lans gedood;
het vergif werd op een ver
nuftige manier aan de op de
eilanden voorkomende mon
nikskapwortel onttrokken.
Met lijnen, zegens en dam-
Kleding en woning
De ingenieuze speer, waar
mee de Aleoeten door hun
grote bekwaamheid in het
speerwerpen, menige vogel
wisten te verschalken.
metjes visten de Aleoeten
voorts in de rivieren naar
zalm, heilbot, kabeljauw en
haring. De zalm werd ge
spleten en op rekken te dro
gen gehangen, voordat ze als
wintervoedsel werd opgesla
gen. Van de vogels at men
oa. aalscholvers, eenden,
ganzen, sneeuwhoenen en
meeuwen. Ze werden gevan
gen in netten en strikken,
vervaardigd van baleinen of
pezen.
Vliegend vangnet
Vliegende vogels ving men
met de „bola". een slinger
wapen bestaande uit 4 tot 6
koorden van een halve meter
lengte, die aan één uiteinde
waren samengebonden en
elk een steentje aan bet
vrije eind hadden. In de
Op één farm werden onlangs 2000
kangoeroes geschoten, waarvan 60 op
één nacht, maar de geplaagde boeren
konden niet merken, dat deze uitdun
ning had geholpen, om hen van hun
vijanden te bevrijden, want de huppe
lende en springende diprotodonten
kwamen in even groten getale weer op
zetten. In één district werden er meer
dan 100.000 gesignaleerd!
EïN kangoeroe wordt vaak be
schouwd als een speelkameraad
voor kinderen. Voorzichtigheid Is
echter geboden, want het dier kan
plotseling aanvallen zonder enige re
den. zoals een 11-jarig meisje over
kwam in Perth. Zij werd ernstig ge
wond en moest in het ziekenhuis wor
den opgenomen Er zijn tientallen
verschillende soorten kangoeroes, tot
7 voet lang (of hoog, zo men wil),maar
de kleinere soort, de Wallaby, is soms
niet groter dan een meter.
Wat de kangoeroes, afgezien van zijn
beeltenis op de Australische munten
en postzegels, voor Australië betekenen
(afgezien ook van de ellende, die zij
de boeren bezorgen) wordt duidelijk,
als men weet, dat er meer dan een
millioen kangoeroes-huiden per Jaar
worden geëxporteerd.
De kangoeroe is grijsbruin van kleur,
of blauwgrijs, soms donkerbruin of
roodbruin en is, zoals men weet. een
buideldier. In haar buidel voert zij het
Jong mee, na de geboorte zeker nog
bijna zes maanden. Kort geleden werd
een geheel witte Jonge kangoeroe In
de buidel van een gedood dier gevon
den. Het wordt nu verder opgevoed in
de dierentuin van Sydney als een by.
zondere speling der natuur.
Kangoeroes leveren behalve hun huid,
ook nog andere waardevolle dingen!
Allereerst soep, want soep van kan
goeroe-staart is een typisch Australlscn
gerecht. Van de staart wordt verder
gelatine gemaakt, dat gebruikt wordt
bij de fabricage van ballen.
Verder is de galblaas van nut. omdat
sinds enkele weken een Austra
lische professor de gal er aan onttrekt
en daarmee proeven neemt om er
synthetische cortisone uit te maken.
Cortisone is een modern geneesmiddel!
o.a. gebruikt bij de behandeling van
patiënten, die aan bepaalde rheumati-
sche ziekten lijden.
En tenslotte ls de kangoeroe, die
nergens anders ter wereld in het wild
voorkomt, het symbool van Australië
Zélf: „Kangoerocland".
zes tot zeven voet. Een zo'n vogel ls ln
staat verscheidene lammeren op één
dag te doden. Vandaar de grote verlie
zen. die de schapenhouders en lam-
merenfokkers in de laatste weken heb
ben geleden. Ook de vliegende vossen
storten zich op de lammeren, nu het
konijnenvoedsel minder is geworden.
In vier weken schoot één boer 30
vliegende vossen en 500 kangoeroes.
Een ander legde honderd „vleermui
zen" neer. Dit is geen kleinigheid, als
men weet, dat deze vleermuizen ge
vaarlijke heerschappen zijn, die zeer
agressief kunnen zijn en zelfs laf
hartig gewonde kangoeroes aan
vallen.
Kangoeroes, hoe eigenaardig zij er
In de dierentuin of op een plaatje
ook uitzien, kunnen eveneens agres
sief zijn. In het binnenland huppelen
ze met grote sprongen, dikwijls dwars
over de wegen in het lichtschijnsel
van de auto's, net als konijnen. Hoe
leuk zo'n ervaring ook is voor een
immigrant, die dit voor het eerst ziet,
het ls allesbehalve prettig, wanneer
deze buideldieren in groepen van
honderden de schapenfarms bezoeken
en daar de wellanden en de afras
teringen vernielen.
Eén kangoeroe eet per dag evenveel
gras als vijf schapen. Het is dus
geen wonder, dat bij zo'n druk be
zoek de schapen geen voedsel genoeg
meer vinden en de boeren tiendui
zenden guldens schade lijden.
EEN ZOEKLICHT OP DE BOEKENMARKT
Wel en wee van de
Dat deze drie boeken tezamen hun bespreking krijgen, komt voort
uit hun overeenkomst en in zekere zin ook waar het het boekje van
Martie Verdenius betreft uit hun tegenstelling. Hun overeenkomst
ligt in het onderwerp, het huiselijke milieu, hun tegenstelling in het feit,
dat twee van deze boeken geschreven zijn uit een behoefte tot getui
gen, en wel die van Madeleine Joye en Marie Killilea en het derde
het werk is van iemand die, hoewel eveneens met het dagelijks bestaan
geoccupeerd, typisch een schrijfster is, dus er op uit haar bevindingen
zo raak mogelijk en zo persoonlijk mogelijk te boek te stellen, hoewel
eveneens tot leringe en bovendien tot vermaak van haar lezers.
Madeleine Joye. Het was mijn
kind niet. (H.P.Leopolds Uit
geversmij. Den Haag 1952)
is interessant om het geval. De familie
Joye namelijk is in het bezit van een
tweeling, ter wereld gekomen in een
kraaminrichting waar men blijkbaar
nogal wild met de levende have om
sprong. Want wanneer de beide zoontjes
naar school gaan, blijkt in diezelfde
eerste klasse een knaapje te zitten, dat
inderdaad als de befaamde twee drup
pels water lijkt op een van de beide
zonen Joye, terwijl de andere ver
meende tweelingbroer zeer afwijkt
in gestalte en aanleg. Als blijkt dat die
knaap op dezelfde dag in hetzelfde
ziekenhuis geboren is als hun tweeling
worden de ouders achterdochtig. Er
wordt een medisch onderzoek inge
steld, dat uitmaakt dat de twee op el
kaar zozeer gelijkende kinderen inder
daad een ééneiige tweeling vormen en
de kantonrechter gelast uitwisseling
van de beide jongens. Het drama in de
harten van moeders en kinderen, dat
het gevolg is van deze ijsbaarlijke ver
gissing, is een goede waarschuwing
voor kraamverpleegsters om pasgebo
renen niet te lichtvaardig in wiegen te
deponeren waar zij niet in horen.
is de geschiedenis van ouders, die met
hand en tand vechten om hun spasti
sche kind een kind met een afwij
king in de hersenen waardoor de spie
ren niet op de juiste wijze bediend
kunnen worden op te voeden tot een
zo normaal mogelijk schepsel, dat hoe
wel met de grootste inspanning toch
functionneert als een gewoon mens.
Ongetwijfeld is dit een boek waar
ouders met een dergelijk kind veel
aan zullen hebben en de Bond van
Ouders van Spastische Kinderen be
veelt het dan ook terecht warm aan.
Wie echter dit boek zal lezen alleen
uit belangstelling voor de onheilen, die
het maatschappelijke leven herbergen
kan, zal ook iets van zijn gading vin
den. Hij kan zich verheugen omdat dit
leed, dat een ieder schuldeloos kan
treffen, zijn deur voorbij is gegaan en
hij zal getroffen worden door een beeld
van innig gelukkig gezinsleven, on
danks de zware last, welke deze familie
op de schouders gelegd is.
Dit boek komt uit Amerika, uit de
Verenigde Staten om het juister te
zeggen, zodat men er ook de con
clusie uit kan trekken, dat daar ook
rustig en burgerlijk geleefd kan wor
den zonder gerag in auto's, drinkge
lagen, brute erotiek en andere ver
schijnselen van levensmoeheid.
Martie Verdenius. „Je kunt niet
alles hebben, zeggen ze...."
Elsevier. Amsterdam 1953.
De cabaretleidster Martie Verdenius
ontpopt zich in haar kleine boekje
eén verzameling schetsen die het
weekblad „Elsevier" versierd hebben
als een voortreffelijke schrijfster
van het luchtige genre. Haar luchtig
heid is echter geen oppervlakkigheid,
maar een verworvenheid uit levens
ervaring. Bovendien is zij een meesteres
in het vinden van het juiste woord op
de juiste plaats.
De twee kinderen van deze schrijf
ster treden nogal eens op in haar
schetsen en het is bepaald verademend
nu eens niet iemand zichzelf te zien
voorstellen als de modelmoeder, met
het hart vol tedere-kinderzieleffecten,
maar ronduit als een mens, een mens
dat gehinderd kan zijn, een mens met
niet meer opofferingsgezindheid dan
de gemiddelde moeder op kan brengen,
iemand met gezond verstand en een
humoristische kijk. Het is dan ook niet
te verwonderen dat de kinderen van,
deze moeder kleine persoonlijkheidjes
zijn, wie niet geleerd is hun eigen aard
te vervormen tot de algemeen geldige.
De controverse tussen verwachting en
realiteit, een goedmoedige spot ten op
zichte van het mannelijk geslacht en
een soms vinnige scherpe kijk op het
vrouwvolk komen verder tot uiting.
De humoristische schets is zeer in de
mode tegenwoordig, maar Martie Ver
denius kan er nog best bij, daar zij
verschilt van haar collega-humoristen
door een grotere afzijdigheid, geen
spoor van zelfbeklag en een volkomen
afwezigheid van wat men verstaat
onder 't begrip „burgerlijk". Maar laat
haar nu niet tot in de eeuwigheid door
gaan en eens iets van langer adem
proberen. Hoewel, je kunt niet alles
hebben, zeggen ze....
CLARA EGGINK.
Van primitieve jagers tot „geciviliseerde"
burgers
Tevens belangrijke Amerikaanse marinebasis
lucht geworpen verspreidden
deze koorden zich als de
spaken van een wiel en
gel raakte, werden de andere
direct om vleugels en
lichaam van het dier gesla
gen. waardoor het op de
grond neerstortte.
Behalve deze bola kenden de
Aleoeten nog een bijzonder
soort speer voor de vogel
vangst. Deze was ongeveer
anderhalve meter lang en
had een benen punt met vele
weerhaken (zie afbeelding)!
Op korte afstand van deze
punt waren 3 soortgelijke
armen met weerhaken
straalsgewijze zó geplaatst,
dat ze van de steel met een
scherpe hoek uitschoten. De
ze speer was zeer doeltref
fend, daar ze met haar 4 ge
weerhaakte punten vrijwel
gelijkwaardig werd aan 4
dicht bij elkaar geplaatste
speren, die door het lucht
ruim vlogen.
Mannen e
droegen het gehele
jaar door een lang, op
een hemd gelijkend kleding
stuk. Dat der mannen was
gemaakt van vogelhuiden,
terwijl de kleding der vrou
wen van de huid van de
bontrob of zee-otter ver
vaardigd werd en een geheel
opleverde, dat menig me
vrouwtje uit de Apollolaan
te Amsterdam zou doen wa
tertanden.
De rechthoekige woningen,
barabara's genoemd, behoor
den tot het Aziatische type
holwonlng. Ze waren diep in
de grond gezonken, hadden
koepelvormige daken van
drijfhoutbalken of walvis
been, bedekt met lagen
droog gras, waarop weer zo
den rustten. Een kleine dak
opening diende als ingang,
schoorsteen en venster, een
ingekerfde boomstam fun
geerde als trap.
Soms waren dit gemeen
schapswoningen en dan wel
70 meter lang. In dat geval
herbergden ze maximaal 40
gezinnen of 150 mensen. Elk
gezin beschikte over afzon
derlijke vertrekken. door
grasmatten van de andere
afgeschermd,
Stenen lampen, die brand
den op olie van zeezoogdie
ren, gaven licht en warmte.
Oorspronkelijke religie
VOOR de komst der
vreemdelingen geloof
den de Aleoeten in
geesten en bovennatuurlijke
wezens, wier kracht in alle
dingen, van rotsen tot dieren
toe, eeuwigdurend aanwezig
was.
Eén klasse van goden re
geerde over de zee, een an
dere over de aarde en een
derde over de hemel. Ze
konden zorgen voor een
goede jacht, bescherming
bieden en alle behoeften be
vredigen.
Op gewijde plaatsen brach
ten oude mannen offers;
vrouwen en jonge mannen
mochten daar volstrekt niet
komen, op straffe van vroeg
tijdige dood of krankzinnig
heid.
Moreel stonden de Aleoeten
op hoog peil: als de meest
oneervolle misdaad gold b.v.
het verwaarlozen van de
ouders; jegens hen werd de
kinderen liefde en respect
bijgebracht. Voorts leerden
ze hun kinderen achting
voor de ouden en zwakken:
jachtbuit moest altijd met
hen worden gedeeld.
Bestraffing van een kind
gebeurde zelden: het bijna
enige zeer doeltreffende
middel was het onderdompe
len van een hullend kind in
sneeuw of koud water.
Hoe de mannen hun
overwicht handhaafden
Teneinde het overwicht
van de man te handhaven
voerde men naar behoefte
een spel op, waarvan de ge
heimzinnigheden alleen aan
de mannen bekend waren.
Deze moesten daarover zwij
gen. op straffe van een ge
welddadige dood. Niet vóór
de komst van 't Christendom
ontdekten de vrouwen hoe
ze steeds bij de neus geno
men waren.
Bij dit spel verliet een
aantal mannen het dorp on
der het voorwendsel op
jacht te gaan. Enige dagen
na hun vertrek strooiden de
mannen thuis het praatje
rond, dat er een ramp over
de gemeenschap zou komen.
Door zeer beangst te doen,
brachten ze de vrouwen er
toe in enkele barabara's hun
toevlucht te zoeken.
„Helden" contra „Duivels"
Plotseling werd dan bulten
een groot tumult gehoord en
een uitgezonden dappere
man kondigde aan dat er
duivels op komst waren. De
ze duivels (de door een
graskleurig kledingstuk on
herkenbaar vermomde „Ja
gers") lieten zich dan onder
een oorverdovend gebulder
en gefluit door de openingen
In de baraba's vallen midden
tussen de angstige vrouwen.
De in het dorp gebleven
mannen leverden een held
haftige strijd en overrompel
den en verdreven uiteinde
lijk de belagers.
Geesten en duivels speel
den een zeer grote rol in het
geloof van de Aleoeten en
daardoor wordt het duide
lijk, dat de vrouwen zo be
vreesd waren. Dat maakte
hen gehoorzamer en trouwer
dan anders wellicht het ge
val zou zijn.
Het Russische bewind:
massamoord en slavernij
Vanaf de ontdekking in
1741 zwierven Russische
bontjagers door het gebied.
De argeloze bevolking werd
bij duizenden vermoord, de
overlevenden wreedaardig
geëxploiteerd en vernederd
tot slavernij. Terwijl hun
Vroeger werden de doden
in grasmatten of huiden ge
wikkeld en in droge, verbor
gen holen opgehangen, ter
wijl rijke Aleoeten ook wel
bijgezet werden in boten, die
aan palen werden opgehan
gen. Veiligheidshalve waren
deze boten dan eerst voor
gebruik onklaar gemaakt.
Van de Russen namen de
Aleoeten nu de gewoonte
over om hun doden in kisten
op kerkhoven te begraven.
Het proces der
veramerikanisering
In 1867 werden de eilanden
door Rusland aan de V.S.
verkocht. Hoewel de nieuwe
regering het lot der bevol
king aanzienlijk wist te ver
beteren, kon haar cultuur
niet meer gered worden: de
ze was reeds volkomen ge-
Nieuw verdrong het oude!
Thans gebruiken de Aleoe-
ten evenals wjj cakes, gebak,
oliebollen, koffie, thee en
suiker; ook zijn ze verwoede
rokers geworden. Hun vrou
wen zijn zelfs naar Ameri
kaanse maatstaven goede
koks, dankzij de opleiding
aan de Gouvernementsscho-
len, welke in recente jaren
op de eilanden gesticht wer
den. Moderne blokhuizen,
gebouwd op palen en plan
ken die uit Amerika betrok
ken worden, zijn nu zeer in
trek gekomen.
De kleding is van Ameri
kaanse makelij en van Euro
pese mode: het oude beeft
afgedaan!
Alle bewoonde eilanden
bezitten thans Amerikaanse
scholen en de Engelse taal
vervangt de oude, in onbruik
aantal ln 1747 geschat werd
op 20.000, vinden we een
eeuw later nog slechts 900
bewoners opgegeven.
De Russische „beschaving"
ontnam de bevolking alles,
waarvoor slechts weinig
werd terugontvangen.
Volkomen ongeremd door
wet of geweten maakten, ge
durende de gehele Russische
periode, bontjagers jacht op
otters en robben.
Daardoor werden de Aleoe
ten beroofd van de oorspron
kelijke voedselbronnen en
-zeerob, zee-otter en walvis
zijn nu, afgezien van de
kwekerijen, bijna geheel uit
geroeid.
De Russische priester Ve-
niaminov leerde de Aleoeten
hun eigen taal in geschreven
vorm gebruiken. Zijn vurige
pleidooien voor een mense
lijker behandeling der bewo
ners hadden weinig effect.
Sedert zijn tijd, 1830, vol
trok de Russisficatie zich zo
snel dat, waren de eilanden
in 1867 niet door de V.S.
aangekocht, de taal der
Aleoeten door de Russische
zou zijn verdreven.
Door het ijverige beke
ringswerk van Veniaminov
gingen de Aleoeten tot de
Grieks Orthodoxe leer over.
Ze zijn thans van alle door
de Russen onderworpen
„primitieven" de meest ver
knochte aanhangels van deze
religie.
De barbarahet Aziatisch
type holwoning dat vóór
vreemdelingen op de Aleoe
ten hun invloed deden gel
den, op deze eilanden zeer
verbreid was.
broken en zo goed als uit
gestorven. het doden van de
bontrobben werd aan stren
ge selectiebepalingen onder
worpen en onder auspiciën
van de regering uitgevoerd.
Alle volwassen mannelijke
Aleoeten van de wat Noor
delijker gelegen Pribilof
Eilanden zijn thans staats-
arbeiders en nemen aan het
slachten der dieren deel. De
huiden worden gedroogd en
gezouten alvorens ze naar de
fabrieken te Londen en Pa
rijs gaan om daar verduur
zaamd en geverfd te worden.
Elk familiehoofd heeft een
rekening bij het Regerings
magazijn, waar hij zich van
zijn loontegoed confectiekle-
ding, geïmporteerd voedsel,
instrumenten, luxe artikelen
ete. kan aanschaffen.
geraakte eigen taal. Ook de I
gebeden zijn in het Engels j
vertaald.
Verdwenen bevolking
De Japanse Invasie irof In
1942 de westelijke eilanden
Attu en Kiska. Na de her
overing bleken alle bewoners
verdwenen; hun lot is nog
steeds een mysterie.
In de jongste oorlog speel- j
de de grote Amerikaanse jj
marinebasis Dutch Harbor,
gelegen op het hoofdeiland I
Unalaska, een zeer belang- d
rijke rol. Van hieruit ope- I
reerden de Amerikanen W 1
dit gebied. I
Na de oorlog werd Dutch
Harbor nog aanzienlijk ver-
sterkt en thans behoort bet
tot één deb belangrijkste J
Amerikaanse marinebases. I
In de laatste eeuwen on-
derging de gehele levenswil" I
ze van de Aleoeten dus een
ingrijpende verandering; be-
langrijke cultuurelementen
als taal en godsdienst wijzig-
den zich zelfs volkomen.
Hun woongebied vorm» II
thans 'n schakel tussen Oost fl
en West en wordt van s|ee^ I
groter strategisch belang-
Moge de nu weer in aantal j
groeiende bevolking een pe* N
riode van grotere stabiliteit n
tegemoet gaan.
J. H. van den Brink i