LORENTZ Hendrik Antoon Leids hoogleraar vestigde faam der Nederlandse natuurwetenschap V bur,„„.„d. MSSys WEKELIJKS BIJVOEGSEL van het LE1DSCH DAGBLAD ZATERDAG 24 JANUARI 1953 Pagina 1 Groot als geleerde, docent en mens danks het feit dat zij zich daaraan uit sluitend kunnen wijden, slechts zelden hebben getoond. De zuiver wetenschappelijke arbeid van prof. Lorentz is geweest het uit werken van een onderzoekingsprogram ma. dat hij als het w'are had uitgestip peld in zijn proefschrift ..Over de theo rie der terugkaatsing en breking van het licht". Lorentz verdedigde de stel ling, dat het licht een electro-magneti- sche trilling is, uit welke aard velerlei tot. die tijd toe niet begrepen verschijn selen te verklaren vielen. Het is niet mogelijk, in zo kort bestek als een kran ten-herdenkingsartikel op voor de leek begrijpelijke wijze in te gaan op deze materie. Een van zijn grootste triomfen be leefde Lorentz toen een op basis van deze gedachtengang een door hem zuiver theoretisch voorspeld ver schijnsel, namelijk de splitsing van spectraallijnen onder invloed van een magnetisch veld later door zijn leer ling en nadien medewerker prof. dr P. Zeeman experimenteel werd beves tigd. Lorentz als theoretisch ziener en Zeeman als degene, die in uiterst moeilijke experimenten de juistheid van het voorspelde verschijnsel aan toonde. deelden in 1902 de Nobel-prUs voor Natuurkunde, de hoogste onder scheiding die een geleerde ten deel kan vallen buiten de dankbaarheid en waardering van zijn leerlingen en voortbouwers op zijn arbeid. Deze prijstoekenning sprak temeer, .4. Lorentz. eminent geteerde. Wicldcr docent, cn bovenal groot Mmens. •'levenslicht aanschouwde en een kwart eeuw geleden de wetenschap en de gemeenschap van zijn land en de wereld ontviel. De enorme vlucht die de natuurwetenschap sindsdien heeft genomen, heeft de waardering, erkentelijkheid en bewondering voor - het werk van deze geleerde ongeschonden gelaten, mede doordat hij .^niet alleen uitblonk in wetenschappelijke zin, doch tevens een ieder 'zijn vriendelijkheid van hart en nederigheid van gemoed deelachtig deed worden door gul en gaame te schenken van de gouden gaven van zijn verstand. Niet in de laatste plaats de mens Lorentz zal in het centrum van de -herdenking in zijn geboortestad Arnhem staan. Met Zeeman eerste Nederlandse Nobelprijswinnaar Woekeraar met mede echter geenszins bedoeld wordt af stekend gevolg aflegde. Op deze KBS werd zijn le vensbestemming Hildebrand en nu Met spanning verbeid ik ieder maal het plaatje over Leiden van een halve eeuw geleden! Mün ogen staan wijd van ver wondering over het sterk veran derde aspect, zo ten goede, dan wel ten kwade. In Hildebrands tijd. toen diens „Camera Obscura" als opzienba rend geschrift het licht der wereld zag. was alles in onze oude Veste nog vrediger, nóg rustiger, nóg in tiemer, dan wat door middel van deze boeiende beeldenserie wordt voorgelegd. Ik vraag me af. hoe Hildebrand, die de Breestraat en het Rapen burg. de Stcenschuur en de Sta tionsweg kende in de diepe stilte, nü slechts heersend héél vroeg des Zondagsmorgens, zou reageren op het heidens gewoel van langwer pige Blauwe Trams, van slierten jakkerende auto's, van colonnes fietsers en brommers, van horden elkaar op de tenen trappende wan delaars, af en aan deinend op alle uren van de voorbijschietende dag. Hildebrand, van ruim een eeuw geleden, zou schrikken van dit tempo, van deze aan waanzin grenzende overbevolking, van deze volgestampte trams, van deze door hogeihand listig gedirigeerde knip perlichten: rood en groen. Hij zou zich amechtig op de bank, gewijd aan de goede de Gij- selaar zetten en zich met kloppend hart afvragen, wié gek geworden was: Leiden of hijzélf. Daarna zou hij wankelen naar zijn kamer op de Breestraat en voor het venster uitkijken naar de wirwar daar beneden, zoals ik dat wel eens pleeg te doen achter het raam van eefi mijner goede vrien den. omdat het gezicht er zo ge zellig en zo afwisselend is. Maar Hildebrand zou het he'.e- mó&l niet „gezellig" vinden: hij zou nauwelijks durven oversteken naar zijn lieve vriendin Minerva, hij zou maar stil en bedrukt ter neer zitten, het arme hoofd schud den over zóveel gevlieg, zóveel la- Voorzichtig zou ik hem een arm geven en meenemen door het jach tend straatgewoel. Dan zou lk hem het nieuwe sta tion wijzen, badend in schitterend néonllcht en hem vragen, wat hij ervan vond. Hij zou het misschien verrassend, maar toch ook angstwekkend vin den: dat felle licht, die suizende Diesels, die helle hal. die op en neergaande spoorbomen, die hopen wachtenden, in trams, op fietsen, of zo maar te voet, op hun weg naar „Leiden-aan-de-overkant". of het allang niet meer landelijke Oegstgecst. Ik zou hem tot bedaren brengen en bovendien nog moeten zeggen, dat er bij Posthof of Franziskaner- brau in de Paardcnsteeg helaas geen kop koffie meer te krijgen is. Ik zou hem tronen naar een van de moderne, luxueuze Leidse éta blissementen en hem daar een cocktail of een nóg pittiger drank serveren en hij zou nóg opwinden der of jammerlijker taal gaan spre ken en snikkend uitroepen: „Geef mij maar m'n stille kamer, wsar ik mijn Camera Obscura schreef bij het zachte schijnsel van mpn nu we, trouwe petroleumlamp". En we zouden terugkeren, schuw uitkijkend naar razende auto's of schei-fluitende complexen van de N.Z.H.VM., we zouden af en toe een por krijgen van langsschie- tende lieden en dan de krakende, smalle en hoge trappen van wel eer opklauteren, om bezweet en moe te gaan zitten in de zachte fauteuil uit overgrootvaders tfid, misschien wéér voor het raam, maar liefst met de gordijnen pot dicht en het venster toe We zouden zacht spreken over een eeuw geleden, toen Leiden nog lang niet uit zijn grenzen barstte, toen het leven niet één rennen naar de dood toe was. toen cr nog geen onwezenlijk „Limelight" be stond. maar alléén het licht van een rustig, zich op blijvende waar den bezinnend bestaan en Hilde- biand zijn onschuldig vertier zocht bij het verrassend veiguldavondjc van bakker de Groot, wiens deli cieuze taartjes voor een duit te krijgen waren. Maar de over de daken sche rende. brommende vliegtuigen zou den ons in 't avonduur aan 't ver stand brengen, dat er tegenwoor dig wat anders te koop is. dan het geen waaraan een Hildebrand zich te goed deed. Het gekke nu is. dat U en ik daar soms. heel even. als met een vleug van onbedwingbaar heimwee naar terug verlangen: naar die onbezorgde sfeer van vroeger, waarin zo'n goedmoedig boek als de Camera Obscura kon ont staan Waarom we 't nu met het uit zichtloze „25ste uur", het lugubere „Achter het ijzeren gordijn" en George Orwell's verbijsterend 1984 moeten doen, is géén raadsel. Omdat we een eeuw verder zijn gedraaid: en een eeuw betekent immers vooruitgang? bepaald door de grote liefde voor de natuurkun dige weten schappen van zijn leraar Van der Stadt. Deze HBS draagt nu de naam van Lorentz als blijvende herinnering Vriendelijkheid van hart en nederigheid van gemoed deden hem gul en gaarne geven van zijn gouden verstand i de rol, die de school In de levensloop van de ten aanzien xan dit probleem verhin- grootste Nederlandse natuurkundige dert de aard van ons artikel een meer heeft gespeeld. Zijn verdere ontwikkeling tot de po sitie, waarin Lorentz zün levenswerk zou verrichten, tekent zün büzondere gaven en rechtvaardigt de hoge ver wachtingen, die van hem werden ge koesterd: In 1869 eindexamen op 16- populaire uiteenzetting. Internationaal-niveau Buiten het zuiver wetenschappelijk werk van prof. Lorentz heeft deze ont dekkingsreiziger in de physica zich de dank van de wereld verworven door zijn arbeid in de tweede kwart eeuw van jarige leeftyd, acht maanden later het zijn Leids hoogleraarschap. Alom In de Voor zover in de internationaal sterk verweven wetenschappelijke wereld over nationale wetenschapsbeoefening gesproken kan worden, behoort ons land de laatste eeuw tot de grote mogendheden van de physica, zoals het eens behoorde tot de groten naar territoir, naar mili taire macht, naar schilderkunst. Vele zijn de De Ruyters en Rembrandts van de natuurwetenschappen die ons land en in het bijzonder Leiden tot een der vooraanstaande centra der wereld hebben gemaakt, achter geen hunner namen echter gaat een groter geleerde, docent en mens d®a^ hdeet ^rst^ware^twgek^nd Lorentz schuil dan achter die van Hendrik Antoon Lorentz, wiens fundamentele ppy-1sdedj®zame"Nmj1 jZe^?an de eer!,e arbeid in belangrijke mate het physisch gebouw heeft geschapen welks deel viel. Nadien "elmten^ultshfitend uitbouw de laatste decennia zulk een revolutionnair verloop neemt, dat ^ez^^oogste^er^Kame^l'ngh het over de ganse maatschappij torent, daarover vergezichten opent Onnes en Enthoven. Nederland heeft ar- Zlch ln de Nobel-erelijst wel een uitzon en schaduwen werpt. derlijke plaats in de physica verworven. Zelden slechts is een geleerde nog tijdens lijn leven sulk een eer. ól"d^S,r'"i grond'! betoon ten deel gevallen als deze Leidse hoogleraar, toen uit de sla,f •egde. 3Verdere onderzoekingen over ver- hoogste kringen in den lande en uit wetenschappelijke kringen van de schijnselcn van het licht en daarmede ganse wereld talloze- groten samen stroomden om hem in 1925 te op het°ookrthans^nog*'morthjlcrte^en huldigen bij zijn gouden doctoraat. J"*"'rvS'T"1' terrein v»n de 3 3 natuurkunde, de problemen rond tijd. Thans maakt de wereld der wetenschap zich op om zijn nagedach- ruimte en energie. Lorentz werd op dit t i i j i ii i terrein de voorloper en wegbereider van tenis te eren naar aanleiding van het leit, dat hij een eeuw geleden het zijn evenknie en (Leids Universitair ge sproken! collega, prof. Einstein. Lorentz beredeneerde theoretisch, dat een lichaam verkort wordt in de rich ting van zijn snelheid en wel zodanig, dat bv. een staaf van een meter, gele gen in de richting van de baan. die de aarde om de zon beschrijft, een twintig- duizendste millimeter korter is door die beweging dan de „werkelijke" meter. Van deze ontdekking uit heeft Ein stein zyn relativiteitstheorie ontwik keld, waarover Lorentz korte tüd la ter college gaf niet alleen aan studen ten maar ook aan hoogleraren en aan Einstein zelve, die nadien Ter- klaarde zün eigen theorieën nog nim mer zo duidelijk uiteengezet te heb ben gehoord en ook te hebben begre pen.... De electromagneet die Zeeman ge bruikte om de door Lorentz op theoretische gronden voorspelde splitsing van spectraallijnen onder invloed van een magnetisch veld aan te tonen. Voor het aantonen van dit later Zeeman-effectge noemde verschijnsel deelden Lorentz en Zeeman in 1902 de Nobel-prijs voor natuurkunde. Beneden op de foto voor de magneet enkele pool- schoenen, die bij de proefnemingen werden gebruikt. Dit historische instrument vormt thans een onder deel van de rijke collectie van het Natuurwetenschappelijk Museum aan de Stcenstraat. (Foto Leidsch Dagblad, Van Vliet) Woord van Bezinning Gesprek met een afgedankte Kerstboom slln note werkkracht, heldere Beest, 'n.S.!,CLbtK1.P hulpvaardige hand en ontvankelijk hart. Gaven van het verstand, zo wist Lorentz sinv nS' zelve maar al te troed epven ceen erend f*emden n?ct zUn al spoedig blykende tot achting en bewondering, doch woe- "ltz°nderii)ke intellectuele begaafdhe- Buitendien heeft Lorentz een belang- keren met die gaven in de omstandig- df"; ia«-j nj e .?t00t gegeven tot de ontwikkeling heden waarin men is geplaatst bepaalt haar Ondeiwijswet van 1863 in die ja- van de electronen-theorieën, d.w.z. het ren de aangewezen weg voor de o:it- begrip omtrent de structuur van de ato- Lorentz heeft In zijn levensarbeid de heden waarin men is geplaatst bepaalt ■utandichcdcn v„l„> rocegch.d. wo.r- ™r"ended ph.jto.dtf MjnW; 1806 tf.mjü» SZZVSS^iS^ZiSSi breuk ie doen aan de bewondering voor hem gunstig, dat hü op 18 Juli 1853 ge- V^hpm t^f itand weikfh k materie werden be- Bijn weik en zijn persoon. Want als boren werd als zoon van een niet onbe- schouwd. Aan hem is het in die tijd een ander verstond hü de gave. de om- middeld kweker in Arnhem cn een ln- baanbrekend inzicht te danken geweest, tandigheden dienstbaar te maken aan tclligentc moeder, waardoor in zün ml- het toelatingsexamen met uit- dat de materie uiteindelijk niet uit tal loze ondeelbare van aard ver schillende ato men bestaat, doch uit atoom kernen en daar om heen wen telende electro- nen en dat de aard der mate rie slechts be paald werd door de samenstel ling van de atoomkern en het aantal electroncn per atoom. Ook voor Universitair onderwijs toen nog noodzakelijke staatsexamen, op 17-Ja rige leeftijd student in de wis- en n wereld was zijn faam doorgedrongen, en de bescheidenheid en nederigheid, hulpvaardigheid en intellectuele virtuo siteit die hem eigen waren heeft hü in de internationale wetenschap ook op tuurkunde te Leiden, een m plaats ander terrein zich onsterfelüke verdien- van de reglementaire drie jaar later sten geoogst. Talloze congressen en bijeenkomsten droegen ln het begin van „met de hoogste graad geslaagd voor dp twintigste eeuw zijn stempel. Hü het candidaatsexamen. op 18-jarige stimuleerde en verwezenlükte een nau- school in zijn geboortestad Arnhem, over de gehele wereld, hü bezielde de op 20-jarige i.e-.ijd in .0,3 ge.iaagd voor het doctoraal examen waarvoor kort voor zijn onherroepelijk afscheid, zelfstudie naast zün leraarsambt de Zeer belangryke arbeid verrichtte hü voor de Kon. Academie van Weten basis legde, op .„-jarige leeftijd „doe- schappen, die ter gelegenheid van zijn verdedi- gouden doctoraat de „Lorentz-medaille" in het leven riep. Ondanks zijn vele in een proerschrtrt dat op de tcrnationale contacten, de véle aanbie- ijd dingen uit het buitenland, die hem tot intensiever wetenschappelijke arbeid zouden in staat stellen dan in Leiden, waar zün aandacht ook voor het onder wijs gevraagd werd. bleef Lorentz tot het laatst toe Leidenaar, zelfs toen hü wul hü een aanbod van een wiskun- naar Haarlem geroepen werd als cura- dige leerstoel in Utrecht van de hand Jor,van de Teyler-stichtlng. Zijn werk ln kader van de Volkenbond is zeer be langrijk geweest. Grote nationale verdiensten verwierf Lorentz zich als voorzitter van de Staatscommissie voor het Zuiderzee- vraagstuk. In die functie heeft hij ons land een directe besparing van tiental- Het levenswerk van prof. Lorentz kan len mlllioenen geschonken, door op Enige tijd geleden zag ik, ergens ln een gracht, een Kerstboom dri ven Dat beeld wilde niet zo spoedig uit mijn herinnering verdwijnen. Het bracht mij aan het denken. En so ontstond een heel gesprek Toen ik namehjk ln mijzelf dacht: „Een triest gezicht, zo'n afgetakel de Kerstboom in het grauwe water van de gracht", kreeg ik ten ant woord: „Met mij móet Je geen medelijden hebben. Het heeft mij immers een grote voldoening en een grote vreugde gegeven anderen te mogen dienen. (Doen jullie, men sen, dat ook steeds, tegenover el kaar. thuis en op straat, in of buiten de kerk?"). „Maar", peins ik hardop, „het was toch een ontzettend ogenblik, toen je bü de wortels werd afge zaagd?" „Jawel", is het antwoord, „ik wist, dit is een begin van het einde. Toch heb ik met de laatste resten van mün kracht veel voor anderen mogen zün. Dat is een feest op zichzelf. (Kennen jullie, mensen, die vreugde ook?"). Beschaamd luister ik verder, want de boom zegt: „Het is mü opgeval len. dat de mensen zo weinig tijd hebben en ook dikwijls zo weinig tüd méken om de intieme, feeste lijke sfeer van de huiskamer met elkaar te genieten. Waarom blüft dat beperkt tot enkele uitzonder lijke gelegenheden? Hebben de mensen elkaar niet elke dag nodig, juist wanneer alles „gewoon" is? Vergeet vooral niet, hoeveel mensen, van de meest uiteenlopende leeftij den en uit verschillende milieu's, met en zonder gezinsverband, een zaam en geïsoleerd leven. Zij hun keren naar meeleven. Niet voor éen keer. maar regelmatig. Durf je tüd, durf vooral jezelf voor anderen beschikbaar te stellen. Hebt oog voor elkaar. Hebt hart voor elkaar. Misschien kost het je moeite zover te komen. Misschien meen je hier voor niet geschikt te zijn. Doe het toch, op Je eigen manier. Het zal jc grote vreugde geven". De boom vertelt mü ook nog. hoe hü hier in de gracht is terechtge komen: „Het Kerstfeest was voor bij. De kalender wees reeds een dag in het begin van Januari. Mijn kracht minderde snel. Mijn naalden begonnen te vallen. Op een morgen het was nog vacantie kregen de jongens opdracht de versiering voorzichtig tussen mijn takken weg te halen. Met veel ü'ver en ook met grote luidruchtigheid werd ik afge takeld. Toen moest ik naar buiten. „Neen" riep e r- stem. „niet in de tuin. dat is een rommelig gezicht". „Ik weet wat" zei een ander, „wij gooien hem ir de gracht". Zo ge beurde Heel lang hebben zij nog over de brugleuning staan küken, terwijl ik langzaam wegdreef". Het is misschien vreemd, maar ik word gedrongen die halfverdron ken boom in de gracht excuus te vragen voor die ruwe behandeling. Openhartig zeg ik: „Dit is helaas het zoveelste bewijs van onze haast en slordigheid. Op een gegeven moment danken wij de dingen af: „weg ermee, dit kan ik niét meer gebruiken". De kinderen nemen dat van ons over. Dat ligt voor de hand. Niet alleen kleren, boeken, ge reedschappen maar ook culturele en geestelijke bezittingen, ruimen wij. met een onverschillig gebaar, op: „Dat is verouderd In onze tijd denken wij geheel anders Soms komen wil later tot de ont dekking kortzichtig en overhaast te hebben gewerkt. Inderdaad, het leven staat niet stil. Bepaalde op vattingen en gewoonten, ook gods dienstige opvattingen en gewoonten, verouderen. Maar geldt dat de vorm, het omhulsel of ook de Inhoud?" Op dit moment valt de ex-Kerst boom mij ln de rede: „Mij hebben ze ook afgedankt. Dat kon niet anders. Ik ben tenslotte niet meer dan een teken, een symbool. Maar dat andere, het elgenlüke, het Kerstevangelie, heb je dat ook weg gedaan? Vergeet niet: De Bijbel vertelt veel meer van Christus Hü werd ook opgeruimd, afgedankt. dóór de men sen. Lees Zijn geschiedenis, né het geboorteverhaal Toch is Hij gebleven. Hij wil bij ons zyn. in ons gezin, ook in onze eenzaamheid, overal en altüd". Gisteren kwam lk weer langs de gracht, waar ik de afgetakelde Kerstboom had gezien. Hij was ver dwenen. Het doet er niet toe, want het gesprek, dat ik mocht hebben en de vingerwijzing naai- het Evan gelie zijn belangrijker dan de boom zelf. P. J SCHOONHEIM. Predikant voor het Bijzonder kerkwerk van de Hervormde Gemeente te Leiden. (Hoge Ründük 14a). tor summa cum laude' ging grootste natuurkundigen diepe Indruk maakte, cn dan op 24-ja- rige leeftijd hoogleraar in de natuur kunde aan de Leidse Universiteit, ter- sloeg. Twee phasen in twee perioden onderscheiden theoretische wijze de hoogte der dijken 1 den: de wetenschappelüke uitbouw \an langs de Waddenzee te berekenen, nodig dc theorieën, die hü in zün dissertatie om de nieuwe stromingen na afsluiting landse Leeuw, het Grootkruis van Oranje Nassau, buitenlandse onder scheidingen zonder tal. Geen dier onderscheidingen echter heeft hem meer getroffen dan de hul de. die hem bereid werd bij zün gou den doctoraat in 1925. Uit de gehele wereld stroomden de kopstukken van de nationale cn pliysische samenle ving op een gure Decemberdag naar de Sleutelstad, om hem een hulde te brengen, ongeëvenaard voor een nog in leven zijnd geleerde: Prins Hendrik, Min.-president Colijn. minister Rut gers, Einstein, mevr. Curie, de Franse geleerde, die zich wereldnaam ver wierf door haar onderzoekingen op het terrein van de radio-activiteit. Nils Bohr uit Kopenhagen, I.angevin uit Parijs, Wolfke uit Warschau, Hen- riot uil Brussel, Eddington uit Cam bridge, Lazareff uit Moskou hoogleraarschap be- toekomst-situaties het hoofd geboden, a hü zich voornamelijk dan men aanvankelijk had verwacht.. periode, waarin hü. gegroeid tot piïmu: inter pares der physica. zün gaven in dienst stelde van de internationale we tenschap als zodanig, haar organisato rische problemen en actuele nationale vraagstukken. Ook in die tweede perio de van zün scheppende arbeid bleef hij B -i Leiden en de zuivere wetenschap ge- trouw op een wijze, die anderen on- FANTASIO. ItT del* kring" bëw'öogT cn een twééde en de practijk. die de geleerde zelf niet Twee gebeurtenissen hebben voor Lo- ir....1i-|fentz de waarde van deze herdenking bepaald: het feit dat hem het erc-doc- toraat in de geneeskunde werd verleend als blijk van waardering voor hetgeen hij buiten eigen wetenschappelüke kring op eigen terrein had gepresteerd voor het medisch hoger onderwijs, en het feit, dat hem als „jubileumge schenk" een fonds werd aangeboden Hulde als mens Talloos zün de onderscheidingen ge weest die hem ten deel zün gevallen. Het commandeurskruis van de Neder- van in die tijd zeer ruime middelen ten dienste van het natuurwetenschappelijk werk. welk fonds een bestemming heeft gevonden in het stimuleren van zuiver wetenschappelük onderzoek door jonge physici. Bovenal echter zal voor hem toen ge sproken hebben de dank. vaak zonder woorden, hem ten deel gevallen voor zijn arbeid als mens: hulpbetoon waar dit nodig was. lering waar zulks ge waagd werd, begrip waar dit werd ver ondersteld. Niet lang daarna werd het levens licht gedoofd van deze heldere geest, van een begaafd wetenschappelük in tellect, van een groot docent, van een nationaal en bovrn-natlonaal denker, van een Leidenaar die deze naam mede tot een brgrip gemaakt heeft, van een Nederlander die in beschei denheid zonder valse schaamte groot wist te zün, van een pionier die zijn volgelingen voortstuwde in plaats van meetrok, kortom van een mens, die met alle hem gegeven grootheid het grootst was in mens zün. Lorentz werd de negende Februari 1928 ten grave gedragen. De dies na- talis van zijn Universiteit werd slechts herdacht met een simpele redevoe ring, tcrwül alle overige festiviteiten moesten wijken voor de rouw die de Leidse gemeenschap drukte bij het verlies van een van haar grootsten...

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1953 | | pagina 5