't AFFELKUKEN Ons Kerstverhaal: n Liefde en genegenheid straalden haar toe "A V. Ondanks magere rantsoenen zal kerstvierend Engeland toch uit de band springen Communistische Kerst - export verraste Amerikanen LEIDSCH DAGBLAD - WOENSDAG 24 DECEMBER tegemoet komt. verandert haar stem ming als bij toverslag. Het gevoel van verlatenheid valt van haar af en met een plotselinge vertedering denkt ze aan het Affelkuken, dat nu alleen ln ayn bed ligt. „Ik ga terug", denkt ze, „Ik ga hem halen en dan gaan we samen naar de kerk". Dat kan nog best. want ze is heel vroeg van huis gegaan. Ze keert zach om en buiten adem komt ze weer thuis. Regelrecht loopt ze naar de op kamer, waar de b dstede van het Af felkuken zich bevindt Het is erg donker ln het vertrek, want gesloten blinden laten geen enkel straaltje maanlicht dooi-. Op de tast loopt ze voorziohtig naar de bedstee en ze verbaast zich als ze merkt, dat de door JENNY KINT COUPERUS Z even jaar geleden had lapke, op aandringen van Omke Sjoerd, moeders oudste broer, de betrekking aangenomen als eerste meid op de „Renske Hoeve". Japke was een Twentse boerendochter. Haar vader had maar een klein gemengd bedrijf, zodat haar moeder die zelf van een grote Friese boerderij afkomstig was, het werk best alleen af kon, vooral omdat Japke's jongere zuster ook al aardig de handen uit de mouwen begon te steken. Toen Omke Sjoerd dan ook schreef: Laat Japke hierheen komen, want op een van de boerderijen hier in de buurt is een plaats vacant als eerste meid, en het is een mooi bedrijf, waar ze doodverlegen zitten om een paar flinke vrouwenhanden, had Japke daar dan ook wel oren naar. Zo kwam ze dus terecht op de „Renske Hoeve". DE boer en de boerin hadden haar direct als eigen kind aangenomen ln hun gezin. Zelf hadden ze vijf kinderen. Twee flinke jongens en twee even flinke meisjes tussen acht en veer tien jaar. Maar dan was er ook nog een jongetje van vier. Een klein kereltje met dunne beentjes en een veel te groot hoofd. Hij kon nog niet lopen en ook niet praten en het had zo goed als geen ,haar. ,,'t Affelkuken" had Japke hem dade lijk in gedachten genoemd. Een onvol groeid kuiken, dat te vroeg uit het el gekropen was. Het eerste jaar van Japke's verblijf op de „Renske Hoeve" ging alles naar wens. Wel moest ze flink pootaan spelen, maar ze was gezond en sterk en ze hield van het boerenwerk vooral op deze grote boer derij. Toen echter kwam het beruchte jaar van de Spaanse griep. Dat vrese lijke Jaar, waarin de gevreesde ziekte als de zogenaamde longenpest op een schrikbarende wijze huishield onder de bevolking. Ook de „Renske Hoeve" werd niet gespaard en ledereen werd ziek, be halve Japke. Ondanks haar grote toe wijding, haar dag en nacht in de weer zyn met de verpleging en verzorging van mens en dier, stierven de boer en zijn vrouw op dezelfde dag en Japke bleef zitten met de zorg voor het grote bedrijf en de vijf jonge kinderen. De boer en zijn vrouw hadden geen naaste familie, zodat er niemand was, die deze zorg van haar over kon nemen en Japke voelde zich dus verplicht op haar post te blijven. IN het eerst had ze wat moeilijkheden met het andere personeel, die haar maar niet voetstoots van de ene dag op de andere als principaal wilde be schouwen, maar gelukkig was de boer voor hij stierf nog in staat geweest, de notaris te laten roepen en een stuk te tekenen, dat Japke rechtszekerheid verschafte. Dit stuk en haar eigen, ge decideerde, ontzag inboezemende hou ding. maakten dat de kinderen zich al spoedig aan haar leiding overgaven. Het duurde bovendien niet zo lang of de oudste kinderen hielpen al flink mee, zodat Japke het met één meid en een oude knecht verder wel kon bolwerken Zij wist dat het de hoop en de wens van de ouders was geweest, de kinderen zo veel mogelijk te laten leren. Dus zodra Japke zekerheid had dat de kinderen over goede hersens beschikten, werkte zij nog ééns zo hard om het studiegeld voor hen te kunnen overhouden. Het Affel kuken bleef echter haar zorgenkind, in de meest letterlijke zin. Eerst op zijn zesde jaar begon hij een beetje te lopen en te praten. Hij bleef een zwak kereltje, dat niets kon, dan haar in de weg lopen. -J verschil! Moederzielzalig alleen zou Jap ke dus deze feestdagen op de grote boer derij moeten door zien te komen, om dat alle huisgenoten blijkbaar overal el ders liever waren dan bij haar! EENZAAM, zo onuitsprekelijk een zaam voelde Japke zich, dat ze plot seling haar zelfbeheersing kwijt raakte en met het hoofd voorover op tafel in snikken uitbarstte. Korte droge snikken. Ze hoorde niet hoe de deur zachtjes openging en ze zag niet hoe het Affelkuken beschroomd de keuken bin nenkwam. Ontsteld bleef hij op een af- ken?, vraagt ze zich wanhopig af en huiver bevangt haar als ze bedenkt, dat hü deze richting volgende, onher roepelijk bij het moeras moet zjjn uitgekomen „O God", bidt ze hardop, „laat hem niet verongelukken. Laat hem als 't U blieft niet verongelukken." Waarom is het kind weggelopen? Waarom? Is 't omdat ze hem heeft afgesnauwd, toen hij haar troosten wil de in haar verdriet? Is 't omdat zy hem eenzaam heeft achtergelaten in de boerderij, toen ze te veel medelijden had met zichzelf dit alles im zich op en op hetzelfde ogenblik is ze reeds naar binnen gelopen en sluit het Affelkuken ln haar armen alsof ze hem nooit weer wil loslaten. „O Affelkuken", stamelt ze „mlen lief Affelkuken. Ik was zo bang, dat ie ver dwenen was!" Allen kijken stomverbaasd naar dit tafereel en de kleine jongen, die nooit enige tederheid heeft gekend, slaat wat aarzelend en onwennig maar toch innig dankbaar het magere armpje om haar hals, waardoor Japke's tranen opnieuw over haar gezicht stromen. Doch dan I grijpt Jelle in. Haar bij de arm vattend I en haar oprichtend, zegt hij: „Kom famke nou mat 't mar uut I o lc v«. wéze." En dan vertellen ze haar hce haar eigen eenzaamheid ze samen een plan hadden gemaakt om I |UIU 'tarme Affelkuken te denken? haar te verrassen. Ze zouden allemaal I deuren daarvan gesloten zijn. Ze voelt q waarom ls ze toch niet vriendelijker doen alsof ze uitgingen en dan zouden, 7,irh nlu-eor liehtpliiV ffpürcrprH rtmriaf -i i.» „l-,.-.,-,, sic .TpnWp n.nor rip kerk W3S. de boirip zich alweer lichtelijk geërgerd, omdat ze 't Affelkuken al zo vaak verboden heeft, met gesloten deuren te gaan slapen. Ongeduldig roept ze hem: „Af felkuken! Affelkuken!" Geen antwoord. „Vreemd", denkt ze, „zou hy al slapen?" Ze doet de deuren open en zegt: „Word eens wakker, Af felkuken!" Weer geen antwoord. En terwyl ze tastend haar hand over het bed laat gaan, ontdekt ze dat er niemand in ligt en dat het bed onbe- siapen is. Dan springt opeens de angst naar haar keel. „Weg", denkt ze „hy is weg!" Haastig stommelt ze door de donkere kamer weer naar dc keuken, waar tenminste het licht van een stallantaarn is. Gewapend met die lantaarn doorzoekt zc huis en erf, tot dat ze opeens de afdruk van kleine klompen ontdekt in de sneeuw. Affcl- kukens klompjesSnel volgt ze het spoor. Waar zou het kind In 's hemelsnaam naar toe zijn ge gaan, denkt zc radeloos als ze ziet. dat de kleine voeten zich niet naar de kant van het dorp. maar in dc tegen overgestelde richting hebben begeven. Met stijgende angst ziet ze, dat het spoor leidt naar dc wouden. De „Rens ke Hoeve" ligt nog op dc vlakke klei grond, maar een drie kilometer verder beginnen reeds de bossen van Fries land. Wat heeft het kind hier te zoc- tegen hem geweest, denkt zo wanhopig als Japke naar de kerk was, de beid' en ze weet zich geen raad a's ze op een jongens een boom gaan halen, dl? ze g geven moment het spoor van de de vorige week al hadden om0ehakt. kleine klompen, dat gedurende Affelkuken - laatste kwartier steeds onduidelijker werd. helemaal n'et meer kan onder scheiden in de steeds dichter vallende sneeuw. Dan laat ze zich op de knieën vallen en bidt: „O God. zeg me wat ik doen moet. Neem het kind in Uw hoede en laat deze Kerstnacht geen nacht der ver schrikking worden. Wijs mij de weg, ik smeek u, wijs my de weg die ik moet gaan." En dan is 't alsof haar gezegd wordt, dat ze naar huis moet gaan. Door tra nen verblind, meer struikelend dan lo pend, gaat ze terug. Op nog tamelijk verre afstand van de boerderij grkomen, blyft ze opeens staan. Verbaasd /iet ze, hce uit alle ruiten l'cht naar biu- ten straalt. Doch wel verre van daar door gerustgesteld te worden, denkt z? in starre ontzettmg: „Zouden ze hem gevonden hebben? En hem naar huls ge bracht? En wachten ze nu op myn thuis komst?" Hoew haar benen haar nauwelijks meer kunnen dragen, wankelt ze ten- bcsioten f.i0tte het erf op en dan denkt ze te dromen. Zo verschillend is het be°ld, dat ze door de ramen aanschouwt van hetgeen z? verwacht had OP DE DEEL staat een grote, prach tige Kerstboom en 't ^Affelki.- ken is bezig samen met Jelle de boom te versieren. De anders zo doffe, flrtse ogen van de jonge stralen nu. ter wijl hij Jelle de versierselen aanreikt en dan.... o verrassing! ziet ze hoe een van de meisjes voor het grote fornuis staat wafelm te bakken en de andere is bezig koffie en chocolademelk te zet ten. Als in een bliksemflits neemt Japke Johannes 't Affelkuken zou tegemoet lopen en waarschuw?n ais I Japke vertrokken was. Jelle zou dan komen om de boom te •ersieren en de belde meisles zouden I •oor het huishoudelijk deel zorgen, zodat j alles kant en klaar zcu zijn, als Japke I uit de kerk kwam. „Ja en weet je nu wie dat plan I bedacht heeft?", vroeg een van de nv-r- jes. Hoewsl Japke n'et antwoord 1e, I keek ze met stralende ogen zó veelzeg gend naar Jelle, dat ze allemaal beigon- I r.en te lachen, doch Jelle zei' .Ik nirt alleen hoor! Eigenlijk bracht I kleine Johannes my op hei idee." ,,'t Affelkuken?" vraagt Japke ver- I baasd. „Ja. want uit zijn verhalen bleek I voortdurend, wat Japke voor dit gezhi I deed en dat bracht mij op de gedachte, I dat het gezin dan ook wel eens iets voor I hdar mocht doen." Nu sprongen er opnieuw tranen in Japke's ogen, maar nu van geluk en toen ze later op de avond dc kleine jongen naar bed bracht, fluisterde ze: l „Nou zal Japke nóóit meer Affel kuken teugen oe zegg'n". Maar de ka mer uitgaande en de deur achter zich dichttrekkende zei ze hartelijk: „Wel te rusten mien Affelkuken!", I waarop het kind lachte, zoals ze het nog nooit had horen lachen. Zielsgelukkig en dankbaar gaat Jap ke terug naar dc keuken, waar liefde en genegenheid haar uit alle ogen te- 1 ge moet stralen. samen 'de boom versieren. met als natuurlijk gevolg, dat de kinde ren, groter wordend, de gezelligheid zochten ln andere gezinnen. In Japke's binnenste echter had er sinds enige tijd een verandering plaats gegrepen, door dat de liefde, die grote tovenares, haar zorgvuldig gepantserde hart had aan geraakt. Een zoon van de naburige boer derij, die Japke deze zomer bij het hooi en geholpen had. een gezonde vlijtige maar ook vrolijke Jongeman, had haar doen inzien, dat „Plicht" en „plezier" op dc tafel in snikken uitbarstte. Japke's van nature stugge, weinig toe schietelijke aard, werd door de zware taak die op haar schouders rustte met de jaren niet soepeler, zy wist. dat zelf wel en daarom verwonderde zy er zich wel eens over. dat 't Affelkuken er maar in bleef volharden, haar alle stappen achterna te lopen. Want hoewel ze hem evengoed verzorgde als de andere kin deren, misschien zelfs wat beter, had zij toch nooit een vriendelijk woord voor hen. Zelfs voor hém niet. En de bij naam Affelkuken kwam bijna altijd op een ongeduldige, geïrriteerde toon over haar lippen. Ze was 18 geweest, toen ze op de boer derij ln betrekking kwam. Twintig toen de boer en de boerin stierven en nu was ze vijf en twintig. De oudste kinderen waren nu langzamerhand volwassen en zochten meer en meer hun eigen vveg^ Want hoewel Japke's beheer zowel van het bedrijf als van de huishouding niets te wensen overliet, ontbrak er toch iets op de boerderij. En wel iets heel be langrijks, namelijk gezelligheid. t APKE, die zo vertrouwd was met de grote P van het woord Plicht, scheen J wel totaal onbekend te zijn met de kieme „p" van het woordje „plezier", stand naar haar staan kijken. „Kerst- •ond. Kerstavond", stamelde Japke tus sen haar snikken door. Voorzichtig, voetje voor voetje, kwam het stakkenge jongske dichter bij en legde dan aarzelend, als om haar te troosten, zyn magere handje op haar arm. Geschrokken tilde Japke haar hoofd j en woedend omdat iemand haar in >'n zwak moment had betrapt, schud- „Ga weg! Laat me met rust! Jullie laten me toch alleméal alleen? Ga jy ook maar. Japke komt er immers niet op aan! Die is alleen maar goed genoeg om voor jullie te werken en voor jullie te zorgen Japke heeft geen Kerstmis vieren! Ga wèg zeg ik Je, Affelkuken!" kwam de bijnaam thans over haar lip pen en ze liep vlug de keyken uit, de jongen opzij duwende, naar de stallen, waar ze het vee begon te verzorgen voor de nacht. Daarna verkleedde ze zich en begaf zich op weg naar de kerk. HET SNEEUWT a.l sinds de vroege morgen en Japke's voeten zinken bij elke stap diep ln de dikke rulle laag sneeuw, zodat ze maar langzaam vordert. Het klokgelui, dat haar van alle kanten door de heldere vrieslucht Eieren in het voorjaar van de bon (Van onze Londense correspondent) De Britse autoriteiten juichen, dat dit de beste Kerstmis in jaren wordt. Zeker, de vette kalkoenen kakelen voor het laatst. Exotisohe spys, zoals Turkse zoetigheden, rozijnen en andere ge droogde en ingeblikte vruchten, aman delen, sucade, geconfijte kersen, is er ln overvloed (ondanks de invoerbeperkin gen en dank zij de grote voorraad) en over drank valt niet te klagen. Maar al deze heerlijkheden ter gelegenheid van de Engelse Kerstmis dat vooral een feest is van lekker eten en drinken zyn peperduur. Er is Hollandse, Deense en Franse kaas en er is ham im blik. Soho, met zijn ontelbare winkels met continentale eetwaren, is thans nog meer watertand-paradijs dan ge durende de rest van het jaar. Het is de enige plek in de Londense metropolis, waar men wel eens van gezouten haring die de Engelsman verafschuwt rog gebrood of Brussels lof heeft gehoord. Soho is een bij uitstek Italiaanse wijk, smalle straten met kleine winkeltjes, ge concentreerd om twee karakteristieke groen te nmarkt j es Spaghetti kan men er wel in twintig soorten krijgen, het is toevluchtsoord en bedevaartplaats van alle hier wonen de vreemdelingen dat zijn er een paar honderddduizend die bij tijd en wijle verlangen naar iets hartigs en pittigs, dat de eentonige Engelse pot nu een maal niet kent. Zonder Soho zou het emigratie-proces zich aanmerkelijk snellenHier worden de visioenen van de door het eeuwige heimwee ge kwelde buitenlander werkelijkheid. Ii Soho heerst de permanente opstand tegen de nooit ontbrekende bleke win- cent en hoger zullen oplopen. Het kan natuurlijk een goed ding zijn, om van terkool, de doperwten, de witte bonen op toast, en de marmelade, behorende tot het vaste diëet van elke rechtge aarde Brit. Tot broodjes-half-om en croquetten heeft zelfs Soho het niet ge bracht. maar het wemelt er van andere aanlokkelijkheden in de vele snackbars, waar het import-Engels de omgangs taal lijkt. Ja, deze Kerstmis zal het niet mis zijn, wat de streling van het gehemelte betreft, maar alles wat er te krijgen is, dient als luxe te worden beschouwd. Gewone Sinterklaas-lekkernijen, als in ons land zijn hier ondenkbaar. Choco- ladeletters.speculaas, banket, marsepein en suikerwerken ontbreken., omdat men aan Sint Nlcolaas niet pleegt te doen en ook al omdat zoetigheid nog altijd op de bon is. De distributie brokkelt even traag af als de krijtrotsen van Dover. Dezer dagen werd de thee bevrijd en nu volgt in het voorjaar het ei. Dit was in werkelijkheid een wanhoopsge baar. Want de eieren werden door de zwarte handel, die eigenlijk volgens de Engelsen niet zou bestaan, omdat ze er te fatsoenlijk voor zijn, opg?slokt. Van de twee eieren, welke leder wekelijks zou moeten ontvangen, zag men er meestal nooit meer dan één. Nu zal men voor de vrijkomende eieren vrijwel zeker zwaite prijzen moeten betalen, omdat er een algemeen tekort is, dat de regering, die de prijscontróle en de subsidie zal opheffen, door meer invoer hoopt aan te vullen. Tweederde van de eierenimport komt tot nu toe uit De nemarken. D* vrees ls echter uitge sproken; dat in de vaste perioden eierschaarste de prijzen tot 40 of 50 i uit de band. kunstmatig laaggehouden prijzen af ta komen om daarmee de belastingdruk te verlagen, indien dit althans in de prak tijk mogelijk zal blijken op een manier, dat het iets betekent. Voor de enkele millioenen, die geen belasting betalen, wordt het leven echter meteen al duur der. Zolang Labour- ontwricht is door het interne conflict, kan de regering zonder te groot risico haar alleszins te waarderen experiment om van een door een overmaat van reglementering te veel gezwollen staatsapparaat af te ko men, doorzetten. Lloyd George, de oedselminister, is door de oppositie scherp aangevallen, omdat hij tewerk s gegaan volgens het principe, dat een wet ongedaan dient te worden gemaakt, als er maar genoeg wetsovertreder zijn! Het klinkt vernuftig, maar de toestand was onhoudbaar geworden en de regering wilde niet meer inspecteurs aanstellen om de pluimveehouders te controleren. Het was gebleken, dat 4i procent van de geproduceerde eieren nooit de verpakkiingscentra bereikten en dat een kwart rechtstreeks in de zwarte handel, vooral naar hotels en restaurants, verdween. De eierproducc is thans veel groter dan voor de oorlog en zou nog groter kunnen zijn, als er genoeg voedergraan was, dat helaas dollars kast. Zo goed als wij hier ons wekelijks ei krijgen, komt er ook meestal maar eens per week vlees op tafel. Over enkele dagen wordt het magere vlees rantsoen nog verder verlaagd, maar dank zy de goede vooruitzichten voor de voedselproductie in Australië, zal het waarschijnlijk niet nog meer afzakken. Engeland is echter optimistisch. Want tijdens de kroningsfeesten hoopt men dat de traditie zal worden hersteld om in allerlei plaatsen een gehele os aan het braadspit te rijgen! Een Kerstcadeautje is in elk geval het verhoogde roomboter-rantsoen, dat van 58 op 84 gram per week zal worden ge bracht, hoewel de margarine zakt van 140 op 112 gram. Het povere kaasrantsoen onderging minimale verhoging Het zal in Januari van 28 tot 42 gram worden .gepro moveerd". Het blijft allemaal mondjesmaat, maar met Kerstmis springen de Engel sen, natuurlijk op hun manier, lustig ook wel hand in hand konden gaan en naarmate hij geregelder bij haar op liep, en zU samen heel dikwyls uit de keik komend huiswaarts gingen, waren Japke's gevoelens voor Jelle steeds war mer geworden en dit scheen een gun stige Invloed te hebben op haar hele wezen. Ze werd ook tegenover haar huisgenoten wat zachter en vriendelijker, terwyl ze stilletjes plannen had ge maakt. om van de komende Kerstdagen nu eens echte feestdagen te maken voor haar gezinnetje. Ze hoopte daarbij, dat Jelle ook van de partij zou zyn als ze hem daartoe uitnodigde. Wekenlang had ze zich op deze dagen verheugd. En nu? Nu was het dan Kerstavond en nu bleek hét, dat geen van de kinderen van plan was thuis te blijven. Ze hadden allemaal hun afspraken al gemaakt en tegen schemeravond toen al het werk gedaan was en zy zich hadden verkleed, gingen ze de een na de ander het huis uit, Japke alleen achterlatend met het Affelkuken. Zelfs Sjoukje de meid en Ale, de oude knecht, hadden vrij ge vraagd om bij hun familie de Kerstdagen door te brengen, al had de laatste na tuurlijk aangeboden om op de melktijden terug te komen. „Nee", had Japke gesnauwd, „dat kan ik dan ook nog wel alleen". En daar zat ze dan nu aan tafel in haar eentje en ze dacht aan de Kerstdagen ln haar ouderlijk huis op de kleine Twentse boer- deiy. Het hele huis, zelfs de stallen wer den altyd versierd met hulst en denne- groen en ln de grote woonkeuken prijkte jaar op jaar een prachtige Kerstboom, terwijl haar moeder het middelpunt was van de gezelligheid. Wat een schrijnend Kerstrood contra Sovjet-rood (Van onze correspondent te New York) De Kerstsfeer te New Vork begint in de winkels al in September October. Wel niet in de gehele stad, maar dan toch in de Zuidpunt van het centrale eiland Manhattan. De Amerikaanse fabrikanten \an Kerstversierselen waren dit jaar niet zozeer van mening dat er van het goede te vroeg «as, als «ei van het goede te veel. Met schrik constateerden zy dat er een belangrijke import had plaats gevonden van Kerstversierselen, vervaardigd achter het IJzeren Gordijn. Uit Tsjccho-SIowakye, Oost-Duitsland en Polen «-aren namelijk scheepsladingen van glinsterende ballen, trompetten en sterren gearriveerd, balen vol Kerstklokken en kratten vol watten engelen. Dat was een «at onverwachte lading uit landen, die zich vooral toeleggen op de export van hamers en sikkels. Maar de Ameri kaanse fabrikanten verheugden zich niet over deze glinsterende symbolen van broze bekering. Integendeel, zy ontwaarden met sehrik dat die Korstproducten van achter het IJzeren Gordijn wel erg goedkoop waren en dus gevaarlijk in de concurrentie. Vandaar dat zy er via dc couranten de aandacht op liebhen gevestigd dat de Sovjet economie, door middel van Kerstexport, aan Dollars tracht te Romen en dat, onder nicer met behulp van deze winst, de agressie in Oost-Azië kon worden opgevoerd. Een lugubere, maar niet onmogelijke veronderstelling. Helaas is de tyd nog niet gekomen, dat zwaarden «orden omgesmeed tot ploegyzers. Helaas bestaat nog de kwade kans dal er bommen gemuakt worden, dank zy de export van Kerstklokjes en engelen. Het protest van de economisch bewogen geraakte fabrikanten kon voor dit seizoen niet veel meer uitwerken. De groothandel was, al héél vroeg wel voorzien en de Kerstvloed had weldra geheel Manhattan overspoeld. Voor dit jaar is men daarom te laat geweest om nog tegenmaatregelen te kunnen nemen tegen liet Sovjet rood, dat zo ongemerkt wist in te dringen tussen het normale Kerstrood. Misschien hebben trouwens de Amerikaanse fabrikanten van Kerstklokken wel wat overdreven luid de alarmklok geluid Santa Claus oubolliger dan Sinterklaas In elk geval, Manhattan, h?t rots eiland met de grijze en gele wolken krabbers, is overstroomd door een rode zee. Géén etalage kunt ge passeren of een rode Kerstman, met sigaren, lin gerie, fototoestellen of televisie-appa raten in zyn armen, lacht li uitbundig toe. Onze Sinterklaas komt uit Spanje. I komt van de Noordpool. Hy is oubollig, jong en doorgaans nogal corpulent. Frans Hals zou hem graag als schllder- I model hebben genomen. Dat Santa Claus rode konen heeft, kan men be- grijpen: hij komt in een open slee, ge trokken door rendieren. helemaal van I de Fooi en zelfs wanneer hij de Cana dese whisky onderweg onaangeroerd had gelaten, dan zou hij nóg een rood hoofd hebben gekregen! 30 vrienden, 200 Kerstkaarten Tal van kleine winkels verkopen in de weken vóór Kerstmis uitsluitend Kerst kaarten. Wie niet in dit land woont, kan zich moeilyk voorstellen wat dat Kerstkaarten-sturen hier is gaan bete kenen. Vast staat wel, dat alweer de industrie deze gewoonte krachtig heeft bevorderd Meer en meer behoort het tot de goe de manleren om omstreeks Kerstmis je familie, vrienden, zakenrelaties en zells de mensen, die je dag:lijks op je kan toor ziet een mooie Kerstkaart to sturen met „Merry Christmas" en „Happy New Year". Ook ln Europa krygt men die kaarten wel van zijn Amerikaanse vriend-n: het papier is weelderig, de kleuren zijn warm en de enveloppe is groot en stevig. De musea hier deen ock mee en daar kan men als Kerst kaart bijzender mooie reproducties kopen van schilderijen, die dan meestal Kerstmis of winter uitbeelden. De Amerikaan heeft graag veel vrien den. Op zyn cocktail-party moet het vol zyn. Dat bewijst zyn populariteit. Ook zyn Kerstpost moet omvangrijk zyn, en meer en meer wordt het ge woonte om al die kleurige Kerstkaarten een paar weken lang aan de muur ge prikt te houden en zelfs ken ik mensen, die een tweede Kerstboom kopen om die vol te hangen met alle Kerstkaarten, die ze plegen te ontvangen! Wie een 200 van zulke kaarten verstuurt betaalt daar al gauw een 25 dollar voor. Maar dat ls nog niets vergeleken met de be dragen, die velen hier besteden aan Kerstcadeaux. Ei het geven van zulxe cadeaux behoort soms helaas ook tot de vcrpl'chtingen. Dc Amerikaanse reclame voor bont mantels, voor luxe horloges, voor tele visie-toestellen, enfin noem maar op voor wat ook. is overweldigend en psy chologisch soms bijna geraffineerd. Men kweekt in de massa verlangens, die bij kans onweerstaanbaar worden en Santa Claus kan op de verlanglijsten duidelijk aflezen, welke firma's de meeste dollars aan hun reclame hebben besteed. En toch.. En tóchook al is Kerstmis voor een niet onbelangrijk deel „business" ge- worden, tóch krygt de warmte van dew periode vat op de mens, ook in New' York. Want er zijn altijd wel een 20 a 30 vrienden aan wie men graag Iets van zich laat horen met Kerstmis. Er zijn er ook wel een paar. voor wie men graag een hele middag door volle vin- kets loopt om iets uit té zoeken, waar zij werkelijk blij mee zullen zijn. Cynisch zijn over dit alles ls gemakkelijk en het ls natuurlyk wel waar, dat de Kerst- hartelijkheid zich dooi- een kunsi- matige stimulans wat erg ver gut uitstrekken. Maar tegenover alle cynic zcu ik staande willen houden, dat de Kerstman van „business" toch wel leven kan. Hi) zou allang vermagerd zijn en verzuurd, wanneer hij alléén maar reclame agent was. Dat hij joviaal blyft. hartelijk en in wezen gezond, komt alleen omdat deze don kere weken van het jaar zulk een goede tyd zijn om aan mensen van wie men houdt, eens even te laten merken, dat men aan hen denkt in warme genegen heid. STRALENDE KERSTBOMEN! De grote Kerstbomen op Park Avenue, in het hart van Manhattan, stralen van licht. Honderdduizend kalkoenen worden geroosterd. Brievcnbezorgers zeulen meer dan ooit. Het is een brei gedoe, al die relaties. Het is het bcslc wat er is, vriendschap en liefde! Merry Christmas!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1952 | | pagina 10