A Iri de toren van de Universiteit
aan het Rapenburg, welke uit
het jaar 1670 dateert, hingen
indertijd twee door Petrus Hemony
gegoten klokken. In 1943 vielen deze
klokken ten prooi aan de „klokken-
roof", welke hier te lande op last
van de bezetter werd gepleegd.
B Uiteraard bezit Leiden als
Universiteitsstad vele labora
toria. Voor het merendeel zijn
deze niet in het bezit van een of
andere sierlijke toren, of beter ge
zegd hoogoprijzend dak. Het phar-
maceutisch laboratorium in de Hugo
de Grootstraat maakt daar echter
een uitzondering op. Dat deze labo
ratoria rijksinstellingen :ijn bewijst
wel de windvaan, waarin men het
Nederlandse wapen een leeuw
aantreft.
CVecl overeenstemming met de
bekroning van het dak van het
pharmaceutisch laboratorium
in de Hugo de Grootstraat, vertoont
die van het voormalig Acad. Zieken
huis aan de Binnenvestgracht. Ter
wijl men hier in de windvaan
de Nederlandse leeuw mist. vormt
een ijzeren hekwerk de verbinding
tussen beide uitersten.
Met de a.s. ingebruikneming
van het nieuwe Station zal
Leiden weer één toren rijker
zijn Overigens is dit niet de eerste
maal. dat een Leids Station zijn sier
lijke bekroning vond in een ranke
meer of minder moderne torenspits.
Het sinds tientallen jaren opgeheven
„stationnetje aan de Herensingel"
bezat een dergelijke „toren", met in
de windvaan het Leidsc wapen.
EDe geblinddoekte vrouwe Jus-
titia van het gebouw 's Graa-
vensteen, waarvan het oudste
gedeelte dateert uit de twaalfde
eeuw. herinnert ons er aan, dat hier
in het verleden recht werd gespro
ken. Eertijds gelegen In de onmid
dellijke omgeving van het Hof van
de graven van iHolland, stond de
hertog van Eouigondién In het jaar
1463 het gebouw aan de stadsregering
af „om aldaar recht te doen met den
zwaarde, gelyk men voorheen op den
blaauwen steen gedaan hadt". In de
windvaan van de toren treft men
zowel de Nederlandse leeuw als het
Leidse wapen aan.
F Deze toren met vlerkante
wijzerplaat en een windvaan
in de vorm van een schip werd
aan het einde van de 13c eeuw ge
bouwd bij een Katholieke kerk in
Warmond. Van die kerk rest nog
slechts een ruïne, de toren, uit cul
tuur-historisch oogpunt een merk
waardig bouwsel, is thans eigendom
van de Herv. Gemeente
GEén van de vele poorten, welke
uit het verleden ls overgeble
ven is de Zijlpoort. Zoals eer
tijds ook op haar tijdgenoten, rust
op deze poort een eenvoudig torentje.
Het aan de buitenzijde aangebrachte
uurwerk is der, avonds verlicht. Poort
en toren dateren uit het midden van
de 17e eeuw.
ning van de Lodewijkstoren,
welke evenals het kerkgebouw
de buskruitramp van 1812 heeft
overleefd, vertoont veel gelijkenis
met die van de Stadhuistoren.
KEen trotse spits met vier kleine
spitsjes aan de voet (op de
foto slechts twee te zien) be
kroont de toren van de Herv. Kerk
in Voorschoten, die thans gemeente-
eigendom is. Oorspronkelijk een
Kath. moederkerk uit de 15e eeuw
waarbij vier dochterkapellen behoor
den, die door de vier kleine spitsjes
worden gesymboliseerd. Bij het beleg
van Leiden werden kerk en toren
zwaar beschadigd. In de windvaan
de drie wassende manen van de
„heren van Wassenaer", welke ma
nen thans ook het Voorschotense
wapen sieren.
LUit het vlakke polderland ge
zien vormt de koepel van de
Marekerk, bekroond door een
sierlijk torentje, een karakteristiek
element in het silhouet van onze
stad. Als achtzijdige koepelkerk is zij
een unicum ln ons land en een der
voornaamste monumenten van onze
zeventiende eeuwse kerkelijke archi
tectuur. Jacob van Campen, de bouw
meester van het Paleis op de Dam,
wiens advies indertijd werd ge
vraagd, prees het ontwerp ten
zeerste.
Min het centrum van de stad.
aan één van Leldens drukste
verkeersaders bevindt zich het
bedehuis der Waalse Gemeente. Het
vierkante koepelvormige dak van de
toren rust op vier pilasters.
NEen slank spitsje met wind
vaan ln de vorm van leeuw met
Leids wapen bekroont het
kleine torentje met door luiken af
geschermde galmgaten van het
Groene Kerkje tc Oegstgeest. Eer
tijds daverde hier het grote verkeer
langs, en aan de voet van de kerk
vond menig dodelijk verkeersongeval
plaats. Nu is de rust er weergekeerd,
en zelfs de tram is er verdwenen. Een
gelukkige Jonge rust, die zeldzaam is
in deze tijd waarin haast, drukte en
onbezonnenheid zich van iedereen
en alles meester maken.
O De Pieterskerk het oudste
kerkgebouw in onze stad
dateert uit het jaar 1121. Eer
tijds had deze kerk een toren van
384 voeten hoog en vormde zij voor
de „schipperen ende stierluyden, in
de Noortzee zeylende" een baken in
zee. In 1512 is deze toren echter in
gestort en nimmer meer opgebouwd.
Slechts een klein klokketorentje
siert thans dit momumentale ge
bouw, dat in de geschiedenis van
Leidens ontzet zulk een belangrijke
rol heeft gespeeld.
PDe „jongste" toren ln deze
galerij is die van het Stadhuis,
een schepping van wijlen ir C.
J. Blaauw. Door de fatale brand van
het Stadhuis op 12 Februari 1929
verloor Leiden niet alleen een fraai
monumentaal gebouw, dat ln de 16e
eeuw was opgetrokken naar een ont
werp van Lieven de Key, doch moest
de Sleutelstad het ook jaren zonder
carillon stellen. Eerst op 2 October
1951 liet het klokkenspel zich weer
horen.
Gereformeerde Kerk te Leider
dorp. Het kerkgebouw, dat in
1890 is gebouwd, kwam in de plaats
voor een in 1886 opgetrokken houten
hulpgebouw, dat bij het gereedkomen
van de kerk ls verkocht aan een
hotelhouder in Dordrecht, die er een
stalhouderij in ondergebracht heeft.
Enkele jaren geleden sloeg op een
Zondagmiddag de bliksem in de spits
van de toren in. Ernstige gevolgen
heeft deze blikseminslag gelukkig
niet gehad. Slechts een kleine res
tauratie was noodzakelijk.
SDe Morspoort, die evenals de
Zijlpoort aanvankelijk van
hout was opgetrokken, is in
de Jaren 1667 1669. naar een ontwerp
van Willem van der Helm. herbouwd
en geheel van steen opgetrokken.
Een eenvoudig acht-kantig torentje
siert de poort.