Minister Stikker dreigt heen te zullen gaan Maar.... dan valt het hele kabinet Bewogen en spannende crisisnacht in Tweede Kamer Vanmiddag beslissing over motie-Oud Dijk van Muntendammerdiep onverivacht bezweken 89ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Woensdag 24 Januari 1951 Tweede Blad No. 27210 (Van onze parlementaire redacteur). „Ik heb pogingen ondernomen om de leden van de V.V.D.-fractie tot andere gedachten te brengen. Het zal straks bij de stemming blijken in hoeverre ik daarmede succes heb gehad", aldus ongeveer luidde een passage uit de ver klaring van de minister van Buit. Zaken, de heer Stikker, waarmee de meest bewogen nacht uit de parlementaire geschiedenis der laatste tientallen jaren is besloten. De minister had daarin te kennen gegeven dat een door de heer Oud (VVD) ingediende motie voor hem onaanvaardbaar was. Als die motie de stem van de VVD-fractie zou krijgen, zou hij daaraan consequenties verbinden. ,,ln hoeverre die beslissing van mij verdere gevolgen zal hebben, staat niet aan mij", voegde spreker hieraan toe, doelende op een vallen van het hele kabinet. Wij kunnen als zeer waarschijnlijk aannemen dat dit inderdaad zal geschieden. De heer Romme (Kath.) heeft bij het aftreden van de heer Schokking al be zwaren gemaakt tegen het aldus verloren gaan van de brede basis van 1948. Een zijner redenen, zo veronderstelden wij toen, was de vrees dat ook de VVD'er aan het kabinet zou ontvallen en de smalle basis vaYi Katholieken en Partij van de Arbeid zou overblijven, hetgeen de katholieke leider tot elke prijs wilde verhinderen. Mede op grond van wat wij thans in politieke kringen vernemen, staat het voor ons vast dat de KVP niet bereid zal zijn met een kabinet zonder de heer Stikker verder te gaan. Heden zal de stemming plaais vinden, zodat men van- I daag nog verneemt of we in een kabinetscrisis verkeren. KABINETSCRISIS UITERST GEVAARLIJK! „Om in de huidige wereldsituatie een kabinetscrisis uit te lokken, acht ik zeer eevaarlyk". aldus de heer Stikker in ziin verklaring: van van nacht. ..Vooral als elk richtsnoer ont breekt voor een oplossing. waarmede de belangen van ons land gediend zijn". Het is immers niet in te zien. hoe de heer Oud erin zal slagen een kabinet te vormen, dat levensvat baarheid heeft, dat aan de moeilijk heden van deze tiid het hoofd kan bieden, nu aller medewerking nodig is, dat od een tweederden-meerder heid kan rekenen bii de oplossing van de Nieuw-Guinea-kwestie. Maar op het ogenblik wacht alles nog op de stemming, die de hele lawine van politieke gevolgen na zich zal slepen. ROMME SPREEKT. In de middag-vergadering was ter stond bii de hervatting van het Nieuw- Guinea-debat het woord aan de heer Romme. die het regeringsvoorstel tot internationale bemiddeling ongelukkig achtte, doch de overdracht van de sou vereiniteit over Nieuw-Guinea aan de Ked.-Indonesische Unie wel kan steu nen. De heer Romme (Kath.) vond. dat de behandeling van het Nieuw-Guinea- vraagstuk in het Indonesische Parle ment. was gekenmerkt door beheerst heid en stille kracht. Daarom ver langt snr. temeer naar interparlemen tair contact tussen de beide Unielanden ter zuivering van de waardering der wederzijdse standpunten. Voor Neder land is de zaak ingewikkelder dan voor Indonesië, aldus spr., die dan ingaat od de moeiliikheden binnen de Partii van de Arbeid. Een uiteenvallen van de P. v. d. A. zou niet in 's lands be- lanz ziin. Spr. verwacht, dat zii de EDanningen te boven zal komen. De brief van de arbeids-fractie aan het kabinet tiidens de onderhandelingen Ring volgens spr. de grenzen van het contact tussen regering en kamerleden te buiten. Die brief is vertrouwelijk, doch spr. is het eens met oud-minister Vos. dat partii en land recht hebben od publicatie. In hoge mate betreurt EDr. echter de beschuldiging van ..Trouw", als zou die brief tiidens de onderhandelingen aan de Indonesische delegatie ter kennis ziin gebracht. Te meer omdat die beschuldiging niet waar is gemaakt Tegenover de beschuldiging van o.a. de heer Schouten, dat de re aring haar toezegging niet gestand zou hebben gedaan, citeerde de heer Rom me de vrijgegeven passages uit de ge heime vergadering van September 11 -de regering zou voeling houden met de Commissie voor Uniezaken". Hetgeen is geschied. Ook was de mogelijkheid onen gehou den voor een veranderd standpunt, uit het voorstel tot souvereiniteitsover- dracht aan de Unie mag men conclude ren. dat hiervoor een meerderheid aan wezig was in de Commissie voor Unie- iken. Het voorstel tot internationale be middeling acht de heer Romme even wel ongelukkig. De hoofdzaak wordt erin ontweken, en andere motieven zou den dan een rol kunnen gaan spelen dan die de beide partiien beheersen. Tegenover het duidelijke standpunt, door Indonesië thans ingenomen, staat het standpunt onzer regering, dat de souvereiniteit niet aan de R.I. kan wor- den overgedragen. En de katholieke fractie staat hierin achter de regering. Naar spr.'s oordeel worden Indone sië en Nederland feiteliik door dezelfde motieven bewogen, nil. door de verant woordelijkheid voor 't volk van Nieuw- Guinea Economische motleven kunnen het niet zijn. want het land is econo misch nog een gesloten boek. Voor spr.s fractie is er evenwel, buiten de verant woordelijkheid voor de bevolkine van Nieuw-Guinea. nog een secundaire be weegreden om de souveréiniteit niet aan de R.I. over te dragen, nl. deze. dat Indonesië in de wereldstriid niet Positief heeft gekozen voor de zilde van recht en vrijheid. t Mot het voorstel tot opdracht der soevereiniteit aan de Unie heeft de heer Romme zich kunnen verenigen, doch dit voorstel is eestrand. De heer De Kadt heeft thans gepleit voor voort gezette onderhandelingen. Maar spr. meent dat de heer De Kadt inzake het doel dier onderhandelin^n niet namens a' ziin politieke vrienden heeft ge broken hetgeen sor. verheugt. Beslist mhulst achtte spr. de voorstelling door po heer De Kadt als zouden wil een oorlog verloren hebben tegen Indone sië. Onze jongens hebben hun taak vol bracht en de RTC-overeenkomst was geen door Indonesië opgelegd vredes- dictaat. De heer Romme hoopt, van arbeidsziide nog een ander geluid te zullen vernemen dan dat van de heer De Kadt. Na beëindiging der Nieuw-Guinea- conferentie stellen wij ons volledig open voor e.v. nieuwe voorstellen van de tegenpartii. Doch er is een streep ge zet onder alles wat ter conferentie is geschied: wii behouden bil verdere on derhandelingen onze volledige vrijheid voor .onder vasthouden aan ons stand punt. dat wii de souvereiniteit over Nieuw-Guinea niet aan de R.I. kunnen afstaan, aldus de heer Romme. Laat ons honen, dat onze positie daarbii niet opnieuw verzwakt wordt door wat de heer Tilanus zo treffend als ..escapades" betitelde. VERWIJTEN VAN OUD. De heer Oud (WD) verwilt de rege ring. dat zii nimmer heeft vastgehou den aan een eenmaal ingenomen stand punt. Zii heeft zich steeds teruggetrok ken op een achterwaartse stelling. De omstandi^fden kunnen veranderen en die kunnen ons dwingen een standpunt los te laten, doch dan raadplege de kapitein de regering) de scheeps raad het parlement). Het grondbeginsel van het tegenwoor dige constitutionele staatsrecht is het vertrouwen. Dit klemt vooral, als het Parlement voor voldongen feiten kan komen te staan. Dus bijzonder bil on derhandelingen met derden. Onze re gering nu bliikt zich hieraan niet te houden. De heer Oud herinnert aan het ge- val-Kamebeek in 1927 en aan de be schouwingen naar aanleiding daarvan, later, door de Savornin Lohman. De heer Oud treedt dan in debat met de heren de Kadt en Tilanus, wier standpunt hij aan critiek onderwerpt. Het is geen onnodige scherpte, aldus spr. te zeggen dat men zijn vertrouwen in dé regering verloren heeft, ik zal ook wel een scherp antwoord krijgen van de heer van Maarseveen (deze schudt la chend van neen), doch bij alle scherpte kan men toch waardering en respect voor elkander hebben. Voor ministers, die in een andere combinatie stuk voor stuk meer zouden presteren. Moeten we het verlies van Nieuw- Guinea ervoor over hebben om dit ka binet te behouden? Spr. kondigt dan een motie aan, die verder gaat, want principiëler zal zijn, dan die van de heer Schouten. Het zal spr. bijzonder zwaar vallen deze motie in te dienen. Ook en vooral wegens de geestverwant in het kabi net „voor wie wjj alleszins veel waar dering hebben". „Ik ben de minister van Buit. Zaken niet minder genegen, doch het behoud van zuiver consti tutionele verhoudingen ben ik méér genegen, zo besluit de heer Oud. De heer Schouten (A.R.) persisteerde bfj wat hij Donderdag j.l. reeds heeft betoogd. De heer Gortzak (Comm.) doet een aanval op Amerika, dat z.i. Nieuw Gui nea wil bezetten. De heer Gerbrandy (AR.) heeft met groot genoegen naar de heer Oud ge luisterd. Het ware hem een lief ding waard, als die in 1948 en 1949 op het zelfde standpunt had gestaan. Ook de heer Zandt had de heer Oud liever twee jaar geleden zo horen spre ken. Spr. is van mening, dat men geen staat kan maken op het woord der re gering De heer Scheps (Arbeid) heeft met diepe aandacht geluisterd naar wat de delegatie uit Nieuw-Guinea hier is ko men vertellen; uit eerbied voor het zelf beschikkingsrecht is spr. als enkeling in ziin fractie tegen de overdracht der souvereiniteit over Nieuw-Guinea aan Indonesië. REDE MINISTER VAN MAARSEVEEN. In de avondvergadering las voorzit ter Kortenhorst een brief voor van de Commissie voor Uniezaken met citaten uit het verslag harer bijeenkomst, zulks op het verzoek van de heer Vonk, die hierover zo nodig nog het woord mag voeren. Dan beantwoordde minister Van Maarseveen de sprekers Hij begon met te wijzen op de achtergronden van de R.T.C.-overeenkomst en de spanningen, die nog steeds tussen Nederland en In donesië bestaan. Aan beide zijden heeft Gaat minister Stikker heen? men vele grieven. Tcch zijn de goede verhoudingen behouden gebleven. En ze waren eind vorig jaar veel gunstiger dan menigeen voor mogelijk zou heb ben gehouden. Die goede verhoudingen worden nu bedreigd door een geschil over een land, waarvan het bezit op zichzelf voor geen van beide onmisbaar schynt. Ook andere landen zijn erbij geïnteresseerd. Is echter de samenwerking tussen Oost en West niet zo belangrijk, dat men moet trachten te voorkomen, dat zy wegens Nieuw Guinea met elkaar in botsing komen? En een botsing kan worden voorkomen, hetzij op ba sis van het recht, hetzij door een compromis. De Ned. regering is tot beide oplos singen bereid en meent het rechtaan haar zijde te hebben, als zij stelt, dat Nieuw Guinea onder Nederlands be wind behoort te blijven. Uit de beide voorstellen, door Neder land ter Nieuw Guinea conferentie gedaan, blijkt dat wij ook de weg van het compromis hebben willen inslaan. De heer Van Maarseveen gaat dan de voorstellen na van een Nieuw Guinea raad, los van de Unie, en toen dit verworpen werd, van de collectie ve souvereiniteit in de Ned. Indone sische Unie. Hiermede was Nederand zo ver gegaan als maar enigszins kon. Dit was niet ingediend om effect naar buiten te wekken, zulks moge blijken uit de thans daarop vernomen critiek. Van het Indonesische standpunt bê- streed spr. vooral de opvatting van het zelfbeschikkingsrecht, waardoor voor Nieuw Guinea eigenlijk van zulk recht geen sprake zou zijn. Over dracht van de souvereiniteit over Nieuw Guinea aan Indonesië is dan ook voor ons onaanvaardbaar. Om een nieuw element in de voort zetting der besprekingen te brengen, had de regering voorgesteld, de bijstand der Unie of een ander internationaal orgaan in te roepen, Australië hebben wij niet geraad pleegd, aldus spr. en, zich beperkend tot wat bekend' is geworden, noemt spr. de stappen van Amerika en Engeland bij beide partijen. Antwoord is daarop nog niet gege ven. Uit een interview van Nehroe ci teert de minister, dat deze een vreed zame oplossing voor overeenkomst tus sen partijen voorstaat, waarbij voor namelijk moet worden gelet op wat het beste is voor de bevolking van Nieuw Guinea zelf. De heer Van Maarseveen betoogt vervolgens, dat de Nederlandse voorstellen verenigbaar waren met het uitgangspunt van voor de conferentie. Met name heeft de regering bepaalde lijk vastgehouden aan de eis. dat het bestuur over Nieuw Guinea in Neder landse handen zou blijven. Aldus had spr. op 20 Juni 1950 in de Eerste Ka mer de zedelijke grondslag van het re geringsstandpunt gedefinieerd, dat Ne derland zijn taak ten aanzien van Nieuw Guinea moest kunnen voortzet ten, doordat het Nederlandse bestuur daar gehandhaafd zou blijven. Jegens de heer Schouten betoogde de heer Van Maarseveen, dat men niet altijd strikt kan vasthouden aan het beginsel, dat men niet trouw behoeft te zjjn jegens een ontrouwe. Dat zou tot chaos voeren. Bovendien heeft In donesië zijn verplichtingen op financi eel, economisch en ander terrein wel stipt nagekomen. Laat ons als oude de mocratie het goede voorbeeld geven. Daarvan kan een grote zedelijke kracht uitgaan. Uitvoerig betoogt spr. weer, dat de regering hare toezeggingen inzake raad pleging van de commissie voor Unie zaken gestand heeft gedaan. Dit ook aan het adres van de heer Oud. Jegens de heer De Kadt betreurt spr. het. dat deze zelfs heeft afgezien van het Nederlandse bestuur over Nieuw Guinea. Spr. had. bij vertrek van de Nieuw Guinea-delegatie, deze kunnen geruststellen, dat bij alle ver deeldheid in Nederland alle partijen tenminste het Nederlandse bestuur wensten te handhaven. Zelfs dat kan ik thans niet meer zeggen. Op de vraag van de heer Oud, of Nieuw Guinea niet meer waard is dan het kabinet, kan spr. met instem ving van de minister-president verklaren, dat dit kabinet nimmer de overdracht van de souvereiniteit over Nieuw Gui nea aan Indonesië zal voorsteilm. REPLIEKEN: VIER MOTIES. Op verzoek van voorzitter Kortenhorst worden de replieken zeer beperkt en gaan de indieners Van een motie bij de spreekbeurten voor. Het volk wil wel resultaat zien van dit „debat" en ook kunnen we het hele kabinet niet dag en nacht hier houden, aldus de praeses. De heer Schouten is niet overtuigd door de minister, die zi. het wezen der discussie niet heeft geraakt. Spr. dient een m^tie in waarin de Kamer uitspreekt, dat de souvereiniteit over Nieuw-Guinea in het belang zijner bevolking aan Nederland behoort te blijven, tot die bevolking zelf in vrijheid over haar politieke status zal kunnen beslissen. Voorts dait noch een Nieuw- Guinea Raad, noch Unie-souvereinLteit, noch internationale bemiddeling aan vaardbaar zfjn. De heer Oud kan niet begrijpen, dat de minister niet is ingegaan op de zeer zware beschuldiging dat de constitutio nele verhoudingen niet ln acht zijn ge nomen. I „De verklaring, met instemming van j de minister-president, heb ik wel ge- hoord, doch ze heeft geen indruk op mij gemaakt. Dat hebben we al zo dikwijls gehoord. Het heeft niet het vertrouwen gewekt, dait ik zo gaarne in het kabinet zou willen stellen." Spr. dient een motie in, waarin wordt geconstateerd, dat het Kabinet zjjn aan de Staten-Generaal meegedeeld stand punt heeft prijsgegeven, zonder de Ka mer in de gelegenheid te stellen vooraf liaar oordeel te geven over de wijziging ln het beleid en dat dit in strijd is met de juiste constitutionele verhoudingen tussen regering en volksvertegenwoordi ging. De Kamer spreekt hierover haar teleurstelling uit. SPANNINGEN! De heer Stikker zit onderwijl druk te schrijven. Het is bekend geworden, dat hij een verklaring wil afleggen, en de geruchten over een op handen zijn de crisis nemen hand over hand toe. Mevrouw Stikker en zoon zitten op de gereserveerde tribune en blijven daar de hele nacht in gespannen aan dacht. gelijk de vele anderen, die de tribunes totaal gevuld houden, terwijl buiten nog velen om een plaats hun keren. Terwijl de heer Gortzak een - kans loze motie verdedigt, beraadslaagt de premier met de voorzitter. Men schijnt te menen, dat de motie-Oud nogal is meegevallen (daar zij slechts van te leurstelling spreekt) en hoopt de heer Stikker nog te kunnen weerhouden een vérklaring af te leggen. De heer Drees en de heer Stikker begeven zich naar de Koninklijke wachtkamer van de Ridderzaal voor onderling beraad. De heer Van Sohaik spoedt zich naar de voorzitter, om die van iets dringends te overtuigen. De heren Mansholt en Van Maarseveen volgen hem. Zij dringen blijkbaar er op aan, nog wat tijd te krijgen voor beraad. De heer Drees komt dan al leen terug en heeft een onderhoud met de heer Burger, fractievoorzitter van de P. v. d. A. HET VERLOSSENDE WOORD! De voorzitter: „Het woord is aan de heer Weiter" (gelacht). De heer Wel ter: „Het verlossende woord" groot gelach). Terwijl de heer Weiter bij zijn me ning in eerste Instantie persisteert, be geven de heren Drees en Van Schalk zich naar de wachtkamer. Verschillende fracties groepen samen en houden onderlinge besprekingen. Mi nister Rutten komt binnen en comple teert bijna het kabinet: alleen de heer 's Jacob is afwezig; die is by dit hele debat niet aanwezig geweest. De crisisstemming stijgt. Tegen twaalven komt de heer Drees terug. Hij lacht, blijkbaar enigszins ont spannen. Ook de heer Stikker en de overigen komen terug. Na een onderhoud mpt de voorzitter gaat de minister van Buit. Zaken weer verwoed zitten schrijven. Blijkbaar toch besloten een verklaring af te leggen. Langzaam wordt de Kamer wat rus tiger en neemt een normaler aanzien. Pe heer De Kadt (Arbeid) verduide lijkt zijn standpunt. Overeenstemming ,<^ones^ Is het voornaamste. Ook na een eventuele overdracht van de souvereiniteit hebben zy nog een taak in Nieuw Guinea. Ook spr. meent, dat WU aan Suriname alleen niet genoeg hebben om onze expansiedrang te be vredigen. De regeringsvoorstellen waren niet voldoende om tot overeenstemming te komen. Daarom zien spr.'s vrienden de enige weg in internationaal overleg. Als de regering meent, geen overeen stemming te kunnen verwezenlijken, zou een ander kabinet dat moeten trachten te bereiken. Maar er is voor spr.'s frac tie geen aanleiding de regering te weer houden van de stappen, die zij alsnog wil ondernemen. De moties-Schoutenen Gortzak zijn dus onaanvaardbaar. Over de motie-Oud zal de heer Burger spre ken, ook het debat met de politieke par tijen heeft spr. niet bevredigd, doch ook hier is niet te zeggen, dat de weg naar verder overleg is afgesneden. De heer Tilanus (CH) heeft de hou ding van de heer Oud niet begrepen, daar deze toch de commissie-vergade ringen heeft bijgewoond. Een deviatie heeft de heer Oud in de partij gebracht, waarin hij nu zit. Hoe kan hij aan de regering deviatie verwijten? Het jongste artikel van de heer Oud vond spr. zeer scherp jegens diens par tijgenoot Stikker en van grote politieke betekenis. Hij kan de motie-Oud niet steunen. Tegenover de motie-Schouten dient spr. een eigen motie in. De Kamer spreekt hierin uit, dat Nieuw Guinea geen deel vormt van Indonesië. Het heeft geen zakelijk of moreel recht daarop. De souvereiniteit over Nieuw Guinea dient aan Nederland te blijven tot de bevol king zelf kan beslissen door een volks stemming. De heer Romme, die zich excuseert, dat hij geen motie indient wijst alle moties af. Hij vooral is verbaasd over de motie-Oud vanwege de daarin ver vatte divergentie: de overweging is zeer ernstig, de uitspraak van teleurstelling is zeer tam. Eigenlijk is de motie ook tegen de Kamer gericht vanwege haar gebrek aan contact met de regering. Bovendien is ze onjuist, want de rege ring heeft zich aan haar toezegging ge houden. De heer Gerbrandy (AR) herhaalt, dat hij de handelwijze tegenover de Ambonnezen eerloos en trouweloos vindt. Zegt het niets, dat een vergrijsd staats man (de heer Oud) moest constateren, dat de verklaringen der regering hem geen vertrouwen meer inboezemen? De heer Burger (Arbeid) is tegen de motie-Oud, die is als een berg, die een muis heeft gebaard. Na een korte pauze beantwoordde de heer Van Maarseveen de sprekers. De heer Oud kreeg vervolgens het woord om gqen misverstand t.a.v. zijn motie te laten bestaan. Zij bedoelt wel dege lijk afkeuring uit te spreken over het regeringsbeleid. De heer Schouten verklaart, voor de motie-Oud te zullen stemmen. VERKLARING MINISTER STIKKER. Onder doodse stilte zegt de minister van Buit. Zaken er prijs op te stellen een verklaring af te leggen zonder in te gaan op de zaak Nieuw-Guinea zelve. Hij heeft gewacht, wijl het noodza kelijk was eerst een duidelijke uitspraak der Kamer te vernemen, eer hij een verklaring ging afleggen, die misschien een verdere strekking kan hebben. Spr. ziet weinig verschil tussen een programma-kabinet en een parlementair of extra-parlementair kabinet. Hoofd zaak was het streven, om de vier par tijen in het kabinet te vertegenwoordi gen, die tot nu toe in het algemeen het kabinet hebben gesteund. De heer De Kadt betoogde, dat zijn party geen crisis wilde veroorzaken, en sprak van „zijn" ministers. Hij bedoelde dus aldus spr„ dat als zyn fractie zich tegen het kabinet zou keren, voor die minister een uitermate moeilijke toe stand zou ontstaan. Dat geldt ook voor een kleine fractie met een enkeling in het kabinet. Nu ligt hier voor ons een motie, die mi. onduidelijk is. Bedoelde zij geheel aan te sluiten op het betoog in eerste aanleg van de heer Oud? Dat was rond uit een afkeuring van het beleid en de motie spreekt slechts van teleurstelling. Gelijkertijd echter zegt de heer Oud, het woord van de regering niet meer te geloven. Daarom is het voor de zuiver heid van de politieke zeden nodig te weten wat de bedoeling van de motie is en spreker heeft het op prijs gesteld, dat de heer Romme de heer Oud tot een andere verklaring heeft gebracht. Die nadere verklaring is, dat wij dus inderdaad met een motie van afkeuring te doen hebben. Daarmede is voor mij, aldus spr., een uiterst moeilijke toestand ontstaan, ook al krijgt men op die mo tie geen meerderheid. Zij is van een zuiver politieke strekking daar de WD in zó sterke mate het gevoerde beleid Inzake Indonesië en Nieuw-Guinea af keurt en geen steun meer aan het ka binet wil geven; en zeker niet aan de leden, die rechtstreeks bij deze onder werpen betrokken zijn. De Kamer en de Kamerleden hebben een eigen verant- Tussen Visp en Zermatt zijn dozij nen reddingsploegen voortdurend bezig om de wegen vrij te maken Dringende, waarschuwingen worden nog steeds door de Zwitserse radio woordelijkheid, maar zo is het ook met het Kabinet Spreker zeide er prijs op te stellen thans in het openbaar te ver klaren, dat hij consequenties aan de motie zal verbinden indien deze de stemmen van de WD-fractie zou ver krijgen. In hoeverre deze beslissing van spreker verdere gevolgen zal hebben, staat zo zeide hij niet aan hem. Waarom die consequenties?, zal men vragen. Een functie van minister van Buit. Zaken is een sleutelpositie In het kabinet. Daarom moet deze. meer dan iemand anders, verzekerd zijn van het vertrouwen van de partij waaruit hij is voortgekomen en die men zijn politieke vrienden pleegt te noemen! (hilariteit). VERWEER TEGEN FRACTIE GENOTEN. Berichten uit het buitenland hebben spr. de indruk gegeven, dat zyn inter nationaal beleid niet zonder succes is geweest, doch hy moet vasthouden aan de conclusie, waartoe hy geko men is. Want hij draagt een centrale verantwoordelijkheid, waarby hy niet in stryd wil komen met zijn eigen party. Ik heb zeide de minister pogin gen ondernomen om myn fractiegeno ten tot andere gedachten te brengen en bij de stemming over de motie zal wel blyken of ik daarin geslaagd ben. Uit de aard van de zaak ben ik het niet eens met de motie-Oud. By de behandeling van de begroting van Buit. Zaken, vorige week, heb ik ge tracht de grote ernst van de huidige wereldsituatie te schilderen. Om in deze situatie de mogelijkheid van een kabinetscrisis uit te lokken, acht ik zeer gevaarlijk, vooral als elk richt snoer ontbreekt voor een oplossing, waarby dc belangen van het land worden gediend. De verantwoordelijkheid van deze ver klaring drukt my zeer zwaar. Ik heb getracht myn functie uit te oefenen met terzijdestelling van alle persoon lijke belangen en naar mijn beste inzichten. Het is eohter onmogelijk voort te gaan als Ik niet het vertrou wen heb van myn eigen partij". Hiermede werd de vergadering geslo ten en de stemming over de motie bepaald op hedenmiddag. Nog zeer lang bleven vele politici en ook bezoekers van de tribune in be wogen gesprekken bijeen. WATER STROOMT MET DONDEREND GERAAS POLDER BINNEN water met kracht de polders in werd 1 gezogen. Schepen in het diep en in het in open verbinding daarmee staande Winsohoterdiep kregen opdracht in het midden van het water ligplaats te zoeken. WATER STROOMT MET DONDEREND GERAAS POLDER BINNEN. Wat men in Zuidbroek en Munten dam reeds dagenlang had gevreesd, maar toch niet had verwacht, is gis teravond omstreeks zes uur gebeurd: in de dyk langs het Muntendammer diep, waarover de verkeersweg tus sen genoemde plaatsen loopt, ont stond een scheur, die na een uur door het stromende water was uitgehold tot een gat ter breedte van 30 Meter. Met donderend geraas kolkte het wa ter de 2389 hectare grote polder van het waterschap De Munte binnen, welke weldra voor een groot deel blank stond. Het Muntendammerdiep is niet in het land gegraven maar er als het ware bovenop gelegd. In vroeger jaren heeft men op het land twee dij ken gebouwd, waartussen men water liet lopen. Onder dijken en water be vindt zich een houten duiker. Vorige week is bij die duiker een gat ontstaan, waardoor de polders ten Westen en Oosten van het diep reeds water bin nen kregen. IJlings trachtte men, o.a. door het heien van ijzeren damwanden, verdere ongelukken te voorkomen. De Westelijke damwand kwam klaar, maar de druk op de Oostelijke in aanbouw zijnde wand werd daardoor zó groot, dat het water ook onder deze vier me ter diep in de grond gedreven wand doorbrak. Haastig wist men. toen de scheur in de dijk ontstond, de hei machine nog in veiligheid te brengen. Het peil van het diep stond toen tv/ee meter boven de polder, waardoor het RIJKSSTUDIETOELAGEN. Het Ministerie van O.. K. en W. zal ook voor het studiejaar 1951/1952 Rijks- studietoelagen verstrekken op dezelfde wijze als de afgelopen jaren is geschied. Deze toelagen zullen in de loop van deze maand dienen te worden aangevraagd. Dit geldt zowel voor diegenen, die reeds eerder van een toelage hebben genoten, als voor diegenen, die voor de eerste maal een toelage wensen te ontvangen. Aan het einde der maand wordt de mogelijkheid van aanvrage gesloten. Het Ministerie van O., K. en W. stelt aan vraagformulieren ter beschikking. De enkele woningen ïn de onderge lopen polder konden tijdig worden ontruimd door militaire uit omlig gende garnizoenen. Andere militairen zullen trachten de gaten in de dijk te dichten* Protest van gemeenteraad van Cork TEGEN AANKOMST NEDERLANDSE PILOTEN. De gemeenteraad van de Ierse stad Cork heeft met algemene stemmen besloten de burgemeesters van Am sterdam, Den Haag en Rotterdam een resolutie te zenden, waarin wordt geprotesteerd tegen de aankomst van Nederlandse piloten in Noord-Ierland. In de resolutie wordt o.a, betreurd, dat Nederland „deelneemt aan deze be lediging van de Ierse natie". De ge meenteraad van Cork verzoekt de bur gemeesters van de drie Nederlandse grote steden om de kwestie ter aan dacht van hun regering te brengen, HURKOS BLIJFT OPTIMISTISCH! De 39-jarige Nederlandse telepaath Peter Hurkos is naar Londen terugge vlogen om ziin pogingen, de vermiste kroningssteen te vinden, te hervatten. Gedurende het afgelopen weekeinde trad Hurkos in België op. Dinsdag kwam hii ..uitgeput" ln Londen aan. Voordat hij zich ter ruste begaf, ver klaarde hii nogmaals er zeker van te ziin. dat de Kroningssteen gevonden zou worden ..door aanwijzingen, die lk zal geven". Hii zou net zo lang zoeken tot de steen gevonden was. al zou het een maand of twee duren. Hurkos ls er van overtuigd, dat de steen door viif personen is weggehaald en eigens binnen een afstand van 20 mill van Londen verborgen is.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1951 | | pagina 3