Welke geheimen verbergt deze stille getuige van het leven der Middeleeuwen! DE BURCHT VAN LEIDEN: Opgravingen brachten nog geen openbaringen, wel gegevens V.V.SX. gaat haar gomden feest tegemoet Schildluis- en muskusrat-legers naderen ons land Plaiitenziektenkunclige Dienst staat paraat op wacht! LEIDSCH DAGBLAD Zaterdag 26 November 1949 Derde Blad No. 26857 (Foto L.D./Van Vliet) Als een stille getuige uit een ver verleden verheft zich nog steeds de Burcht van Leiden op de heuvel tussen de twee RUnarmen. Als een wel wat te stille getuige; er komen tal van vragen op in de oudheidkundige, die de merkwaardige ringmuur met zijn weergang aan een beschouwing onder werpt. En zelfs de belangstellende bezoeker, die, over de weergang dren telend, de stad beneden hem aandachtig in zich opneemt, werpt ook wel eens een blik in de besloten ruimte van de Burcht en tracht tevergeefs zich voor te stellen, hoe het hier in de Middeleeuwen moet hebben uitgezien. Het vraagstuk van de Burcht is niet nieuw. Reeds vorige generaties heb ben er over gedachten er verschillende theorieën over opgesteld. De Ro meinen zouden er hebben gehuisd, de Noormannen zouden er hebben over winterd enzovoort, enzovoort. Intussen werd door deze onderstellingen geen oplossing gevonden voor het vraagstuk, hoe de Romeinen of de Noorman nen hier dan wel gewoond zouden hebben. Men kon moeilijk aannemen dat deze krijgslieden van professie hoe gehard dan ook de winter zo maar in tentjes of om vuren, onder de blote hemel zouden hebben doorgebracht. Een artistieke opname van „Den Burcht" waar de Rijksdienst voor Oudheidkun dig Bodemonderzoek In de afgelopen 4 weken opgravingen heeft verricht. ligt nu echter wel in öc bedoeling, het volgend jaar nog een beperkt bedrag aan het onderzoek op de Burcht te besteden; wellicht kan het vraagstuk op grond van de tijdens öc laatste week gevonden aanwijzingen tot klaarheid worden gebracht. Verschillende punten van onderge- I schikt belang zijn intussen nu reeds dui- delijk geworden. De reservoirs van de i fontein op de Vismarkt ontsnapten niet aan een onderzoek en bleken niet uit middeleeuws muurwerk te bestaan, j noch een middeleeuwse fundering te hebben. WAT GEVONDEN WERD Tijdens de laatste dagen onderzochten we het z.g. uitvalspoortje. Nog onlangs i heeft prof. Ter Kuile in zijn beschrijving I van Lelden en het Rijnland er op ge wezen, dat dit poortje eigenlijk verkeerd gerestaureerd was, omdat de muür hier wel degelijk gesloten is geweest; de holte in de steunbeer deed namelijk dienst als privaat, Aan de buitenkant van de muur vertoonde zich werkelijk op ongeveer een meter diepte een overblijfsel van een af- I voer, zodat er nu zekerheid daaromtrent bestaan. De ruimte rechts van de trap bleek een afvalput te bevatten, waarin de feestvie rende bezoekers van het doolhof in de achttiende eeuw hun gebroken glazen, pijpjes en lege wijnflessen hadden gede poneerd. Ret schervenmateriaal ten slotte, dat in de verschillende proefsleuven ge vonden werd, biedt de gelegenheid om 1 de datering van de Burcht enige steun te geven. Holwerda was reeds tot de overtuiging gekomen, dat de Burcht niet Romeins kon zijn, maar uit de vroege middeleeuwen moest stammen. Prof. Ter Kuile kwam op verschillende gronden tot een datering in de twaalf de eeuw. Dr Jan Kalf, vorig directeur van Monumentenzorg, zocht een da tering tussen 1150 en 1250. Hoewel onze beperkte kennis van het j schervenmateriaal nog geen dateringen op 25 jaar nauwkeurig toelaat, geeft dit zeker aanleiding om de mening van prof. Ter Kuile te ondersteunen en een da tering in de eerste helft van de twaalfde eeuw te zoeken. Al met al stemtfien de resultaten van I het onderzoek tot voldoening en wekken hoopvolle verwachtingen ten aanzien van een voortzetting in 1950, i Vroegere onderzoekingen aanleiding voor huidige Over de onderzoekingen dienaangaan de vonden wij de heer J. G, N. Renaud, wetenschappelijk assistent van de Rijks dienst voor Oudheidkundig Bodemonder- Toch was het niet aan te nemen, dat in de eerste -twee eeuwen van zijn be staan de Burcht geen woongebouw zou hebben gehad. De burggraaf moest' er toch zeker op bedacht zijn, wel eens en kele weken ingesloten te kunnen zijn en zich binnen zijn ringmuur op de heuvel te moeten bergen. Ten slotte bleef de mogelijkheid, dat er een gebouwengroe pering om of bij de hoofdingang had ge staan. Maar al te graag klampten we* ons aan die laatste mogelijkheid vast. Een beroep op de Engelse tegenhangers, de z.g. „shell-keeps" ging niet meer op sinds bleek, dat binnen de ringmuur van deze „shell-keeps" bij nader onderzoek wel degelijk sporen van gebouwen' wor den aangetroffen. Niet helemaal te ver werpen was de mogelijkheid, dat er hier in Lelden een houten gebouw had ge staan, waarvan we alleen bij een uitge- I breid onderzoek de paalgaten zouden acht«™t«gng.ik,innerit„,1„vlnden - inlet oorspronkelijke Angstvallig de bomen sparend werd een sleuf gegraven, lopend van het midden uit naar dit gedeelte van het terrein. Werkelijk schenen we hier succes te hebbeneen puinsleuf je werd even door sneden. Op dit spoor verder gaande, ont dekten we een grote puinput, gevuld met onderzoek. Een archeoloog leert wel vo-.r- afbraakmateriaal. Een fundering of zelfs zichtig te zijn en daarom is een stellige zoek bereid de volgende uiteenzetting te maar een bouwsleuf van een uitgebroken j bewering zeker niet op zijn plaats. De 8eien. fundering werd het niet. Merkwaardig t geconstateerde puinsleuven zouden een was, dat er tussen het puin ook leien aanduiding kunnen zijn van een gebouwr werden aangetroffen. Dit wees toch wel tegen de binnenkant van de ringmuur, kunnenterugvinden NIEUWE VINGERWIJZING Hoe dan ook, er werd een sleuf uitge graven dwars voor de hoofdingang. En hier kwamen nu verschijnselen, voor de dag, die aanleiding gaven tot een nader Wót beweegt schrijvers toch, te genwoordig zo intensief in de toe komst ts schouwen? Na de boeken van Wells en Al- dous Huxjey werden wij nu gegre pen door het dit jaar verschenen ,.1984" van James Onveil en het reeds in 1945 geschreven litteraire testament van Franz Werfel „Stern der Ongeborenen". De eerste tekent de dictatoriale staat in uiterste, meest wreed aardige consequentie's; een waar schuwing als een striemende zweep slag voor wat onze wereld te wach ten staat, als de mensheid de dic taturen niet de rug toskeert. De tweede beschrijft ons de we reld, zoals zij er 100.000 jaar na Christus uit zal zisn; een staal grauwe, grijze massa, met mensen dis in de aarde inplaats van er op wonen, een wereld zonder zingende vogels, een wereld haast zonder zon en zender vreugde, zó vreemd-fan- lastisch. dat we huiveren bij de ge dachte, dat zij ééns werkelijkheid zou werden! W&t is het, dat schrijvers be weegt zo ver en zo somber in ko mend? tilden te zien? Is het hedsn ai niet ernstig ge noeg? James Orwell beschrijft ons een wereld, die reeds ten dele werke lijkheid was en is: herinner U de martelingen in concentratiekam pen. kijk naar de processen in Tsje- cho-Slowakife en weet. dat de jeugd reeds in vele landen haar ouders gruwzaam verraadt. Het grootste verschil met 1984 is misschien, dat thans nog niet een alziend televisie-oog iedere burger in de gaten houdt, een oog dat doordringt tot in de intiemste schuilhoeken van Uw binnenkamer en Uw ziel. Of dat de tegenstanders van een bepaald regiem nu nog afgemaakt worden, maar dat men hen in 1984 op helse wijze „om-cureert" tot medestanders, omdat men geen „martelaren" meer wil maken Nogmaals: wót is het, dat schrij vers van heden tot zulk? sinistere proleten maakt? Zijn zij werkelijk helderziend en voelen zij intuïtief, wat ons boven hst, hoofd hangt? Dan wordt het heus tijd hun el lendige profetieën t? logenstraffen! Dan moeten wij ons aaneengor- den om deze wereld van verwor ding en ontbinding te redden. Dan wordt het eindelijk onze op gave het goede te zoeken en het kwade te verwerpen: ieder voor zich en allen tezamen. Ik ben mij bewust, dat deze kreet er een is van een rospende in een wiide, doodse woestijn. Maar ook een schrijver van luch tige stukjes mag op de hem toege meten kleine plaats wel eens een waarschuwend woord laten klin ken. D?nk niet dat er ooit weer een wereld van zon en van vreugde zal komen, zolang men zelfs in vredes tijd eikaar blijft bevechten: met woorden, gedachten en de gemene daad. Wanneer de wereld zó blijft voortgaan als nu. zou het inder daad kunnen uitlopen op een grauwe, grijze massa of op een eeuwigdurende strijd tussen Eura sia. Eustasia en Oceania, gelijk Or well ons die tekent. En het zou wel eens kunnen zijn, dat de profetische Orwell de we reld nóg te veel tijd gelaten heeft. Alles gaat tegenwoordig zó snel, dat 34 jaar een eeuw lijkt, te lang voor de revolutionaire omwente lingen, die deze schrijver Jn de toe komst voor zich opgestapeld ziet. En dat we al over een jaar of tien midden in de verschrikkelijk ste maatschappij zitten, die hij ons in dit opzienbarend boek „1984" zo reëel voor ogen stelt. Kom: kijk naar de vogels! Zij zingen nü nog: spiegeltUaan hen! Want „boze" mensen zingen niet FANTASIO. Onder de bijna 2000 reünisten bevindt zich Koningin Juliana Het was eerst in 1924, dat dr Holwer da, directeur van het Rijksmuseum van Oudheden, getracht heeft om door een archeologisch onderzoek klaarheid te brengen. Voor zover de bomen dit toe lieten groef hij een sleuf dwars over het terrein binnen de ringmuur. Wat hij wel licht gehoopt had, gebeurde niet. Geen fundamenten van een zware toren of van een woongebouw kwamen er aan de dag. Wel tekenden zich in de wanden van zijn sleuf een paar ingravingen af, die hij meende te moeten verklaren als de bouwsleuven van 'n gebouw. Belankwek- kend is overigens, dat hij geen sporen vond van een bewoning in de Romeinse Hid en dat ten slotte werd vastgesteld, dat de heuvel een kunstmatige heuvel *as, in enkele perioden tot stand ge komen. Kange tijd is men het dit resultaat vrij tevreden geweest. Maar langzamer hand groeide het verlangen, toch nog iets meer te weten en bijvoorbeeld het verloop van de fundamentsleuven, waar genomen door Holwerda, na te gaan. De Vereniging „Oud Lelden" heeft eindelijk de stoot tot een nieuw onder- zoek gegeven. Een Rijkssubsidie en de volledige medewerking van de gemeen te waren de vrucht van de bemoei ingen van „Oud Leiden" en zo kon men iets ter tafel brengen toen de vereniging bU de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek aan klopte om over een nieuw onderzoek te praten. SCHEMATISCH, NIET GROOTSCHEEPS. Kort en goed, Maandag 24 October vj'erd een aanvang gemaakt met een on derneming, die vier weken zou duren. Geen grootscheepse opgraving; daar was hoch geld, noch plaats voor. Vier man kerkten aan de systematische uitgraving van esn put, waarin zij hoopten te zij- ner tijd het vervolg van de puinsleuven van Holwerda zich te zien aftekenen. De mannen stootten hun klompen en schoppen stuk op de harde kiel; slechts hngzaam kwam het ene vlak na het andere bloot- Want om niets te missen Van verschijnselen werd na het uitgra- lïV'an een steek de bodem van de put viak gestoken de ahrde grond maakte tetafschaven bijna onmogelijk en het viak gestoken de harde grond maakte menst de heer G. Plug, met de dage lijkse leiding belast, opgemeten en in tekening gebracht. «at allen met ongeduld wachtten, ge beurde echter niet. Wel hier en daar wat P'Jin, maar geen puinbanen, die in hun oeioop de hoofdvormen van een voor malig woongebouw bewaard hadden kunnen hebben. Dit was dus het resultaat van onze eerste poging; de puinsleuven van Hol werda zetten zich niet voort. WAAR STOND HET WOON GEBOUW? op een gebouw. Een nieuwe sleuf, nu heel listig in T- vorm aangelegd, bracht evenmin het ge wenste resultaat. Zoals overal, scherven van het oude woonvlak op zichzelf j mooi wetenschappelijk materiaal maar geen spoor van een gebouw. waarin de toegang was opgenomen. Het terrein biedt mogelijkheden, om een en ander nader te onderzoeken. Het geld echter - ook al de zenuw van dc archeologie was op; het jaarge tijde werkt steeds meer tegen. Dus moest het onderzoek hier eindigen. Het Tiende Lustrum wordt van 1928 Januari herdacht De V.V.S.L., waarvan thans 95 der aan de Leidse Academie studerende meisjes-studenten lid is een per centage, dat aan geen der Nederland se hogescholen wordt bereikt gaat belangrijke dagen tegemoet; de vie ring van haar halve eeuwfeest in Januari a.s. 4- Waar er omtrent die tijd voldoende aanleiding zal zijn om dè rijke historie van deze levenskrachtige vereniging „te doen spelen", bepalen wij ons thans tot de plannen, welk door de lustrum com- missie-1950 onder leiding van haar pre sidente, mej. M. J Hoogstra, zijn ont worpen en die aan deze tiende lustrum viering zulk een feestelijk, alleszins waardig karakter zullen geven. BURGERIJ WORDT EERST IN FEESTVIERING BETROKKEN. Ofschoon dit gouden jubileum in feit? een feest voor de leden zelf en de vele honderden reünisten is, heeft het V.V.S.L.-bestuur en ook de lustrumcommissie, gemeend om de Leidse burgerij, met wie in den loop der jaren zulke prettige contacten zijn gelegd, in de allereerste plaats (Speciale reportage) Met het doel onze export te bescher men, is in 1899 de nu jubilerende „Plantenziektenkundige Dienst" op gericht, die te Wageningen zijn zetel heeft. Diensten van dergelijke aard bestaan er thans in vrijwel alle lan den en zij werken zo nauw mogelijk samen: in de eerste plaats om het verhandelen van kwalitatief minder goede vruchten en planten te voor komen, en ten tweede om de bredere verspreiding van in zieke producten aanwezige kwade bacillen zo veel mo gelijk tegen tc gaan. Dr C. J. Briejer, de huidige directeur van de „P.D.", heeft ons bij een be zoek aan de gebouwen en laboratoria te Wageningen verteld, dat het voor ons eigenlijk begonnen is met de Colo- rado-kever, die in 1824 in Colorado voor het eerst werd ontdekt, z'n werkterrein allengs verder uitbreidde en. in 1922 ook in Europa (bij Bordeaux) zijn aanwe zigheid demonstreerde. Een onderzoek naar die kever voerde prof. dr Ritzema Bos naar Amerika en toen hij terug kwam moest hij mededelen dat de Ame rikanen (met het oog op ziekten van andere aard) besloten hadden voortaan voor export-artikelen een certificaat van „goede gezondheid" te eisen Terwijl men nu mag zeggen dat het gevaar van de colorado-kever wel in hoofdzaak is bedwongen, werd de P.D. intussen in de loep der jaren voor tal loze andere problemen gesteld en lig gen er nieuwe moeilijkheden in 't ver schiet. Daar was de „aardappel-moeheid", veroorzaakt door een microscopisch klein wormpje, dat honderden eitjes legt in de wortels van de aardappel plant en die plant daardoor ziek maakt. In '13 openbaarde dat wormpje zich voor het eerst bij Rost-ock. Het werd in 1917 in Engeland ontdekt en bleek in 1941 zfjn weg naar ons land re hebben gevonden. Sindsdien heeft het ook hier grote schade veroorzaakt. innemende, dat er een woongebouw Het is zeer scherp bestreden, maar men kan nog niet zeggen dat de „aard- --...v-.wtuuc, U(1V C1 CC4J wyjiigcuu'. °nnen de ringmuur gestaan "had, w.._ natuurlijk nog wel een andere plaats appel-moeheid" in ons land bedwongen Nieuwe aardappelsoorten worden thans »oor te vinden; bijvoorbeeld bi) de J te. De ziekte levert bovendien gevaar I alle op wrat-ziekte gekeurd en eventu- op voor bloembollen, die later op de betreffende aardappelgronden zouden worden uitgezet. Uiterst moeilijk is ook het probleem van de „schild-luis", een planten-parasiet, die ziöhzelf een soms wit, soms rood dakje van hars 'bouwt en daaronder aan de takken van hees ters en bomen gaat zitten zuigen. Voor al de San José-schildluis moet buiten gewoon gevaarlijk zijn. Door het harde dakje is deze parasiet bovendien heel moeilijk door de bestrijder te bereiken. Wel Is waar is de schild-luis nog niet in ons land opgemerkt, maar zij komt de laatste tijd snel naderbij. Zij rit al in Frankrijk en Duitsland cn onze kansen om haar definitief te weren zijn, volgens dr Briejer, niet best. Behalve op takken nestelt de schild luis zich namelijk ook op appels en hoe gemakkelijk kan zü aldus worden overgebracht door een reiziger, die uit het buitenland enige besmette vruchten meeneemt. Het gevaar van de schild-luis wordt daarom voort durend bestudeerd en de „P.D." is paraat om direct in te grijpen, zodra deze parasiet hier aanwezig zal blij ken te zijn. Tenslotte zijn er ook nog duizenden schadelijke insecten in vreemde landen, die eveneens in staat moeten wrorden geaöht hun domicilie naar hier over te brengen. De „PD." moet om van dat alles op de hoogte te blijven speuren in heel de wereld, COLORADO-KE VER-BESTRI J- DING KOST 6 MILLIOEN! Welke goede resultaten men met alle bestrijdings- en contrólemaatregelen kan hebben, is indertijd wel bewezen met het vraagstuk van de „aardappel wrat-ziekte", een soort zwam die hier voor het eerst In 1915 werd ontdekt. Wat een boze mensen zijn er gewee3t en welk een opschudding is er toen ge wekt door het feit dat oun. de tee.t van de bekende „bravo"-aardappel ra dicaal werd verboden. Achteraf hebben ook de opposanten niettemin het nut tig effect van dat verbod moeten er- I kennen. VOOR FIJNPROEVERS! Een bedrag van f. 5,— voor het vangen van een muskus-rat is een stellig niet te versmaden premie! Ter speciale aanmoediging heeft dr Briejer, directeur van de Plan- tenziektenkundige Dienst te Wa geningen, ons inmiddels verzekerd dat hij en zijn vrouw persoonlijk hebben geconstateerd dat het vlees van deze rat niet slechts heel smakelijk is, maar met de meest exquise wildschotel kan wedijveren eel direct uitgeschakeld. Per saldo is dat beter voor onze export en goedko per voor de productie dan dat men later uitgebreide bestrijdingsmaatrege len moet nemen. De bestrijding van de colorado-kever kest ons land voor het hele land- bouw-areaal per Jaar ongeveer zes mlllioen gulden MUSKUSRAT ONDERMIJNT. DIJKEN. Een voor ons land evenWns dreigend gevaar is dat van de muskus- of bi- samrat. WH brengt dit dier geen schade toe aan cultuurgewassen of oogstvoorraden, maar het gTaaft ho len (zo groot als die van konijnen) onder water en perforeert polderdij ken en kaden. Om zijn kostbaar bont is het in Amerika (en sinds 1928 ook in België) zeer gewild, maar helaas heeft men niet iedere muskusrat vol komen in bedwang. Nu rukt dat leger dan langzaam, maar zeker op naar Nederland en in onze waterrijKc stre ken meent men er grote gevaren van te moeten duchten. Dijkdoorbraken zouden op den duur vermoedelijk niet te voorkomen zijn.... Met alle macht poogt men thans (o.a. door het uitloven van vangpremies a f. 5,— per stuk) de opmars van de muskus-rat in het Zuiden van ons land af te dammen. Maar het is de vraag cf dat lukken zal. In April van dit Jaar had men er ongeveer 400 gevan gen in Noord-Brabant en op het ogen blik is die bu:t al tot 7c.O gestegen. Dr Briejer heeft ens tenslotte nog meegedeeld dat de begroting van at „PD. twee en een ha.i minioen gul- oen per jaar bedraagt. Van die enorme som wordt echter 4(J% door inkomsten gscjekt in -de vorm van vergoeding voor af te geven certificaten. in haar feestvreugde te doen delen. Zo zullen de feestelijkheden, welke van 19 tot 28 Januari zullen duren worden ingezet met een huisvrouwen- feesc in de Stadsgehoorzaal. De volgen de avond is het feest voor het gemeen- tepersonesl, dat dan. vergezeld van zijn dames, een cabaret-pTogramma krijgt aangeboden. Dat de V.V.S.L., die reeds sedert 1902 voor de minder bedeelde kinderen een St. Nicolaasfeest verzorgde dit jaar worden dit er zelfs ruim 600 ook hen in het feest heeft willen betrekken, laat zich begrijpen. 21 Januari is het hun dag! Met uitzondering van een lunch, wel ke aan de echtgenoten van de hoogle- laren wordt aangeboden, is er op Maan dag, 23 Januari, verder niets aan de hand. 24 JANUARI: TAARTENDAG. 24 Januari is het taartendag. Bestuur, lustrum- en burgerijcommissie gaan die dag bij alle hofjesbewoners en de kin deren der weeshuizen taarten en cakes ronddelen. DE EIGENLIJKE LUSTRUM VIERING. Woensdag, 25 Januari, vangt de eigenlijke herdenking van liet tiende lustrum aan. 's Ochtends om elf uur worden de reünisten de V.V.S.L. heeft er bijna 2000 en de besturen der zusterverenigingen aan het station afgehaald. Gezien de belangstelling welke reeds nu voor de viering van dit jubileum bestaat, houdt men re kening met de komst van plm, 800 reünisten. Mogelijkerwijs zal zich onder deze reünVsten esn oud-alumna een oud V.V.S.L-lid bevinden, dat zich ondanks de meest vooraanstaande maatschap pelijke en nationale positie toch steeds voor zover het de V.V.SL. be treft op een plaats als normale reü- niste beroept: Jula van Oranje, buiten V.V.S.L-kringen beter bekend als H.M. Koningin Juliana der Nederlanden. Om halfdrie zal die dag het 10de lustrum officieel worden geopend dcor de praeses van de V.V.S.Lmej. H. G. Blom. Het ligt ln de bedoeling, dat deze plechtigheid ln de Zuidsrkerk aan de Lammenschansweg zal plaats vinden. Na afloop volgt een receptie in het V.V.S.L.-gebouw aan het Rapenburg, waarna deze eerste dag besloten wordt met een diner in de Stadsgehoorzaal, waarop ook de lustrum-Almanak zal worden uitgereikt). MODE-SHOW EN „LEIDSE LEUT". Naast enkele plechtigheden binnens huis wordt de volgende dag een mode show met thé-dansant ln de Stadsge hoorzaal gehouden, terwijl 's avonds om acht uur, aanvangend met een fakkel optocht op verschillende plaatsen ln het centrum van de stad er wat „Leidse Leut" zal worden gemaakt. 27 Januari verzorgt de Muziekclub van de V.V.S.L. in de Lakennal een muzikale koffie", waarna ln de middag uren in de Kon. Schouwburg de eerste opvoering van het lustrumspel „Electre" wordt gegeven. Gelijkertijd vind ln de Manege in de Kaiserstraat een uitvoe ring plaats van de caroussel-vereniging der V.V.S.L. ONTVANGST OP HET STADHUIS Te kwart over vier volgt een officiële ontvangst op het Stadhuis door het gemeentebestuur. De feestelijkheden worden die dag besloten met een gala-voorstelling van het lustrumspel en een bal in de Stads gehoorzaal. (Foto L.D./Van Vliet) Het clubgebouw van de V.V.S.L. aan het Rapenburg, dat in Januari bij de viering van het tiende lustrum ln het centrum van de belangstelling zal staan.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1949 | | pagina 7