SCHUDT UW LEVER WAKKER HET HUIS AAN DE BAAI Het sprookje van Yalta Hitler's kortzichtige politiek dreef Rusland in de armen van het Westen Kathleen Ferrier als een onvergetelijke „Orpheus" Kleine geschenken onderhouden de vriendschap Mrs. Perle Mesta, Amerikaans gezante in Luxemburg SftSSS3. Radio-programma Panda en meesterwereldverbeteraar 88ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Woensdag 29 Juni 1949 Tweede Blad No. 26729 (Van onze Duitse correspondent). Ofschoon de stem van Duitsland in het parlement der wereldpolitiek nog niet veel te betekenen heeft, koesteren vele Duitsers, vooraan hun partijleiders, reeds nu ambities van buitenlandse po litieke aard. Dat is begrijpelijk en het zou voor niemand een reden behoeven te zijn om er zich ongerust over te maken, ware het niet. dat het funda ment van de zioh in wording bevinden de Duitse buitenlandse politiek enige zwakke plekken vertoonde. In de strijd der Duitse partijen om een toekomstige Duitse politiek, die mate van gerechtvaardigheid te verle nen, zonder welke zij zich nooit tot een lactor van belang zou kunnen ontwik kelen, is door de bekende politieke woordvoerders in West-Duitsland de these verkondigd, dat niet het Duitse volk, doch uitsluitend het leger van Hitier de oorlog heeft verloren. In een circulaire, geschreven door generaal Halder en vervat in een geest, die het hart van alle Duitse militairen sneller doet kloppen, wordt beweerd, dat de Duitse nederlaag te vermijden ware geweest, indien Hitler in plaats van naar zijn geëxalteerde omgeving, naar zijn generaals had geluisterd. Men on derschatte de invloed van zulke rede neringen niet en men diene bij de be oordeling van de mentaliteit van het Duitse volk wel te bedenken, hoe ver geetachtig de massa is. By een rond vraag van een Duits weekblad bleek, dat negen van de tien ondervraagden niet meer wisten, dat Duitsland de vijandelijkheden met Rusland is begon nen en dat het Duitsland is geweest, dat zes maanden later aan de Ver. Staten de oorlog verklaarde. Nog al gemener is de opvatting, dat alle moei lijkheden, waarin de internationale politici zich op het ogenblik bevinden en dat de ongelukkige situatie, waarin in 't bijzonder Duitsland verkeert, zijn te wijten aan de cardinale. fouten, die de Westelijke geallieerden in Februari 1945 in Yalta maakten. Ge zult met een loupe naar die Duitser moeten zoe ken, die er niet van overtuigd is, dat Roosevelt in de schaduw van de pal men op de Krim Duitsland en Europa aan de Russen heeft verraden en ver kocht. Indien deze en soortgelijke foutieve overwegingen de basis blijven vormen voor wat straks Duitslands buitenland se politiek moet worden, dan doen wij er goed aan onze verwachtingen aan gaande die politiek niet hoog te span nen. Wij registreren het daarom als een verheugend verschijnsel, dat het tijd schrift „Sie" een artikel brengt van de bekende publicist Curt Riess, waarin een einde wordt gemaakt aan het sprookje van Yalta. Hier wordt in Duitsland voor het eerst onthuld, dat het geen verdienste van het Wes ten is geweest, dat Rusland onze bond genoot werd, maar dat veel meer de kortzichtige politiek van Hitier deze machtige wapenbroeder uit het Oosten de Westelijke geallieerden in de armen wierp. Het begin van de Dults-Russlsche oorlog* was voor de Sovjets verre van fortuinlijk en Moskou drong met groeiende nadruk aan op de vorming van een tweede front, dat zijn eigen wankelende linies in Oost-Europa moest ontlasten. Toen dit tweede front later kwam dan de Russen voor wen selijk en mogelijk achtten, strekten zij hun voelhorens uit en zochten zij langs omwegen contact met Berlijn om dt mogelijkheid van separate vredesonder handelingen te onderzoeken. Hit .er heeft verzuimd deze kano waar te ne men. Men kan hem cr dankbaar voor zijn. Ware het hem in 1943 gelukt met Stalin tot een vergelijk te komen, nan zou wellicht de oorlog vandaag neg voortduren. DUITS-RUSSISCHE VREDES BESPREKINGEN IX 1943. Details over Russiscne toenacierinas- pogingen in het voorjaar van 1943 zijn weliswaar nog niet bekend, maar Curt Riess deelt interessante bijzonderheden mede over de ondernandeungen, die in de tweede helft van 1943 en in 1944 in Stockholm tussen Russische diplomaten en vertegenwoordigers der iiltier-re6c- ring zijn gevoerd. Aan Russische kant hebben volgens officiële documenten aan deze bespekingen deelgenomen: mevrouw Kollontay, gezante der Sov jet-Unie te Stockholm, Semjonow, gc- zantschapsraad der Sovjetrussische le gatie te Stockholm (de tegenwoordige Russische gezant te Berlijn), DeKano- sow, die van 1940 tot het uitbreken van de oorlog Russisch ambassadeur te Berlijn was en Alexandrow, een hoog ambtenaar uit het volkscommissariaat voor buitenlandse aangelegenheden te Moskou en medewerker van Wysjinksky. Het contact werd aangeknoopt door een zekere Edgar Klauss, van beroep filmverhuurder, geboortig van Riga, doch op een vreemdelingenpas ip Zwe den levend. Hij was bevriend met me vrouw Kollontay en was kind aan huis bij het Russische gezantsohap. Hij stelde zich in verbinding met de film referent van het Duitse gezantschap, die hem op zijn beurt in aanraking bracht met dr Kleist, administrateur in het rijksministerie voor de bezette gebieden. Tussen beiden hebben in de zomermaanden van 1943 te Stockholm voorbesprekingen plaats gehad. Het re sultaat dezer conferenties, waarvan Von Ribbentrop en Himmler nauwkeu rig op de hoogte werden gehouden, was dat de Russen zich bereid verklaarden over een afzonderlijke vrede te beraad slagen op de basis der volgende drie punten: 1. Vrije hand voor Duitsland in mid den- -en West-Europa. 2. Deling van Polen volgens de status van 20 Juni 1941. 3. Vrije hand voor Rusland in Oost- Europa, inclusief de Balkan, Tsjecho- Slowakije, Griekenland en Finland. Een speciale voorwaarde der Russen was, dat graaf Von der Schulenburg, de gewezen Duitse ambassadeur te Moskou, naar Stockholm zou komen om als Duits onderhandelaar op te treden. Maandenlang bleven de Russen gedul dig te Stockholm wachten, maar noch Von der Schulenburg, die bij Hitier in ongenade was gevallen, noch een ander prominent Duits diplomaat kwam opdagen. De vredesbesprekingen strand den niet op de onwil van de Russen, maar op het wantrouwen van Hitier. Pas in Juni 1944 kreeg dr Kleist van Von Ribbentrop de boodschap, dat hij de besprekingen met de Russen moest hervatten. Dat gebeurde ook en pas in October werd het contact, ditmaal door de Russen, definitief afgebroken. Toen Roosevelt naar Yalta ging, was hij ongetwijfeld, dank zij de informaties van de Amerikaanse en Britse geheime dienst, van de gebeurtenissen te Stock holm op de hoogte. Onder geen voor waarde mocht hij riskeren, door een ontoegeeflijke houding de Russen aan leiding te geven om hun plannen in zake een accoord met Hitier ten uit voer te brengen. Integendeel: 't kwam er op aan Stalin te paaien en hem door concessies aan een voortzetting van de gemeenschappelijke strijd te in teresseren. Dat was een gebod van het ogenblik. Wat er later uit voortvloeide, is een andere kwestie. De onzalige ge volgen van Yalta komen in geen geval voor rekening van de Westelijke gealli eerden, en de Duitse wereldpolitici-in- spe kunnen hoogstens Hitier en con sorten een verwijt maken. (Van onze correspondent te New York) Mrs Perle Mesta, die haar faam ont leent aan de feesten, die zij te haren huize geeft voor de politici van Wash ington, is benoemd als opvolgster van Alan Kirk, die onlangs tot ambassadeur in Moskou promoveerde. Admiraal Kirk echter was tevens ambassadeur in Brussel. Zijn opvolger daar is nog niet benoemd. Mrs Mesta wordt de eerste vertegenwoordigster van de Verenigde Staten in het 300.000 zielen grote her togdom. Perle Mesta, thans achter in de zes tig. is de dochter var. William B. Skir- vin, die rondom de eeuwswisseling han delaar was in landbouwwerktuigen. Af komstig uit Michigan vestigde hij zich in Oklahoma, toen 'n opkomende staat. Hij had geluk in zyn handeltje en nog meer geluk toen hij wat geld inves teerde in een stukje grond dat plotse ling olie begon te spuiten. Van toen af waren er geen financiële zorgen meer voor de Skirvin-familie en Billy Skir- vin vond dat hij van zijn snel verwor ven fortuin wel eens wat aan een weel derige opvoeding van zijn dochter mocht besteden. Het gevolg hiervan was, dat Perle in 1916 in het huwelijk trad met George Mesta, eigenaar van de Mesta-gereed- schappen-fabriek in Pittsburg. Bij Mes ta's dood ln 1925 liet hij zijn weduwe een klein mlllioen dollars na, zodat Perle met dit bedrag en met het kleine halve millioen uit de erfenis van haar vader, ruim voorzien was met het aard se slijk en tevens met veel vrije tijd. Deze vrije tijd en haar vermogen stelden haar in staat de eerste schre den te zetten op de „society"-ladder, waarop zij zich langzamerhand omhoog werkte. In 1941 besloot Perle om zich in Washingon te vestigen en in die stad heeft zij haar grootste successen ge boekt als gastvrouwe en organisatrice van gala-festijnen. Een harer eerste connecties in Wash ington was de Truman-familie, in een tijd waarin Truman nog slechts een vrijwel onbekende senator uit Missouri was. In het licht van het daarop vol gende is men het er in Amerika nog altijd niet over eens of dit alles zuiver toeval was of ongelooflijk politiek door zicht. Intussen had mrs. Mesta in 1942 al haar relaties met de republikeinse partij verbroken en toen de onbekende senator Truman uit Missouri in 1944 tot vice-president van de Verenigde Staten werd gekozen, lachte de fortuin haar beeld toe. Van toen af aan zette Perle alles op de Truman-kaart. Het eerste grote diner, dat voor de nieuwe vice-president gegeven werd, was van Perle, Het kostte haar vijfdui zend dollars, maar was rijk aan presti- ge-succes. Kort daarop werd Margaret Truman officieel in de „Society" ge ïntroduceerd en wederom geschiedde dat op een gala-avond, door Perle ge geven. Perle'was overigens zo vriende lijk voor haar nichtje Betty Tyson om deze op dezelfde avond onder de schijn werpers en fototoestellen van de Ame rikaanse pers te zetten. Inmiddels was Truman door de dood van Roosevelt president geworden en Perle daarmede kind aan huis in het Witte Huis. Zij is een van de weini gen, die mrs. Truman met Bess mag aanspreken. Toen de 1948-verkiezingen naderden en het politieke leven van Glanspunt van het „Holland Festival" (Van onze muziekredacteur) Van Glucks opera „Orpheus en EuridJce", als een der glanspunten van het „Holland Festival" ln de Am sterdamse Schouwburg uitgevoerd, kunnen wy slechts in kort bestek één facet, dat ons het hevigst trof, be lichten. Voor ons perso.oniyk werd de uit beelding der „Orpheus"-rol door de Engelse altzangeres Kathleen Fer rier, die w|j tot nu toe uitsluitend als liederenzangeres kenden, de be levenis van deze aan indrukken zo ryke avond, met eindeloze terugroe pingen tot besluit. Men weet, hoe Christoph Willibald Von Gluck met deze in 1762 verschenen opera radicaal brak met de in zijn tijd. heersende mode der Italiaanse opera, waarbij de franje der coloratuur-aria en dergelijke veruiterlijking de hoofd zaak vormde en de inhoud slechts bij zaak betekende. Gluck legde de nadruk op het menselijke element, de inner lijke ontroering en de rede. hij bracht inhoud en vorm nader tot elkaar, veelal zelfs in volstrekte harmonie. Welk een imponerende en doeltreffende stoot in deze nieuwe richting, ten plotte culmi nerend in zijn „Iphiqueniar auf Tauris" (1779), gaf hy reeds onmiddellijk met deze „Orfeo", waarin de jonge Kathleen Ferrier zulk een personificatie van de menselijke ontroering en van de smart uitbeeldde, zoals wij deze nog nim mer zagen of hoorden. Kathleen Ferrier beleed deze Orpheus met een weergaloze waarachtigheid en waardigheid. Een vrouw, die zó zingt, moet de diepte der smart uit eigen ervaring dan wel uit intuïtie kennen. Maar ook de stralende verwachting en de glanzende verrukking Deze drie menselijke elementen fasci neerden en ontroerden bij voortduring in dit spel en deze zang van het edelste Truman ernstig gevaar liep, was het weer Perle, die onvermoeid ijverde voor de Truman-zaak, zoals een goede „Tru-.. man-democratie" (gelijk zij zich zelf noemt) past. Tezamen met Louis John son, thans minister van Defensie, za melde zij grote bedragen in voor de partijkas. Thans met Truman voor een volgen de vier jaar in het zadel, is haar de beloning voor al haar goede werk voor de Truman-zaak niet onthouden. De hoofdstad zal haar en haar feesten echter danig missen. Mrs. Mesta is niet de eerste vrouwe lijke Amerikaanse gezant. De eerste was mrs. Ruth Bryan Owen Rhode (Denemarken 19331936), de tweede was mrs, J. Borden Harriman (Noor wegen 1937—1940). Perle is thans de derde en als nummer vier op de nomi natie staat mrs. Eugenie Anderson voor de post in Denemarken. en u zult '0 morgens weer kiplekker uit bed springen. Elke dag moet uw lever een liter gal In uw Ingewanden doen stromen, anders ver teert uw voedsel niet, het bederft U raakt verstopt, wordt humeurig en loom. Neem de plantaardige CARTER'S LEVERPILLETJES om die liter gal op te wekken en uw spijs vertering en stoelgang op natuurlijke wijze te regelen. (Adv.) gehalte. Wie beschikt daarbij over een dergelijke omvangrijke, prachtig ge- egaliseerde en wonderschone, warm- donker getimbreerde altstem, waarin de nuances van een zeldzame tederheid en bekoring zyn? Deze Orpheus-vertolking legde op de op zichzelf reeds superieure uitvoering met Greet Koeman (Euridice) en Louise de Vries (tenor) als voortreffe- lyke partners een onvergeteiyk stempel. Want zelfs in haar stille en roerloos spel was Kathleen Ferriers ex pressie geladen door een dramatisch- beheerste en steeds vibrerende bewogen heid, waarmee zij het auditorium in haar ban hield. En na de wereldbe roemde aria „J'ai perdu mon Euridice" brak een geweldig en langdurig aoplaus los. waardoor even die ban gebroken werd. Het was een perfect verzorgde, mach tige uitvoering, met Pierre Monteux als inspirerend en toch zo sober dirige rend leider van een gerieus spelend orkest, met een suggestieve, interessante en vernieuwde choreografie en 'n kleurige decoratie, die evenmin onze hoogge stemde verwachtingen teleurstelden. .Afgezien van Kathleen Ferriers doorleefde vertolking, was deze uit voering op zichzelf reeds een spre kend en verheugend specimen van het uitmuntende niveau, waarop de Nederlandse Opera zich in het hui- ditre stadium beweegt. Moge zij in het komende seizoen ook de provincie met enkele voor belden van haar uitgebreid reper toire laten kennis maken! H. BEROEP OUD-COMMANDANT „ORANJE NASSAU-REGIMENT" VERWORPEN. De Procureur-Generaal bij de Hoge Raad concludeerde op 14 Juni in de zaak tegen W. J. Kichen, vm, comman dant van het Oranje-Nassaureglment", een illegale organisatie tijdens de be zetting op formele gronden tot vernie tiging van het vonnis en verwyzing van deze zaak. Door de Haagse Gerechtshof is K. tot vier jaar gevangenisstraf veroor deeld met de bepaling, dat hij ter be schikking van de regering wordt gesteld. De Hoge Raad heeft het beroep van K thans verworpen. VRIJLATING PRIJZEN VAN EEN AANTAL GOEDEREN. In de Staatscourant is een beschik king van de Minister van Econ. Zaken gepubliceerd, waarin zijn vrijgelaten de prijzen van: rijwiel-, motorrijwiel- en autotractiebanden en het coveren en verzolen van deze banden; gerubberi- seerde stoffen en het confectionneren van deze stoffen; rubberschoeisel en rubbermateriaal voor zolen en hak ken; alle- overige geheel of groten deels uit rubber latex of thermoplastiek vervaardigde productie met uitzonde ring van rubber kunstgebitten, alsmede de prijzen van natuur, synthetische- en regeneraatrubber alsmede latex. Voorts worden in een andere beschik king de pry zen van huiden, vellen en leder, en dierlijk haar, met uitzondering van schapenwol, vrijgelaten. KLEINOOD HERKEND EN TERUGGEGEVEN! Dezer dagen publiceerden wy, dat 'n 13-jarig meisje uit Schiedam op het strand van Hoek van Holland een ge sloten schelp gevondpn had, waarin 'n witgouden ringetje zat, 18-karaats, met briljant. Dit heeft de speurzin opge wekt van de politie te Hoek van Hol land, die haar rapporten ging doorbla deren. En ziet, in de annalen van 1947 stond een aangifte vermeld van dief stal van een soortgelijk ringetje, die in „het bad" gepleegd zou zijn. De eige nares heeft nu haar kleinood herkend en in ontvangst genomen. FEUILLETON door ANDRIES MACKENZIE, vertaald uit het Engels. 68) Achterhaal ze! schreeuwde Bran- nigan. Snij ze af! Laat het monster niet ontsnappen, of ik sleur jullie zelf de zee in. Toen de politieboot de andere boot voor het eerst in 't zicht kreeg, was er een afstand van circa dertig meter tussen de beide vaartuigen. De opzet van de politieboot werd duidelijk: deze wilde de boot van de kolonel rammen. Simpkins moet dit ook beseft hebben, want opeens liet hy Judith los en sprong naar het roer. Maar de politie boot naderde zo snel, dat geen enkele manoeuvre van het andere scheepje meer resultaat kon opleveren. Ik geloof, dat Simpkins dit ook inzag. Hy haalde zijn revolver -te voorschijn en loste een schot. Hoewel ik 't geluid hiervan niet kon horen, zag ik wat het resultaat was: één van de politiemannen zakte ineen. Toen botsten de twee boten te gen elkaar aan. Zelfs in het geraas van de storm hoorde ik het gekraak van deze botsing. De kolonel gal een gil, die door de wind in onze richting werd voort ge dragen. Gedurende een enkel ogenblik stond hij te wankelen met omhoog ge strekte armen. Daarna viel hU achter over in de kokende zee. De politieboot draaide terug. Zolang de boten tegen elkaar lagen, waren ze onbestuurbaar en dreven ze in de rich ting van de kust. Maar het resultaat van de manoeuvre was, dat zodra de boten weer vrij van elkaar lagen, de boot van Simpkins, die lek gestoten was, begon te zinken. Judith stond tegen de ene kant van het bootje aangedrukt, toen de botsing plaats vond. En eerst toen het achter schip begon te zinken, besefte ze, in welk gevaar ze verkeerde. De man aan het roer gooide zijn oliejas uit en sprong over boord. Ik kon nu duidelijk zien, dat het de mys terieuze kerel was die de boot die nacht, dat ik naderbij gekropen was, om haar te bekijken, naar het kanaaltje bij het Huis aan de Baai had gebracht. De politieboot begon weer vooruit te stomen, maar scheen mij, in mijn over spannen toestand, geen haast genoeg te maken. Terwijl er nog diverse me ters tussen de twee boten lagen, ging tfë boot van Simpkins onder. Ik ving c:n glimp op van Judiths blonde hoofdje boven de golven en daarna zag ik niets meer. Dit alles gebeurde in minder dan een minuut. De man, die zovele mensen ten onder had gebracht, was nu verdronken, maar mét hem kwam de vrouw, die ik lief had, in de golven om! Judith! gilde ik, maar de wind maakte het onmogelijk haar te beschreeuwen. Ik wilde me in de zee storten, maar Brannigan hield me tegen. Je kunt niets voor haar doen, bul derde hij in mijn oor. De enige hoop voor haar -is, dat de politieboot haar zal oppikken. Ik wist, dat Brannigan me desnoods met geweld zou tegen houden. Ik deed dus alsof ik berustte en hij liet mijn arm los. Toen, voordat h)j me nogmaals kon grijpen, stortte ik mij in de golven. Ik was altyd een uitstekend zwem mer geweest, maar nog nooit had ik te maken gehad met water, dab zo koud was als dit zeewater. De aanraking hiermee deed me verstyven. Eén ogen blik vreesde ik, dat de golven me weer naar de kust zouden spogen. Ik vocht met een grote aanrollende golf, die mei bijna meesleurde, maar ik won, en lag nu tegenover een eindeloze massa nieu we' golven. Uit de positie van de politieboot maakte ik op, dat ik me ongeveer hal verwege de plaats, waar Judith in de golven verdwenen was, en de kust be vond. Het was- natuurlijk verstandiger geweest, als ik aan de wal gewacht had. tot de politieboot Judith had opgepikt, maar een kracht, buiten me zelf, dreef me voort. Ik voelde, dat mijn krachten het niet lang zouden volhouden. Het was alsof ik al een tijd in het water lag. Boven het loeien van de wind en de golven uit, hoorde ik van de politieboot iets roepen. Men had mij blijkbaar in het oog gekregen. Juist op het moment, dat de boot vlakbij my was gekomen, voelde ikmyn kracht verminderen en begon ik te zinken. Ik wil haar vinden, lk wil haar J vindenherhaalde ik als maar tot I me zelf. Opeens stootte ik ergens tegen aan en tastten myn vingers in Iets, dat op vrouwenhaar geleek. Met alle kracht, die nog in me was, pakte ik 't lichaam, dat hier in de diepte gezonken was, beet en samen kwamen we weer boven. Aan de oppervlakte gekomen, her kende ik het blonde hoofdje van Ju dith. Haar ogen waren gesloten en ik kon niet opmaken of ze nog ademde. Er was opnieuw een stortbui losgebar sten, zodat ik niet voor me uit kon zien. Ik trachtte te schreeuwen, maar er kwam geen geluid over myn lippen. Ik was doodop en besefte op dit moment, hoe iemand berusten kan in een neder laag, nadat de strijd alle kracht en energie heeft opgebruikt, en dan als het ware dankbaar wegzinkt in onein dige vergetelheid. Binnen enkele seconden zou ik op- I nieuw onder water verdwynen met Ju- chth in myn armen. Toen hoorde ik 1 echter opeens weer het geluid van een snorrende motor en zag ik de voorste ven van 'n schip uit de mist van regen opdoemen. Als ik Judith niet behoefde vast te houden, had ik de enkele me ters naar de boot nog wel kunnen zwemmen. Op dat moment rees het verlangen om in leven te blyven met ongekende kracht in me op. Ik gilde zo hard als ik kon. En lk bracht inder daad geluid voort, hoe verwonderlyk het ook was, aangezien kort tevoren door uitputting geen klank uit mUn mond was gekomen. Een man in uni form verscheen aan deze kant van het dek. Er werd iets geroepen en de boot begon te draaien. Ik voelde mijn krachten verzwakken. Judiths gewicht begon me te veel te worden. Zo nu en dan werd alles zwart om me heen, waar even te voren de groen-grijze kleur van de zee was ge weest. Het suisde in myn oren en vaag hoorde ik nog het regelmatig gestamp van de motor. Vlug, hij zinkt, hoorde ik ver weg iemand roepen. Ik voelde een gewicht uit mijn armen genomen worden en een stevige arm om mij zelf heen. Daarna was alles duisternis. HOOFDSTUK XXV I Veertien dagen later zat ik weer in Rose Cottage. Ik wilde liever niet den- ken aan de tussenliggende dagen, die ik in een ziekenhuis had moeten door- brengen, vlak na mijn ontsnapping aan 1 de verdrinkingsdood. De dokter vertel- 1 de me, dat ik hoge koorts h^a gehad 1 gedurende enige dagen. En zelfs toen mijn temperatuur weer normaal was i geworden, wilden ze me nog niet direct laten gaan, aangezien ik zeer verzwakt was. Judith was met my meegekomen. Zo dra ik voldoende by kennis was ge weest, had ik naar haar geïnformeerd pn men had my verzekerd, dat ze weer helemaal in orde zou komen. Ik wist toen niet, dat de politiemannen gedu rende een uur kunstmatige ademhaling op haar hadden moeten toepassen, voordat het ^ker was, dat ze nog leefde. Gelukkig lag dit alles nu achter ons. Judith zat tegen myn knieën aan en met myn hand streelde; ik over haar goudkleurige haar. Lijkt net jou ook geen nachtmer rie, Bob, als je terugkykt op alles wat er gebeurd is? vroeg ze. (Wordt vervolgd) STANDBEELD VOOR UITVINDER VAN IIET „HARINGKAKEN". Een hulde na 6 eeuwen... Willem Beukelszn. van Biervliet, die in ieder geschiedenisboekje als de uit vinder van het haringkaken opgetekend staat, krygt naar alle waarschijnlyk- heid een standbeeld of monument te zyner nagedachtenis. De man, die reeds in de 14e eeuw de grondslag legde voor een bloeiende ha- ringvissery. krijgt daarmee eindeiyk de eer, die hem toekomt, aldus burgemees ter en gemeenteraad van Biervliet. Willem Beukelszn. droeg in hoge mate bij tot de opkomst en bloei van Bier vliet en daarmee van alle vissersplaat sen van ons land. Ook andere landen hebben van de conserveringsmethode van Willem Beukelsz. danig geprofi teerd. De gemeenteraad van Biervliet be sloot onlangs in principe tot het op richten van een monument of stand beeld over te gaan. De financiering hiervan zou mede door de gezamenlijke haringvissers mceten geschieden. In deze klingen heeft men grote sympa thie voor dit plan ontmoet, zodat de kans groot is, dat de harlngkaker ln steen vereeuwigd zal worden. Byna zes eeuwen na zyn dood ONDERZOEK NAAR VERMISTEN IN GEVAAR? Willem Ruys weer vertrokken. Aan boord van de „Willem Ruys" te Rotterdam heeft de heer C. D. van der Harst, hoofd van de Opsporingsdienst van de vermiste overledenen in Indo nesië, verklaard dat „het bezulnigings- spook dreigt" en dat hij daarom terug gaat. De opsporingsdienst heeft een aantal bykantoren zoals te Surabaja, Semarang en Bandoeng. Myn plan was juist, aldus de heer v. d. Harst, geweest er nog enige uitbreiding aan te geven, maar my bereikte het be richt, dat men daarentegen bykantoren wil gaan opheffen. Dit zou zeer onaangenaam zyn. Van de 40.000 gevallen, die de dienst te behandelen krerg, is de helft tot volledige klaarheid gebracht cn van de overige 20.000 misschien nog een kwart, maar er zyn altyd nog 15.000 gevallen van Europeanen, van wie het overiydcn nog niet met voldoende zekerheid Is vastgesteld om een ovcr- lijdensacte te kunnen afgeven. En deze is voor dc nabestaanden van groot belang, onder meer ook om de verzekeringssom uitbetaald te krygen. De „Willem Ruys" is vanmiddag weer met 1000 passagiers vertrokken. Als „teken van het seizoen" kan die nen, dat tientallen passagiers een kan tje „Hollandse nieuwe" hebben meege nomen en deze in depót gaven aan de chef van de koelcel. BELANGRIJKE OUDHEIDKUNDIGE VONDSTEN IN USSELERVEEN. In het Usselerveen onder de gemeente Enschedé worden sedert geruime tyd onder leidina van de conservator van het Ryksmuseum Twenthe, dr C. C. W. J Hyszeier. opgravingen gedaan welke reeds belangrijke resultaten hebben op geleverd. Men heeft duizenden voorwer pen. bewerkte zowel als onbewerkte ge vonden. Onder de bewerkte bevinden zich o a. pijlpunten, mesjes en schrab bers. alle uit vuursteen vervaardigd. Deze dateren uit het midden-steentHdnerk. ongeveer 9 000 jaar geleden. Dr Hyszeler beschreef deze vindplaats als de rijkste van NoordWest-Europa. Een wetenschappelijke commissie uit Lelden zal binnenkort ter plaatse een onderzoek Instellen. KAREL LOTSY ALS „BOTANICUS". De heer K. J. J. Lotsy. voorzitter van de KNVB die een bezoek bracht aan Finland, heeft voor Thysse's Hof te Bloemendaal het eenbloemie winter groen „Pirola-Unlflora" meegebracht. De plant werd het laatst in Appelscha aan getroffen en komt alleen nog in Fin land voor. De heer Lotsy is voorzien van een botaniseertrommel hpt binnenland ingetrokken en heeft een tiental plant jes gevonden. OPHEFFING BIJZONDERE GERECHTSHOVEN. Instelling byzondere strafkamers. By K B. zyn met ingang van 1 Juli 1949 de Byzondere Gerechtshoven te 's-Gravenhage en Leeuwarden opgehe ven en bij de Arrondissements-Recht- banken te 's-Gravenhage, Rotterdam, Dordrecht, Middelburg. Leeuwarden, Groningen, en Assen byzondere straf kamers ingesteld, welke by uitsluiting zyn belast met de berechting van mis drijven waarop het besluit buitenge woon strafrecht van toepassing is. VOOR DONDERDAG 30 JUNL Hilversum I (301 M.) AVRO 7.00. nieuws; 7.15: ochtendgymnastiek; 7.30: gram.muzlek; 7.50: (VPRO) dagopening door dr A. Trouw; 8.00; nieuws; 8.15: varia; 8.55: van vrouw tot vrouw; 9.00: gram.pl.: 9.30: soft and sweet; 10.00: morgenwydlng door dB M. C. van Wyhe; 10.15: arbeidsvitaminen; 10.50' kleutertje luister; 11.00: orgelconcert; 11.45: een be zoek aan de diamanttentoonstelling; 12.00: John Renova and his music; 12.30: mede delingen; 12.33: ln 't spionnetje; 12.38: plano en orgel; 1.00: nieuws; 1.15: aan sluiting met de B.B.C.; 2.00: de koning en de koetsier; 2.15: sollstenconcert; 3.00: klimop; 4.00: assortlmento; 5.00: reizen en trekken; 5.20: welk dier deze week; 5.30: Skymasters; 6.00: nieuws; 6.15: Tour de France; 6.20: tennlsreportage; 6.30: Ned. strijdkrachten; 7.00: radiostrip: 7.10: Metropóle Orkest; 7.45: de R.V.D. antwoordt; 8.00: nieuws; 8.05: ln het radio zoeklicht; 8.15: Amerikaans studen tenkoor: 8.50: de stem, hoorspel; 9.20: Residentie Orkest; 10.00: causerie; 10.15: the Swinging Nightingales; 11.00: nieuws; 11.15: aansluiting met Schevenlngen; 11.45 12.00: gram.muzlek. Hilversum II (415 M.) KRO 7.00: nieuws; 7.15: sopraan en plano; 7.45: morgengebed en liturgische kalender; 8.00: nieuws; 8.15: pluk de dag; 9.00: voor de vrouw; 9.05: muziek houdt fit; 9.30: wa terstanden; 9.35: muziek van Dvorak; 9.40: schoolradio; NCRV 10.00: trio De Graaff; 10.15: morgendienst door ds G. W. C. Vunderlnk; 10.45: Norman Cordon zingt: KRO 11 00: de zonnebloem; 11.40: schoolradio: 12.00: angelus; 12.03: piano recital; 12.30: mededelingen: 12.3a: de zevenklapper; 12.55: zonnewyzer; 1.00: nieuws; 1.20: septet Johnny Ombach; 1.45: rceromme; NCRV 2.00: Promenade Orkest; 2 40: even onder ons; 3.00: bonbons bil de thee; 3.30: pianorecital; 4.00: bijbellezing: 4.45: gram.pl.; 5.00: radio jeugdjournaal: 5.30: Zakapara's 5.50: causerie; 6.00: Leger des Hells-kwartler; 6.15: CMB-kwartler; 6.30: populaire orgelbespeling; 7.00: nieuws; 7.15: Nederlandse organisten: 7.30: actueel geluld; 7.46; gram.pl.; 7.55: een goed woord voor een goede zaak; 8.00: nieuws; 8.05: proloog; 8.15: plaat- varla; 9.00: vacantle-voorpret: 9.15: Sans Soucl: 9.35: Sweellnck-kwartet: 10.05: de vaart der volken: 10.25: NCRV-koor; 10.45: avondoverdenking; 11.00: nieuw»; Il.tfr-S9.60: populair avondconcert. 8). Toen de Heer Jeroen de Blaet.de vroegere eigenaar van het dure horlo ge, naar binnen kwam, zei Joris Goed- bloed niets anders dan: „Excuseer me ik herinner me dat ik nog een bood schap te doen heben met die woorden vloog hy op het dakraam toe en maakte zich gereed om door de dak goot te verdwynen. „Wacht even!" riep Panda, die onraad bespeurde en hij hield Joris tegen aan zijn jas. „Wacht even! Misschien heeft meneer iets belangrijks te zeggen!" „Ja, toch, dat héb ik" sprak Jeroen de Blaet zachtmoedig. „Ik begrijp wel dat u het druk hebt met al uw goede wer ken en zo, maar misschien wilt u nog éven wachten „Ja, ja", antwoordde Joris hygend. „Wachten, spraakt ge? Ehik kenu hauwel|jks.waar hebben wy elkaar eerder ontmoet?" „Ik heb zojuist een horloge aan uw goede werken afgestaan", vervolgde de Heer De Blaet. „Ik hoop, dat het goed loopt en dat ge er veel goeds mee doet!" Nu begon Joris weer allervriendciykst te glimlachen: hij scheen geheel gerust gesteld. „O ja", zei hy „neemt toch plaats, brave weldoener! Uw horloge loopt uitstekend, niet voor en niet ach ter, om kort te gaan. En wanneer ge misschien gekomen zyt om nog méér van die uurwerkjes voor de goede doel einden af te staan, dan ben ik gaarne tot uw beschikking". „Zo is het niét", weerde de Heer De Blaet verlegen af. „Maar ziet u ik heb iats vergeten. Achterin het doosje van dat horloge zat een loterij-briefje, en.. „Een loterij-briefje. Joris, verblekend. „En?" herhaalde

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1949 | | pagina 5