DRIE LEVENS leidse Raad werkt agenda vlot af Critiek op het Amerikaanse State Department Verstandige taal van de „Saturday Evening Post" HET WENEN VAN NU Nieuwe dag voor Oostenrijk brak aan Na sombere slotaccoorden ener sinistere sympkonie Panda en de meester s-reiziger DT Radio-programma SSste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Dinsdag 15 Maart 1949 Tweede Blad No. 26642 Weinig belangrijks De Leldse raad heeft gisteren binnen vijf kwartier een agenda van 22 pun- -jifzedaan. En al moge het waar zijn, y de agenda weinig „groots" bevatte, J js toch een gunstig teken van „za- ia doen". Bij de opening feliciteerde de voorzit- ■a de heer Lombert met zijn herstel, ijarvoor deze dankte. Afwezig waren met kennisgeving de £en Knol, v. Schaik, Piena en Llgt- AÜe agenda-punten door ons Dinsdag vermeld, gingen ten slotte zonder rattling onder de hamer door. *Bij het voorstel om vergoeding van 'e kosten van vervoer van kinderen van /kinderhuis Voordorp naar en van de Sr. school voor B.L.O. te Alphen -jeRe de heer Knuttel (CP.N.) be- T-ar. HU meende, dat hier wat royaal gesprongen werd met het gemeente- ■ii Waarom kan geen Leidse school E.-den bezocht? Wethouder Menken antwoordde, dat gekozen school in overeenstemming .met de levensrichting. Voordorp zelf ha het niet betalen. Hier in Leiden is iter spoedig een Chr. B.L.O. school te swachten, waarna de kwestie nader -der de ogen is te zien. Bij het voorstel om tot een maximum m f. 1000 bij te dragen in het tekort ;m twee door de plaatselijke Demobili- jüe-raad Leiden te geven feestavonden ir gedemobiliseerde militairen maakte heer Riedel (P. v. d. A.) bezwaar. Z.i. er eerst na het slagen -der besprekin- sii over Indónesië reden tot feestvieren. 'De heer Woudstra (Prot. Chr.) oor- helde voor zover het feestavonden he rat, het vooYstel ook niet sympathiek, heil deze feestavonden zullen wel een jionder karakter dragen n.l. die van vgroetingsfeesten en daarom zal hij steg aan. De voorwaarde van de heer Ledel wil hij niet aanvaarden. De heer Knuttel (C.P.N.) verklaarde, de uitdrukking feestavonden voor ::m een Ietwat huichelachtig karakter hagen, gezien de door betrokkenen largemaakte ellende en de moeite te- -4 te kunnen keren in de burger- □atschappU. Ook hij verwerpt de wrwaarde van de heer Riedel. De heer Wilmer (KVP) meende, dat e raad z.h.st. dit voorstel moet aan vaarden als liggende in de lijn van raads waardigheid. Wethouder Menken wees er op, hoe organisatie steeds in 2 richtingen beeft gewerkt, n.l. een prettige ont vangst by de terugkeer en medewerking nn de jonge.is om weer opgenomen te Drden in 't arbeidsproces Het betreft ïe: inderdaad begroetingsavonden. Zie terugkeer in vorig jaar hetgeen toen :r is gewaardeerd. Vorig jaar hebben organisaties alle kosten zelf gedra- ftt, maar thans zijn de kassen vrijwel Het nu voorgestelde is analoog aan ut anderen gemeenten doen, die zelfs srder gingen. Ook hij vroeg z.h^t. aannemen, om :oze jongens ais goede Nederlanders te ïimen ontvangen op waardige wijze. Na repliek van de heren Riedel en Smit-tel1 wordt het voorstal z.hst. aan komen. Bij het voorstel tot het aangaan van ra regeling inzake brandblussing met fceterwoude verwees de heer Schüller v. d. A.) naar het debat in deraads- üüng van 22 Dec. 1947 en naar het ipport van de commandant van de riïidweer. Toen deed hij al een derge- Ise suggestie. Doch hü heeft in bedoeld rapport niet innen vinden dat dit voorstel moge- is zonder gevaar voor Leiden, inte nded. Daarom lijkt een vast contract gevaarlijk, want dan is Leiden toch Krpllcht tot hulpverlening! Daarom moeten er z.i. maatregelen fciroffen worden bij de brandweer, "ttt van de uit te voeren 10 pun ten is z.i. nog niet veel terecht geko men al zijn er 15 maanden verstreken. De voorzitter: U grijpt terug op een oud rapport. Daar gaat het nu niet om. De heer Schüller ziet wel degelijk ver band. want de brandweer is niet ge outilleerd er is al personeel te kort ge zien het werken in vrije tijd, al wordt dit nu betaald. Spr. heeft overigens tegen de idee van dit voorstel geen bezwaar. De voorzitter wees er op, dat dit voor stel is gebaseerd op de toestand van het ogenblik. De brandweer is volkomen capabel voor de gemeente, zoals in de practijk is gebleken. Nu vraagt Zoeterwoude steun en z.i. mag Leiden zich niet onttrekken aan steun voor de kleine gemeenten in de omtrek. Absoluut en voor de .100 pet. is aan het verzoek van Zoeterwoude te voldoen, ook gelet op het daar minder grote gevaar voor uitgebreide branden, een gevaar dat hier wel bestaat. Leiden verleende de volgende as sistentie in 1945 in 3, in 1946 in 14, in 1947 in 2, in 1948 in 5 en in 1949 al in 2 gevallen. De reserve-ploeg is voldoende, behal ve in abnormale gevallen, als bij vele branden in eens, doch daartegenover, zijn nooit maatregelen te treffen. De heer Goslings vroeg of de Leidse brandweer ook bü stormschade is op te roepen door Zoeterwoude. Hij vreest dan voor overbelasting van de brand weer, die overigens wat meer mocht letten op veiligheid van verkeer. De voorzitter zeide, dat stormschade niet onder de regeling valt, tenzij dit gevaar voor brand zou meebrengen. Z.h.st. aanvaard. Bij de erfenis der begrotine herstem ming over het voorstel-A. v. Dijk inzake kindertoeslag voor de wethouders die zich verwijderden zeide de voorzit ter, dat een landelijke regeling niet wel mogelijk is, daar iedere gemeente zelf recht heeft de salarissen der wethou ders vast te .9 ellen, onder goedkeuring der Prov. autoriteiten. De directeur der Ver. van Nederl. Gemeenten zal aan dacht wijden aan de kwestie van de kindertoeslag. Over het voorstel staakten opnieuw de stemmen (13—13), waardoor het verworpen is. Voor de KVP en Prot. Chr. Hierna ging de raad in geheime zit ting. Doopceel van Sukarno en Hatta gelicht. (Van onze correspondent te New York) Het geeft de burger weer moed om af en toe in een Amerikaans blad of tijdschrift eens iets te vinden, dat blijk geeft van enig inzicht in de In donesische kwestie of van kennis van de hoofdrolspelers in dit drama. De „Saturday Evening Post", Amerika's oudste wekelijkse tijdschrift (het werd gesticht door Benjamin Frank lin, een man, wiens wijze woorden thans nog graag door de Amerikanen worden aangehaald) met een oplage van vele millioenen, bevatte dezer dagen een hoofdartikel, waaruit een Nederlander weer wat moed kan put ten, terwijl het voorts zeer de ber- langstelling van het State Depart ment waard is. Wij laten hier de S. E. Post aan het woord „Washington kiest enkele vreemd soortige protégé's om het imperialisme in Indonesië te bestrijden." Weken aan één stuk hebben onze UJ1!.-afgevaar digden getracht om Rusland te ©ver bieden bij het uitroepen van de affec tie van het State-Department voor de Indonesische nationalisten. Van alle kanten hebben niet-ongeïnteresseerde groepen met veel nadruk hartstochte lijke resoluties uitgevaardigd, waarbij de Indonesische leiders werden uitge roepen als de personificatie van de mocratische „underdogs" (personen, die tegen hopeloos zware krachten moeten optornen en daarom dé sympathie ver dienen) en als symbolen van de we reldwijde worsteling tegen de tyrannies Niemand kan natuurlijk zo rein zijn en de Indonesische leiders zijn het ze ker niet. Wie zijn zij dan wel, deze voormalige president Sukarno en pre mier Hatta, en wat is het dat hen maakt tot de afgoden van tot tranen sentimentele figuren van Palembang tot Union Square (Union Suare in New York is het bolwerk van het Ame rikaanse „intellectuele communisme"). Beide hebben met de communisten meegespeeld, sedert zij op het politieke toneel zijn verschenen. Wij realiseren ons dat dat beschouwd wordt als hoogst respectabele praktijken bij lie den, die zich zelf „progressieven" ple gen te noemen. Maar Sukarno en Hatta aarzelden evenmin, wanneer het tot collaboreren kwam met de pogin gen der Japanners om Azië over te nemen. Hier in het kort is de geschiedenis: „Toen de Japanners in N.O. Indië kwamen, erkenden zij Sukarno en Hatta snel als hun vrienden en brachten hen over naar het voor naamste eiland: Java- Sukarno, in zijn enthousasme over Tojo's eerste grote overwinningen, gokte er op dat de Japanners zouden winnen. Op 1 Maart 1943 vertelde hij aan zijn volgelingen: „Sedert het Japanse le ger een regering heeft gevormd op deze eilanden, hebben wij Indone siërs alles gedaan wat in onze macht lag om met hen samen te werken en wy hebben ons uitgesloofd om het grote doel te bereiken dat voor ons werd geplaatst door de Dai Nippon. Hiiita vierde enkele wekin later de verjaardag van de Japanse keizer met deze woorden: „Wij zijn opgeno men in de uitvoering van de oorlog van „groter Oost-Azië en wij werken in volkomen overeenstemming en sa menwerking in deze gemeenschap van het lot." Om er zeker van te zyn, dat hij zijn bazen in Tokio genoeg vleide, voegde hij er aan toe: „Wü zijn klaar om volledig deel te nemen in de strijd tot vernietiging van de Ver. Staten en Engeland en daarom staan wü met compleet vertrouwen en met al onze kracht achter 't leger van Dai Nippon, opdat het de over winning moge behalen." Zowel Sukarno als Hatta waren de leiders van een aantal onder auspiciën van de Japanners gestichte bewegin gen, om Indonesiërs te recruteren voor het Japanse leger en om de productie van ocrlogsgoeaeren aan te sporen. Sukarno en Hatta reisden het land af, hielden redevoeringen en schreven oproepen en trachtten in het algemeen de steun van de massa te krijgen voor Tokio's „co-prosperity" ideeën. In 1945 organiseerden zij op hun eigen initia tief een z.g. „nie-uw leven beweging". Het doel er van was om de bevolking op te zetten tegen de verwachte ge allieerde invasie. Juist nadat de atoom bom op Hiroshima was gevallen, wer den Sukarno en Hatta door de Japan ners naar Saigon, Indo-China, gesom meerd. Veldmaarschalk Terauc'ni, op perbevelhebber voor Zuid Oost Azië, n. (Speciale reportage). Toen in Maart 1938 de Duitse troepen Wenen binnen trokken, werd de eerste bladzüde open geslagen van een hoofdstuk in Oostenrük's geschiedenis, dat vele sombere pagina's bevat. Van het balcon van de Ncue Hofburg dat precies zeven jaar later door een Amerikaanse bom haarfijn van de majestueuze gevel zou worden geschoren proclameerde Adolf Hitler de „Anschluss" en Oostenryk was „Heim ins Reich". „Herr Piefke", zoals de OostenrÜker met zün traditionele speelse geest zün logge stamverwant uit het duizendjarige Rük pleegt te betitelen, was heer en meester. Het heeft nu weinig zin meer te speculeren over het aantal Oostenrükers. dat werkelük de annexatie van zün land wenste en zü die dat volk van karakterloosheid betichten, doen goed te bedenken dat er in die tüd geen regering ter wereld was die meer deed dan een beetje ongerust protesteren. Het land stond alleen. Hoezeer het Oostenrijkse volkskarakter in strijd Is met het wezen van het Nationaal-Socialisme werd nog eens onderstreept toen de Oostenrükers verbeten maar helaas lüdelük moesten toezien bü de afzichtelükc progroms waarmee de Nazi's hun heerschappü inluidden. Zo begonnen de zeven lange jaren die bloed en tranen over dit land brachten. Het noodlot heeft dit land nooit ge spaard, maar de geestelüke en mate riële ellende die het dit keer te verstou wen kreeg, was zwaarder dan ooit. On der de meedogenloze druk van de Nazi's, bedreigd door de verraders uit het eigen land en gedwongen in Duitse uniformen te strüden tegen hen van wie zy de be- vryding verwachtten, gingen de Oosten rükers de oorlog in. Toch zagen zelfs in dat land, waar de Gestapo zich dieper had genesteld dan waar ook, vermetelen nog kans een verzetsbeweging te orga niseren, die( al kon zü minder effectief zijn dan elders het gehate regiem afbreuk wist te doen en daarvoor een zware tol moest betalen in de talloze duizenden, die in de concentratiekam pen werden afgemaakt. Toen dreunden in 1945 de sombere sloiaccooiden van deze sinistere sym- phonie, die voor Wenen het bittere einde en het moeilyke begin inluidden. Boven de stad daverden de Amerikaanse bom menwerpers om de vesting Wenen murw te maken. In de eerste drie njaanden van het jaar 1945 kwam het tot drie En nog was het lyJen van de stad niet voorbij. Want toen de Russische troepen zich straat voor straat meester maakten van de stad, die door de SS tot de laatste man verdedigd moest worden, belastte de laatste haar toch al zo zware schuld met een van de ver schrikkelijkste cultuurmisdaden van de hele oorlog. Eenmaal uit het centrum van de stad verdreven, beseften zü dat zü een verloren spel speelden. In blinde razernü begonnen zij een hagel van handgranaten los te laten over het hart vac de stad Het eerste wat zü troffen, was de Stefansdom. Onmiddellü^ kropen de Weners, die van hun Dom zeggen „Solang der Stef- fel steht, geht Wlen nlt unter", uit hun schuilplaatsen om een vergeefse poging te wagen te redden wat er te redden viel. Hun emmertjes water bleken even wel evenzovele druppels op een gloeiende plaat en het hele middenstuk van de kerk brandde uit. Een vrouw zei ons: „Ik had hem met mün tranen kunnen blussen". Huls voor huis, gebouw voor gebouw uiit deze schatkamer van de Europese architectuur, zakte in elkaar onder de vlammen, die huiverend getuigden van de ineenstorting van het derde Ryk. In machteloze woede hoorden de Weners hoe hun stad, die zü pm zyn schoonheid en in steen gehouwen levensblüheid meer dan wat ook liefhebben, zieltoogde onder de Duitse granaten. Met de laat ste schoten troffen de vertegenwoordi gers van de Kultur nog het Burgtheater, een tempel voor de toneelkunst van de gehele wereld. In de keldei's wachtte de bevolking in stomme angst het einde af. Zonder water, voedsel of licht. Boven hun hoofden werd Wenen bevrüd in het licht van de vlammen. In de straten dreunden de tanks en ratelden de ma chinegeweren hun venünlg staccato. Toen het ten slotte rustiger werd, kwamen zü als lichtschuwe dieren te voorschün. Het inferno van die explo sies was voorbü, maar de stad brandde vertelde hen daar, dat er orders uit Tokio waren gekomen om onmlddellyk een Indonesische Republiek uit te roe- peil. Sukarno was op gepaste wyze en zeer uitbundig dankbaar. Hü erkende de onafhankelijkheid als een „gunst van Z.M. Fenno Heika, die voortsproot uit zyn onbeperkte wüsheid" en vervol gens betuigde hij zijn „eeuwigdurende dankbaarheid". De aandacht moet er natuurlü'k op gevestigd worden dat van Indonesisch standpunt uit onafhankelykheid wel kom was van welkebegunstiger dan ock, maar dat moet niet betekenen aat wij de voormalige collaborateurs met Japan moeten beschouwen als de mo dellen van politieke volmaaktheid. De Indonesische Republiek was ge boren in de Bataafse residentie van de Japanse Schout by Nacht Maeda.hoofa van de Japanse marine-geheime dienst, op de ochtend van 17 Augustus 1945. Sukarno tekende de onafnankelyk- heidsproclamatie, die hem tot president en Hatta tot vice-president maakte. Schout by Nacht Maeda zag toe. Hij had zo juist een gigantische tydbom geplaatst. Vandaag zün Sukarno en Hatta de onderwerpen van Washing ton's zorgvolle belangstelling. Het State Department, in zün be zorgdheid om zich aan te sluiten by de stoet van „anti-imperialisten", heeft een paar merkwaardige protégé's geko zen! Tot zover de Saterday Evening Post. Maar kennelijk leest het State De partment de Saturday Evening Post niet, want de dag na het verschyncn van dat artikel drong de Amerlkaan- .se gedelegeerde in de Veiligheidsraad er op aan, dat de heren Sukarno, Hatta en de hunnen teruggevoerd zullen worden naar Djokja om daar hun bedrijf te hervatten. Wat een droevig spel wordt er toch met Indonesië en Nederland gespeeld! Wat er van de Opera overbleef, nadat het gebouw 9 treffers had gekregen. Maar ook hier vordert de wederopbouw, en over anderhalf jaar zal het gebouw in zijn oorspronkelijke staat hersteld zün grote aanvallen, waarvan de laatste en ds zwaarste op 12 Ma-art de verjaardag van de Anschluss mst een donderende bommen-regen herdacht. Op dis dag%lng een noodlotsWjding door de stad, die eerst niemand wilde geloven, zo vertelt Ernst Marboe In zijn Oesterrelch-Buch „De opera brandt". Uit alle wüken van de stad trok een eindeloze processie naar de Ring, van mensen die hun eigen ellende vergaten om nog eenmaal te kyken naar dit ge liefde gebouw dat voor iedere Wener de verpersoonlüking van zyn grandioze cul tuur betekent. Achtenveertig uur duurde het, voordat de vlammen bü gebrek aan voedsel wegstierven en al die tüd staar de een geslagen massa naar de bran dende ruïne. FEUILLETON door DAVID GARTH zij wilde het uitgeven. Zij waren er sft enthousiast over. Waar en wie -is mr Pemberlain? Connie, die bijna flde van opwinding, zei, dat mr Pem- silain een van de knapste mensen ter jseld was en dat hü momenteel ..on- toik'oaar" was; een woord, dat zij in laatste tüd grondig had leren ken- =ai. Hij was in het Westen, maar zü "a hem de contracten toezenden. Opgewonden verliet zü het kantoor. moest het iemand vertellen. Zü «htte te bedenken, wie zü daarvoor 1 nemen. ,-%s Carsden! En bovendien had zy Carsden nooit eigenhjk behoorlek «dankt. Connie zocht haar adres in telefoonboek op en ging er onmid- Glijk heen. Oaar wachtte haar een teleurstelling. butler deelde haar mede, dat Miss '#sden niet thuis was. Zü kwam uit afopa terug en zou morgenochtend ïuls komen. 01 het nu het werkelijke verlangen f-s, om Fontaine te zien, of een harts- '•schtelijke wens, om weer eens een re- r-e te zien, zullen we in het midden maar in ieder geval bleef Con- ■een nacht in New-York. Naar een gaan! Een kleine viering van succes! Zü nam een kamer ln een &okoop hotel midden in de stad en avond zat zü op het tweede balcon J een theater en ging op in de we- &d achter het voetlicht. Eens had zü y gedroomd van een groot succes op toneel! Voor zij de volgende morgen de trein hu 12 uur terug naar Brenton nam, floot zy nog eens te proberen, of zü ^5 Carsden te spreken kon krügen. stapte voor het hoge smalle huis haar taxi en juist toen zü die stoep l'-öe opgaan, bleef zü plotseling staan. stond een man tegen het spatbord een coupé geleund, die vlak in de püjheid geparkeerd was en hü kwam bekend voor. Zy wierp nog een ^.lle blik op hem en zag, dat hij haar "■esloeg. Hij maakte,tevens de indruk, hjj dat smalle hoge huis bewaakte. Plotseling herkende Connie hem. Ed- Branley, die „uitsmüter" geweest ln een van Flshbalm's meer obscure P^gen. Hy herkende haar ook en gaf 'hr een bevelende v.er.k met zijn ):fd. Connie ging met «doppend hart af. Branleyeen van de ge- •^rlükste huurlingen van New-York. „Zeg eens," zei hy. „ben jü niet du Valt? Ja, inderdaad. Wat moet je daar? Ken je dat mens?" „Verondersteld, dat ik dat doe," zei Connie, „wat kan het jou dan nog schelen?" „Het kan me niks schelen. En maak Je niet benauwd. Ik werk niet meer voor Fishbalm." Het meisje dacht snel na. Voor wie hij ook werkte, Eddie Branley bewaak te geen huizen, als er niet ergens iets mis was. En dit was het huis van Miss Carsden! „Maar wacht eens even," zei zü, trachtend zich een klee te vormen van hetgeen er gaande was, „je zit toch niet achter Miss Carsden aan, Eddie?" „Ik vroeg je, of je dat mens kende?" „Hoor eens," zei 't meisje, „zü heeft my eens een tüdje geleden op een Nachtzittin^ uit een beroerd parket ge holpen en ik wilde haar bedanken; dat is alles." Zün harde zwarte ogen boorden zich een ogenblik in de hare en toen ver trok zün mond tot een glimlach. „Wel. O.K. Chèrie, het is my best, hoor. Zeg, waar heb jy gezeten? Ik heb je al in een hele tüd niet gezien." „Ik ben ik ben in het Westen op tournée geweest," zei Constance op afwezige toon. Zü keek hem plotseling aan. „Wat doe jy tegenwoordig, Ed die?" „Ik. Oh, ik scharrel zo'n beetje rond." Connie liet dit vrü onduidelü'ke ant woord langs zich heen gaan. Er was hier jets vreemds. Branley „Hoor eens, Eddie," zei zij, „laten we even in je wagen gaan zitten. Het is hier buiten nogal aardig koud." „Best hoor," zei Branley. „Stap in, zus." Hij stapte ook in en schoof zün hced achterop zü'n hoofd. „Dit is heel wat vriendelyker, dan je ooit tegen mij geweest bent, Ohérie. Je was gewoonlük nogal op een afstand tegen de ouwe Eddie." „Ik had een hekel aan Fishbalm en zün hele bende." „Hü Is nu ih appèl tegen een vonnis van drie jaar. Deze Officier van Jus titie is een lastpak. Hij heeft zelfs een paar van Ben Turgott's zaakjes opge ruimd. Als hij ooit Ben zelf te pakken krijgt, verdwün ik uit deze stad!" Turgott? Turgott! Die vent met die zware stem en die gespleten kin, wiens ondernemingen Fishbalm maar 'n klei ne jongen deden lyken. „Werk je voor Turgott, Eddie?" riep zü uit. „Jahoud even je mond. Ik ge loof, dat er iemand uit kemt." Zün ogen waren gericht c-p de van een yzeren traliewerk voorziene deur van het huis van de familie Carsden. Als betoverd volgde Constance zün blik. Een meisje was juist boven aan de trap verschenen. Connie herkende Fontaine Carsden zü moest het zün een knap, slank meisje in een zachte otter- jas en met een züden sjaal en echte züden kousen. „Eddie, wat heb je tegen haar?" „Ik? Niets. Zij heeft alleen iets in haar bezit, wat aan de baas toebe hoort en ik houd een oogje op haar, zolang zy dat in haar bezit heeft." „Bedoel je, dat zü iets. heeft, wat aan Turgott toebehoort?" zei Connie stom verbaasd. „Miss Carsden, Eddie?" „Ja, zeker. Misschien is zy volkomen O.K., maar de baas neemt geen risico. Ik houd haar alleen maar in het oog. Smeer 'm, zus. Ik moet weg." Connie onderdrukte een plotselinge opwelling van schrik. Miss Carsden wenkte een taxi. „Laat mü met je mee gaan „Niks hoor. Dit zün zaken. Ruk in, Chérie," Hy opende 't portier en duwde haar half naar bulten. Een oogenftlik later 12). „Caponietwat zou dat zijn?" vroeg Panda zich af. „Er staat in de krant dat Caponiet een wonderlük me taal is, dat in Kromostan gevonden is, maar ik heb er nog nooit van gehoord. En wat moet die Bey dan hier?" Maar verder kon hy er niet over denken, want hy moest de gang schoon maken en toen hij daarmee klaar was. moest hij beneden bij de ingang van het ho tel gaan helpen. Daar verschenen nu namelyk allerlei loopjongens en bestel- I wagens en pakjesdragers met pakket ten, die allemaal bestemd waren voor de Bey van Kromostan. Kleren, schoe nen, hoeden, dure sigaren en likeuren en wat al niet meer. Die Bey scheen een vermogend man te zün! En even later werd er zelfs een grote auto voorgere den. ,De wagen die dé Bey telefonisch besteld heeft", zei de man die hem kwam brengen. „Dat is zevenentwintig duizend ducaten". „Hpel goed, mün vriend", antwoordde Joris Goedbloed, die de wagen zelf ln ontvangst nam. „Hier zyn er vast zevenentwintig. Zet de rest maar op de rekening. Ik zal intussen een kleine proefrit maken". En hij begaf zich naar de auto maar voordat hij er in stapte bedacht hü zich en wenkte Panda, die bij de ingang stond. „Ge kunt meerijden, klein ke reltje, „sprak hü- „Dan hebt ge eens 'n verzetje en bovendien kunt ge me be hulpzaam zijn. Dat wilt ge toch graag, nietwaar?" reed hü achter de taxi de straat af. Connie bleef de wagen half versufd naküken. Er was iets helemaal niet in orde. De gedachte, om naar Brenton terug te keren, verdween geheel uit haar ge dachten. Naar Connie's mening, was dit wel de gekste situatie, die zy' nog ooit meegemaakt had. Miss Carsden in connectie over wat dan ook met Ben Turgotthet was byna onmogelyk! Maar zij kon Eddie Branley niet uit haar gedachten krygen. Zy had Eddie al eens meer aan het werk gezien. Later op de middag ging Ccnnie naar "het huis van Miss Carsden terug en vroeg angstig, of deze thuis was. Dat was zü niet: Zy was die morgen uitge gaan en was nog niet terug. Neen, de butler kon haar met geen mogelükheid zeggen, wanneer zij terug verwacht werd. Hü was biykbaar gewend aan plotselinge veranderingen in de plannen van Miss Carsden. Die avond telefoneerde Connie uit haar hotel, zy kreeg hetzelfde ant woord. Miss Carsden was nog niet te rug, De onverstoorbaarheid van de butler maakte haar dol. „Maar denkt u dan niet, dat er iets met Miss Carsden gebeurd kan zün?" riep zy uit. „Verwacht u haar dan niet?" „Miss Carsden heeft vaak haar plan nen veranderd, zonder daar het huls van in 'kennis te-stellen," zei de butler kalm. Och, kom! Maar dan zeker niet met Eddie Branley op haar hielen. Daar wilde Connie aardig wat onder verwed den. Zü bracht in haar hotelkamer enige rusteloze uren door trachtend voor zichzelf tot de conclusie te komen, of zy zich alleen maar dingen verbeeld de, maar altyd kwam als' 't ware van zelf die ingeving weer terug een in geving, die gebaseerd was op de harde zwarte ogen van Eddie Branley. Kort voor middernacht belde zü Fon taine's huis nogmaals op. Na een hele tijd wachten, herhaalde de slaperige stem van de butler, dat Miss Carsden niet thuis was. Toen kon Connie het niet langer uit houden. Zy schrok er voor terug, om naar de politie te' gaan. In de eerste plaats meende zü dat het zeer onver standig zou zün, om de politie er in te mengen, als Miss Carsden op de een of andere manier met Turgott ln verband stond. Dan kon 't haar wel eens meer kwaad dan goed doen. Maar zü moest tcch iemand te hulp roepen en toen herinnerde zij zich Jock Pemberlain's verzoek om het hem te laten weten, als zü iets van Miss Carsden hoorde. (Wordt vervolgd) in alle hoeken en gaten. Moeizaam zochten zfj struikelend over het puin hun weg naar de binnenstad, door de rook en de wolken puinstof. In de straten lagen hecatomben van doden. Maar zü gingen verder, met één doel voor ogen: de Ring. Daar ontrolde zich voor hun bran dende ogen langzaam de rood-wit- rode vlag boven het oude stadhuis. Wenen was vry En een nieuwe dag brak voor Oos tenrijk aan VOOR WOENSDAG 16 MAART. Hilversum I (301 M.) NCRV 7.00: nieuws; 7.15: ochtendgymnastiek; 7.30: gram.muzlek; 7.45: woord voor de dag; 8.00: nieuws: 8.15: orgelwerken van Reger; 8.30: muziek bij het werk, 9.00: zieken bezoek; 9.30: symphonle van Mahler; 10.30: morgenwüdlng o. 1, v. ds J. A. Vink; 11.00: Concerto Grosso van Handel; 11.15: klank beeld St. Laurenskerk Rotterdam; 12.00: ensemble Selecta: 12.30: weerpraatje; 12.33: concert; 13.00: nieuws; 13.15: Promenade orkest; 13.45: ensemble voor oude muziek; 14.15: draaiorgelfavorieten; 14.30: scherzo van Chopln; 14.40: bloemen ln potten en vazen; 15.00: Jeugdconcert: 16.00: voor fjostzegelverzamelaars; 16.15: voor de eugd; 17.30: Concertgebouwkwintet; 18.00: Neef. koren en korpsen: 18 30: Ned. strijd krachten, 19 00: nieuws; 19.15: Prlkkebeen; 19.30: actueel geluld; 19.45: Engelse les voor gevorderden; 20.00: nieuws; 20.05: proloog; 20 15: lijdersoverdenking; 20.45: Radio Pkllh. Orkest: 21.45: planoduo; 22.00: de zee bleef vrij; 22.15: viool en plano; 22.45: avondoverdenking; 23.00: nieuws; 23.15: Sweellnckkwartet; 23.45 24 00: Toscanlnl dirigeert een Wagner- programma. Hilversum II (415 M.) VARA 7.00: nieuws; 7.15: operetteselectles; 8.00: nieuws; 8.15: strijdlied; 8.18: musette- klanken, 8.50: voor de nulsvrouw; 9.00: Philadelphia orkest: VPRO 10.00: morgen wijding door ds R. Richards; VARA^0.20: onze keuken; 10.30: als de stofzuiger zwügt: 11.00: gevarieerd programma; 12.00: Accordeola; 12.30: weerpraatje: 12.33: voor het platteland: 12.38: Engels cabaret: 13.00: nleuv-s; 13.15: kalender; 13.20: Ramblers; 13.50: Carlo Butl; 14.00: gespro ken portretten; 1415: Jeugdconcert; lo.OO: voor de kleuters: 15.15: mensen, dieren en dingen; 15.30: ziekenbezoek: 16,00: Rood borstjes; 16.15: bet stond ln de krant; 16.45: vragen staat vrij: 17.15: Cor Steyn, orgel: 17.15: de West ln tijdschrift en boek; 18.00: nieuws: J8.15: varia; 18.20: Metro- pole Orkest: 19.00: ln de frontlijn; 19.15: het nieuws uit Indonesië; VPRO 19.30: voor de Jeugd: 19.40: leugdnleuws; 19.45: lezen ln de bybel; VARA 20.00: nieuws; 20.05: dlngën van de dag: 20.15: socialis tisch nieuws; 20.20: operaconcert; 21.10: klankbeeld over Manchester 22.10: orkest Malando: 22.45: van boek tot boek; 23.00: nieuws: 23 15- Hit Kit; 23.45—24.00: Regi nald Dlxon, orgel. AGENDA Den Haag (HoklJ): Weense IJsrevue, 8.15 uur nam. WOENSDAGk Den Haag (Hokfl): Weense IJsrevue, 3.15 uur nam. Gerecht 10: Splritlsch Genootschap, 8 uur nam. DONDERDAG: Rapenburg 50' Anthropnsophlsche lezing J. M. Wastra. 8.15 uur nam. Den Haag (HokU): Weense IJsrevue, 8.15 uur nam. Stac'szaal: Residentie-orkest. Soliste Ida Handel, 8 uur nam. Den Haag (HoklJ); Weense IJsrevue, 8.15 uur nam.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1949 | | pagina 5