HET PROCES TE NEURENBERG
Prof. J. Huizinga herdacht
DISTRIBUTIE-NIEUWS
De inlijving van West-Europa
W. F. KOMS ZOON
VERKOOPSTER
De roof van Nederlandsche kunstschatten
Onderhandelingen in Indië
vertraagd!
Weerbericht
STADSNIEUWS
N.Z.H. gaat 's avonds
weer rijden
Ter navolging
SPORT
84ste Jaargang
ZATERDAG 2 FEBRUARI 1946'
No. 25694
LEIDSCH
Waarnemend Directeur: A. Poortman
Hoofdred.: Mr. M. B. van der Hoeven
DAGBLAD
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Telef. Directie en Administratie: 25041 (2 HJnen)
Telef. Redactie: 21507 Gironummer: 67055
Gisteren is te Neurenberg besproken i recht" werd gegund te worden ingeleid
1 LmrncUo rïo-p inliiinTirr tio n ooKia/ton 1*-* Vint Thnlt.-ftV.n nlAnUt:».
de kwestie der inlijving van gebieden,
zooals Hitier zich die had gedacht. De
aanklacht hierover, te houden door den
Franschman Faure, zal wel eenige dagen
duren. Uit het verloop van zaken bleek,
hoe Hitier steeds verder ging met zijn
plannen; zijn „eetlust" groeide geregeld
en hij beval, dat de grenslijn in de toe
komst zou moeten loopen van de mon
ding van de Somme af, via de Noord
grens van het bekken van Parijs en
Champagne tot aan de Argonnen. Daar
zou de grens naar het Zuiden buigen,
Bourgonje en Franchecomté van Frank
rijk afsnijden en tot het meer van Ge-
nève loopen. Faure betoogde, dat de
Duitschers volgens hun eigen woorden
nog andere pijlen op hun boog hadden
dan rechtetreeksche annexatie. Faure
zeide, dat de Duitschers het plan had
den om door deze verschillende metho
den alle bezette gebieden onder hun
heerschappij te brengen. „In feite had
den zij de bedoeling heel West-Europa
en zelfs Noord-Afrika te germaniseer'en
en te nazificeeren, Hij citeerde ten be
wijze hiervan openlijke uitlatingen van
Duitsche zijde.
Hij ving aan met Eupen, Malmedy en
Moresnet, bij de wet van 19 Mei 1940
tot Duitsch gebied verklaard. Daarna
nam hij uitvoerig de ontwikkeling in
den Elzas, de Fransche departementen
van Rijn en Moezel onder de loupe.
Zij begonnen niet alleen aanstonds
met germaniseeren, doch eveneens met
nazificeeren. De beruchte Gauleiter Ro
bert Wagner, in het proces reeds be
faamd om zijn toewijding aan de lynch-
justitie tegen geallieerde piloten, kwam
In Straatsburg zetelen. De blokleiders
gingen van huis tot huis om de bewo
ners vriendelijk te vermanen Fransche
vlaggen voor practisohe doeleinden te
verknippen. Zij kregen daarvoor eeu
paar dagen den tijd en daarna zou de
partij haar conclusies trekken. De Fran
sche taal werd verbannen en de bevol
king van de Elzas moest zich voortaan
uitsluitend van „haar moedertaal" be
dienen. Niet alleen plaatsnamen, maar
ook familienamen moesten worden ge
germaniseerd. Zelfs inscripties op graf
zerken ontsnapten niet aan de waak
zaamheid der Germaansche apostelen.
Na de taal te hebben aangevallen, wier
pen de nazi's zich op de muziek en ont
wierpen decreten tot- het uitbannen van
„ongewenschte slechte" muziek. De
vrees, die de nazi's voor den FranscheD
invloed hadden, blijkt wel het best uit
een decreet, waarbij werd bepaald, dat
in den Elzas slaven-arbeiders van alle
nationaliteiten mochten worden tewerk
gesteld behalve Fransohen en Belgen.
Faure schetste uitvoerig hoe de Duit
schers zich vergrepen aan de heiligste
cultuurgoederen toen zij de Sicherheits-
polizei de schatten van de kathedraal
van Straatsburg en van vele parochies
met onbekende bestemming lieten weg-
sleepen.
De ambtenaren moesten trouw blijven
aan Hitler's nazi ideaal anders werden
zij door Duitschers vervangen. Vanzelf
sprekend werd het Duitsch „recht" in
gevoerd op het gebied van verenigings
leven. Speciaal de jeugdorganisatie was
een van de eerste, die door de Duit
schers vernietigd werden. Arbeidsdienst
en Hitlerjugend werden verplicht ge
steld. Ook hier keerde 't getij evenwel
met de militaire kansen en in 1943 werd
Elzas-Lotharingen in beroering gebracht
doordat aan alle mannen het „voor
in het Duitsche leger Plechtige protes
ten van het Comité National Franpais
werden slechts beantwoord met dood
vonnissen. maar dit weerhield ook hier
evenwel de jeugd niet van het voortzet
ten van het verzet en daarna zag men
de Duitschers ook hier toevlucht nemen
tot barbaarsche maatregelen. Heele fa
milies van mannen, die zich aan dienst
plicht onttrokken, werden naar „Alt-
reich" gesleept, teneinde in nat.-soc. mi
lieu opnieuw een Duitscher waardige
houding aan te leeren.
In het Moezelgebied kreeg de bevol
king de keuze: naar Duitschland of naar
onbezet Frankrijk. Dagelijks werden
groepen van rond duizend personen on
der de meest droeve omstandigheden
en met achterlating van alle bezit weg
gevoerd. In totaal werden zeventig dui
zend Franschen van hun geboortegrond
weggerukt afgezien dan van de vele ma
len grootere „normale" deportaties naar
Duitschland en het Oosten,
Seys Inquart ongesteld.
Seys Inquart heeft een kaakaandoe-
ning. Maandag zal hij vermoedelijk weer
aanwezig zijn in de rechtzaal.
Luxemburg klaagt aan.
Voor Luxemburg klaagde de Reuter,
voorzitter van de Kamer van Afgevaar
digden aan. Hij schilderde de ellende
over het z.g. geannexeerde land ge
bracht. 11.000 mannen werden gedwon
gen dienst te nemen in het leger van
den vijand. Drie duizend vielen als
slachtoffer van 't verzet tegen deze on
rechtvaardige maatregel. Vierduizend
Luxemburgers werden naar concentra-
kampen gedeporteerd. Daarbij politie
mannen die weigerden trouw aan Hitier
te zweren en van wie vijftig werden
neergeschoten. Ook hier hebben talrijke
familes van de Gestapo aanzeggng ge
kregen, dat zij als niet-Dultscher op
staanden voet hun geboortegrond moes
ten verlaten. Zij vertrokken naar kam
pen en kregen niet eens den tijd iets
van him bezit mee te nemen. Reuter
zeide, dat het aantal op deze wijze ver
bannen gezinnen bijna drieduizend was.
DOODSTRAF GEËISCHT.
De Fransche aanklager Dubost heeft
zijn uiteenzetting over de Duitsche
wreedheden beëindigd en de doodstraf
tegen de oorlogsmisdadigers geëischt.
VORRINK ALS GETUIGE.
Heden en Maandag zal als getuige
worden gehoord onze landgenoot Koos
Vorrink.
HAARLEMMERSTRAAT 241/243.
Gevraagd een nette beschaafde
Alleen schriftelijke sollicitaties
met uitvoerige inlichtingen.
82 (Ing, Med.)
SEYSS INQUART MAAKTE ZICH
VERDIENSTELIJK.
Een speciale verslaggever van het
A.NP. seint uit Neurenberg: Onder de
in het Haagsche Bureau van den Rijks
commissaris gevonden correspondentie
bevinden zich ook brieven van Seyss met
betrekking tot den Duitschen roof van
kunstschatten. Ook deze stukken zijn op
initiatief van den Nederlandschen ver
tegenwoordiger Van Tuyll aan den
Franschen aanklager ter beschikking ge
steld. Zü zijn evenwel niet in de rechts
zaal ter sprake gekomen omdat een ge
detailleerde behandeling van 't onder
werp „roof kunstschatten" in verband
met den langen tijdsduur van het pro
ces is teruggetrokken.
Uit de brieven blijkt, hoezeer Seyss
Inquart zich ook in dit ODzicht bpiiverd
heeft Nederland te berooven. Op 14
November 1942 rapporteerde hij aan dr.
Lammers. chef van Hitiers partijkabi
net dat hb zekeren Mühlmann ermee
belast had in voorkomende gevallen
kunstwerken die ,,Reichs wichtig" waren
te noteeren teneinde Sevss in gelegen
heid te stellen Hitier daarover op de
Het persbureau A.N.P -Aneta meldt
uit Batavia dat Sjahrir begin vol
gende week voor besprekingen naar
Midden-Java zal vertrekken Dit
zou meebrengen dat de komende
onderhandelingen met dr.VanMook
eenigen tijd zullen worden ver
traagd.
hoogte te stellen. Men kan zich gemak
kelijk indenken waar zulk een informatie
bij den bekenden kunstzin van den
Führer steeds op uitdraaide. Seyss rap
porteerde dan ook dat op deze wijze
reeds een groot aantal waardevolle schil
derijen kon worden „veilig gesteld".
De Führer kwam aldus, in het bezit
van Rembrandts zelfportret uit zijn
sterfjaar, dat op een marktwaarde van
2 millioen mark geschat werd. „Dit schil
derij was illegaal naar Holland gekomen
en verborgen, doch het werd door Mühl
mann ontdekt en daarna in beslag ge
nomen en ingepikt."
Seyss geloofde met zekerheid te kun
nen zeggen, dat een deel van de „An-
wlnsten" nooit zou zijn verkregen zonder
het „zorgzame oog van Mühlmann."
Seyss kon zelfs gevallen noemen waarin
belangrijke kunstschatten in Neder-
landsch privé-bezit. zouden zijn verdwe
nen en „den Führer zouden zijn ontgaan
als Mühlmann niet ingegrepen had. Bo
vendien, zoo vervolgde Sevss. in dezelfde
brief, heb ik een verzameling op het oog
die zeker een half millioen gulden goed-
kooper had kunnen worden verkregen
als Mühlmann had afgewerkt.
Ook de verzameling Mannheimer zou
T.eer moeilijk verkregen zijn zonder me
dewerking van Mühlmann.
Het dossier bevat voorts verschillende
telexboodschappen aan Seyss met 't
verzoek om bedragen beschikbaar te
stellen voor aankoopen in Nederland.
Het is bijna aandoenlijk in die bood
schappen te lezen, hoe uitstekende be
doelingen Seyss' vrienden uit Linz en
Weenen met him „aankoopen" hadden.
Zij smeektpn Seyss in naam van zijn
Oostenrijksche genegenheid kunstbezit
beschikbaar te stellen voor de„Gemal-
degalerie unseres Gaues" of voor de
„Ausstaltung der Reichsstatthalterei".
In een statige omgeving als slechts
„De Lakenhal" kan bieden, is gisteren
avond het feit herdacht, dat prof. J.
Huizinga op 1 Februari 1945 is overleden
in het eenzaam oord. waarheen hij door
den bezetter was verbannen.
Deze eenvoudige plechtigheid, welke
onder auspiciën van de Leidsche Volks
universiteit werd gehouden, werd o.m.
bijgewoond door de wethouders J. A.
Riedel en J. van Schaik, verschillende
professoren, mevr. de wed. Huizinga en
vertegenwoordigers van het L.S.C.
Na een inleidend woord van den voor
zitter van de Volksuniversiteit, prof.
mr. J. C. van Oven heeft mag. dr. A.
J. M. Polman, oi.ni., lector in de kerk
geschiedenis aan de Franciscaansche
Theol. School te Sittard de herdenkings
rede uitgesproken.
Spr. begon met te verklaren, dat hij
niet zou spreken over den persoon van
prof. Huizinga, doch over zijn werken.
Zijn oeuvre doet hem kennen als een
uitzonderlijk voorname geest, eenig in
de toch zoo rijke beschavingsgeschie
denis dezer lage landen. Huizinga's werk
wordt door zijn benoeming in Leiden in
1915 in twee perioden gesplitst. De Am-
sterdamsche jaren staan nog geheel in
het teeken van Indische letteren en
Boedhisme, het Groningsch professoraat
hield hem aan de Vaderlandsche Ge
schiedenis gebonden. Leiden daarente
gen heeft Huizinga van de Vaderland
sche Geschiedenis verlost. Heeft hij,
aldus spr., in zijn nieuwe taak om
voortaan Algemeene Geschiedenis te
doceeren een geestelijke bevrijding ge
zien? Zwevend over heel het uitgestrek
te gebied van wijsbegeerte en cultuur,
door geen grenzen van tijd of ruimte
gebonden, neemt zijn geest een veel
kleurigheid van vormen en verschijn
selen waar, die nimmer in onze histori
sche literatuur werd geëvenaard. Hij is
begonnen waar anderen emdigden. Zijn
eersteling „Herfstij der Middeleeuwen",
waarmede hij Li 1919 debuteerde, was
meesterproef en werkprogramma tevens.
Niemand heeft het naar mijn meening,
aldus spr. geëvenaard, laat staan over
troffen, ook Huizinga zelf niet. In den
tuin onzer Vaderlandsche productie op
letterkundig en historisch gebied staat
dit boek daar eenig, eenzaam en pra
lend als een pauw temidden van minder
sierlijk pluimvee.
Wat nu verstaat Huizinga zonder het
theoretisch te formuleeren in „Herfsttij"
«nder cultuur? K>; tfvsr ons een
Breugheliaansche veelheid van voormen
en figuren voor oogen, waaruit zijn opzet
blijkt, om het menschelijk leven dier
dagen in heel zijn omvang en bontheid
te schilderen, met al, wat zich daarin
deed gelden aan kundigheden en pres
taties op ieder gebied,.aan deugden en
ook aan gebreken. Een zelfde opvatting
vindt men terug in zijn theoretische
verhandeling over de taak der cultuur
geschiedenis. Het blijkt, dat hij hierin
de beschaving als geheel ziet. Als wij
het breede begrip cultuur gaan ontle
den, stellen wij vast, dat het niet alleen
uitwendige of gemeenschapscultuur om
spant, maar ook inwendige of persoon-
Ui kheidscultuur. Zoo houdt hij zich in
„Homo ludens" slechts bezig met ge
meenschapscultuur, in zijn bespiegelen
de werken „In de schaduwen van mor-
Beperkingen op de rijstdistributie.
Het verbruik van rijst in ons land is
momenteel belangrijk hooger dan de
sinds de bevrijding verkregen invoer
Teneinde een zoo goed mogelijke ver
zorging in stand te houden van die
bevolkingsgroepen, waarvoor het ar
tikel feitelijk niet kan worden gemist,
is het rantsoen rijst, kindermeel of
kinderbiscuits voor de kinderen der z.g.
D. groep (2 t/m 4 jaar) vervallen en
zullen ook overigens op eenige bijko
mende verstrekkingen beperkingen wor
den toegepast.
Het rantsoen levensmiddelen der be
trokken kinderen in zijn geheel gezien
en in aanmerking genomen het be
schikbaar zijn van z.g. vrije artikelen
(o.a. grutterswaren)blijft alleszins vol
doende.
De bonnen voor Engelsche chocolade.
Op de bonnen 710 en 806, welke gel
dig zijn verklaard voor het koopen van
1 tablet Eng. chocolade, kan 50 gram
chocolade van Nederlandsch fabrikaat
worden gekocht, voor zoover geen En
gelsche chocolade verkrijgbaar is.
Bonkaarten melk, vleesch en aard-
De bonkaarten LA 602, LB 602, LC
appelen.
602. LD 602 en LE 602 voor melk,
vleésoh en aardappelen zijn gedurende de
2e en 3e periode 1946 (20 Januari t/m
16 Maart) geldig. Men beware der
halve deze kaarten.
Omruiling melkbonnen.
In den vervolge kan men melkbon-
nen bij het plaatselijk distributiekan
toor ruilen tegen rantsoenbonnen voor
taptemelk, waarop karnemelk en tap-
temelk-yoghurt verkrijgbaar zijn.
Per bon voor één rantsoen melk ont
vangt men bonnen voor twee rantsoe
nen taptemelk. Deze regeling is getrof
fen in het belang van personen, die
geen gestandaardiseerde melk mogen
gebruiken, zoodat zij dus thans, zonder
een doktersattest te overleggen, him
melkbonnen kunnen rullen. Op deze
rantsoenbonnen is geen taptemelk ver
krijgbaar.
Branstoffenbonnen langer geldig.
In verband met de regelmatige
plaatsvindende na-uitreiking van
brandstof f enkaar ten ten behoeve van
nieuwe gezinnen en om hen, die door
omstandigheden de bonnen 47 en 48
niet binnen den voorgeschreven ter
mijn, bij hun leveranciers hebben kun
nen inleveren, daartoe alsnog in staat
:e stellen, is besloten deze bonnen van
deden af tot een nader bekend, te ma-
ien tijdstip opnieuw geldig te verkla
ren. Verder blijft ook bon 46 nog tot
nader aankondiging geldig. De vroeger
verlengde geldigheidsduur van de bon
nen 43, 44 en 45 eindigt op 4 Februari
E.s- 's avonds.
De Bildt verwacht tot Zondag
avond:
Vrij krachtige wind tusschen Zuid
west en Zuid. Meest zwaarbewolkt
met tijdelijk regen. Vrij zacht.
DE MISLUKTE OVERVAL OP HET
DISTRIBUTIEKANTOOR
TE KATWIJK.
Dinsdag a.s. zal het Bijzonder Ge
rechtshof te Den Haag uitspraak doen
in de zaak van den overval van de
Öndergrondsche Strijdkrachten op het
Raadhuis te Katwijk, waarbij Pieter
Maaskant gesneuveld is.
Bij de onlangs plaats gehad hebbende
tehandeling legden verschillende getui
gen uitvoerige verklaringen af.
De burgemeester van Katwijk, her
haalde verklaringen van de vorige
maal, n.l. dat Vermeulen een goed
agent was geweest, die stipt eerlijk en
plichtsgetrouw was. T.a.v. de bevorde
ring van Vermeulen na den overval
verklaarde hij dat deze die zonder
protest, op aandringen van de Duit
schers. uit handen van den Korps-
•ommandant had aanvaard.
De Procureur-Fiscaal Mr. Braun
zette uiteen, dat naar zijn meening
het bewijs geleverd was. dat verdachte
wist, dat hij gewapenderhand tegen
een overval van de Öndergrondsche op-
tiad. Nu er een zoo ernstig kwaad was
gtsticht n.l. een der aanvallers van
het leven was beroofd was ook een
?<er ernstige straf op zijn plaats Hij
eischte de doodstraf.
Mr. J. van der Plas. raadsman van
verdachte, concludeerde, na een uit-
vceriee verdediging, dat op de be
staande tenlastelegging geen veroordee
lde kon volgen.
Verdachte zelf zeide onschuldig te
zijn.
Mocht het Hof hem dan niet geloo-
v&t willen, dan vond hij de doodstraf
humaan, want als onschuldige zou hij
een lanee ge va" genisstraf niet vol
houden.
Leidsche Universiteit.
Bij K B. is benoemd aan de Leidsche
Universiteit tot gewoon hoogleeraar om
in de faculteit der wis_ en natuurkunde
onderwijs te geven in de sterrekunde
en tot directeur van de Sterrewacht dr.
J. H. Oort, thans buitengewoon hooi
leeraar, tevens adjunct-directeur.
Is aan dr. N. G. J. Minnaert, hoog
leeraar aan bovengenoemde universiteit
opdracht verleend om In de faculteit
der wis en natuurkunde van de uni
versiteit onderwijs te geven is de astro
nomische spectroscopie
Is benoemd aan bovengenoemde uni
versiteit tot lector in de faculteit der
wis. en natuurkunde, om onderwijs te
geven in de sterrekunde dr. P. Th. Oos-
terhoff, adjunct-directeur van de
Sterrewacht.
DANK DER LEIDSCHE STUDENTEN
AAN DE VRIJE UNIVERSITEIT.
Na een gedwongen sluiting van de
Leidsche Universiteit hebben vele Leid
sche studenten aanvankelijk nog of
ficieel, later clandestien de hun door
de Vrije Universiteit te Amsterdam ge
boden gelegenheid tot voortzetting van
hun studie met beide handen aange
grepen.
Een delegatie van hen heeft uit dank
voor deze zoo gul verleende hulp de Vrije
Universiteit te Amsterdam een geschenk
aangeboden in den vorm van een kaart
van de stad Leiden omlijst door een
koperen plaat met inscriptie.
„WAT IS ER IN INDONESIË
GAANDE?"
In het gebouw „Rehoboth" heeft zen
deling A. de Neef, die ruim zestien jaar
in Indonesië werkzaam was, op uitnoo-
diging van Wijk III der Ned. Herv Ge
meente gesproken over „Wat is er in
Indonesië gaande?"
Nu Japan verslagen is vraagt Indo
nesië om zelfstandigheid.
Wat moeten wij hiermede aan? Om
hierop een antwoord te kunnen geven,
moeten wij ons de bezetting en bevrij
ding van Nederland in de herinnering
terugroepen. Wij zijn hier vijf jaar be
zet geweest en hebben onder zwaren
druk geleefd. Wat juichten wij en heb
ben wij God gedankt voor de verkregen
vrijheid Wij hadden genoeg van de ras-,
bloed- en bodemtheorie. Thans geldt de
vraae f deze tijd ons iets heeft geleerd.
Is di' het geval, dan kunnen wij ook
beter oegrijpen, dat de Indonesiërs na
gen" en „Geschonden wereld", bij voor
keur met persoonlij kheidscultuur.
„Homo ludens"' is hoofdzakelijk een
studie over het ontstaan van cultuur.
Huizinga ziet als zoodanig het spel,
waarmede hij niet bedoelt, dat cultuur
zich heeft ontwikkeld uit spel, maar als
spel. Reeds de stelling, dat cultuur aan
vankelijk werd gespeeld, sluit iedere ge
dachte aan inwendige cultuur uit. Op
inwendige- of persoonlijkheidscultuur
concentreert Huizinga zich in bespie
gelende werken". „De schaduwen van
morgen" werd in 1935 gepubliceerd en
mocht in ons land en ver daarbuiten
een ongekend succes genieten.
„Geschonden wereld", anno 1943 in
Huizinga's ballingsoord De Steeg ge
schreven, verscheen in 1945 als post-
huum testament. Belde boeken vullen
elkaar aan. Het eerste is een diagnose
van het geestelijk lijden van onzen tijd,
het tweede een beschouwing van de
kansen op herstel van onze beschaving.
Onder een reeks suggestieve titels rijen
zich in „Schaduwen" de korte hoofd
stukken aaneen tot een scherp requisi
toir tegen ver-irrationaliseering op
velerlei gebied, tegen overschatting van
de daad ten koste van de kennis, tegen
de cultus van het leven, waaraan het
klare inzicht ten offer werd gebracht.
Na deze afbraak geeft „Geschonden
wereld" een program van wederopbouw,
een aanwijzing van middelen om de
neerwaartsche vaart onzer cultuur zoo
mogeliik nog te stuiten.
Huizinga verwacht het heil niet van
het Christendom, maar van een nieuwe
ascese. Waarom niet van het Christen
dom? Wijl dit niet steeds gegeven heeft,
waartoe het in staat was, met name
niet meer, sinds de 18e eeuw en haar
eischen voor den modernen mensch te
hoog zijn. Huizinga, aldus spr., ver
langt meer van het Christendom, dan
het te geven bekwaam is. Zijn „anima
naturaliter Christiana" breekt zich baan,
als hij deze passage over de nieuwe
ascese besluit met hen zalig te spreken,
in Hem, die eenmaal sprak: „Ik ben de
die dit hoogdenkbare belichaamd zien
Weg, de Waarheid en het Leven."
Spr. besloot met er aan te herinne
ren, dat het op dezen dag juist een jaar
geleden is, dat over dezen edelen, hoog-
strevenden geest plotseling het verblij
dende licht van een sublieme bevrijding
gevallen is.
Naar wü vernemen zal de N.Z.H.TJMt.
met ingang van Maandag 18 Febr.
a.s. op al haar lijnen in Leiden en
omgeving den dienst in de avond
uren hervatten.
De teams zullen alsdan zoowel in de
stad als op de buitenlijnen tot
ongeveer 11 uur blijven rijden.
een tijd van onderdrukking eveneens om
vrijheid vragen.
De heer De Neef eindigde met er op
te wijzen, dat wij bij al ons onderhan
delen het Koninklijk woord tot richt
snoer moeten nemen en dat wij ervoor
moeten waken, dat wij terugvallen in
den ouden kolonialen toestand.
MEESTERS DER TOONKUNST.
Kooravond van Willem Mizée.
Willem Mizée ondernam een waag
stuk, dat treffend slaagde! Met zijn
koren hetzij afzonderlijk, dan wel in
combinatie bracht hij in de stamp
volle Stadszaal werken ten gehoore van
vier corypheeën der gewijde toonkunst,
t.w. Palestrina, Beethoven. Bruckner en
Fauré. Ter inleiding Gregoriaansche
gezangen: zuiver, duidelijk van dictie,
devoot van voordracht. Zóó subliem uit
gevoerd, hoort ge deze in de daartoe
eigenlijk geëigende kerkruimte zelden of
nooit.
Het Leidsch a capellakoor zong Pale
strina met sonoor en glanzend klinkend
materiaal, in wonderbaarlijk uitgebalan
ceerde klankverhoudingen. Prachtige
alten!
Een hoogtepunt volgde, n.l. het tee-
dere, melodieuse Requiem, een fijnzin
nig meesterwerkje van den geestelijk
aristocratischen Fauré. Daarin maak
ten wij kennis met het eerst sinds 3
maanden onder Mizée werkende
Gooisch Kamerkoor. Niettemin schonk
het een alleszins hoogstaande impres
sie: zelfs in de vele uiterst subtiele pas
sages bleef dit koortje welhaast bij
voortduring op toon. Merkwaardig goed
klonken de tenoren. De reine, hemel-
sche sfeer wordt mede bepaald door de
diep aangrijpende tekst. Bij zulke mu
ziek wordt ge volkomen aan 's werelds
zorg, strijd en leed ontrukt!
Lydia Stappers was de sopraan
soliste: een klein, maar rein orgaan,
waarvan het timbre zich eigende om de
stemmingsvolle solo harmonieus in het
geheel te doen opgaan. De zang van den
bariton Diekerhof bleef helaas beperkt
tot een min of meer goed bedoeld pogen.
De verheffende uitvoering klonk ter na
gedachtenis aan prof. Huizinga, tot
wiens eer oogenblikken van diepste
stilte in acht werden genomen.
Een groot man toont soms zijn zwak
ste kanten, gelijk Beethoven in zijn
Chorphantasie. Zelfs het voortreffelijke
spel van Iskar Aribo kon de langdra
digheid en het gebrek aan muzikale
inventies der instrumentale inleiding
niet doen vergeten.
Sextet en samenwerkende koren,
waarbij het R.K. Alma Materkoor, ga
ven echter het beste van hun kunnen.
Tot slot een stralende, perfect be-
heerschte weergave van Bruckner's
geniale 150ste Psalm: grandioos van op
zet en uitwerking. Het Rott. Philhar-
monisch Orkest gaf den ganschen
avond een bevredigende ondersteuning.
Met een fraaie krans is de heer Mizée
terecht gehuldigd. Zijn uitnemende
eigenschappen van hoofd en hart wor
den gelukkig in steeds breeder kring
erkend. Een koorleider met groote
gaven!
H.
TENTOONSTELLING
„KATHOLIEK LEIDEN".
De landelijke actie voor gezinsherstel,
welke van 3 tot 10 Februari wordt ge
houden onder auspiciën van N.V.H., was
voor de vereeniging „Katholiek Leiden"
aanleiding tot het organiseeren van een
tentoonstelling, welke in die dagen in
de Van Mieriszaal van de Lakenhal te
bezichtigen zal zijn. De tentoonstelling
wil door het geven van vele voorbeelden
van volkskunst uit vroeger tijden en het
heden, de beoefening hiervan propagee-
ren en daarmede het gezinsleven verdie
pen. Deze voorbeelden, in welker keuze
men voortreffelijk is geslaagd, werden
gerangschikt aan de hand van het ker
kelijke jaar in het grain en de opeenvol
gende hoogtepunten van het indivi-
vidueele leven in ihet gezin uit het ge
zichtspunt der religie. De tentoonge
stelde stukken werden uit particulier
bezit beschikbaar gesteld, terwijl de La
kenhal met een aantal wandversierin
gen bijdroeg. - Deze tentoonstelling, die
dagelijks van 10 tot 4 (Zondags van 1-4)
uur is te bezichtigen, werd hedenmiddag
na een inlendend woord van den voor
zitter van „Katholiek Leiden", den heer
C. Zandbergen, geopend door ir. N. van
der Laan.
BONNEN HALEN.
A-S. Maandag kunnen aan „Den
Burcht" nieuwe bonkaarten worden af
gehaald door personen, wier familie
naam begint met K vanaf Klern tot en
met einde.
CURSUS VOOR MAATSCHAPPELIJK
WERK.
Reeds lang werd hier ter stede be
hoefte gevoeld aan een cursus voor
maatschappelijk werk. Het was dan ook
een gelukkig initiatief, dat door den
secretaris van de Commissie voor Maat
schappelijk Werk, den wethouder van
Sociale Zaken, den heer S. Menken, in
overleg met de directrice van de Meisjes
H.B.S. en van de huishoudscholen werd
genomen om ook hier ter stede een der
gelijke cursus in het leven te roepen. In
samenwerking met de afd. Leiden van
N.V.H. en de Bisschoppelijke Hulpactie
werden de plannen voorbereid. De op
roep had een verblijdend resultaat: ruim
veertig dames gaven den wensch te
kennen een dergelijken cursus te vol
gen. Gisterenmiddag had in het gebouw
van N.V.H. de installatieplechtigheid
plaats.
Na een inleidend woord van den heer
Menken heeft de voorzitter van de afd.
Leiden van N.V.H., ds. J. Vossers, zijn
vreugde er over uitgesproken, dat deze
cursus is tot stand gekomen. Spr. achtte
het een gelukkige omstandigheid, dat
bekwame docenten zich bereid hadden
verklaard dezen cursus te leiden. Hij
dankte den heer Menken voor al de be
moeiingen. welke hij voor dit werk heeft
willen hebben.
Rector H. Sondaal heeft vervolgens
gewezen op het groote sociale belang,
dat er vrouwen en meisjes worden ge
vonden, die op dit terrein willen werk-
Met bewustheid streefde hij er als
wetgever naar om:
de natie omhoog te beuren, de ont
wikkeling der bevolking te bevorderen,
haar nationale kracht te versterken;
naar de toekomst te zien, en daaraan
te werken, te vormen, op te bouwen, te
organiseeren;
in het algemeen met gematigdheid te
werk te gaan, maar, als het moet, des
noods geheel nieuwe fundamenten te
leggen;
het juiste oogenblik aan te grijpen;
vormende kracht voor een volk te zijn
in de richting van zijn nationale ont
wikkeling;
uit te gaan van algemeene beginse
len, doch binnen dat raam naar den bij
zonderen landaard te zien.
Aldus Fockema Andrae over Thor-
becke Is de taaik van een groot wetge
ver hier niet geteekend voor alle tijden
en alle landen? En dringt de vraag zich
niet op, of juist in tijden van groote
spanningen hier richtlijnen liggen voor
een Regeering, die waarlijk regeeren
wil?
Wie kan tegenspreken, dat juist nu
onze natie omhoog gebeurd moet wor
den, de ontwikkeling na jarenlange
stremming bevorderd, de nationale
kracht versterkt?
Natuurlijk, deze organisatie eischt
schier bovenmenschelijke kracht, eischt
veel denkenergie, eischt een duidelijke
blik in de toekomst. Deze toekomst
eischt, wil zij uitzicht bieden, nieuwe
fundamenten.
Wil dit waarlijk gigantische werk sla
gen, dan moet onze Regeering het
groote doel wel duidelijk voor oogen
staan. Dan moet zij de vormende kracht
zijn voor ons volk in de richting van een
waarlijk nationale ontwikkeling. Dan
mogen gèen groepsbeginselen, maar
moeten de algemeene beginselen grond
slag zijn van alle handelen. Dan moet
Nederland vooral als een nationale
rechtsstaat zoo snel mogelijk herrijzen.
Want dat wij reeds nu in een volkomen
rechtsstaat leven, is niet waar, zooals
nog eens duidelijk naar voren is geko
men in een adres van eenige Groning-
sche burgers.
Nu moet men nimmer uit het oog ver
liezen, dat de bevrijding van ons vader
land in deelen op twee nogal uiteenloo-
pende tijdstippen de gang van zaken
sterk beïnvloed heeft. Terwijl bovendien
de besluiten der Londensche Regeering
wel in het Zuiden werden ingevoerd,
maar reeds al te spoedig groote leemten
vertoonden. Het gevolg was een steeds
voortdurende wijziging in talrijke Ko
ninklijke Besluiten, wat de rechtszeker
heid niet verhoogde. Dat daarbij het in
grijpen op het juiste oogenblik wel eens
verzuimd is zal niemand verbazen, maar
deze toestand mag niet voortduren.
Er is veel goede wil, er is dadendrang,
maar er is krachtige leiding noodig.
Regeeren in den besten zin is vooruit
zien, ook vooruitzien als alles zoo don
ker lijkt. Daartoe is noodzakelijk een
diep historisch gevoel. Want alleen wie
leeft uit de geschiedenis kan de groote
catastrophe begrijpen en nieuwe funda
menten leggen. Dat elke regeering daar
bij steun moet hebben uit het levend
volksbesef is duidelijk; evenzeer is dui
delijk, dat dit volksbesef ontwikkeld
moet worden.
Want erger dan alle materleele ver
liezen en vernietigingen bij elkaar is de
ontstellende verwildering en verslapping
der geesten. De Nederlandsche natie als
geheel moet weer worden opgebeurd!
zaam zijn en zoo hun invloed ten goede
kunnen aanwenden. Naast veel goeden
wil en een warm hart, welke voor dit
werk onontbeerlijk zijn, is het echter
ook noodzakelijk, dat aan de maatschap
pelijke werksters eenige practische ken
nis wordt bijgebracht. Dit laatste vooral
beoogen de cursussen
Nadat tenslotte de heer Menken er nog
op had gewezen, dat deze cursus een
z.g.n oriëntatie-cursus bedoeld te zijn
waaraan geen diploma is verbonden
doch wel een bewijs, dat men den cur
sus met goed gevolg heeft doorloopen,
leidde een der docenten de eerste les.
De wedstrijden van morgen.
Het voor morgen, uitgeschreven pro
gramma is al eenige weken oud, immers
oorspronkelijk vastgesteld voor 13 Januari.
U.V.S. staat daarbij voor den altijd lastl-
gen uitwedstrijd tegen de Haagsche
„Haantjes", die morgen moeten winnen
om niet volkomen voor het kampioen
schap te zijn uitgeschakeld.
Men mag er dus op rekenen dat Quick
geducht van zich af zal bijten hoezeer
zij de-i laatstee, tijd door vertrek en ver
wondingen dan ook gehandicapt is (vooral
het feit dat de kanonnier Arkema is ge
blesseerd, kan van grooten Invloed zljnl).
Het Is voor U.V.S. Jammer dat zij, in ver
band met haar balmasqué, geen uitstel
heeft gekregen, maar haar team bestaat
gelukkig uit sportieve knapen, die bereid
zijn zich op het feest beperkingen op te
leggen ter.einde op het Ado-terrein fit
aan den start te verschijnen. Daarom zijn
wü vol goeden moed en vertrouwen wij
dat U.V.S. (haar leidende positie zal weten
te handhaven!
In de 3e klasse zou het leldendé Blauw
zwart achter Pomona wel eens op moei
lijkheden kunnen stuiten tegen Lugdu-
num. Roodenburg blijft ln den Hout ver
moedelijk de baas over het tegenwoordig
niet al te sterke Alphen, terwijl Wassenaar
en Hlllinen, resp. tegen V.V.SJ3. en S.J.C..
hun plaats ln het leidende peloton wel
zullen kunnen handhaven, een peleton
waartoe, behalve Blauwzwart, ook LP.C.,
A.S.C. en Roodenburg behooren.
In de 4e klasre stevent I/lsse, met 10 p.
udt 5 wedstrijden, rechtstreeks op het
kampioenschap af Met 9 p. uit 6 ontmoe
tingen ls Bodegraven momenteel de
zwaarste concurrent.
LiigdununiBlauwzwart Voor den
wedstrijd tegen Blauwzwart is het Lu^du-
num-elftal als volgt samengesteld: vXnx.
doel: J. Koet; aohter: M. Herruer en J.
van Berkel; midden: D. van Pijlen, D.
Pardon en J. Brommeijer; voor: P. Ver
mond Sr., A. v. d. Heijden, P. Vermond Jr.,
P. van Berkel en P Mizee.
QnlclcU.V.S. Tegen Quick komt
U.V.S. als volgt uit (links naar rechts)
doel: Van Wel; achter: Den Daas en
Devllée; midden: Sloos, Wallaart en Fase1:
voor: A. J. Kantobeen. P. Kantebeen. v.
Wanrooy, De Wolff en Oosterom.