De
spreekt te München
Duitschland zal den strijd voortzetten
tot de overwinning
84ste Jaargang
Dinsdag 9 November 1943
No. 25648
,Werp geen „scherp'
tusschen de
aardappelschillen."
„Denkt U aan de
speelgoed-inzameling
van den Jeugdstorm?"
LEIDSCH
DAGBLAD
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
In een rede, die hij gisteren te
München tot de oude partijge-
nooten heeft gehouden, ver
klaarde de Führer, dat er nau
welijks een tijdperk in de ge
schiedenis der menschheid is,
waarin in twintig jaren zoo ge
weldige gebeurtenissen, die de
wereld bewegen en het lot der
volken vormen, hebben plaats ge
grepen. In groote trekken herin
nerde hij in een terugblik zijn
toehoorders aan het gebeurfen in
dit tijdvak.
EEN TERUGBLIK.
Hij typeerde het Duitsche rijk
van 1914, de parlementair-demo
cratische monarchie, waarin het
jodendom was binnengedrongen
in den staat, in het politieke le
ven en vooral ook in de zooge
naamde leidende klasse, en
waarin het economische leven op
velerlei gebied uitdrukkelijk do
mein van het jodendom werd. De
politiek van het toenmalige rijk,
aldus vervolgde de Führer, was
slechts gericht op het behoud
van den wereldvrede. Alleen al
het feit, dat het rijk van toen,
hoewel het bijna dertig millioen
inwoners meer had dan Frank
rijk, een kleinere legersterkte be
zat, weerlegt het best de later
geuite bewering, dat de vrede toen
door dezen staat bedreigd was.
De omsingeling van Duitschland
had geen ander doel dan dat,
hetwelk door talrijke Engelschen
volkomen openlijk werd uitge
sproken, n.l. dat het rijk als de
organisch sterkste Europeesche
kracht door een coalitie-oorlog
moest worden vernietigd. Precies
zonals Engeland in vorige eeuwen
eerst Spanje, daarna Nederland
en ten slotte Frankrijk in lang
durige oorlogen had bestreden.
Het kleine Britsche eiland, dat
door tallooze oorlogen langza
merhand een kwart van de ge-
heele aardoppervlakte had on
derworpen, deed niettemin bij het
begin en tijdens den duur van
den eersteij wereldoorlog geen
afstand van de oude, afgesleten
moraliseerende frazen, die Enge
land tot dusverre nog in eiken
oorlog vergezeld hebben: „strijd
voor de vrijheid der kleine vol
ken, strijd voor de hervorming
der wereld in den zin der ge
rechtigheid, strijd voor democra
tie. strijd voor de gelijkheid van
alle rassen".
De Führer herinnerde er aan,
dat in weerwil van de geweldige
wereldovermacht tegen het toen
malige Duitsche rijk op geen
enkele plaats beslissende over
winningen werderi behaald, zoo
dat de definitieve ineenstorting
minder was toe te schrijven aan
de uitwerking van het zwaard,
dan wel aan den invloed eener
ondermijnende propaganda. Een
Amerikaansch president goochel
de het democratisch Duitschland
van toen in veertien punten het
ideale beeld van een nieuwe we
reldorde voor. Het volk was po
litiek te weinig geschoold om
door dezen nevel te kunnen
heenkijken en vooral had het te
weinig ervaring in het ernstig
opnemen van democratische ver
zekeringen. De staatsleiding be
stond uit zwakkelingen, die, in
plaats van volgens hun plicht
tot den laatsten ademtocht te
vechten, den schijnbaar gemak
kelijker weg van het vergelijk en
daarmede van de onderwerping
betraden. Zij werden daarbij aan
gezet door partijen en leiders, die
niet alleen geestelijk, maar ook
materieel in handen van het
buitenland waren. Zoo kwam het
tot den 9den, den lOden en den
llden November 1918. In vertrou
wen op de plechtig gegeven ver
zekeringen had het Duitsche
volk zijn wapenen neergelegd en
zelfs zyn staatsvorm veranderd.
Daarmede waren de voorwaarden
van onze vijanden niet slechts
nagekomen, maar zelfs nog over
troffen. In nauwelijks een ande
ren staat der wereld kon het
jodendom triomfen vieren als in
den toenmaligen Novemberstaat.
Niettemin begon nu een tijd van
de laaghartigste kapitalistische
plundering en afpersing. De de
mocratische republiek van Wei-
mar werd door de democraten
van het Westen stelselmatig
doodgemarteld, de prognose van
Clemenceau, dat er in Duitsch
land twintig millioen menschen
te veel waren, was even open
hartig brutaal als bijvoorbeeld
het onverbloemde dreigement -van
Engelsche politici van thans,
dat er in Indië honderd of twee
honderd millioen menschen te
veel zouden zijn. De vervulling
van den eisch van Clemenceau
was tastbaar dichtbij.
DE WEG NAAR HERSTEL
De Führer herinnerde zijn oude
strijdmakkers er aan, hoe hij toen
in de dagen van de ineenstorting
het besluit nam, tegen deze ont
wikkeling op te treden, de natie
op te roepen om haar van haar
inwendige gebreken te genezen en
de voor de verdediging van het
bestaan noodige krachten weer te
mobiliseeren. Hij herinnerde aan
zijn onversaagde worstelen om de
harten van het volk en hoe het
besef van de onafwendbare nood
zakelijkheid eener oplossing van
de problemen, die op het volk
drukten, langzaam groeide. Hij
herinnerde aan den 8sten Novem
ber 1923, toen een stap naar een
dergelijke oplossing beproefd werd
en mislukte en de nationaal-socia-
listische beweging haar ernstigsten
tegenslag leed en haar eerste mar
telaren in den strijd voor de vor
ming van het nieuwe rijk kreeg.
Als wij ons thans dezen 8sten
November van twintig jaar ge
leden herinneren dan worden wij
gegrepen door tweeërlei besef; ten
eerste, welk een wonderbaren weg
onze beweging heeft afgelegd, welk
een kracht van vertrouwen onze
aanhangers bezielt. Als eenmaal in
komende eeuwen de geschied
schrijving, onbeïnvloed van het
voor'en tegen van een strijdenden
tijd, de jaren der nationaal-socia-
listische geboorte critisch zal on
derzoeken, dan zal zij wel niet
kunnen nalaten te constateeren,
dat hier sprake is geweest van de
wonderbaarlijkste overwinning van
het geloof tegenover de vermeende
elementen van het zakelijk mo
gelijke.
De tweede gedachte, die thans
bij ons opkomt, kan slechts deze
zijn: wat zou er uit Duitschland
en Europa geworden zijn, als de
8ste en 9de November 1923 er niet
geweest waren en de nationaal-
socialistische gedachtenwereld het
Duitsche rijk niet veroverd had?
Want het overnemen der macht in
1933 is onverbrekelijk verbonden
met den 8sten November 1923. Op
dezen dag werden voor de jonge
beweging voor het eerst de geesten
gescheiden, de zwakken verwijderd,
de blijvenden echter bezield met
een nog toegenomen, versterkt
fanatisme. Lang voor het jaar
1933 telde het nationaal-socialisme
reeds millioenen aanhangers in de
volksgemeenschap van onze partij.
Wat zou er echter geworden zijn
van Europa en vooral van ons
Duitsche rijk en ons geliefde va
derland, indien Duitschland ge
bleven was, wat het toen was, de
democratische, onmachtige staat
van Weimarsche origine?
HET BOLSJEWISTISCH
GEVAAR.
De Oost-Europeesche binnen-
aziatisch-bolsjewistische kolos zou
zijn bewapening voltooid en het
doel der beoogde vernietiging van
Europa nooit uit het oog verloren
hebben. Het Duitsche rijk zou
tegenover deze wereldmacht in
militair opzicht slechts een vorm
van een weinige weken durende
weerstandskracht geweest zijn.
Hoe ongegrond de gedachte was,
Europa bijv. door Polen te laten
beschermen, behoeft thans niet
meer te worden bewezen. Even
dwaas was de veel voorkomende
meening, dat men misschien den
bolsjewistischen kolos had kunnen
sussen, dat zijn plannen tot ver
overing der wereld door een vreed
zaam en zich zelf steeds verder
ontwapenend Europa uit den weg
zouden zijn geruimd. Dit maakt op
mij den indruk alsof de kippen
en ganzen op zekeren dag tegen
over de vossen de plechtige verkla
ring zouden willen afleggen, dat
zij niet meer voornemens zijn den
vossen het toeslaan te verhinderen,
in de hoop de vossen daardoor tot
vegetariërs te kunnen maken.
Deze bolsjewistische kolos, aldus
vervolgde de Führer, zal tegen
Europa storm loopen, zoolang hij
zelf niet gebroken en verslagen is.
Of wil iemand misschien beweren,
dat Finland den wereldvrede be
dreigd heeft? Niettemm werd het
aangevallen en zonder het ingrij
pen van Duitschland zou reeds in
1941 zijn bestaan aan een nieuwe
vreeselijke beproeving blootgesteld
zijn geweest.
Niemand zal ook in ernst geloo-
ven, dat de Estlanders, de Let
landers of de Lithauers den Oeral
hadden willen veroveren. Niette
min heeft de sovjetunie besloten
deze menschen uit hun landen te
verjagen en naar Siberië weg te
voeren. Ook Roemenië was stellig
niet van plan den Kaukasus en
de petroleumbronnen van Bakoe
in bezit te nemen, maar Rusland
heeft hardnekkig ernaar gestreefd,
niet alleen den mond van den
Donau, maar ook de Roemeensche
petroleumvelden en zelfs den ge-
heelen Balkan te bezetten en te
gebruiken als springplank voor
verdere expansie.
Tegenover dezen stormloop,
die sedert bijna 2000 jaar Europa
steeds weer uit het Oosten be
dreigt, kan slechts één enkele
staat met succes optreden, en
dat is Duitschland. En al is deze
worsteling voor ons volk ook gren
zeloos zwaar, zij bewijst toch dat
zonder of tegen Duitschland geen
enkele staat dit gevaar zou kun
nen weerstaan, dat elke hoop der
verschillende Europeesche vol
ken, door goed gedrag of door
een vleien der Moskovieten mis
schien consideratie te verkrijgen,
hoogstens een kinderlijke dom
heid of een jammerlijke lafheid
is. Zij bewijst echter vooral, dat
de meening, als zou in plaats van
Duitschland een andere, mis
schien zelfs een niet-Europeesche
mogendheid de bescherming van
dit continent op zich kunnen
nemen, niet slechts gedachteloos
is, maar een waarlijk moreele
zwakheid openbaart. Het is ech
ter vooral het volledige gebrek
aan inzicht bij burgerlijke poli
tici, als men in vele landen doet
alsof men gelooft, dat het
joodsch-bolsjewistische Oosten
zal overwinnen.
Neen, het tegendeel zal het
geval zijn: op zekeren dag zal
het joodsch-bolsjewistische Oos
ten het jodendom van het Wes
ten ontheffen van zijn taak nog
langer te moeten huichelen. Het
kan dan volkomen openlijk het
uiteindelijke doel bekend maken.
De joodsche democratie van het
Westen loopt n.l. vroeg of laat
zelfs op het bolsjewisme uit. De
zelfde naïeve menschen echter,
die nu gelooven in Stalin den
geest gevonden te hebben, die
voor hen de kastanjes uit het
vuur haalt, zullen het wellicht
sneller dan zij kunnen vermoe
den beleven, dat de opgeroepen
geesten der onderwereld hen
zelf ombrengen en wel in hun
eigen landen.
ENGELAND DRIJVENDE
OORLOGSKRACHT.
Dat in dezen oorlog Engeland
weer de drijvende kracht was,
dat het met de joden samen oor
zaak, ontketening en voeren van
den oorlog in zich vereenigt,
beteekent slechts een herhaling
van de gebeurtenissen van den
eersten wereldoorlog. Dat echter
dergelijke geweldige historische
gebeurtenissen niet tweemaal tot
hetzelfde resultaat leiden, kan
dan als zeker worden aange
nomen, wanneer de krachten van
eens zich niet laten vergelijken
met die van thans. Dat het hui
dige Duitschland een andere
staat is dan het Duitschland van
1914/18 zal wel voor niemand meer
een geheim zyn, zooals de 9de
November 1943 ook niet meer ge
lijkt op den 9den November 1918.
De worsteling, waarin wij ons
sedert 1939 bevinden is te ge
weldig en uniek, dan dat zij met
de maatstaven gemeten zou kun
nen worden van kleine twisten
tusschen staten. Wij strijden nu
in het vijfde jaar van dezen
grootsten oorlog aller tijden. Toen
hij begon, was de vijand in het
Oosten nauwelijks 150 KM. van
Berlijn verwijderd. In het Westen
bedreigden zijn vestingen den
Rijn; het Saai-gebied lag in het
vuur van zijn artillerie. Aan de
Belgisch-Nederlandsche grens
loerden de bij verdrag verbonden
trawanten van Engeland en
Frankrijk op nauwelijks 100 KM.
afstand van onze grootste in
dustriegebieden, terwijl de demo
cratische regeering van Noor
wegen de overeenkomsten be
krachtigde, die haar op zekeren
dag in het kamp van onze vij
anden moesten voeren. De Bal
kan droeg in zich de latente ge
varen van de ergste verrassingen.
Italië was door de houding van
den koning en zijn kliek tot een
niet-oorlogvoex-enden status ge
dwongen en Duitschland was
zoodoende geheel alleen op zich
zelf aangewezen.
HET DUITSCHE SUCCES.
En nu, mijn partijgenooten,
heeft deze nationaal-socialisti-
sche staat in geweldige histo
risch unieke slagen dezen omsin-
gelingsring verpletterd en met
het heldendom van zijn soldaten
de fronten bijna overal ver over
de 1000 kilometer van de grenzen
van het rijk verplaatst. Onze vij
anden zijn bescheiden geworden.
Hetgeen zij thans als overwinnin
gen betitelen, hebben zij bij ons
eertijds voorgesteld als volkomen
onbelangrijke operaties. Alleen
door deze toenmalige onbelang
rijke operaties is het geweldige
gevechtsterrein gevormd, waarop
zich de huidige volkerenworste-
ling in hoofdzaak afspeelt. Naast
onzen grooten bondgenoot in Oost
Azië hebben ook Europeesche vol
ken in een duidelijk inzicht de
grootte van de historische taken
ingezien en dienovereenkomstig
hun offers gebracht.
ITALIË'S VERRAAD.
Wanneer de offers van den met
ons verbonden grootsten Euro-
peeschen staaï, ten slotte min of
meer tevergeefsch geworden zyn,
dan is dit alleen toe te schrijven
aan de stelselmatige sabotage van
een erbarmelijke kliek, die na
jarenlang weifelen zich ten slotte
heeft vermand tot een enkele
daad, die echter in de geschiede
nis als schaamteloosheid zeker
aanspraak kan maken op den
roem van het eenmalige. Ik ben
gelukkig, dat het ons gelukt is uit
de handen van deze treurigste
verschijningen van dit overigens
zoo geweldige tijdvak ten minste
den man te redden, die zelf alles
gedaan heeft, niet alleen om zijn
volk groot, sterk en gelukkig te
maken, doch ook om het te laten
deelnemen aan een historisch
conflict, dat ten slotte het lot en
de cultuur van dit continent zal
bepalen.
Dat de Italiaansche ineenstor
ting met al haar consequenties
niet zonder terugslag kon blijven
op het geheele oorlogsgebeuren is
vanzelfsprekend. Desondanks zijn
de verwachtingen van onze vij
anden ook hier tevergeefsch. Wat
zij dadelijk bij het begin gehoopt
hebben, is niet ontstaan en er
zal ook niet ontstaan, wat zij
voor de toekomst hiervan ver
wachten. Zij hadden gehoopt, dat
niet één slag de Dyitsche divisies
in Italië afgesneden en vernie
tigd zouden worden, dat de Duit
sche eilandbezettingen hierdoor
verloren zouden gaan, dat de
Balkan als een rijpe vrucht in
hun schoot zou vallen en dat zij
dan het oorlogsgebeuren met een
slag naar de Duitsche grens zou
den kunnen overbrengen. De
stormloop naar den Brenner is
geworden tot een offensief met
een slakkengang ver ten Zuiden
van Rome. Hij zal nu zijn tol aan
bloed eischen, en wel niet naar
goedvinden van onze vijanden,
doch in groote lijnen volgens onze
plannen. Elke nieuwe landing zal
hen dwingen steeds meer scheeps-
ruïmte te binden. Zij zal_ de
strijdkrachten van onze vijanden
versplinteren en het gebruik van
onze wapens nieuwe mogelijkhe
den geven. Waar ook maar een
dergelijke landing wordt gedaan,
stuit zij op onze paraatheid en
men zal dan wel de ervaring op
doen, dat het om nu eens met
Churchill te spreken: ,.één
ding is om tegenover de Italianen
op Sicilië te landen en het een
geheel ander ding is om tegen
over de Duitschers aan het Ka
naal, in Frankrijk. Denemarken
of in Noorwegen te landen". Dan
zal ook blijken, of onze terughou
dendheid op menige gebieden
zwakheid of koele berekening was.
TAAK VAN FRONT EN
VADERLAND.
De strijd in het Oosten is de
zwaarste, dien het Duitsche volk
ooit te doorstaan heeft gehad. Wat
onze mannen hier verdragen, kan
in het geheel niet vergeleken wor
den met dat, wat onze vijanden
presteeren. Ook hier zal het uit
eindelijke doel, het Duitsche front
tot een ineenstorting te brengen,
niet alleen niet bereikt worden,
doch zooals steeds in de wereld
geschiedenis zal alleen" de laatste
slag de beslissing brengen. Deze
slag echter zal dat volk in zijn
credit kunnen boeken, dat met de
grootste innerlijke waarde, met de
grootste standvastigheid en met
het grootste fanatisme het beslis
sende uur gebruikt. Wat ik der
halve van Duitsche'soldaten eisch,
is ontzaglijk. Het is de taak van
het front, dat het tenslotte het
schijnbaar onmogelijke mogelijk
maakt. Het is de taak van het
vaderland, dat het het front in
zyn strijd tegen datgene wat on
mogelijk of onmogelijk te dragen
schijnt, steunt en sterkt, dat het
zich in volle duidelijkheid ervan
bewust wordt hoe het lot van ons
geheele volk, van vrouw en kind
en van onze geheele toekomst daar
van afhangt, dat met inspanning
van de laatste kracht de beslissing
in ons voordeel afgedwongen
wordt. Dat elk offer, dat wy thans
brengen in geen verhouding staat
tot de offers, die van ons geëischt
zouden worden, wanneer wij den
oorlog niet zouden winnen.
Dat er derhalve zelfs geen an
dere gedachte kan zijn dan den
oorlog onverbiddelijk te voeren
met het onveranderlijke doel van
het behalen der overwinning, ge
heel onverschillig, hoe telkens de
toestand moge zyn en geheel on
verschillig, waar wij telkens moe
ten vechten.
Toen het verraad van den ko
ning van Italië, den kroonprins en
zijn militaire clique steeds duide
lijker werd, was onze positie niet
mooi. In de oogen van menigeen
zelfs wanhopig. Beide dictato
ren der democratieën hoopten
reeds, in Washington gemeen
schappelijk de vernietiging der
Duitsche legers en de uitlevering