DINSDAG 3 NOVEMBER 1942
No. 2533S
83sfe Jaargang
BUITENLAND
De strijd in Egypte en aan het
Oostelijk front
Dietrich over den journalist
in oorlogstijd
Dr. Ley over hef prestatieloon
Verspreide Berichten
3 m
BINNENLAND
Nederl. Sfaatsleening 1942
De Germaansche S.S.
in Nederland
Plaatselijke verdeelingskantoren
voor den groentenhandel
Verplichte inlevering van
oud papier
GEMENGD NIEUWS
Drieslachtoffers
van gasvergiftiging te Tilburg
Verduisteren:
LEIDSCH
DAGBLAD
Directeur: J. W. Henny.
Telef. Directie en Administratie
25041 (2 lijnen) Gironummer: 57055
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Telef. Redactie: 21507
Hoofdredacteur: B. "W. Menkhorst. Lelden
PI.ver v.: K. Been, Lelden.
De A.NP.-correspondent te Berlijn meldt:
Met de hervatting na een dag van betrekke
lijke rust van het Engelsche offensief, is de
tweede phase van den strijd om de stelling van
El Alamein begonnen. De eerste ronde is op
een voor de Engelschen weinig bemoedigende
wijze geëindigd.
De taktiek der aanvallers is dezelfde als in de
eerste phase van den strijd. Wederom is het
een aanstormen op de Duitsch-Italiaansche stel
lingen, waarvan er vele indertijd door de En
gelschen zelf zijn aangelegd en die daarna door
de strijdkrachten van de spil nog verder zijn
versterkt. Tot een pantserslag, zooals die bij
vorige offensieven aan het Noord-Afrikaansche
front is geleverd, is het nog niet gekomen.
Trouwens, het is aan te nemen, dat Rommel er
voorloopig mee zal volstaan, de aanvallen, die
den Engelschen op zulke hooge verliezen komen
te staan, te weren en niet de veilige be
schutting zijner verdedigingsstellingen zal ver
laten om het op een pantserslag te laten aan
komen. Tot dit laatste bestaat vooralsnog geen
aanleiding, daar de thans door Rommel ge
volgde tactiek de Engelschen dwingt tot een
strijdwijze, die veel van hun krachten vergt.
Van de gevechten aan het Oostelijke front
trekken die ten Westen van de Terek de aan
dacht, welke thans geleid hebben tot de inne
ming van Alagir. Hoewel het verkeerd zou zijn,
van een nieuw offensief te spreken, zijn de aan
vallen der Duitsche en verbonden troepen in
dezen sector onmiskenbaar in hevigheid toe
genomen. De Ossietische heirweg, die thans voor
de bolsjewisten versperd is, vormt een der twee
voor wagens berijdbare wegen, die over het
Kaukasus-gebergte naar het Zuiden voeren, en
loopt in Zuidwestelijke richting naar Koetais. De
andere, de Groesinische heirweg loopt van
Ordjonikidze naar Tiflis. Deze wegen leiden
langs diepe afgronden en steile bergwanden en
zijn betrekkelijk gemakkelijk te versperren, zoo
dat het strategische belang ervan niet overschat
moet worden.
De aanvallen, die de bolsjewisten nog van tiV
tot tijd ter ontlasting van Stalingrad onder
nemen, hebben volkomen hun kracht verloren.
Aan de pogingen, die de bolsjewisten hebben
ondernomen, om door het overzetten van troepen
over de Wolga, aan de nog overgebleven verde
digers van Stalingrad verlichting te brengen,
hecht men in militaire kringen alhier niet de
geringste beteeken is. Hoogstens kunnen op deze
wijze eenige bataljons naar den Westeliiken
oever van de Wolga worden overgebracht, doch
deze kunnen op den strijd in het gebied van
Stalingrad geen noemenswaardigen invloed
meer uitoefenen.
De Reichspressèchef dr. Dietrich heeft het
v/oord gevoerd in een vergadering van de bui-
tenlandsche persvereeniging te Berlijn over het
werk van den journalist in oorlogstijd. Dr.
Dietrich onderstreepte hierbij nadrukkelijk, dat
de mogelijkheid om op journalistiek gebied
vruchtbaar werk te leveren, ook binnen het be
stek van de oorlogvoering volkomen aanwezig
is. Sensatieberichtgeving zooals vroeger, zoover-
klaarde hij, is evenwel niet meer mogelijk. Het
groote gezelschap buitenlandsche journalisten
heeft de gestelde taak evenwel begrepen en ook
de in Berlijn werkzame correspondenten der
neutralen stroven er naar om met inachtneming
van de oorlogvoering doch ook met gebruikma
king van de mogelijkheid die de oorlog den
journalist biedt, te werken. Maar alle pogingen
van deze journalisten zullen vruchteloos blijven,
zoolang zij geen weerklank vinden in de bla
den waarvoor die journalisten werken. Dr.
Dietrich wees er in dit verband op, dat Ijl)
steeds weer moet constateeren, dat vele bladen
in 't buitenland een zekeren druk op hun bui
tenlandsche correspondenten uitoefenen om te
schrijven in een voor Duitschland vijandigen
zin. De correspondenten van deze bladen te
Londen, Washington en Moskou hebben echter
herhaaldelijk opdracht gekregen om in een voor
deze landen positieven zin te schrijven. Dezelf
de lieden dus, die den Duitschen instanties ver
wijten, dat zij de vrijheid zouden onderdrukken,
weigeren hun correspondenten te Berlijn de
vrijheid, het Duitsche volk en zijn strijd zoo
jegens het buitenland te schilderen, zooals hij
werkelijk is. Met alle duidelijkheid wensch ik
derhalve te verklaren, aldus dr. Dietrich, dat
een dergelijke wijze van dagbladvertegenwoor
diging in Duitschland niet op haar plaats is.
Vervolgens besprak dr. Dietrich vooral het
begrip van de neutraliteit der pers. De bladen
van een land, dat zich neutraal verklaard heeft,
moeten ook voor een neutrale berichtgeving
zorgen. Een neutraliteit, die zich ook niet op
het gebied van de geestelijke oorlogvoering op
een neutrale houding toelegt, is geen neutrali
teit. Een land, dat ook niet in de geestelijke
oorlogvoering een neutrale houding aanneemt,
kan niet op werkelijke -neutraliteit aanspraak
maken. Minimum eisch voor een neutrale hou
ding noemde dr. Dietrich objectiviteit in het
verstrekken van berichten aan het publiek. De
tijden zijn voorbij, waarin de journalistiek
slechts een handeltje was en de journalist een
zielloos werktuig voor de willekeur van ano-
nieuwe opdrachtgevers. In handen van den jour
nalist is thans een enorme menschelijke ver
antwoordelijkheid gelegd. Wij hebben thans alle
onze verplichtingen jegens het Europeesche ge
weten. Voor de verdediging van de geheels
avonalandsche beschaving hebben bijna alle be
schaafde landen van Europa het zwaard tegen
het bolsjewisme getrokken. Als gast van de te
Berlijh werkende buitenlandsche corresponden
ten zeide dr. Dietrich te hopen, dat de gerecht
vaardigde eisch van geestelijke neutraliteit ook
bij de redacties der landen waartoe deze cor
respondenten behooren moge worden ingezien.
(D.NJ3.)
De A.N.P.-correspondent te Berlijn meldt:
In een door de geheele Duitsche pers afgedrukt
artikel over het loonvraagstuk geeft de leider
van het Duitsche Arbeitsfront, Reichsorganisa-
tionsleiter dr. Ley, de denkbeelden weer, die aan
de regeling van dit vraagstuk ten grondslag lig
gen. Hierbij dient, naar dr. Ley uiteenzet, het
prestatiebeginsel een leidende rol te spelen.
De Reichsorganisationsleiter geeft eerst eenige
beginselen weer, die aan de verhouding tusschen
werkgever en werknemer ten grondslag moeten
liggen. Alleen die ondernemer is sociaal, die zijn
arbeiders door beschikbaarstelling van de beste
technische middelen en door de best mogelijke
organisatie in staat stelt, de grootst mogelijke
prestatie 'te bereiken. De arbeidende mensch
heeft hierop recht en het is het belang van den
ondernemer hem dit alles te geven.
De arbeidsverhouding tusschen arbeider engen zooveel mogelijk op té vullen. (D.NB.)
ondernemer berust op de gedachte, dat beiden
de belangen van de natie hebben te behartigen
en voor de gemeenschap de grootst mogelijke
prestatie moeten bereiken. De een heeft het
recht, arbeid te verlangen, de ander heeft, daar
hij werkgelegenheid geeft, het recht, prestatie te
verlangen. Beiden te zamen dienen zoowel de
volksgemeenschap als zichzelf en beschouwen
het als een eer, hun volk.den best mogelijken
arbeid te leveren.
Dr. Ley bespreekt dan de maatregelen, die, in
afwachting van een definitieve ordening, reeds
thans, midden in der oorlog, op het gebied van
de loonpolitiek in Duitschland worden genomen.
Na erop te hebben gewezen, dat het langzamer
hand een feit geworden was, dat de geschoolde
arbeider in tijdloon in loon lager stond dan
de weinig of in het geheel niet geschoolde ar
beider, wijst hij erop, dat het niet meer dan
recht en billijk- is,dat de prestaties van den
arbeider, die op grond van de verlangde precisie
van zijn arbeid niet in accoordloon kan werken
doch aan tijdarbeid en daarmede ook aan tijd^
loon gebonden is, in een hooger loon gewaar
deerd wordt.
Teneinde aan dezen eisch recht te doen we
dervaren wordt bij de thans in uitvoering zijnde
maatregelen tot ordening der loonen niet lan
ger uitgegaan van groepeering dèr arbeiders in
slechts drie groepen, n.l. ongeschoolde, aanko
mende en geschoolde arbeiders. Voor den sec
tor der ijzer verwerkende industrie wordt b.v.
een verdeeling ingevoerd in acht groepen, va-
rieerende van den eenvoudigsten hulparbeid tot
den de grootste vakbekwaamheid eischenden
arbeid.
Accoordloon, zoo schrijft dr. Ley verder, is
in vele gevallen nog geen juist spiegelbeeld van
de prestatie en heeft daarom met prestatieloon
niets te maken. Dat wat billijkerwijze geëischt
moet worden, is het vaststellen van standaard
tijden, die met de normale doorsneeprestatie
van een arbeidsgroep overeenkomen. Wij ver
wachten van den arbeider in accoordloon, dat
hij met zulk een vastlegging instemt en de hem
mogelijke prestatie volbrengt.
Beslissend is. dat zulke dingen geregeld wor
den op een tusschen bedrijfsleiding en arbeiders
noodzakelijke vertrouwensbasis.
Zoo ontstond de nieuwe loongroepencatalogus
voor ijzer en metaal, de nieuwe tariefregeling
voor het bouwbedrijf, terwijl maatregelen voor
andere bedrijfstakken in voorbereiding zijn. Er
zijn bepaalde grondbeginselen opgesteld, volgens
welke thans de bedrijven en dit is beslissend
en nieuw met grootere eigen verantwoorde
lijkheid aan de regeling hunner loonen kunnen
medewerken.
Wij willen, zoo besluit dr. Ley, in de toekomst
alleen een prestatieloon kennen. Wie niets pres
teert, voor dien is in onze gemeenschap geen
plaats.
ZOON VAN LORD HALIFAX IN EGYPTE
GESNEUVELD.
Naar de Engelsche nieuwsdienst uit Washington
meldt, is Peter Wood, de tweede zoon van den
Britschen ambassadeur te Washington, lord
Halifax, bij de gevechten in Egypte gesneuveld
als officier van de luchtmacht. (D.NB.).
DE TWEEDE DUITSCHE OFFERZONDAG.
De tweede Duitsche Offerzondag op 11 Oct.
J.l. heeft een voorloopig resultaat opgeleverd
van 42 millioen mark. Vergeleken met verleden
jaar, toen de opbrengst meer dan 32 millioen
mark i bedroeg, is bijna 31 procent meer ont
vangen. (D.NB.).
VERORDENING INZAKE BULGAARSCHE
JODENKWESTIE.
Het Bulgaarsche staatsblad van 3 Nov. publi
ceert een verordening van den commissaris voor
de Jodenkwestie. In alle gemeenten, waar min
stens vijftig Joodsche gezinnen wonen, worden
van staatswege Joodsche verbonden gevormd,
waarvan de leiding door den commissaris be
noemd wordt. Alle Joodsche vereenigingen,
stichtingen e.d. verliezen het bestaansrecht.
Synagogen worden slechts geduld in plaatsen,
waar minstens 150 Joden wonen. Er mogen geen
nieuwe synagogen worden bijgebouwd. De be
staande Joodsche scholen mogen slechts dienen
voor vakonderwijs. Van de vrijgekomen huizen
en woningen, die door de Joden moesten worden
ontruimd, wordt 70 pCt. ter beschikking ge
steld van de Bulgaarsche bevolking. (D.NB.)
ROOSEVELT VERLANGT NIEUWE
VOLMACHTEN.
Naalr de Britsche berichtendienst uit Wa
shington meldt, heeft- Roosevelt aan het Con
gres verzocht een wet op te stellen, waardoor
hij gemachtigd wordt voor den duur van den
oorlog alle handelsbelemmeringen, invoerrech
ten, accijnzen en andere bepalingen op te
heffen, welke op de een of andere wijze het
vrije verkeer van oorlogsmaterieel, van leveran
ties, personen, eigendom en inlichtingen tus
schen de Ver. Staten en de overige verbonden
naties zouden kunnen belemmeren. (D.NB.).
DE BRITSCHE AANVAL OP LE CREUSOT.
In le Creusot is Zondag een betooging gehou
den tegen de aanvallen van het Britsche lucht-
wapern De sprekers protesteerden energiek
tegen het optreden der Engelschen. die niet
geschroomd hebben mannen en vrouwen en
kinderen te vermoorden. Bekend wordt, dat nog
twee slachtoffers zijn overleden. In totaal heeft
de Engelsche luchtaanval 60 dooden en ruim
300 gewonden geëischt. Bijna 500 huizen en een
ziekenhuis werden vernield. (DN.B.)
EEN BIRMA-FRONT GEËISCHT.
Men verneemt uit Londen: Wellington Koo,
ambassadeur van Tsjoengking^te Londen, heeft
in een toespraak den wensch uitgedrukt dat de
geallieerden zonder uitstel een tweede front
zouden oprichten in Birma. (Ofi).
TOEZEGGING VAN STEUN AAN DE JODEN.
Voor een afvaardiging van rabbijnen heeft
70
een
Cordell Huil, staatssecretaris bij het Amerifc.
ministerie van buitenlandsche zaken, verklaard
dat hij hun verzoek tot oprichting van een
Joodschen staat In Palestina zou ondersteunen.
(Ofi).
HONGAARSCHE TROEPEN BEREIDEN
WINTERSTELLINGEN VOOR.
De Hongaarsche Honvedminister. generaal-
kuionel Nagy, die dezer dagen van een bezoek
aan het Oostelijke front is teruggekeerd,
schrijft in de Magyarorsag. dat de Hongaarsche
troepen bezig zijn met de voorbereiding hun
ner winterstallingen. Dezen winter zal de vorst
hen in voltooide stellingen vinden, hetgeen een
groot voordeel beteekent vergeleken met verle
den jaar.
Vervolgens schrijft Nagy over de landbouw-
werkzaamheden achter het front, waarbij trij
er den nadruk op legt, dat de ravitailleering
der troepen onberispelijk is. Ook hun. verliezen
zijn buitengewoon gering, hetgeen o.m. zijn oor
zaak vindt in het feit, dat Hongarije alles in
het werk stelt om ten aanzien van moderne
oorlogvoering in ieder opzicht op de hoogte te
zijn. De Hongaarsche legerleiding streeft er
naar de gelederen der troepen door verstarkin-
DE STOK ACHTER DE DEUR.
De uitgifte is aangekondigd van-een nieuwe
Staatsleening, nominaal groot een milliard gul
den. waarvan reeds vierhonderd millioen gulden
is geplaatst; de inschrijving zal derhalve worden
opengesteld op een, bedrag van zeshonderd mil
lioen gulden.
De koers van uitgifte bedraagt 99^ pCt.; de
rente is 3^ pCt. per jaaj; de looptijd bedraagt
ten hoogste twintig jaren.
Ook deze Staatsleening zal er een zijn „met
den stok achter de deur". Dit beteekent. dat
indien niet het bedrag van f600 millioen wordt
ingeschreven, een gedwongen leening tegen min
der gunstige voorwaarden volgt, in welke leening
die personen, lichamen en instellingen zouden
moeten deelnemen, die niet op de thans aan
gekondigde leening voor een voldoend bedrag
zullen hebben ingeschreven. Wat in dit verband
onder een voldoend bedrag is te verstaan, blijkt
uit de maatstaven, welke in het prospectus der
leening zijn aangegeven.
Dit prospectus, hetwelk by alle bankinstel
lingen verkrijgbaar is, vermeldt te dien aan
zien, dat alle natuurlijke personen, die een
zuiver vermogen bezitten van f. 20.000 of
meer, tot een in het prospectus voor elk
vermogen aangegeven bedrag in de thans
aangekondigde leening moeten deelnemen,
om zich voor een aanslag in de gedwongen
leening te vrijwaren. Dit bedrag geeft der
halve aan, voor hoeveel men ten minste op
de aangeboden vrijwillige leening dient in te
schrijven, om van de gedwongen leening te
zyn vrijgesteld. De aanslag in een
eventueele gedwongen leening zal worden
gebaseerd op het zuiver vermogen volgens de
vermogensbelasting, evenwel zonder inacht
neming van eenigen aftrek, zoodat allen, die
een zuiver vermogen van f. 20.000 of meer
hebben, ook zij, die tengevolge van den kin-
x deraftrèk geen aanslag in de vermogens
belasting ontvangen, in de gedwongen lee
ning zullen worden aangeslagen.
Voorts is bepaald, dat lichamen, vallende
onder het Besluit op de Vennootschapsbelasting
1942. om voor een aanslag in de gedwongen lee
ning gevrijwaard te zijn, in de vrijwillige leening
zullen moeten deelnemen voor 3 pCt. van hun
zuiver bedrijfsvermogen, voor zoover zij niet op
den voet van het hierna volgende voor een hoo
ger bedrag zullen moeten deelnemen en voor
zoover het bedrijfsvermogen niet minder dan
f50.000 bedraagt
Alle z.g. institutioneele beleggers, waarvan in
het prospectus een omschrijving wordt gegeven
(in beginsel alle levensverzekeringsinstellingen,
spaar- en pensioenfondsen), zullen zich voor een
aanslag in de gedwongen leening vrijwaren, door
thans deel te nemen voor een bedrag van 8 pCt
-,van de gezamenlijke waarde hunner bezittingen.
Vrijgesteld zijn evenwel de hypotheekbanken en
ondernemingen, welke de exploitatie van onroe
rende goederen tot hoofdbedrijf hebben; te
harer aanzien zal de hiervóór vermelde deelne
ming voor 3 pCt. van het bedrijfsvermogen van
toepassing zijn.
Wederom geldt de bepaling, dat ingeval de
gedwongen leening wordt uitgeschreven, de be
dragen waarvoor men dan zal moeten deel
nemen, verdubbeld worden! De gedwongen lee
ning, welke na uitgifte pari 2 pCt. rente zal
dragen, zal door inkoop beneden pari worden
worden gedelgd.
De inschrijving staat open op Dinsdag 10
November a.s. van des voormiddags 10 tot des
namiddags 4 uur bij een aantal bankinstellingen
en bij het Agentschap van het Departement
van Financiën te Amsterdam.
Reeds vóór den genoemden datum zal iedere
bankier zich willen belasten met de verzorsrin.e
van inschrijvingen. Desgewenscht kan men voor
zijn inschrijving voorkeur vragen.
De betaling moet geschieden op Dinsdag 1
December a.s
„EERSTE ARBEIDSSCHOLING" OP DE
LAGERE SCHOLEN.
Een proef van het N.A.F.
Op ultnoodiging van het Nederlandsche Ar
beidsfront is in de afgeloopen week een aantal
leerkrachten uit Amsterdam, Utrecht en Haar
lem in de vormingsschool van het NA.F. te
Bentveld samengekomen, waar zij een belang-
wekkenden cursus hebben gevolgd over beteeke-
nis, doel en practische toepassing van de z.g.
eerste arbeidsscholing.
Deze eerste arbeid,sscholing is bedoeld als
leervak voor de lagere school, met het doel de
leerlingen, die straks niet verder zullen leeren,
doch reeds direct hun plaats in het arbeids
proces gaan innemen, vertrouwd te maken met
het gebruik van eenvoudige gereedschappen en
het bewerken van verschillende materialen. Het
voornaamste doel van dit leervak is, dat de leer
krachten nuttige gegevens kunnen verzamelen
voor een juiste beroepskeuze, waardoor in het
belang en van den leerling en van de volksge
meenschap, de juiste man zooveel mogelijk
de juiste plaats zal worden gebracht.
Onder leiding van den heer Schausz, referent
bij het instituut voor arbeidspsychologie er
arbeidspaedagogie, hebben de genoemde leer
krachten in de afgeloopen week een aantal
voordrachten gevolgd en zich met het vervaar
digen van eenvoudige werkstukjes bezig gehou
den. Naar de leider van de hoofdafdeeling be
roepsvorming en de bedrijfsleiding van het
Nederlandsche Arbeidsfront, dr. ir. De Gelder,
die den cursus officieel sloot, mededeelde, is het
niet de bedoeling, dat dit leervak onmiddellijk
op alle lagere scholen zal worden ingevoerd, Itet
Nederlandsche Arbeidsfront wil er slechts voor
zichtig een proef mee nemen. Spreker deed een
beroep op de cursisten om deze prpef een goede
kans tot slagen te geven.
Een aantal Nederlandsche journalisten is Za
terdag en Zondag bijeengekomen in hotel De
IJzeren Man te Vught (N.-B.) op ultnoodiging
van de stafleiding der Germaansche S.S. in
Nederland. De bedoeling van deze bijeenkomst
was de Nederlandsche pers de gelegenheid te
geven tot het verwerven van nader inzicht in
doel en taak der Germaansche S.S. in Neder
land.
S.S.-onderschaarleider H. Boerma hield een
voordracht over „Dietschland", S.S.-man G.
Dieters over „De Nederlandsche voedselpositie",
S.S.-onderstormleider Nico de Haas over „De
S.S. en de kultuurpolitiek". S.S.-onderstormlei
der J. C. Nachenius hield Zondag een uitvoe
rige voordracht over „S.S. en religie".
De bijeenkomst werd namens den voorman
der Germaansche S.S. in Nederland, die zelf
aan het Oostfront vertoeft, geopend door den
stafchef, S.S.-opperstormleider J. L. Jansonius.
De verschillende voordrachten gaven aanleiding
tot levendige en diepgaande gedachtenwisseling.
CONTROLE OP DE .VERDEELING VAN
GROENTEN.
Reeds geruimen tijd zijn aanvoer en verdee
ling van de groenten onbevredigend te noemen.
Djt is hoofdzakelijk gevolg van den bijzondereh
aard van deze producten, die aan spoedig be
derf onderhevig zijn. Een gevolg daarvan is
weer, dat de sluikhandel zich gemakkelijk van
de groenten meester kan maken, terwijl een
eenigszins billijke verdeeling over de consumen
ten met moeilijkheden van allerhande aard te
kampen heeft. Het bedrijfschap voor groenten
en fruit heeft thans bij verordening afge
kondigd in het voedsel voorzienlngsblat* een
regeling geschapen, die ten doel heeft de ver-
deeling van de groenten vaster in de hand te
nemen. Men hoopt door deze regeling te be
reiken, dat ,de sluikhandel in groenten tot een
minimum zal worden teruggebracht en dat een
betere verdeeling van de beschikbare voorra
den over dén handel en bij de consumenten
bewerkt wordt.
De nieuwe regeling gaat uit van de grond
gedachte, dat de geheele loop van het product
van teler tot consument moet kunnen worden
nagegaan en vastgelegd. Daartoe worden in de
eerste plaats aan alle veilingen contactcommis-
sarissen aangesteld, die o.m. tot taak hebben
de verdeeling van het product op de veiling
met de veilingleiders te behandelen.
Voorts zijn de handelaren en commissionnairs
op de veiling verplicht de him toegewezen hoe
veelheden bij de commissarissen te melden on
der mededeeling van de plaats, waarheen zij
deze producten denken te zenden. Ten slotte
kunnen de contactcommissarissen beoordeelen,
of de transportcapaciteit aan een veiling wel
economisch wordt benut.
Naast deze controle bij de veiling is natuur
lijk noodig controle in hel consumptiecentrum.
Deze controle zal geschieden door z.g. plaatse
lijke verdeelingskantoren, die van de contact-
commissarissen bij de veilingen opgave ontvan
gen van de hoeveelheden producten, welke naar
die plaatsen zijn verstuurd. Alle handelaren in
een plaats of gebied, waar een verdeelingskan-
toor is gevestigd, moeten de door hen op de
veilingen verkregen producten bij dio kantoren
aanmelden, zoqdat vastgesteld kan worden, of
niet tijdens het transport de producten een an
dere bestemming gevonden hebben dan daaraan
op de veiling was gegeven.
Voorts zal het verdeelingskantoor de aange
melde goederen moeten verdeelen over den
kleinhandel, waarbij de grossier blijft ingescha
keld. De plaatselijke verdeelingskantoren wor
den samengesteld uit een grossierleider, een
kleinhandelaar en zoo mogelijk een ambtenaar
van de gemeente, waar de verdeeling plaats
heeft.
Met deze regeling kan men er dus van ver
zekerd zijn, dat de grbenten billijk over de
kleinhandelaren worden verdeeld. Voor de eer
lijke verdeeling door den kleinhandelaar is de
medewerking noodig van het publiek, terwijl
strenge overheids-controle op den verkoop mo
gelijke ongerechtigheden zal moeten voorkomen.
Het is duidelijk, dat een regeling, als hierbo
ven is omschreven, met de noodige sancties
moet zijn omkleed. Zoo dreigt uitsluiting voor
grossiers en kleinhandelaren, die óf wel goede
ren in den sluikhandel doen verdwijnen, ófwel
op andere wijze een billijke verdeeling in hun
rigen voordeel trachten te voorkomen.
^De nieuwe regeling is op
HET BEDIENINGSGELD IN HORECAF-
BEDRIJVEN.
Z.g. troncgeld niet vrij van omzetbelasting.
De centrale persdienst van het Nederlandsche
Arbeidsfront schrijft ons:
In aansluiting op de mededeeling van de
onderbedrijfsgroep hotel-, café—en restaurant
bedrijf, dat bedieningsgeld vrij is van omzet
belasting, wordt ter voorkoming van misverstand
de aandacht van de belanghebbenden er op ge
vestigd, dat, waar sprake is van bedieningsgeld,
gedacht moet worden aan het geld, dat door het
bedienend personeel rechtstreeks van het publiek
wordt ontvangen.
Over zoogenaamde troncgelden is in tegen
stelling hiermede wel omzetbelasting ver
schuldigd.
DE ZUIVELINDUSTRIE.
Blijkens de Staatscourant' van 2 dezer heeft
het college van rijksbemiddelaars een aantal
wijzigingen aangebracht in de regelingen van
loonen en arbeidsvoorwaardsn voor de zuivelin
dustrie en het melkinrichtingbedrijf. In hoofd
zaak betreffen deze wijzigingen de bedrijfsom-
schrijving, waardoor bereikt wordt, dat de re
gelingen voor het zuivelbedrijf en het melkin
richtingbedrijf elkaar beter aanvullen.
De wijzigingen worden Maandag 9 November
ajs. van kracht. -
.1 November in wer
king getreden.
WERKNEMERS IN nET NOTARIAAT.
Blijkens de Staatscourant van 2 dezer heeft
het college van rijksbemiddelaars een regeling
van salarissen en andere arbeidsvoorwaarden-
vastgesteld voor de werknemers in het nota
riaat. Aanvankelijk was door de Broederschap
der notarissen in Nederland en den Bond van
notarisklerken in Nederland algemeen verbin
dendverklaring verzocht van de in October tus
schen genoemde vereenigingen als partijen ge
sloten en inmiddels door het college van rijks
bemiddelaars goedgekeurde collectieve arbeids
overeenkomst. Het verzoek tot algemeen verbin
dendverklaring is evenwel door het college af
gewezen, doch het overwoog daarbij de wen-
schelijkheid van de vaststelling eener regeling,
welke naar haar inhoüd zooveel mogelijk met
dien van meergemelde collectieve arbeidsover
eenkomst overeenstemt. De regeling, welke mi
nimum-salarissen inhoudt, geldt voor het kan
toorpersoneel, niet zijnde candidaat-notaris, ln
dienst van notarissen en waarnemers van een
vacant notariskantoor in Nederland.
De werknemers zijn naar gelang den aard van
hun arbeid ingedeeld in verschillende klassen.
De regeling, die op 9 November a.s. in wer
king treedt, bevat voorts bepalingen omtrent
overweg, uitkeering bij ziekte, arbeidstijden, va-
cantie, kort verzuim met behoud van salaris,
doorbetaling van salaris op christelijke feestda
gen, duur en beëindiging van de dienstbetrek
king en tevens bepalingen omtrent pension-
neering.
EXAMEN VRIJE- EN ORDE-OEFENINGEN.
De secretaris-generaal van het departement
van opvoeding, wetenschap en kuituurbescher
ming heeft bepaald, dat, in afwijking van zijn
besluit van 31 Maart j.l. nog éénmaal en wel
in 1943 aan hen, die in het bezit zijn van de
akte van bekwaamheid als onderwijzer (es) ge
legenheid zal wofden gegeven tot het afleggen
van het examen ter verkrijging van de akte van
bekwaamheid in de vrije- en orde-oefeningen
der gymnastiek.
PROF. DR. IR. J. H. PLANTENGA
OVERLEDEN.
Te Den Haag is, 51 jaar oud, overleden prof.
dr. ir. J. H. Plantenga, oud-directeur der Aca
demie van Beeldende Kunsten aldaar, die 3
Februari j.l. prof. dr. P. H. van Moerkerken ia.
opgevolgd als hoogleeraar bij de rijksacademie
van Beeldende Kunsten te Amsterdam.
De inzameling van oud papier, zooals die door
de wijkophalers van het rijksbureau voor oude
materialen en afvalstoffen (romea) nu al sinds
geruimen tijd geschiedt, heeft weliswaar een
belangrijke hoeveelheid nieuwe grondstoffen
voor de Nederlandsche papier-industrie opge
leverd, doch zij is nog niet voldoende om in
de totale behoefte te voorzien. Bovendien spreekt
het van zelf, dat, naarmate er minder nieuw
papier ter beschikking van de hulshouding, het
bedrijf en den handel komt, de in te zamelen
hoeveelheid oud papier zal dalen.
Reeds op 10 October 1940 heeft de secretaris
generaal van het departement van Handel, Nij
verheid en Scheepvaart het z.g. oude materia
len en afvalstoffenbesluit afgekondigd, waarbij
lederen „voortbrenger" verboden werd oude
materialen en afvalstoffen te vernietigen, weg
te werpen of zoodanig te bewaren, dat hierdoor
hun waarde als grondstof voor industrieele ver
werking wordt verminderd of te niet gedaan.
Onder die bepaling valt ook papier of karton,
zoodra dit niet meer overeenkomstig zijn oor
spronkelijke bestemming wordt gebruikt. En
onder „voortbrenger" wordt iedereen begrepen,
die in zijn beroep, bedrijf, Instelling, inrichting
of hulshouding oude materialen en afvalstoffen
voortbrengt, dus zoowel zakenman als huls
vrouw.
Het is uiteraard niet alleen van belang, dat
men de oude materialen en afvalstoffen niet
mag vernietigen, het is evenzeer noodzakelijk,
dat zij terecht komen bij hen, die ze inzamelen
en bewerken tot nieuwe grondstof. Daarom werd
in het genoemde oude materialen- en afval
stoffenbesluit bepaald, dat de aflevering van
deze oude materialen en afvalstoffen moet ge
schieden aan den door „romea" erkenden vak-
handel. Alleen wanneer de afvallen weer in
eigen industrieeel bedrijf kunnen worden ge
bruikt, is men niet tot aflevering verplicht.
Het is sindsdien gebleken, dat de hoeveel
heid in te zamelen oud papier nog meer dient
"te worden opgevoerd, daar de behoefte aan
deze grondstoffen voor de papierindustrie zeer
groot is. Te dien einde is thans een besluit
verschenen van den secretaris-generaal van
het departement van Handel, Nijverheid en
Scheepvaart, dat de verplichting tot inlevering
niet alleen beperkt tot oud papier, doch ook
tot geibruikt papier, waarover men als eige
naar, bezitter of houder kan beschikken. De
secretaris-generaal zal op grond van dit be
sluit voorschriften geven, die inleveringsplicht
van gebruikt papier opleggen, zoowel aan
publiekrechtelijke lichamen als aan andere
rechtspersonen (vereenigingen, instituten
stichtingen, enz.), bedryfsonderncmingen en
particulieren.
Komt men deze verplichting niet na, dan
zal het gebruikte papier worden weggehaald
ter plaatse waar het zich bevindt, op kosten
van den inlevcringsplichtige.
Op deze wijze hoopt de overheid de inzame
ling van oud en gebruikt papier effectiever te
kunnen maken dan tot nog toe het geval was.
Bij overtreding van de voorschriften kunneri
de straffen volgens het economisch sanctiebe-
sluit worden opgelegd. Binnenkort kan men
nadere voorschiften omtrent dezen inleverings
plicht verwachten.
SMEEROLIE.
In verband met de distributie van smeerolie,
gedurende het tijdvak van 1 November j.l. tot
en met 31 Maart a.s. geven de roode of blauwe
met „periode B" gemerkte bonnen, welke door
de distributiediensten tegen inlevering Van een
daartoe geldige machtiging van de rijksverkeers
inspectie zijn uitgereikt, recht op het koopen
van het op de bon aangegeven aantal eenheden
smeerolie of smeervet, waarbij opgemerkt wordt,
dat een eenheid smeerolie of smeervet, een
liter smeerolie of een kilogram smeervet be
draagt.
BEVOEGDHEID DUITSCHE GERECHTEN.
Het Rijkscommissariaat deelt mede:
De Duitsche gerechten zijn op grond van ver
ordening Nr. 72/42 met uitsluiting van de Ne
derlandsche justitie zonder aanzien van de
nationaliteit van den dader of medeplichtige
bevoegd voor de vervolging van en het uitspre
ken 'van een vonnis over strafbare handelingen,
wanneer de daad blijkt te zijn: plundering in
geëvacueerd gebied of in vrijwillig ontruimde
gebouwen of lokalen. Hetzelfde geldt, wanneer
de daad als een misdaad of vergrijp tegen
lichaam, leven of eigendom met gebruikmaking
van de voor den afweer van luchtgevaar ge
nomen maatregelen, of als gewoon gevaarlijke,
in het bijzonder den voedingstoestand in gevaar
brengende misdaad moet worden beschouwd.
Te Tilburg heeft zich in een woning aan de
Ridderstraat, bewoond door de familie Gadel-
laa, eeri ernstig geval van gasvergiftiging voor
gedaan, waarvan de 30-jarige vrouw des huizes,
haar 81-jarige inwonende vader en het Jongste
kind van negen maanden de slachtoffers rijn
geworden. De echtgenoot, die bij zijn thuiskomst
een zeer sterke gaslucht waarnam, vond in de
woning zijn vrouw, de drie kinderen en zijn
schoonvader bedwelmd op den grond liggen.
Een arts, die snel ter plaatse was, slaagde er
slechts in bij de oudste twee kinderen, resp. 3
en 2 jaar oud, de levensgeesten op te wekken.
De anderen bleken reeds overleden.
BIJ HET WATERSCHEPPEN IN EEN PUT
GEVALLEN.
In het plaatsje Haaren, by Oisterwyk is een
48-jarige vrouw bij het waterscheppen over den
rand geslagen en In den diepen put gevallen,
waarin zij jammerlijk is verdronken. Het slacht
offer was gehuwd en moeder van acht kinderen.
ONDER EEN TREIN GEDRONGEN
EN GEDOOD.
Toen gistermorgen omstreeks kwart over zeven
een trein binnenreed op het station D.P. te
Rotterdam drong het publiek zoo sterk op, dat
de 25-jarige behanger J. J. Cortlever, wonende
in de Josephstraat te Rotterdam, van het perron
werd geduwd. De man viel tusschen het perron
en den trein en werd overreden. Hij moet vrij
wel op slag zy'n gedood.
KIND TE WATER GERAAKT.
Eergisterenmiddag omstreeks twee uur is de
6-jarige J. F. Verschragen, wonende in de Mar-
tenstraat te Groningen, by het spelen in het
Winschoterdiep geraakt en verdronken.
van hedenavond 17.10 uur
tot morgenochtend 7.39 uur
De maan kwam hedennacht op om 1 uur en
ging vanmiddag om 15.14 uur onder.