Sebastopol gevallen De toegang tot Europa versperd 13ste Jaargang DONDERDAG 2 JOL! 1942 No. 25232 r Extra Duitsch Weermachtsbericht Stelling van El Alamein doorbroken Von Manslein tof generaalveldmaarschalk bevorderd Uit hel Brilsche parlement Verspreide Berichten Bekendmaking BINNENLAND Waarom een Nederlandsthe Kultuurkamer Verduisteren: Dr. Goebbels over een Iweede Ironi Wachlgeldbesluif voor burgerlijke rijksambtenaren GEMENGD NIEUWS RECHTZAKEN LEIDSCH DAGBLAD Directeur: J. w. Henny. __rt Telef. Directie en Administratie 25041 (2 lilnen) Gironummer: 57055 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Telef. Redactie 21507 Hoofdredacteur: B. W. Menkhorst, Lelden. Pl.verv.: K Been. Lelden. Het opperbevel der Duitsche weermacht maakt bekend: Boven vesting, stad en haven van Sebastopol waaien de Duitsche en Roemeensche oorlogsvlaggen. Onder leiding van den kol.-generaal Von Manstein hebben ïfliitsche en Roemeensche troepen, schitterend gesteund door de beproefde Iuchtcorpsen voor strijd op korten afstand van kol.-generaal Freiherr von Richthofen, na een verbit terde worsteling van 25 dagen de tot dusver sterkste land- en zeevesting der wereld bedwongen. Sterke forten, in rotsen gehouwen fortificaties onderaardsche gevechts installaties, betonnen en aarden bunkers, benevens ontelbare rotsversterkingen wer den in voorbeeldige samenwerking van alle wapens genomen. Het aantal gevangenen en de hoeveelheid buit is nog niet te overzien. Resten van het verslagen Sebastopollegcr zyn gevlucht naar het schiereiland Chersonesus. Op een zeer nauw terrein opeengedrongen, gaan zij haar vernietiging tegemoet. Over het verloop wordt nog gemeld: Naar het Duitsche opperbevel mededeelt, hebbe.. op 30 Juni duikbommenwerpers den tegenstand der bolsjewisten, die zich genesteld hadden tusschen de hoogten ten Westen van den Inermannkloof en de grens der stad voor een laatsten wanhopigen tegenstand, uiteengeslagen. De vliegtuigen baanden de opdringende infan terie met zware bommen een weg door de stel lingen in en om Nikolajewska. De van geringe hoogte neergeworpen bommen sloegen geweldige blokken uit de rotswanden, die groote stukken der vijandelijke loopgraven met de manschappen en wapens bedolven. Van gelijke kracht was het effect der bommen, die neergeworpen werpen by de ingangen der rotstunnels. Rotsblokken ter grootte van een huis met vijf verdiepingen blokkeerden de toegangen tot de onderaardsche rotsstellingen en stelden daarmede vele, goed ge camoufleerde en voor de Duitsche artillerie moeilijk te raken vijandelijke batterijen buiten gevecht. De in de binnenstad door de vorige aanvallen van duikbommenwerpers aangerichte vernielin gen werden in den loop van gisteren nog ver groot. Kazernes, spoorwegdepots, hangars, elec- triciteits- en gasfabrieken gingen na door bom men getroffen te zijn in vlammen op. Ook het verkeer per veer en de in de haven voor anker liggende vrachtschepen werden in den loop van deze luchtaanvallen getroffen. Verscheidene schepen werden daarbij tot zinken gebracht. Sebastopol, „de verhevene", was de voornaam ste oorlogshaven der bolsjewisten op de Krim aan de Zwarte Zee. Het moderne Sebastopol bezit een beteekenis, die een *aaie verdediging volkomen rechtvaardigt. Reeds voor den oorlog waren verdedigings werken van het zwaarste type aangebracht. Na derhand werden deze Versterkt, waarbij rekening werd gehouden met de'nieuwste ervaringen van dezen oorlog. Behalve de oorlogshaven heeft Sebastopol een koopvaardijhaven, die van beslissende beteekenis is voor de industrieele gebieden der Oekraine. De stad telt omstreeks 120.000 inwoners ui is voorzien van marinewerven, reparatiewerkplaat- sen voor de marine, droogdokken, vliegtuig fabrieken en arsenalen. Het verlies van Sebastopol beteekent het gemis van een belangrijke ravitailleerings- en uitvals basis voor operaties in de Zwarte Zee. (D.N.B.). De Führer heeft den opperbevelhebber van het Krim-leger, kolonel-generaal von Manslein bevorderd tot generaal-veldmaarschalk en hem het volgende telegram gezonden: Aan den opperbevelhebber van het Krimleger, kolonelgeneraal von Manstein. „In dankbare waardeering van uw bijzondere verdiensten voor de zegevierend gevoerde gevechten op de Krim, die in den vernietigingsslag van Kertsj en het bedwingen van de door natuur en bouwwerken machtige vesting Sebastopol hun bekroning hebben gevonden, bevorder ik u tot generaal veldmaarschalk. Met uw bevordering en door het invoeren van een herinneringsschild voor alle Krimstrijders eer ik voor het geheele Duit sche volk de heldhaftige prestaties van de onder uw be'el strijdende troepen". (D.N.B.). King Hall heeft, volgens den Britschen be richtendienst, tijdens de gisteren gehouden zit ting van het Lagerhuis aar John Wardlaw Milne de vraag gesteld, of hij zijn verzoek tot het stellen van de westie van vertrouwen tot een tijdstip zou willen uitstellen, waarop de gevechten in Egypte ec beslissend stadium be reikt zouden hebben. Milne antwoordde, dat hij zijn verzoek zou hebben uitgesteld, wanneer een desbetreffend verzoek van de regeering ontvan gen zou zijn. Hierop mengde Winston Churchjll zich onder toejuichingen van het huis in het gesprek en wees er op, dat de debatten uitgesteld hadden kimnen worden, zonder dat het ver trouwen van de Britten in de stabiliteit van hun instellingen geschokt had behoeven te worden. Milne antwoordde, dat de Britten thans in een stadium zijn gekomen, waarin zich van de gevaren bewust worden. Hij wees op hel gevaar, dat schuilt in de veieeniging van de functie van minister-president met die van minister van verdediging. Grootadmiraal sir Roger Keyes die de door Milne in het Lagerhuis Ingediende motie an wantrouwen ondersteunde heeft tijdens het ver der verloop van de debatten in het Lagerhuis verklaard, dat de geallieerde oorlogsmachine m Noord-Afrika een dergelijke obstructie heeft ver oorzaakt, dat de militaire acties zoolang zijn uitgesteld tot de Duitschers de Britten voor 'waren geweest. Verder verklaarde hij. .ofschoon wij belangrijke „amphibieformaties" bpzaten, werden deze formaties maanden lang overeen komstig de raadgevingen van den minister president werkloos gelaten" Churchill heeft ge weten, dat Engeland In de „amphibie-oorlogvoe- ring" uitstekend was. Het feit, dat Churchill niet over de meening van de vlootraadslieden is heengestapt, heeft slechts ongeluk veroor- Sir Roger Keyes zeide vervolgens, dat het een bevrijding voor Engeland en yoor de Engelsche vloot zou zijn, indien Churchill de veranderin gen in de Engelsche admiraliteit zou aanbren gen, die reeds lang hadden moeten worden aan gebracht. Hij beweerde, dat in September j.l. „amphibiestrijdkrachten" in het midden' beschikbaar waren geweest, die een beslissende rol hadden kunnen spelen, indien niet de mee ning van de vlootraadslieden er tegen was ge weest. In het verder verloop van zijn rede maakte sir Keyes de admiraliteit verwijten over haar verzuim, dc Middellandsche Zeevloot niet te hebben voorzien van een gepast marinehrht- wapen. Keyes betreurd het de motie van van trouwen te moeten ondersteunen. Ten slotte eischte sir Keyes. dat Churchill aan hec hoofd moest staan van een werkelijk nationale regee ring en niet van een, die door compromissen tot stand is gekomen. Lord Cranborne zeide, dat door oorzaken, die niet geheel duidelijk zijn, de vesting To'oroek gevallen is. Men heeft aan Britsche zijde ge hoopt, dat de terugtocht der geallieerde troe pen, die zich aansloot aan den val van ro broek, den geallieerden troepen een adempauze zou geven. De spil heeft echter het bevochten succes met „opmerkelijke snelheid" voortgezet. Woordelijk zeide lord Cranborne „wij hebben al le terrein verloren, dat wij in 2 jaar veroverd hebben, ja zelfs nog meer dan wij gewonnen hebben en de nederlaag kan mogelijk nog be langrijker gevolgen hebben, die ons op het oogenblik nog onbekend zijn". Lord Trenchard sprak zich uit voor de vor ming van een gecombineerden generalen staf onder leiding van één persoon. Deze moet di rect verantwoording verschuldigd zijn aan den premier-minister en het oorlogskabinet. Tren chard hoopte, dat in de toekomst minder druk op de regeering uitgeoefend zal worden om een tweede front te vormen. Lord Bennett verklaardde, dat hij nooit in zijn leven zoo bezorgd voor het Britsche impe rium geweest is als in de laatste dagen. Hy ziet het imperium voor het verval. Sir Milne lichtte zijn motie van wantrouwen toe Hij verklaarde, dat zijn voorstel niet gericht is tegen de te velde staande officieren, maar een vastbesloten aanval vormt op de centrale leiding in Londen, Hij eischte scheiding van de functies van minister-president en minister van defensie, benevens „energieke volledig In func tie zijnde leiderspersoonlijkheden, aan wie men de drie weermachtsdeelen toevertrouwt en die er zorg voor dragen, dat de generaals, admi raals en luchtmaarschalken hun functie naar eigen wijze mogen leiden", zonder dat zij „op onbehoorlijke wijze te>. lijden hebben van in grijpen bovenaf. Sir Milne stelde vervolgens den hertog van Gloucester voor als opperbevelheb ber van het Britsche leger aangezien hij er varing heeft van alle oorlogsteoneelen in dezen oorlog en men met hem aan het leger een man zou geven, die volkomen onafhankelijk is. Mil ne ging voort: „Wij hebben Singapore verlo ren in de foutieve veronderstelling, dat de Amerikaansche zeemacht onze stelling in het Verre Oosten zou beschermen. Wij hebben Bir ma verloren, maar de regeering maakte van deze nederlaag een wonderbaarlijke propagan- da-historie. Ik eisch een onderzoek er naar, wat in onze plannen, onze strategie of onze produc tie verkeerd is, zoodat wij steeds bij onze vij anden achterblijven. Milne herinnerde verder aan de verklaring van Churchill dat de Brit sche troepen in Libye met minstens even goede uitrusting en bewapening tegenover de Duit schers stonden en aan zijn verklaring dat aan het Nijldal de voorkeur is gegeven in de uit rusting met oorlogsmateriaal vóór Singapore. De Duilsch-Italiaansche troepen hebben in Noord-Afrika de stelling van El Alamein doorbroken en achtervolgen den verslagen vyand, die zich op de Nyldelta terugtrekt. D.N.B. Geen minister van defensie, zoo zeide Milne woordelijk, zou met volledige bekendheid van de feiten, zulke vèrklaringen hebben kunnen afleggen, zij zijn niet waar. zij zijn onjuist. De leider van de labour-partij Greenwood heeft verklaard: ongeloofeüjke dingen zijn in Libye voorgevallen, waaromtrent men de na drukkelijke vraag mag stellen, waarom? Deze vraag stelt men zich in elke woning, in iedere werkplaats, in elke fabriek. Lyttelton heeft ons geen volledig antwoord gegeven. De positie en de autoriteit van de regeering loopen ernstig gevaar, indien ons geen voldoende verklaring wordt, gegeven. Het conservatieve Lagerhuislid Winterton gaf als zijn meening te kennen, dat de verantwoordelijkheid voor de laatste Brit sche nederlagen "oor het grootste deel bij de regeering en bij Churchill lag. Nadat het Lagerhuis meer dan 12 uur aan één stuk had vergaderd de langste zitting totdusver was 10 uur 20 minuten werd de zitting verdaagd. (D.NJB.) In het Hoogerhuis heeft lord Beaverbrook, naar de Britsche berichtendienst meldt, van repliek gediend op het verwijt, dat het den ge allieerden op het Noord-Afrikaansche oorlogs- tooneel heeft ontbroken aan tanks of geschut. Ik aarzel niet te verklaren, dat wij meer tanks hadden dan de Duitschers en Italianen samen zoo zeide hij. Voortgaande weet Beaverbook de nedeerJnag der geallieerden in Noord-Afrika aan het feit, dat er te veel commissies waren. Bovendien heeft men te veel tijd verkwist bij de organi satie. Lord Addison constateerde in den loop van zfjn uiteenzettingen, dat de gebeurtenissen in Libye overal bezorgdheid, verrassing en ergernis gewekt hebben. Uit naam van de regeering antwoordde lord Cranborne, die er op wees. dat de geallieerden niet alleen belangrijke verliezen aan menschen en materiaal hebben geleden, maar dat zij ook strategisch belangrijk gebied op een der be langrijkste oorlogstooneelen hebben moeten opgeven. Woordelijk zeide lord Cranborne: .Wij hadden het voornemen Tobroek te behouden, wij hebben daar niet op het laatste oogenblik andere besluiten over genomen. De val der vesting kwam voor het opperbevel in het mid den Oosten en voor de regeering volkomen on verwacht. D.N.B. MAARSCHALK CAVAELERO. De legergeneraal Ugo Cavellero, chef van den Italiaanschen generalen staf, is bij koninklijk besluit bevorderd tot maarschalk van Italië. Maarschalk Cavallero bevindt zich thans in Li bye (Stefanl). De höhere SB. und Polizeiführer maakt bekend: De Nederlander Marcelis van Bemmel uit Monster is door een Duitsche militaire rechtbank we gens begunstiging van den vijand en daadwerkeiijke actie in een ge heime organisatie, alsmede wegens verzet bij zijn arrestatie, daar hij van zijn schietwapen gebruik wilde maken, ter dood veroordeeld. Het vonnis is door fusilleeren voltrok ken. get. RAUTER. Als uitgave 1 van de afdeeling voorlichting der Nederlandsche Kultuurkamer is onder boven- staanden titel een belangrijke brochure versche nen, die een duidelijk overzicht geeft van de be teekenis en organisatie van deze instelling. Na een inleiding over de gilden in vroegere tijden vogt een beschouwing over het nieuwe gilde, waarin uiteengezet wordt, hoe de verhouding kunstenaar-Kuituurkamer gezien moet worden in tegenstelling met de schadelijke Bohemien- legende. Naar aanleiding van de aan Thorbeck. ege- schreven uitlating „kunst is geen regeerings- zaak" wordt herinnerd aan het woord van prof. Goedewaagen. dat „de Kultuurwèrker weer een deel van het volk moet worden" en de overheid bij monde van de Nederlandsche Kultuurkamer wèl de kunstenaars, maar niet de kunst denkt tè organiseeren. De kunstenaar zal zijn beroeps- standorganisatie krijgen, waar hij zijn belangen zeker weet. Over het wezen van het gilde wordt uitvoe riger geschreven. Aan het hoofd van de Neder landsche Kultuurkamer staat de president. Hij benoemt en ontslaat gildeleiders en dagelijksche bestuurders, terwijl de leider van de vakgroepen, waarin de gilden onderverdeeld zijn, met toe stemming van den president door den desbetref fenden gildeleider benoemd worden. Kort en duidelijk wordt de beteekenis van de gewestelijke kringen uiteengezet en de instelling van provinciale bureaux aangekondigd. Vooral wordt de nadruk gelegd op het feit, dat de kracht van een volk gelegen is in de spreiding zijner kuituurkernen. Een volksgemeenschap is niet een massaal, log geheel, maar moet, juist wat haar kuituur aangaat, een eenheid in verschei denheid vertoonen. In het laatste gedeelte, over de toelating tot het lidmaatschap, wordt nog uitvoeriger inge gaan op het leidersbeginsel, dat aan de inrich ting der Kamer ten grondslag ligt. Leiding ge ven beteekent hier verantwoordelijkheid dragen, en dit kan men alleen na rijp beraad en ken nisneming van het oordeel van alle ter zake kundigen. De kuituurwerker zal in de Nederlandsche Kultuurkamer zijn belangen zeker weten. Door medewerking van allen zullen belangrijke resul taten verkregen worden en in deze brochure vindt men in het kort vermeld, hoe de Neder landsche Kultuurkamer als bundeling van alle kuituurwerkers hiernaar streeft. MAX BLOKZIJL VOOR DE RADIO. Hedenavond van 21.00—21.15 uur spreekt Max Blokzijl via den zender Hilversum 2 in de serie brandende kwesties over het onder werp- „Met forschheid alleen is het niet ge daan". VERSPREIDE BERICHTEN. By besluit van den wnd. secretaris-gene raal van het departement van financiën is aan B. J. de Leeuw, thesaurier-generaal bij genoemd departement, met ingang van gisteren eervol ontslag als zoodanig verleend en is F. L. Ram- bonnet, algemeen gemachtigde voor de oorlogs- en defensieschaden, aangewezen als waarne mend thesaurier-generaal. By besluit van den secretaris-generaal van het departement van binnenlandsche zaken is J. P. K. Gabriels, met ingang van gisteren op nieuw tot burgemeester van de gemeente Oirs- beek benoemd. Bij besluit van den secretaris-generaal van het departement van justitie is met ingang van 1 Augustus a.s. benoemd tot directeur van het ryksopvoedingsgesticht te Doetinchem mr. W. L. Bessem, thans substituut-griffier by de ar rondissementsrechtbank te Rotterdam. VAN HEDENAVOND 22.04 uur TOT MORGENOCHTEND 5.23 uur De maan kwam vannacht op te 0.31 uur en ging vanmorgen om 10.25 uur weer onder. In het jongste nummer van het weekblad ,Das Reich" publiceert ryksminister dr. Goeb bels onder den titel „De toegang tot Europa versperd" een artikel, waarin uitvoerig het van geallieerde zyde zoo levendig besproken onder werp van een zgn. tweede front in Europa wordt behandeld. Dr Goebbels gaat uit van het standpunt, dat volken over het algemeen veel kunnen verdragen en dat het meestal geruimen tijd duurt, tot noodlottige gevallen en ongun stige omstandigheden gevoelige consequenties voor de toekomst met zich mede brengen. En gland's leiding heeft echter in deze, zeer ern stige crisis in de Britsche geschiedenis niet alleen gefaald, zy heeft, hetgeen veel erger haar fouten en verzuimen niet willen inz.en en erkennen en dientengevolge hieruit oor <?een consequenties getrokken. Een handige o» Oe ganda slaagt er voor een tydje in, om nederlagen en terugtochten in overwinningen te verande ren, doch op den duür zal de ontnuchtering, die hierop volgt, des te erger zyn. De minister ver gelekt-een volk, dat opgevoed is in de overtui ging, dat het alle slagen kan verliezen om dan ten slotte toch de eindoverwinning te behalen met een voetbalteam, dat alle wedstrijden tij dens de competitie verliest en toch nog zeer naïf gelooft den beker te kunnen winnen. Het zal echter in de laatste ronde in het geheel niet meer aan bod komen, daar het reeds van te voren is uitgeschakeld. Men zou veronderstel len. dat juist de Engelschen het meeste begrip zouden hebben voor een dergelyke overweging, doch dat is geenszins het geval. Churchill en Roosevelt zyn tot iedere ongeremdheid en dwaasheid in staat en zullen hoe moeilyker hun toestand wordt, ook des te eerder bereid zyn de grootste dwaasheid te begaan, wanneer zij ook maar een schyn van succes belooft. Derhalve is thans'niemand ln staat te zeggen of, wanneer, hoe en waar zy het voornemen hebben een zgn. tweede front te vormen, Dr. Goebbels verklaart dan: de oorlogvoering van den Führer heeft van het begin af rekening gehouden met de verst verwijderde mogeiykheden in verband met de getroffen en nog te treffen maatregelen. Het voorbeeld hiervoor is Duitschland's dekking van de flank in het Westen tijdens den veldtocht in Poleh en de veilige bescherming naar alle kan ten tijdens de latere veldtochten in het Noor den, Westen, Zuidoosten of Oosten Dat is thans vanzelfsprekend in het Westen het geval en wel in een dusdanlgen omvang, dat men bijna zou wenschen, dat de Engelschen eens een poging zouden doen om dit te ondervinden. Het is der halve meer dan naïf, wanneer men in Londen gelooft, dat men de Duitsche oorlogsvoering door het gepraat van een tweede front zenuwachtig zou kunnen maken. De minister verklaart dan: Er staat rfkarom in het Westen geen Duitsche soldaat meer en geen Duitsche soldaat minder. Het is den En gelschen dikwijls genoeg zeer duideiyk medege deeld, dat de toegang naar Europa stevig ver sperd is. Zy zouden by een poging om ergens in Europa aan land te gaan, een debacle beleven, in het licht waarvan hun catastrophe van Duin kerken volkomen zou verbleeken, want dezen keer hebben wij in tegenstelling met vroeger de betere troeven in handen. De Engelschen zijn er niet, doch zij moeten eerst nog komen Hun staat op het Europeesche continent geen enkel hulpvolk meer ter beschikking, dat zy vooruit kunnen sturen of voor het dekken van een terugtocht kunnen achterlaten Zij zijn geheel alleen aangewezen op hun eigen militaire leiding en op de dapperheid van hun troepen en te oordeelen naar de door hun tot dusverre afge legde proeven van bekwaamheid op andere oor logsfronten. zal men daarvan alleen niet al te veel mogen verwachten. Ook de hoop het be zette achterland tot een opstand te kunnen aanzetten is naïf. Een dergelijke poging zou vermoedelyk slechts een paar uur duren. Dit ziet men ook in Noorwegen, in Nederland, in België en ook ln Frankrijk zeer duidelyk in. Dr. Goebbels vraagt verder, wat Engeland zich eigenlijk voorstelt van de vorming van een tweede front, dat toch in werkelij'kheid niet het tweede, doch het vijfde of zescte zou zijn. waarbij hij wyst op het voorbeeld van Noord-Afrika, waar de Engelschen zulke groote successen heb ben behaald, waardoor zy nauwelijks tot een herhaling worden aangespoord. Afgezien van het toenemende gebrek aan de voor ieder® invasie noodzakelijke scheepsruimte. zou een invasie al leen dan, zij het dan ook een bescheiden succes. van niet veel overgebleven. Ook de Amerikanen schijnen geen luist te toonen om voor zuiver Britsche belangen hun hoofd in de waagschaal te werpen Doch in het Engelsche moederland staat nog een hoeveelheid van intacte divisies, die zich tot dusver alleen met oorlogsspelletjes hebben beziggehouden. Men kan rustig aanne men, dat dergelijke formaties door het niets doen en afwachten er niet beter op worden. De tijd werkt alleen voor hem, die den tijd weet te gebruiken. Een strategie, die zich uitput in een defensief, zal langzamerhand het initia tief en de activiteit van een volk verlammen en wie in het verloop van een historische worste ling het Juiste oogenblik voorbij laat gaan, laat onder bepaalde omstandigheden alles voorby- gaan. Deze oorlog duurt alleen daarom zoo lang, omdat de Engelschen op grond van hun macht, hun aanzien en hun rijkdom iets in den stryd kunnen werpen. Was dit niet het geval, dan waren zij al lang ineengestort. Duitschland moet meer presteeren dan zij, omdat het begirt, ter wijl zij ophouden. Desondanks kan er geen twy- fel aan bestaan, dat Engeland zich in een da lende richting beweegt: alleen Is het er nog niet over eens over het tempo, waarmede het zijn verval tegemoet snelt. Af en toe wordt de toe stand voor het Britsche publiek plotseling dui delijk, zooals thans by Noord-Afrika, dan kan de openbare meening, in zekeren zin op welwil lende 'wijze door de regeering geduld, zich weer een paar dagen lang uitleven, waarna zij echter weer spoedig in den toestand van lethargie lcrug- keert Stond daarachter nog de kracht van een imperialistisch geloof, dat bergen zou kunnen verzetten, dan zou men dit voor een uiting van innerjijke grootheid kunnen houden, doch het is slecht? de tot stompzinnigheid ontaarde onver schilligheid van een natie tegenover haar histo risch lot. Ten slotte verklaart dr. Goebbels, dat men niet weet of Churchill een uitweg uit dit di lemma wil zoeken. Duitschland is in Ieder geval in den grootste mogelijken omvang voorbereid en beveiligd De Dui'sche oorlogsvoering maakt af en tee wel is waar gebruik van een Improvisatie, doch zij is daarop niet gebaseerd. De Duitsche lei ding acht Churchill tot iederen waanzin m staat In de staatscourant is een beschikking opge nomen, waarby het wachtgeldbesluit voor bur gerlijke rijksambtenaren is aangevuld. Die aan vulling beoogt by eervol ontslag met recht op wachtgeld van een op non-activiteit gesteld ambtenaar het wachtgeld te doen aansluiten by de laatstelijk genoten non-activlteiswedde. Volgens bovenbedoelde aanvulling zal hy, di® minder dan 3 maanden op non-activiteit U geweest, ln het genot komen van een wacht geld van 100 procent der laatste wedde gedu rende den aan die drie maanden ontbrekenden tijd, terwyi de tijd op non-activiteit doorge bracht wordt gevoegd by de wachtgeldperiode van 5 jaar van 70 procent der laatste wedde. By voorbeeld iemand, die twee maanden op non activiteit is gesteld geweest. ontvangt een wachtgeld van: 100 procent der laatstelijk ge noten wedde gedurende een maand, 85 procent dier wedde gedurende drie maanden, 70 pro cent dier wedde gedurende vyf jaren en twee maanden. Hy die meer dan 30 maanden doch minder dan 6 maanden op non-activiteit is geweest, komt in het genot van een wachtgeld van 85 procent der laatste wedde gedurende den aan die zes maanden ontbrekenden tyd, ter wijl de tyd op non-activiteit doorgebracht by de wachtgeldperiode van vijf jaren van 70 pro cent der laatste wedde wordt toegevoegd. By- voorbeeld iemand, die vier maanden op non activiteit is geweest, ontvangt een wachtgeld van: 85 procent der laatstelijk genoten wedde gedurende twee maanden. 70 procent dier wed de gedurende vijf jaren en vier maanden. Hij, die tenminst zes maanden op non-activi teit is geweest, komt in het genot van een wachtgeld, dat aanstonds op 70 procent dei- laatste wedde wordt gesteld, terwyi de voor dit percentage in het wachtgeldbesluit gestelde termyn van vyf jaren wordt verlengd tot 5 jaar en zes maanden. Vorenstaande percentages gelden voor hen, die kostwinner van een gezin zyn. Voor niet- kostwlnners zyn deze percentages 100, 75 en 60 procent. Voorts wordt het al of niet kostwinnerschap beoordeeld naar den toestand op het tydstip van op non-activlteitstelling. UIT HET METAALBEDRIJF. Regeling van loonen en andere arbeidsvoorwaarden. In de staatscourant is een beschikking van het college van ryksbemiddelaars gepubliceerd, be vattende een regeling van loonen en andere ar beidsvoorwaarden voor 't smedenbedrijf en aan verwante bedryfstakken. By deze regeling wordt voor iedere gemeente het minimumloon voor geschoolde, geoefende en ongeschoolde arbeiders vastgesteld. De werknemers zullen per jaar een week vacantie genieten. Verder zyn bepalingen opgenomen betreffende den werktyd, vergoeding voor overwerk, doorbetaling van liet loon op feestdagen, kort verzuim met behoud van loon, enz. De regeling treedt in werking met ingang van de loonweek, waarin 1 Augustus a.s. valt. De inhoud van deze regeling komt in groote lynen overeen met de bepalingen van de collec tieve arbeidsovereenkomst voor het kleinbedrijf- metaalindustrie, welke thans zyn komen te ver vallen. Voor de ondernemingen in de metaalindustrie, die meer dan 25 werknemers in dienst hadden, gold reeds de regeling van arbeidsvoorwaarden in de metaalny verheid. Met het afkondigen dei- onder werpelyke regeling zijn thans de arbeids voorwaarden geregeld van alle werknemers in ondernemingen, die tot het metaalbedryf in den ruimen zin des woords behooren. Voor hen zal gelden óf de regeling van arbeidsvoorwaarden in de metaalnyverheid óf de nieuwe regeling van loonen en andere arbeidsvoorwaarden in het smedenbedrijf en aanverwante bedrijfstakken. De grens van de werkingssferen dezer twee regelingen wordt in het algemeen gesproken be paald door het aantal werknemers in de onder nemingen op 1 Mei j.l. Voor de ondernemingen die op dien datum minder dan 25 werknemers hadden, geldt de nieuwe regeling. In bijzondere gevallen is echter by de indee ling niet het aantal werknemers, doch de aard der onderneming beslissend. Bij de beoordeeling of de aard eener onderneming aanleiding geeft tot zulk een afwykende indeeling, zyn de vol gende vragen van belang: wordt door de onderneming in hoofdzaak voor de plaatselyke markt gewerkt? Wordt er ln ta rief gewerkt? Wordt fabriekmatige arbeid ver richt? Het lidmaatschap eener vereeniging of een ander bewys, dat een werkgever zijn onderne ming in het verleden tot een bepaalde groep heeft gerekend, is niet doorslaggevend, ofschoon het uiteraard in zulke gevallen waarschynlyk is, dat de onderneming inderdaad by die groep be hoort. KIND ONDER EEN AUTO GERAAKT Gistermiddag is het tweejarig zoontje van de familie K. R. te Groningen in de Veemarkt straat door een vrachtauto, bestuurd door H. F. uit Wildervank, overreden en gedood. kunnen hebben, wanneer zij op verrassend® doch zij weet echter ook, dat vanzelfsprekend wyze zou worden uitgevoerd. De Engelschen heb ben echter uitdrukkelijk de aandacht gevestigd op hun desbetreffende voornemens en zelfs af en toe commando's gestuurd, opdat de Duit schers toch vooral maar niet zouden vergeten, dat zij In het Westen moeten oppassen. In ieder geval zijn de Duitsche voorzorgsmaatregelen in het Westen zoodanig, dat Duitschland door niets verrast kan worden. Churchill zit klaarblijkelijk mét de kwestie van het zgn tweede front in zijn maag Tot dus ver heeft hy den door hem ontketenden oorlog met hulpvolken gevoerd. Thans echter is hier- een wanhoopsdaad zynerzijds van Duitsche zijde beantwoord zal worden met de daad, die het En gelsche volk van de laatste illusies zal berooven Dr. Goebbels besluit dan met de woorden Churchill's tweede front interesseert ons daarom niet meer wy verkeeren nog In twijfel over de vraag of wij moeten wenschen, dat hy een po ging hiertoe doet of niet. Van belang is alleen, dat overal, waar een tweede front gevormd zou kunnen worden, Duitsche soldaten staan, die er op gebrand zijn den soldaten van Chur chill een hartelyke ontvangst te bereiden. (A.N.P.) HAAGSCHE GERECHTSHOF. De arresten. Wegens het ln voorrnAd 'aeobtn van 26 kazen die niet voorzien waren van het verel6chtc- merk, was M J. v. a. Pouw te Alphen duor den Econo- mlschen rechte» veroordeeld tot zes maanden ge vangenisstraf en voor het afleveren van de kaas tot f.2000.boete subs. 4 mr.anden hechtenis. Nadat de pror..-generaal hevcstlglng van dit von nis had geëlscht. heeft het Hol' thans zes maan den gevangenisstraf opgelegd en <ie onmiddellijke gevangenneming opgeheven Tot f. 500.boete subs 5 maanden hechtenis wa? A F. v. d. Pouw te Alphen veroordeeld, omdat hij boter en kaas zonder bon had gekocht. De próc.-generaal vor derde bevestiging van dat vonnis; het Hof heeft 1 200.boete subs. 2 maanden hechtenis opge legd Een vat benzine en 65 zakken granen waren door C v d. H tc Rietveld gestolen ten nadeele van Ambachtsheer te Nleuwèrbrug Hij was tot zes maanden gevangenisstraf veroordeeld. Om ge zondheidsredenen vorderde de proc.-generaal vier maanden gevangenisstraf; het Hof heeft de straf op vier maanden bepaald Tot een jaar en zes maanden gevangenisstraf en f. 5000.boete was J Zonneveld te LcJdschendam door den econo mischer» rechter veroordeeld, wegens clandestien slachten. In ho'ogc-r beroep vorderde do proc.-ge neraal bevestiging hiervan. Het Hof aeeft een Jaar en zes maanden gevangenisstraf met aftrek van preventief opgelegd en verbeurd verklaring van drie koelen. Praatjes vullen geen gaatjes, liet komt op daden aan. Wordt lid van den Ncderlandschen Volksdienst.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1942 | | pagina 1