83sfe Jaargang
WOENSDAG 15 APRIL 1942
No. 25167
Laval neemt in Frankrijk de leiding
De rede van Prof. Goedewaagen
te Venetië
Nieuwe regeering op komst
De strijd ter zee
Het proces te Riom
Ifaliaansch Weermachfsberichj
V erduisteren:
Verspreide berichten
De karakteristiek van Churchill
Voor het Internationale
Journalisten-Congres
De moord op overste
Mussert
Organisatie voor het bedrijfsleven
LEIDSCH
DAGBLAD
Directeur: J. W. Henny.
Telef. Directie en Administratie
25041 (2 lilnen) Gironummer: 57055
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Telef. Redactie 21507
Hoofdredacteur: B. W. Mcnkhorst. Lelden.
Pl.verv.: K. Been. L^flen.
II!
li) verband met de a.s. wijziging in de
Fransche regeering, meent men in gewoonlijk
goed ingelichte klingen te Vichy de conclusie
te kunnen trekken, dat Laval tot regeerings-
chef met bijzondere volmachten zal worden
benoemd. Hij zal waarschijnlijk met het vor
men van een nieuw kabinet worden belast.
Staatshoofd blijft maarschalk Pétain, die in
deze eigenschap het voorzitterschap van den
ministerraad zal bekleeden. Admiraal Darlan
zal, zoo vermoedt men, tot hoofd van de lands
verdediging en tot opperbevelhebber der drie
weermachtsonderdeelcn worden benoemd.
Iedere veronderstelling aangaande de toe
komstige samenstelling der verdere regeering
moet thans echter nog als voorbarig worden
beschouwd.
Ambassadeur de Brinon heeft na zijn terug
keer uit Vichy te Parijs aan de pers een uit
eenzetting gegeven over de regeeringsvorming
in Frankrijk.
Hij deelde mede, dat Pierre Laval leider van
de Fransche regeering zal zijn.
Admiraal Darlan zal leider der militaire
strijdkrachten (leger, marine en luchtmacht)
zijn, doch geen minister. Hij - kan echter den
ministerraad steeds bijwonen. Admiraal Darlan
blijft overigens opvolger van het Staatshoofd,
maarschalk Pétain.
In de toekomst zal er geen ministerie van
oorlog meer zijn. Ten aanzien van de nieuwe
ministers is nog niets beslist.
Pierre Laval zal de nieuwe ministers voor
dragen aan het Staatshoofd. De zetel der
Fransche regeering zal te Vichy gevestigd blij
ven. Maarschalk Pétain is met de gevonden op
lossing zeer tevreden geweest, terwijl de atmos
feer te Vichy Optimistisch is.
NOTAWISSELING TUSSCHEN V. S. EN
FRANKRIJK.
Op de nota van Sumner Welles, waarin ver
wezen wordt naar het protest tegen de benoe
ming van een Amerikaanschen consul te Braz
zaville door de Fransche regeering door bemid
deling van haar ambassadeur Henri Haye te
Washington ingediend, heeft de Fransche re
geering geantwoord, dat zij," zich gedwongen
ziet het Amerikaansche departement van bui-
tenlandsche zaken te doen weten, dat zij deze
Amerikaansche antwoordnota niet kan aan
vaarden.
De nota poogt slechts de houding van her
Fransche volk in de oogen der wereld te klei
neeren. De Fransche regeering ziet zich genood
zaakt te constateeren, dat de jongste publicatie
van de notawisseling maar al te duidelijk, laat
zien, dat zij slechts uit propagandistische oog
merken werd gedaan, ten einde te pogen de
geesten te verwarren. De nota antwoordt in
•geenerlei wijze op de gestelde vragen. (DN.B.)
Met de 116.000 brt., waarvan gisteren het tot
zinken brengen is gemeld, heeft de Engelsche en
Amerikaansche koopvaardij sedert het begin van
dit jaar door het optreden van Duitsche wapens
1,5 millioen brt. verloren.
Met inbegrip van de 400.000 brt., die de Ja
panners sedert het begin van dit jaar in den
grond hebben geboord en de 125.000 brt., die de
Italianen sedert 1 Januari j.l. tot zinken heb
ben gebracht, is in totaal meer dan 2 millioen
brt. Engelsche en Amerikaansche koopvaardij-
tonnage vernietigd.
Sedert het eerste optreden der Duitsche duik-
WAAROM VERDAGING.
De wet op de verdaging van het proces van
Riom gaat vergezeld van een motiveering van
den plaatsvervangenden minister-president, ad
miraal Darlan en den minister van justitie.
Barthelemy, waarin er allereerst op wordt ge
wezen, dat het Hooge Gerechtshof zijn taak
volgens de opdracht er toe beperkt heeft slechts
een deel der verantwoordelijkheid voor de ge
brekkige voorbereiding van de landsverdediging
na te speuren, vooral waar het ging om feiten,
die onder de huidige omstandigheden gemak
kelijker konden worden onderzocht.
Woordelijk wordt in de motiveering verder
gezegd: „de verantwoordelijkheden, die door ge
brekkige landsverdediging en de politieke en
militaire fouten tot den oorlog en tot de neder
laag hebben geleid, zijn ondeelbaar, aangezien
zij tót dezelfde catastrophe hebben geleid.
Om echter licht te brengen in de den be
klaagden verweten onervarenheid, moet ook op
heldering worden verkregen over die politieke
of militaire daden van hen. welke een misda
dige nalatigheid bij de uitoefening van hun
ambtsplicht kunnen beteekenen. Het is derhalve
noodzakelijk, dat het Hooge Gerechtshof een
aanvullend onderzoek instelt naar alle verant
woordelijkheid, die door de in art. 1 van de wet
van 30 Juli 1940 genoemde personen moet
worden gedragen voor alle handelingen, die bij
gedragen hebben tot den overgang van den
vredestoestand naar den oorlogstoestand.
Dit onderzoek naar de waarheid zal einde
lijk een einde maken aan de gevaarlijke cam
pagnes, die door het opblazen en verdraaien
van de beweringen der beklaagden tén doel
hadden de openbare meening in Frankrijk
opieuw tot tweedracht te brengen en die zelfs
zoo ver gaan, dat de veiligheid naar buiten
van Frankrijk door het compromittceren der
internationale betrekkingen wordt bedreigd.
Derhalve wordt het Hooge Gerechtshof voor
zien van alle noodige volmachten om zijn on
derzoek te hervatten en uit te breiden."
Door, de wet op de verdaging van het proces
van Riom blijft de positie der beklaagden on
gewijzigd. welke nog steeds onderworpen blijft
aan het besluit van den chef van den Fran-
schen staat van October 1941. Dit beteekent.
dat de beklaagden Blum, Daladier en Gamelin
worden teruggebracht naar de vesting Portalet
in de Pyreneeën, waar zij verder vestingstraf
ondergaan. De overige beklaagden blijven ge-
interneerd. <D.NB.)
Het Italiaansche weermachtsbericht van gis
teren luidde:
In de Cyrenaica zijn sterke vijandelijke co
lonnes. die door pantserverkenningswagens en
artillerie gesteund werden, na levendigen strijd
teruggeworpen. Zeven pantserwagens en talrijke
automobielen werden vernield, twee officieren
en een aantal manschappen gevangen genomen.
De vijand, die ook merkbare verliezen aan doo-
den en gewonden had geleden, trok zich in
wanorde terug.
De,luchtaanvallen op oorlogsdoelen op Malta
dat 'herhaaldelijk hevig werd gebombardeerd,
werden voortgezet. Italiaansche vliegtuigforma
ties vielen met succes de havenwerken van Mi-
cabba. Halfar, Luce en Gudia aan en bescha
digden tal van op den grond staande vliegtui
gen zwaar.
Een duikboot, die onder bevel van korvetten-
kapitein Emilio Olivleri op den Atlantischen
Oceaan opereerde, heeft gemeld, dat zij twee
schepen en drie tankbooten met een gezamen-
lijken inhoud van 48.000 ton tot zinken heeft
gebracht.
van hedenavond
tot morgenochtend
20.36 uur
6.43 uur
De maan kwam heden op om 7.03 uur en gaat
onder te 20.18 uur; het is vandaag Nieuwe Maan
booten in de Amerikaansche wateren is het
aantaï tot zinken gebrachte vijandelijke tank
schepen inmiddels gestegen tot 88 met een ge-
zarpenlijken inhoud van 713.000 ton. Dat betee
kent het verlies van ongeveer 1.070.000 ton petro
leum of driemaal de Duitsche petroleumpro-
ductie in 1937.
MAATREGELEN IN ENGELAND.
De Britsche minister van financiën. Kingsley
Wood, heeft volgens den Engelschen nieuws
dienst grooter staatsirikomen en straffer beper
king bij het gebruik van luxe-artikelen ge-
eischt. Voorts maakte hij een aanzienlijke ver
hooging van de belasting op bier. spiritualiën,
wijn, tabak, sigaretten en openbare vermake
lijkheden bekend. De omzetbelasting op luxe
artikelen. waaronder zijde, bont en juweelen,
wordt verdubbeld. De prijs van spiritualiën en
sigaretten wordt met een derde verhoogd. De
belasting op schouwburg- en bioscoopbiljetten
wordt verdubbeld.
Kingsley Wood heeft in het Lagerhuis ver
klaard, dat hfj de totale uitgaven in het be-
grootingsjaar 1942—'43 op 5286 mill, pond
schatte of 510 mill, meer dan de uitgaven van
het thans beëindigde begrootingsjaar.
Naar de Britsche berichtendienst voorts
meldt, mogen in Engelsche hotels en restau
rants voortaan na 11 uur des avonds geen maal
tijden meer verstrekt worden, tenzij aan hotel
gasten. Daardoor komt automatisch een einde
aan de verstrekking van maaltijden in nacht
clubs. Het aantal officieele maaltijden moet
zooveel mogelijk worden beperkt. (A.NP.).
ACADEMISCH FRONTSTRIJDERSCONGRES
TE BERLIJN.
Een „Europeesch Frontstrijderscongres voor
Studenten" is te B^.liin begonnen: leden van
de Spaansche, Kroatische, Fransche en Waalsche
legioenen en van de Deensche. Finsche, Vlaam-
sche, Nederlandsche en Noorsche afdeelingen
der Waffen-SS, alsmede vele dragers van het
IJzeren Kruis nemen er aan deel. van wie
sommigen gewond zijn. Men bracht eerst een
bezoek aan het slot Sans-Souci ie Potsdam,
waarna er in het nieuwe paleis een fluitconcert
van werken van Frederik den Groote, en in de
garnizoenskerk bij het graf van Fiederik een
orgelconcert werd gegeven Toespraken schet
sten den groot-en keurvorst als een voorbeeid
van een Europeesch soldaat. In het slot Sans-
Souci sprak ook de Spaansche studentenleider
Guitarte die als soldaat der Duit-sche weer
macht aan het Oostelijk front staat. (DN.B.).
IRAN BREEKT MET JAPAN.
Naar Reuter uit Teheran meldt, heeft Iran de
betrekkingen met Japan verbroken en aan het
Japansche gezantschap verzocht Teheran bin
nen een week tfjds to verlaten. (D.N.B.).
Moeder en kind veilig dank zij den Neder-
landsohen Volksdienst. Sluit u aan als lid.
Den laatsten tijd is reeds herinnerd aan een
groot aantal uitlatingen van Winston Churchill
van vroeger, die de ware gezindheid van den
huidigen Britschen premier aantoonen jegens
alle plannen om Indië formeele rechten en vrij
heden te verleenen.
Het departement van buitenlandsche zaken
te Berlijn is in staat een nieuwe authentieke
bijdrage tot de karakteristiek van Churchill te
publiceeren. Onder de in Duitsch bezit geraak
te documenten van het Poolsche ministerie van
buitenlandsche zaken bevinden zich ook rap
porten van den vroegeren Poolschen ambassa
deur in Londen, graag Razynski, die de on
derhandelingen over het in 1935 op de agenda
staande ontwerp van wet betreffende de auto
nomie van Indië behandelen. In een van deze
rapporten wordt er op gewezen, dat een groep
Engelsche conservatieven, orjder leiding van
Churchill een verbeten campagne heeft ge
voerd tegen het ontwerp. Bovendien spreekt de
vroegere Poolsche diplomaat nog over een an
dere kwestie, die thans weer van actueele be-
teekenis is. Er wordt n.l. in verband met Indië
gewezen op het Engelsche wantrouwen ten aan
zien van de kuiperijen der sovjetregeering in
centraal Azië, welke naar de meening van
Churchill ten doel hadden, de Engelsche positie
in de wereld in te nemen. De bewuste passages
van het genoemde rapport luiden vertaald als
volgt:
„Ambassade der Poolsche republiek in Londen
28/3/1935. O.P.S./m.g. 14/1 a/7 aan den minister
van buitenlandsche zaken te Warschau. Politiek
rapport nummer 8/35 Autonomie voor Indië.
Op het oogenblik wordt de lezing van het
wetsontwerp behandeld in de commissie van
het Lagerhuis. Het schijnt, dat de eindstemming
over de wet in de voltallige vergadering van
het Huis niet voor Juni geschieden zal, vooral
aangezien de regeering zonder twijfel de aan
wezigheid van de Indische vorsten in Londen b\j
de in de eerste dagen van Mei beginnende ju
bileumplechtigheden voor den koning zou wil
len gebruiken om rechtstreeks met hen contact
te zoeken. Intusschen voert een groep conser
vatieven. de z.g. diehards onder leiding van
Winston Churchill verder een verbeten cam
pagne tegen het wetsontwerp. De groep der
diehards omvat in het Lagerhuis ongeveer 90
leden (bij een totaal aantal van 510 conserva
tieven) en zal waarschijnlijk te zamen met de
in het Lagerhuis 55 leden tellende Labourportij
dat deel van het Huis vormen, dat ook bij de
derde lezing zal stemmen voor verwerping van
de wet
Zoo worden ook alle gebeurtenissen, die zich
in Indië zelf afspelen dan wel daar een zekeren
invloed kunnen uitoefenen, vooral door de ul
tra-conservatieve pers uitvoerig van commen
taar voorzien. Tot dergelijke gebeurtenissen
moet in den laatsten tijd de bloedige opstand
In Karatsji gerekend worden, welke op 19 Maart
is voorgevallen en die nogmaals heeft bewezen,
dat de plaatselijke bevolking nog niet op het
peil staat, dat haar in staat zal stellen op bree-
deren grondslag deel te nemen aan de regee
ring des lands.
Een tweede gebeurtenis van geheel ander
karakter die in de toekomst al naar den loop
der gebeurtenissen ver strekkende gevolgen kan
hebben voor de positie van Engeland in Indië,
is de bezetting van Chineesch Turkestan door
het sovjetleger gedurende de laatste maanden,
waardoor dit land in feite werd afgescheiden
van de Chineesche republiek. Ook al kan vol
gens de persstemmen alhier te oordeelen de
uitroeping van een sovjetrepubliek daar voor-
loopig 'niet verwacht worden, de bezetting van
dit land. dat in uitgestrektheid driemaal zoo
groot is als. Frankrijk en een gemeenschappe
lijke grens heeft met Indië en Tibet, door troe
pen van het roode leger geeft toch den sovjets
de mogelijkheid op dit punt van midden-Azlë
een sterke strategische positie op te richten. Dit
In de rede, dié prof. Goedewaagen op het in
ternationale journalistencongres te Venetië
heeft gehouden, zeide de secretaris-generaal o.a.
het volgende:
Wanneer de oorlog eenmaal is verklaard, is de
waarheid het eerste slachtoffer, zoo luidt een
Engelsch spreekwoord. De Britsche staatsman
Stanley Baldwin ging nog verder. Van hem Ls
het gezegde afkomstig: ln de arena van den
strijd tusschen de volkeren stelt de mensch
boven de waarheidsliefde de vaderlandsliefde als
de onontbeerlijke staatsmansdeugd.
De Engelsch-Amerikaansche oorlogsberichtge
ving sedert 1939 is een bewijs ervoor, dat het
kamp der geallieerden zich nog steeds op dit
principe baseert.
Het valt niet te ontkennen, dat in het bij
zonder Engeland met deze taktiek succes heelt
gehad. Weliswaar heeft het met de tallooze leu
gens, die het reeds de wereld ingezonden heeft,
nog geen enkele overwinning behaald, het heeft
het echter wel daarheen kunnen leiden, dat de
eene neutrale staat na den andere zich ertoe
heeft laten verleiden, op tallooze slagvelden de
plaatsen in te nemen, welke door Engelsche sol
daten hadden moeten worden ingenomen, daar
Engeland dezen oorlog is begonnen.
Het voordeel, dat op deze wijze werd behaald,
zal later evenwel slechts een schijnbaar voor
deel blijken te zijn. Er bestaat een opvallende
overeenkomst tusschen de middelen, waarmede
de Britten zulk een rechtstreeksch voordeel
hebben behaald en de methoden, die de Joden
voor de jacht op gewin gebruiken.
In beide gevallen wordt slechts gelet op het
directe voordeel, in de verwachting, dat dit
succes, op welke oneerbare wijze ook verkregen,
later wel behouden en gerechtvaardigd kan wor
den. In beide gevallen werkt deze handelwijze
echter op den duur als een boemerang. Daarom
zal deze oorlog zoowel voor het Jodendom als
voor Engeland fataal worden. De volkeren zul
len zich vol verachting van hen afwenden.
Daar de Anglo-Amerikaansche wereld een
werktuig in de handen van het Jodendom is
een feit. waarop wij hier wegens de overstel
pende hoeveelheid bewijsmateriaal niet nader m
behoeven te gaan is het ook alleszins logisch,
dat de middelen, die in het kamp der geallieer
den worden toegepast, typisch Joodsch zijn, n.l.
bluf. brutale leugenachtigheid gepaard met laf
heid en verraad, alsmede de zucht, den oorlog
te gebruiken tot persoonlijk voordeel, in plaats
van tot verschaffing van levensruimte voor het
volk, dat zijn bloed moet geven en de ontberin
gen van den strijd moet dragen.
Dat de berichtgeving is geworden tot een
middel voor het behalen van persoonlijke voov-
deelen, is feitelijk niet verwonderlijk. Hoe go-ri-
kooper de materialen zijn en hoe streng-.' ?en
monopolie daarop gebouwd is. des te grooter
zijn de winsten.
Onder de monopolievorming in den berichten
dienst heeft de objectiviteit der berichten en
daarmede van de dagbladen in de kapitalistische
landen ontzaglijk geleden. Op geraffineerde
wijze werd dit den volken zelf verborgen ge
houden. Immers kreeg de krantenlezer, die met
de namen van de buitenlandsche nieuwsbureaux,
welke herhaaldelijk in zijn blad werden ge
noemd, bekend was geworden, den indruk van
veelzijdigheid en objectiviteit. Hij wist echter
niet, welke afspraken zonder zijn medeweten
waren gemaakt.
Prof. Goedewaagen vervolgde, na op den bijna
monopolistischen invloed van Reuter op ons
land en koloniën tijdens de oorlogsjaren 1914-
1918 te hebben gewezen: De bladen vormden
te zamen een internationaal koor, dat de me
lodie zong van het imperialisme en van de
barbarij der asmogendheden en het lied van het
edele Engeland, dat voor de kleine naties op de
bres stond, en van een Roosevelt, die alle moei
lijkheden, welke door het kapitalistische sy
steem waren ontstaan, uit den weg zou ruimen
en door de „religieuze demooratie" de Veree-
nigde Staten tot „citadel der beschaving" zou
maken.
Terwijl de geschiedenis van Engeland door de
eeuwen heen tot in dezen tijd het tegendeel
heeft bewezen, terwijl de degeneratie van het
openbare leven in Amerika iederen dag merk
baar voortschrijdt, terwijl de macht van de
vrijmetselarij, met name in de Angelsaksische
landen voortdurend groeide en de Joden daar
steeds belangrijker posten bekleédden, ondanks
dit alles heeft men in de democratische landen
aan de valsche ethiek geloofd en er zoozeer op
gebouwd, dat de kloof tusschen de verdedigers
van het kapitalisme eenerzijds en de voorvech
ters van het Marxisme anderzijds er zelfs door
overbrugd werd en een eenheidsfront kon ont
staan tegen hen, die het werkelijke volksbelang
wilden en de leugens aan de hand der feiten
herhaaldelijk aan de kaak stelden.
Hoe onwaarschijnlijk en zonderling het den
nuchteren menschen ook aandoet, in den Brit
sche berichtendienst overtreft de ophitsing en
de leugen vaak de zakelijke berichtgeving.
Vraagt men. waartoe al deze leugens dienen en
waarom steeds weder dezelfde taktiek wordt
toegepast, dan moet het antwoord luiden: Om
dat deze taktiek de eenige is, die de Anglo-
Amerikanen kunnen toepassen.
Wanneer zij de waarheid schreven, zou de
oorlog reeds lang geëindigd zijn. Zonder de leu
gen hadden de volken reeds lang begrip voor de
nieuwe orde gekregen. De kapitalistische wereld
is aan het einde van haar argumenten, kan
zich echter niet gewonnen geven, daar dit de
dood zou zijn van het kapitalisme en de dragers
ervan, het Jodendom. Daarom is geen compro
mis mogelijk, zoolang de Jood in de Anglo-
Amerikaansche wereld de macht bezit. Daarom
zal de leugen onbeschaamd voortbestaan, on
aangetast door de feitelijke gebeurtenissen, die
hem' steeds weer logenstraffen.
Spr. behandelde vervolgens de toestanden,
zooals die vroeger in Nederland op persgebied
waren en noemde in dit verband het persbureau
Vaz Dias, dat geleid werd door de Joden Vaz
Dias. Lissauer en Da Silva. In 1935 werd het
Algemeen Nederlandsch Persbureau opgericht,
waarin het persbureau Vaz Dias. met zijn voor
een groot deel Joodsch personeel werd opgeno
men. Ongeveer een half jaar later werd ook het
bijkantoor van Reuter in Nederland in het A.N.
P. opgenomen. Bij het overgaan van Vaz Dias
naar het A.N.P. hield de directeur Vaz Dias
voor de radio een afscheidsrede, waarin hij o.a.
zijn aanhankelijkheid aan het A.N.P. betuigde.
Er was dus aan den ouden toestand in feite
weinig veranderd, de oude Joodsche redacteuren
verrichten nog hetzelfde werk.
De stelselmatig aangekweekte stemming tegen
het nationaal-socialisme en fascisme, waartoe
de voor-oorlogsche berichtgeving, die voor een
niet gering deel onder den invloed van de Jo
den stond, aanzienlijk heeft bijgedragen en de
terughoudendheid der bladen met betrekking tot
de dagelijksche D.N.B.-berichten bleef bestaan.
In verhouding tot de Reuter- en Havas-berich-
ten, die in groote massa's verspreid werden, wer
den zeer weinig D.N.B.-berichten doorgegeven.
Ter illustratie zij vermeld, dat het grootste Ne
derlandsche dagblad „De Telegraaf" in zijn
nummer van 28 November 1939 een verontwaar
digd artikel bevatte over ..De volkomen onjuiste
en onrechtvaardige beoordeeling van Nederland
en zijn "neutraliteit door Duitsche journalisten",
tn hetzelfde nummer van dit blad kwamen 33
berichten uit het buitenland voor. Hiervan wa
ren er 17 afkomstig uit Londen, 9 uit Parijs
(waaronder een lang verhaal over Duitsche
wreedheden in Polen), een bericht uit Moskou,
een uit Rome, een uit Sjanghai, een Reuter-be-
richt uit Kopenhagen en drie berichten uit
Berlijn (t.w. een bericht van United Press en
twee D.N.B.-berichten van zes regels elk). Bo
vendien bevatte het blad een artikel van twee
kolommen van de hand van het Engelsche La
gerhuislid Vernon Bartlett. onder den titel „Het
Duitsche witboek ontleed."
Het blad „De Telegraaf", dat reeds in den
wereldoorlog van 191418 wegens zijn algeheele
dienstbaarheid aan de Engelsche propaganda
berucht was, diende verder kort voor het uit
breken van den oorlog als gangmaker bij de
verspreiding van een reeks leugenverhalen over
toestanden in Duitschland.
Het „Utrcchtsch Nieuwsblad", zoo vervolgde
spr„ een der meest beruchte ophitsingscentrales
tegen de nieuwe orde. welks Joodsche redacteur
buitenland thans de Nederlandsche bevolking
over radio Londen ophitst, adverteerde openlijk,
dat Anthony Eden en Winston Churchill tot de
vaste medewerkers van dit blad behoorden. In
derdaad verschenen in het „Utrechtsch Nieuws
blad" artikelen van deze Britsche politici in groo-
ten opmaak.
Prof. Goedewaagen herinnerde aan een typisch
voorbeeld van de verderfelijke politiek van het
Reuterbureau. In de maanden van 1939 en 1940,
toen Nederland nog niet in den oorlog was be
trokken, ondervond de Nederlandsche scheep
vaart groote moeilijkheden door de Britsche con
trabande-politiek. Dit gaf de Nederlandsche re
geering aanleiding tot het uitgeven van een
„Oranjeboek", waarin de desbetreffende brief
wisseling werd gepubliceerd. Dit boek verscheen
den 3en November 1939.
Eenigen tijd na de publicatie van dit Oranje-
boek wendde het persbureau Reuter zich tot de
Nederlandsche regeering met verzoek om een ver
klaring inzake de beteekenis van de Engelsche
contrabande-politiek voor Nederland. Aan dit
verzoek werd o.a. door verwijzing naar genoemd
Oranjeboek gevolg gegeven. Kort daarop kondig
de Chamberlain verscherpte maatregelen tegen
den Duitschen uitvoer door middel van neutrale
schepen aan.
Den 28en November 1939 publiceerde de Brit
sche pers Reuterberichten, die bovengenoemde
informatieve mededeelingen van Nederlandsche
zijde voorstelden als een na de rede van Cham
berlain afgelegde Nederlandsche regeeringsver-
klaring.
Het Nederlandsche volk, zeide prof. Goedewaa
gen verder, werd niet slechts voor en tijdens de
Meidagen 1940 door de Engelsche agitatie op
matelooze en misdadige wijze misleid. De oorlogs
schade is gelukkig naar verhouding gering ge
bleven. Waar zij echter grooteren omvang aan
nam, was zij indirect het gevolg van Engelsche
ophitsing, waardoor zooals in het bijzonder
te Middelburg het verzet n^ voortduurde
toen het reeds geen zin meer had en derhalve de
Duitsche militaire autoriteiten dwong tot het in
den strijd brengen van zware wapens.
Sedert den 15en Mei 1940 ziet de pngelsche
agitatie, naast een woest schelden op en ver
dacht maken van de N.S.B. en haai- leidende
mannen, haar voornaamste taak in het openlijk
en bedekt aansporen tot sabotagedaden van
allerlei aard.
Een bijzondere rol speelde de Engelsch-Ame-
rikaansche propaganda bij de gebeurtenissen in
het Zuldzee-gebied, die tot het voor Nederland
zeer smartelijke verlies van de Nederlandsch-In-
dische eilanden hebben geleid en tot de bloed
offers, welker grootte ook den bloedverwanten
thans voor een groot deel nog niet bekend is. Dat
de emigrantenregeering te Londen en Batavia de
eilanden in het conflict meesleepte, vormt een
misdaad op zichzelf, daar zij voor een dergelijk
optreden geen enkele machtiging had.
Spr schetste vervolgens, hoe de Engelsch-
Amerikaansche buitenlandsche politiek ten ge
volge had, dat de Nederlanders met hun Indische
eilanden zorgeloos omsprongen, daar zij zich door
dezen zwendel lieten misleiden en geloofden, dat
de Japanners uit de Nederlandsch-Indische wa
teren waren weggeveegd.
Hoe de afloop was van den zeeslag bij Java,
weten wij intusschen uit de berichten van het
keizerlijke Japansche hoofdkwartier, die door de
Britsche admiraliteit zijn toegegeven. Denzelfden
dag echter landden de Japanners tegelijkertijd op
drie belangrijke plaatsen op het eiland Java en
de zinnelooze opoffering van het rijke en mooie
koloniale bezit van Nederland vond haar tra
gische besluit.
Het is één keten van leugen en bedrog en het
Nederlandsche volk. zoo besloot prof. Goede
waagen. heeft met zware offers en verliezen moe
ten betalen. Zij zijn niet vergeefsch geweest,
wanneer het thans laat, dQch nog niet te laat
gelukt, te bereiken, dat het geheele Neder
landsche volk zch op zijn Europeesche taak be
zint en zich schaart in de zich vormende ge
meenschap der Gërmaansche volken.
DOODSTRAF GEËISCHT TEGEN OFFICIER,
DIE DE SCHOTEN LOSTE.
In een zitting, die ruim zeven uren duurde,
heeft het Vredegerechtshof te Den Haag
gisteren de zaak behandeld tegen den re
serve-kapitein A. J. C. Bom en den luite
nant-adjudant A. J. Kruithof, wicn te laste
is gelegd feitelijke insubordinatie in tijd
van oorlog, den dood van den kantonnc-
mentskommandant van Dordrecht, overste
Mussert, ten gevolge hebbend.
Eevenals de vorige week stond het Hof
onder leiding van mr. dr. Carp en trad
prof. mr. dr. van Genechten als procureur-
generaal op.
Nadat niet minder dan 32 getuigen waren
gehoord, eischte de procureur-generaai te
gen den reserve-luitenant Kruithof de dood
straf en tegen den reserve-kapitein Bom 20
jaren gevangenisstraf.
In zijn requisitoir zeide prof. Van Genechten
verder o.m. nog het volgende:
Even voor den oorlog werden 21 Nederlan
ders geïnterneerd, door den heer De Geer recht
streeks van landverraad beschuldigd. Nog nim
mer is bekend gemaakt waarop deze beschuldi
ging in concrete berust. Het ligt ln mijn bedoe
ling, minister De Geer in de gelegenheid te stel
len. zich hier te verantwoorden. Sedert hij als
vergeten burger toch weer laat merken dat hij
geen vergeten burger wil zijn, zal hij dit onge
twijfeld aangenaam vinden.
land, welks handelsomzet met de sovjets 90 pro
cent uitmaakte van zijn geheelen ruilhandel, ls
ook een belangrijk economisch gebied. Om bo
vengenoemde redenen zijn dus de sovjets reeds
sedert eenige jaren steeds krachtiger gepene
treerd in Chineesch Turkestan. Hun huidige
postitie daar kan men daarentegen vergelijken
met een feitelijk protectoraat over dit land.
De hierboven aangehaalde gebeurtenissen
worden door de diehards in talrijke door hen
georganiseerde vergaderingen in verscheidene
steden in Engeland ijverig uitgebuit. Een der
grootste vergaderingen was die van de Indi3
Defence League, waaraan door 5000 leden werd
deelgenomen en die op 28 Maart in Londen i?
gehouden. De voornaamste sprekers, Winsten
Churchill en lord Lloyd, waarschuwden de re
geering ervoor op onvoorzichtige wijze Indië
een grondwet te geven, die een vermindering
van de Engelsche heerschappij in Indië tot
uitdrukking zou brengen en vervolgens ook op
gelijke wijze in het geheele Britsche rijk con-'
sequenties zou hebben. Aanknoopende aan het
van den kant der sovjets dreigende gevaar,
sprak Churchill de karakteristieke woorden uit:
„Anderen wachten er reeds op onze positie in
de wereld in te nemen". (A.NP.).
Heden is verschenen het vijfde uitvoeringsbe
sluit van den secretaris-generaal van het de
partement van handel, nijverheid en scheep
vaart betreffende een zelfstandige organisatie
van het Nederlandsche bedrijfsleven.
Krachtens dit vijfde uitvoeringsbesluit wordt
ingesteld een raad voor het bedrijfsleven, welke
tot taak heeft de algemeene belangen van het
georganiseerde bedrijfsleven te behartigen. Hij
moet daarbij rekening houden met de belangen
van het geheele bedrijfsleven en waken voor
de belangen van den staat.
Deze raad voor het bedrijfsleven is een over
koepelingsorgaan voor de zes hoofdgroepen,
t.w. industrie, handel, ambacht, banken, ver
zekeringswezen en verkeer, alsmede voor de
kamers van koophandel en fabrieken. Hij be
staat uit veertien leden, waaronder q.q. de
voorzitters der hoofdgroepen van de organisatie
voor het bedrijfsleven, alsmede de voorzitters
van de kamers van koophandel en fabrieken te
Amsterdam en te Rotterdam. De secretaris-ge
neraal van het departement van handel, nij
verheid en scheepvaart heeft tot voorzitter be
noemd mr. H. L. Woltersom en tot plaatsver
vangende voorzitters de heeren F. R. J. Gips
en T. J. Twijnstra.
De raad is bedoeld als adviseerend college,
zoowel voor den staat als ook voor de organi
satie van het bedrijfsleven zelf ten aanzien
van economische vraagstukken.
De raad heeft verder tot taak de boekhou
ding en de rekening en verantwoording van
de bedrijfsorganisaties en van de kamers vari
koophandel te onderzoeken. Ook treedt hij op
als scheidsrechter bij geschillen, welke tusschen
de hoofdgroepen rijzen kunnen.
Ten slotte is de raad belast met de beslissing
van de geschillen, bedoeld in artikel 23 van
het derde uitvoeringsbesluit. Deze geschillen
betreffen de door de voorzitters van de hoofd
groepen of bedrijfsgroepen krachtens artikel 17
van het derde uitvoeringsbesluit opgelegde
straffen.
Verder beslist de raad of een lid van een
bedrijfsorganisatie zich aan een oneervolle han
deling heeft schuldig gemaakt. Bij behandeling
van zaken betreffende oneervolle handelingen
treedt de raad als „eereraad voor het bedrijfs
leven" op.
In den raad voor het bedrijfsleven hebben
on. fining r?e aangewezen c.q. aan te wijzen
voorzitters der zes hoofdgroepen, mitsgaders
de voorzitters van de kamers van koophandel
en fabrieken te Amsterdam en Rotterdam, t.w.
de heeren mr. H. L. Woltersom (banken) voor
zitter, T. J. Twijnstra (industrie), F. Gips (han
del), J. van Willigen (welke benoemd zal wor
den tot voorzitter van de hoofdgroep ambacht),
prof. dr. A. O. Holwerda (verzekering), W. H.
de Monchy (verkeer), mr. F. W. A. de Koek
van Leeuwen (kamer van koophandel. Amster
dam), mr. K. P. van der Mandele (kamer van
koophandel, Rotterdam).
Door den secretaris-generaal van het depar
tement van handel, nijverheid en scheepvaart
werden bovendien tot leden benoemd voor een
periode eindigende 31 December 1943, de hee
ren: ir. E. van Dieren, raadgevend ingenieur te
Rotterdam. H. L. van Eeghcn, lid van de firma
Van Eeghen en Co. te Amsterdam, mr. W. G. F.
Jongejan. voorzitter van den ondernemersraad
voor Ned. Indië te 's-Gravenhage. dr. L. P.
Krantz, directeur van de N.V. J. J. Krantz en
Zn., te Leiden, H. C. van Maasdijk, directeur
van de Nederlandsche Bankinstelling etc. te
's-Gravenhage, mr. B. J. M. van Spaendonck,
algemeen secretaris van de kamer van koop
handel en fabrieken voor Noord-Brabór.t te Til
burg.
Tot secretaris van den raad voor het be
drijfleven zal benoemd worden mr. J. W. H.
Behrens te 's-Gravenhage.
Het bureau van den raad zal gevestigd wor
den te 's-Gravenhage, Bezuidenhoutscheweg 72,
72. tel. 772067.