83sfe Jaargang
DONDERDAG 5 MAART 1942
No. 25134
Japanners naderen Batavia,
Soerabaja en Bandoeng
De Britsche aanval op Parijs
De Haagsche
wethouder Buurman ontslagen
Verduisteren:
Felle gevechten
Het proces te Riom
Verwijten van
dr. Van Mook aan
Engeland en Amerika
De strijd aan het
Oostelijk front
500 dooden, 1200 gewonden
De Fransch—Amerikaansche
beirekkingen
Klachten tegen hem en Maatschappelijk
Hulpbetoon
Heerbanleider Feenstra
wijst op sociale
misstanden
19.25 uur
8.17 uur
J
LEIDSCH
DAGBLAD
Directeur: J. w. Henny.
Telef. Directie en Administratie
25041 (2 lijnen) Gironummer: 57055
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Telef. Redactie 21507.
Hoofdredacteur: B. W. Menkhorst, Lelden.
Pl.verv.: K. Been. Lelden.
'Gemechaniseerde eenheden van het Japan
sche leger hebben gistermorgen, aldus Domei,
een punt bereikt ten Westen van Soerabaja,
waar felle gevechten worden geleverd met de
Geallieerde strijdmacht, die wanhopige pogingen
aanwendt om den Japanschen opmarsch tegen
te houden.
Naar de Japansche bladen voorts melden,
heeft het Ned.-Indische militaire hoofdkwartier
te Bandoeng op 3 Maart des avonds om 8 uur
bekend gemaakt, dat in den sector ten Noord
oosten van Bandoeng een felle strijd gaande is
tusschen de Nederlandsche strijdmacht en Ja
pansche troepen, waarbij de Japanners krach
tige pogingen in het werk stellen om tot Ban
doeng door te dringen.
Volgens een bericht van den Engelschen be
richtendienst zijn de verliezen der Geallieerden
op Java „vrij groot".
Naar verder wordt verklaard kunnen de ver
dedigers van het eiland §een hoop op nieuwe
versterkingen koesteren..
De toestand in de omgeving van Batavia is
kritiek, zoo meldt United Press uit Londen. De
Japansche troepen hebben reeds een afstand
van 100 kilometer afgelegd van de plaats af w^ar
zij zijn geland nabij Indramajoe.
Zij staan thans op een kleine 70 kilometer
van Batavia.
JAPANNERS BEZETTEN PLAATSEN OP
CELEBES.
N# de bezetting van Makassar op het eiland
Celebes hebben speciale fuseliers van de Ja
pansche marine de operaties ter vernietiging
OUD-MINISTER VAN LUCHTVAART GUY
LA CHAMBRE VERHOORD.
Op den 7en dag van het proces werd een
aanvang gemaakt met het verhoor van Guy la
Chambre, die van Januari 1938 tot Maart 1940
minister van luchtvaart is geweest en die be
schuldigd wordt van gebrek aan energie en
vastberadenheid bij de tenuitvoerlegging van het
plan tot bewapening in de lucht, alsmede van
onware mededeelingen in het parlement ter
verdoezeling van den feitelijken toestand op het
gebied der vliegtuigproductie.
Verder heeft Guy la Chambre in de histo
rische bijeenkomst van den oppersten defensie
raad van den 23sten Augustus 1939 verzekerd,
dat de stand van de Fransche luchtmacht niet,
zooals in het jaar 1938 bij de bijeenkomst te
München, de beslissingen der regeering behoef
de te beïnvloeden.
Guy la Chambre begon een schildering te
gevenvan den catastrofalen toestand, waarin
zich de Fransche luchtmacht en vliegtuig-in
dustrie bevonden, toen hij het ministerie van
luchtvaart overnam en poogde vervolgens aan
te toonen, wat hij had gedaan om dezen toe
stand te verbeteren.
Hier interruppeerde de president hem en
zeide: „Ieder erkent dat gij u sterk hebt inge
spannen. De vraag is echter of deze inspannin
gen voldoende zijn geweest."
In het verdere verloop der behandeling ontwik
kelde Guy la Chambre de hypotheses, die door
den Franschen generalen staf aangenomen wa
ren als basis voor de opstelling van het z.g. plan
5, dat in drie jaar, van Januari 1938 af, zou wor
den uitgevoerd. Toen hij het ministerie van
luchtvaart op zich nam, was nog geen nieuw
vliegtuigmodel uitgekozen, op grond waarvan
volgens de plannen serieproductie ter hand zou
worden genomen. Voor de Uitvoering van het ge
noemde plan waren noch materiaal noch in per
soonlijk opzicht de voorwaarden voorhanden,
vooral daar de luchtvaart-industrie nog berustte
op arbeidsmethoden, die een serieproductie niet
veroorloofden. Zonder verwijl heeft hij een mil
liard francs geinvesteerd voor den aankoop van
de noodige machines voor serieproductie. „De
luchtvaartindustrie", zoo riep hij uit, „bevond
zich in een toestand, waarin men tien jaar noo-
dig zou hebben gehad om de 4800 door plan 5
aangegeven vliegtuigen te bouwen". In zijn ver
dere uiteenzettingen verklaarde de beklaagde
Guy la Chambre, dat in de jaren 1938 en 1939
rond 2.3 milliard francs uitgetrokken waren voor
werktuigmachines. Op 3 September 1939 waren
1043 jachttoestellen en 367 gecombineerde ja
gers-bommenwerpers aanwezig. De generale staf
heeft er steeds prijs op gesteld, dat voorrang ge
geven werd aan den bouw van jagers.
De voorzitter Caous kwam vervolgens op de
kwestie van het volkomen gebrek aan bommen
werpers. In plan 5 waren 1490 bpmmenwerpers
opgenomen. Volgens de verklaringen der gene
raals Bergeret en Vuillemin waren op 10 Mei
1940 260 bommenwerpers, waarbij 140 moderne,
aanwezig. Veertig stonden gereed voor optreden
aan het front,
Guy If Chambre antwoordde, dat de generale
staf steeds ontevreden was geweest over de proef
nemingen, die men had gedaan met prototypes
Door het veelvuldige verwerpen van nieuwe mo
dellen. heeft men een ontzaglijken tijd verspild.
Vervolgens werd gesproken over het volkomen
ontbreken van duikbommenwerpers. Guy la
Chambre verklaarde hierover, dat tot begin 1938
geen prototype voor duikbommenwerpers aan
wezig was geweest. De Fransche generale staf
had het zwaartepunt van het aanvalswapen ge-'
legd op de jagers en de gecombineerde jagers
bommenwerpers. Ten slotte merkte hij nog op,
dat hij, toen hij in Maart 1940 van het ministerie
van luchtvaart vertrok 1605 vliegtuigen in op
dracht had gegeven. De zittng werd hierop on
derbroken.
Na hervatting der zitting verklaarde Guy la
Chambre. dat de minister van luchtvaart niet
steeds verantwoordelijk er voor was geweest, dat
de aanwezige vliegtuigen, ofschoon gereed voor
actie, door de bevoegde militaire commandoin
stanties niet werden gebruikt. Deze omstandig
heid was aan den eenen kant te wijten aan het
achterhouden van talrijke vliegtuigen in de de
pots van oorlogstuig, aan den anderen kant aan
gebrek aan geschoold personeel. Een reeks cijfers,
die Guy la Chambre gaf ter ondersteuning van
zijn verdediging, werd door den vertegenwoordi
ger van het O.M bestreden. President Caous ver
klaarde hierop, dat de omstreden gegevens later
in tegenwoordigheid van den chef van den vroe-
geren generalen staf Vuillemin, ter sprake zou
den komen, wanneer deze als getuige zou wor
den gehoord. In zijn verdere uiteenzettingen gaf
Guy "la Chambre toe, dat een reeks fabrieken
voor de vervaardiging van onderdeelen het con
structietempo niet kon bijhouden. (D.N.B.)
van den vijand voortgezet en op den ochtend
van 1 Maait Tjamba, gelegen op 30 K.M. ten
Oosten van Maros, een belangrijk strategisch
punt op 22 KM. ten Noorden van Makassar
veroverd.
Het verzet van den vijand werd. overal ge
broken. De infanterie der Japansche marine, die
op 23 Februari haar opmarsch ten Noordoosten
van Makassar is begonnen, heeft de plaatsen
Mario. Sindjai en Nengo en op 28 Februari
Singkang en Watampone bezet. Domei).
HELFRICH LEGT FUNCTIE VAN
OPPERBEVELHEBBER NEER.
Naar Associated Press uit Londen meldt, heeft
de opperbevelhebber van de Geallieerde vloot-
strijdkrachten in het Zuidwestelijke deel van
den Stillen Oceaan, vice-admiraal Helfrich. zijn
post neergelegd.
Tn het bericht wordt hieraan toegevoegd, dat
Helfrich een „bijzondere opdracht" heeft ge
kregen, ("D.N.B.).
De luitenant-gouverneur-generaal van Ne-
derlandsch-Indië. dr. Van Mook, heeft gisteren,
volgens een bericht uit Batavia, in een "pers
conferentie te Bandoeng de volgende letterlijke
verklaring afgelegd:
„Toen ik onlangs in de Vereenigde Staten
was, trachtte ik duidelijk te maken, welke
de gevolgen zouden zijn van nalatigheid in
een onmiddellijk optreden tegen Japans
eenige kwetsbare plek: zijn steeds langer
wordende zeeverbindingen, doch, om het
maar ronduit te zeggen, men heeft den al
gemeenentoestand slechter en slechter laten
worden door een tekortschieten in het toe
passen van aanvallende taktiek op het
moment, dat dit het hardst noodig was.
Indien de Japanners er in mochten slagen
Java te bezetten, ten gevolge van het niet
nakomen van vast beloofde Geallieerde ver
sterkingen, dan zullen anderen dan Neder
landers wellicht minder goed in staat zijn,
hun gevoel van spijt en bitterheid te ver
bergen."
Daarna vervolgde dr. Van Mook: „Dit was
een oorlog van verzuimde gelegenheden en
de Amerikanen zijn in de hoogste mate ver
antwoordelijk voor het feit, dat niets is ge
daan ondanks de raadgevingen.
De Britten dcelen eveneens in de verant
woordelijkheid, omdat na den val van Sin
gapore de klem alleen nog maar werd ge
legd op Malakka of Birma."
NEDERLANDSCH LEGIOEN
ONDERSCHEIDT ZICH.
Volgens mededeeling van het opperbevel der
Duitsche weermacht hebben vrijwilligers van het
„Legion Niederlande" tijdens de wekenlange ge
vechten aan het'front ten Noorden van het II-
menmeer zich op bijzondere wijze onderscheiden.
Te samen met andere troepen van het Duitsche
leger hebben zij alle op hun stellingen onderno
men bolsjewistische aanvallen afgeweerd. On
wrikbaar en taai hebben zij het door hen ver
dedigde gedeelte van het front behouden. Tijdens
talrijke tegenaanvallen hebben de Nederlanders
den tegenstander zware verliezen toegebracht.
Gedurende een op omzichtige doch kranige
wijze ten uitvoer gelegden aanval van een stoot
troep hebben zij eind Februari ver voor de eigen
voorste linie een sterk bezette stelling in een
bosch opgerold. De bolsjewistische bezetting werd
tijdens een zwaren strijd van man tegen man
vernietigd en er werden meer dan 100 dooden
geteld. Een aantal zware granaatwerpers en ma
chinegeweren brachten de vrijwilligers als buit in
hun stellingen terug. (D.N.B.)
LÊON DEGRELLE GEWOND.
Onder den titel „Léon Degrelle gekwetst en
tweemaal vermeld op de dagorder aan het Ooste
lijk front" publiceert „Le Pays Reël" het volgen
de bericht:
„Tijdens hevige gevechten gedurende Februari,
waarin het „Waalsch Legioen" zich roemvol on
derscheidde, werd de leider van Rex in zes dagen
tijds tweemaal op de dagorder vermeld.
Op 11 Febr. 1942 wordt op de dagorder van het
Waalsch Legioen vermeld: „Eerste schutter De
grelle. wegens het voortdurend door hem gegeven
voorbeeld van discipline en kameraadschap, van
strijdvaardigheid en goed humeur. Eerste schut
ter Degrelle werd tot korporaal bevorder op 10
Febr. 1942".
Op 16 Febr. 1942 wordt op de dagorder van het
Waalsch Legioen vermeld: „Korporaal Degrelle:
op 15 Febr. tijdens den overtocht van de.......
terwijl vijandelijke vliegtuigen vuurden, is hij,
ofschoon gekwetst, nièttemin op zijn post ge
bleven" (Belgapress)
SPAANSCHE VLIEGERS NAAR HET
OOSTELIJKE FRONT.
Spaansche vliegers, officieren en manschappen
zijn van Madrid naar het Oostelijke front ver
trokken, om hun kameraden af te lossen, die
reeds maandenlang tegen de bolsjewisten strijden
Het. persbureau Afip heeft, naar aanleiding
van den luchtaanval op enkele wijken van Pa
rijs door de Engelschen ondernomen, het vol-
gendi bo.'cS.t uitgegeven
De laffe aanval, dien de Engelsche lucht
macht gisternacht op enkele Parijsche wij
ken heeft gedaan, heeft van de bewoners
van Parijs zware offers gccischt.
Bij het bombardement werden ongeveer
vijfhonderd menschen gedood, onder wie
talrijke vrouwen en kinderen.
Twaalfhonderd personen werden ten deele
zwaar gewond. Een groot aantal menschen
is dakloos geworden, daar bij den laffen
aanval der Engelschen ongeveer 200 huizen
zy'n vernield.
Onder de gchccle Parijsche bevolking
heerscht groote verbittering over dit bom
bardement, dat zware offers van de burger
lijke bevolking heeft gevergd.
De Parijsche pers geeft fel uiting aan de ver
ontwaardiging.
De plaatsvervangende minister-president, ad
miraal Darlan. heeft zich, naar officieel wordt
medegedeeld, vanochtend naar een der Parijsche
voorsteden begeven, die door het bombardement
van den afgeloopen nacht ernstig heeft geleden.
Hij bracht een bezoek aan den burgemeester
en eerde de dooden. Vervolgens overtuigde hij
zich persoonlijk van de aangerichte schade in
de woonwijken.
Van militaire zijde wordt nog gemeld, dat de
wereldberoemde porseleinfabrieken van Sèvres
bij Parijs vernield zijn.
PÊTAIN BETUIGT ZIJN DEELNEMING.
Maarschalk Pétain, die zich telefonisch op de
hoogte heeft laten houden van het aantal doo
den en gewonden en de schade tengevolge van
den Engelschen luchtaanval op de Parijsche
voorsteden, heeft den getroffën gezinnen zijn
deelneming betuigd.
Hij heeft bepaald, dat de dag van de begrafe
nis der slachtoffers een dag van nationalen
rouw zal zijn.
In Fransche kringen, die in nauw contact
staan met de regeering, verklaart men, dat deze
aanslag past in de reeks van Britsche overval
len op Mers el Kebir, Dakar, Marseille en Syrië.
Men houdt het in de genoemde kringen niet
voor uitgesloten, dat de in Londen zittende
Gaullisten een groot deel van de verantwoorde
lijkheid dragen voor deze, naar men zegt, „mi
litaire schanddaad". In dit verband herinnert
men er aan, dat de propagan^-organen van
de Gaulle reeds lang door dén Britschen om
roep hebben opgehitst tot moord. In het bijzon
der wijst men in Vlchy op het feit. dat door
de Engelsche vliegtuigen geen militaire doelen
zijn getroffen, maar dat de vreedzame burger
bevolking de lasten kreeg te dragen. (D.NJB.)
De minister van luchtvaart heeft bij deze gele
genheid een dagorder uitgegeven, waarin hij
zegt, dat de vliegers, die zich naar het Oostelijke
front begeven, niet slechts tegen den vijand van
Spanje, maar tegen den doodsvijand der Euro-
peesche orde strijden. (D.N.B.)
Officieel is in Vichy bekend gemaakt:
Volgens zekere inlichtingen uit Washington
zou de regeering der Ver. Staten met den dis
sidenten gouverneur van Nieuw Caledonië met
uitsluiting van iedere andere Fransche over
heidspersoon onderhandelingen hebben aange
knoopt. In gezaghebbende Fransche kringen
heeft men dit bericht met levendige bewonde
ring opgenomen, aangezien de regeering der Ver.
Staten met Frankrijk normale diplomatieke be
trekkingen onderhoudt en daarmede de souve-
reiniteit van de Fransche regeering over de
gebieden van het moederland en het imperium
erkent. Bij het staat-sdepartement in Washing
ton zijn derhalve demarches in deze aangele
genheid ondernomen.
De verklaringen van den Amerikaanschen
onderstaatssecretaris Sumner Welles over de
samenwerking tusschen de Vereenigde Staten
en De Gaulle worden in de Wilhelmstrasse het
toppunt van beleediging tegenover de Fran
sche regeering genoemd. Wat Sumner Welles
Zegt, aldus verklaart men hier, past volkomen
in het kader van de Engelsche en Amerikaan
sche politiek: een land en een volk ln den
oorlog te jagen en ze, wanneer hun militaire
kracht ineengestort is, nog te beleedigen en op
laffe wijze te overvallen, omdat dit volk niet
bereid was. dood te bloeden voor Engelsche en
Amerikaansche belangen. Dé verklaringen van
Sumner Welles beschouwt men als een treffende
uiting van deze politiek. Niemand ter wereld
zal de Fransche regeering kunnen verwijten,
dat zij op g-rond van de catastrofale ineenstor
ting zonder militaire reden wapenstilstand
heeft gevraagd. Als niettemin andere regeerin
gen zich op het Fransche volk willen wreken,
omdat het bezweek in een oorlog, welken het
zelf niet wilde, en welke door de Engelschen
en Amerikanen achter de schermen op touw
was gezet, is dat. aldus besluit men te Berlijn,
een handelwijze zóó infaam, dat er nauwelijks
woorden voor te vinden zijn. (D.NJB.).
In de gisteren te Den Haag gehouden dagelijk
sche persconferentie, heeft de heerbanleider der
Haagsche WA., heerbanleider Feenstra, een uit
eenzetting gegeven, waaraan het volgende is ont
leend:
Toen de Haagsche W.A. eenigen tijd geleden
het ontslag eischte van den toenmaligen wet
houder Buurman, was het haar nog niet bekend,
dat onder het regiem van dezen vroegeren socia
list nog veel meer mistoestanden heerschten;'
mistoestanden, die een schril licht werpen op het
beleid van dezen man.
In mijne gelederen, aldus heerbanleider Feen
stra, marcheeren vele weermannen, arbeiders, die
thans weer, dank zij den nieuwen tijd, de vreugde
kennen van den arbeid, die er weer trotsch op
zijn, dat zij hun arbeidseer kunnen uitdragen,
maar die vroeger onder het oude, democratische
regiem, waarvan Buurman een der steunpilaren
geweest is, aan den rand van den afgrond ge
bracht waren; die de verschrikkelijke ramp der
werkloosheid aan den lijve hebben ondervonden,
goede, betrouwbare, eerlijke menschen, die jaren
lang klein zijn gehouden door een instelling wel
ke zich Maatschappelijk Hulpbetoon noemde en
welke onder denzelfden Buurman, als verant
woordelijk man, stond.
Ik klaag Buurman aan, aldus de heer Feenstra.
In deze kreet klinken de stemmen van duizen
den arbeiders, die alles wat zij hadden, hun werk
kracht, hun' energie, tientallen jaren gegeven
hadden in noesten, eerlijken arbeid, tot zij buiten
hun schuld, werkloos geworden, in handen vielen
van de door Buurman aangestelde ambtenaren
van Maatschappelijk Hulpbetoon. Er zijn mij ge
vallen bekend, die ten hemel schreien en dit*zijn
dan nog slechts enkele grepen uit duizenden.
MISSTANDEN.
Een werklooze komt om zijn rechtmatigen steun
te ontvangen. De ambtenaar achter het loket, de
rechterhand aan het geopende raampje, zegt:
„kom tegen het eind van de week maar eens
terug" en slaat het loket dicht. Dat deze man
met zijn gezin de geheele week verdere hongeren
moest, raakte hem niet.
Een werklooze die steun ontvangen heeft,
treedt bij de strenge koude een volkskoffiehuis
binnen om een kop koffie te gebruiken. Een hem
volgend controleerend ambtenaar van Maat
schappelijk Hulpbetoon, dwnigt hem zich voor
deze verkwisting te verantwoorden.
Een oude man, armlastige, is nog in het bezit
van een begrafenispolis. Hij is armlastig, dus
heeft niet het recht iets te bezitten. De betrok
ken ambtenaar neemt hem de polis af onder het
gezegde: „gis je overleden bent, deelen de erfge
namen het geld."
Een seizoenarbeider, een restaurantkellner,
wordt plotseling zonder steun gezet, met de me
dedeeling: „er is in je beroep nu werk te krij
gen, dus ga maar werken". De rapporten van
den bond van restaurantpersoneel spreken hier
over boekdeelen.
Een jonge man van 24 jaar heeft moeizaam
uit eigen verdiensten wat geld bijeengebracht. Hij
wil gaan trouwen. Zijn vader, waarbij hij nog
woont, komt zonder werk. Maatschappelijk Hulp
betoon eischt van dezen jongen alles op, aan
verdiend loon, aan spaargeld, om dit in aftrek
van vaders steunnorm te brengen.
In een gezin, bestaande uit man, vrouw en 7
kinderen, waarvan de twee oudsten eenige ver
diensten hebben en de man steuntrekker is, zul
len de ouders hun 20-jarig huwelijksfeest her
denken. De kinderen hebben maanden tevoren
enkele centjes overgelegd voor wat koekjes, enke
le fleschjes bier en wat papieren versiering." Con-
troleerende ambtenaren van Maatschappelijk
Hulpbetoon doen des avonds een inVal, de steun
wordt ingetrokken, want volgens den heer Den
Besten, chef van het bureau „Ongeorganiseerde
Steuntrekkers" in de Van Beyerenstraat, gaf het
geen pas voor een steuntrekker om feest te
vieren.
Zelfs de blinden, werkzaam in de gemeente
lijke werkinrichting voor blinden, werden niet
gespaard. De invaliditeitsrente. welke deze blin
den van de rijksverzekeringsbank ontvingen, werd
eenige maanden geleden door den heer Riemvls
plotseling van hun loon afgetrokken, met ge
volg, dat deze menschen, wien toch al een treurig
lot beschoren is, zich zeer achteruit gesteld ge
voelden. Het bestuur van de afd. Den Haag van
de blindenorganisatie wendde zich echter te
vergeefs om hulp tot den heer Riemvls, di
recteur van Maatschappelijk Hulpbetoon. Echter
deze betreurde het. tijdens dit onderhoud, zelfs,
dat enkelen blinden, die 75 pCt. duurtetoeslag
ontvingen, het geen onaantastbaar is, dit laat
ste niet kon worden ontnomen. Welk een men
taliteit!
Ook Buurman en de loco-burgemeester vonden
geen gronden aanwezig om tot verandering over
te gaan. De loco-burgemeester merkte in zijn
antwoord zelfs op. dat de blinden voor de ge
meente geen productief werk verrichten en deze
instelling de gemeente elk jaar geld kost.
De steunnormen voor een groot gezin zijn ab
soluut onvoldoende, zoodat deze gezinnen 'de hun
toegewezen levensmiddelenbormen niet in levens
middelen kunnen omzetten. Hoewel enkele maan
den terug van gezaghebbende zijde werd ver
klaard, dat ons prijsniveau is gestegen, is Maat
schappelijk Hulpbetoon, op een moment, dat de
ouderdoms- en invaliditeitsrente werden ver
hoogd, overgegaan tot steunherziening naar be
neden.
OPDRACHT NIET UITGEVOERD.
Een werklooze vindt eindelijk werk. Hij gaat
6 weken aan den slag, komt weer zonder werk
en nu verplicht men hem om wachttermijnen te
maken, alvorens weer voor steun ln aanmerking
te kunnen komen. Het is voorgekomen, dat
steuntrekkers, die 9 dagen hebben gewerkt, de
mededeeling ontvingen, dat zij een week moesten
wachten, alvorens weer in den steun opgenomen
j te kunnen worden. Dit verwondert temeer, omdat
I de heer Rlemvis van de zijde der autoriteiten
opdracht had ontvangen, steunaanvragers onmid
dellijk te helpen, alvorens een onderzoek ln te
stellen. Hieraan is geen gehoor geschonken. Men
blijft dus aan de oude starre voorschriften vast
houden.
Waaruit recruteert Buurman zijn maatschap
pelijke werkers? Overal heeft men hen van
daan gehaald, zelfs uit de' reclasseering. De
plaatsing van' den agent van politie Van Ree-
nen, die verantwoordelijk was voor~den aanslag
op den vaandrig Kieviet van de W.A. en onlangs
door den vrederechter werd veroordeeld, bij
Maatschappelijk Hulpbetoon, spreekt boekdee
len. Deze man is daar nogsteeds in functie.
Indien men het optreden van een groot aantal
dezer ambtenaren gadeslaat, dan begrijpt men
dat Maatschappelijk Hulpbetoon is geworden
tot een onder het volk gehate instelling, een
instelling die totaal volksvreemd is en uitslui
tend volgens den letter, maar nimmer volgens
het hart kon handelen. Hoewel gezegd moet
v/orden, dat gelukkig niet alle ambtenaren en
controleurs uit dit hout'zijn gesneden, is hec
niet overdreven, wanneer men zegt, dat een
deel dier ambtenaren ieder menschelijk gevoel
mist. Zij zien de krotten niet eens meer waar
zij komen, want nimmer heeft men voorstellen
tot verbetering gehoord.
TEKORTKOMINGEN.
Ook hier beschuldig ik Buurman en die amb
tenaren van Maatschappelijk Hulpbetoon, die
blijk gegeven hebben van „verregaande tekort
komingen in hun beleid."
Ook kan men instellingen, waar Maatschap
pelijk Hulpbetoon nauw mede samenwerkt aan
wijzen, zooals b.v. Centraal Woningbeheer, die
van^ denzelfden a-socialen geest getuigen.
De zooeven genoemde instantie is o.m. belast
met het toezicht op de gemeente- en controle-
woningen. De leidinggevende figuur van Cen
traal Woningbeheer is een vrouw, mej. Hu-
bregt-se, die zich tegen een hoog salaris wel
iswaar sociaal werkster noemt, doch echter zon
der eenig sociaal gevoel is. Zij is blind voor den
grooten nood en staat steeds klaar met haar
vonnis, waarin altijd haar afschuw voor groote
gezinnen tot uiting komt. Instede dat haar
ambtenaren, die wel eens huisbezoeken doen.
afdalen in de details van de hun toevertrouw
de gezinnen, om daardoor de oorzaken van den
wanhoop, waarin dezen zijn gekomen, te kun
nen vaststeliep, bepalen zij zich tot een opper
vlakkig onderzoek en de vaststelling van feiten,
zooals deze op een gegeven oogenblik voor hen
liggen.
Dit is in korte trekken een beeld van het
sociale werk, zooals het in de gemeente Den
Haag voor ons ligt, een werk, dat verouderd is
omdat het charitatief is en beoefend wordt door
menschen, wier geheele denken onsociaal is.
Duizenden Haagsche arbeders zijn vervuld met
een diepen wrok tegen een instelling, die, on
der leiding van Buurman aangewezen was om
hun en hun gezinnen hulp te verleenen in tijden
van nood, maar die ondervonden, dat hun odor
Buurman en zijn personeel niets werd gegeven,
maar alles werd ontnomen.
TALLOOZE KLACHTEN.
Bijzonder duidelijk is mij dit alles geworden
na mijn oproep in de dagbladen, waarbij ik op
ontslag van Buurman aandrong. Onmiddellijk
na mijn oproep meldden zich honderden arbei
ders en arbeidersvrouwen (geen' leden der N.S.
B.) op mijn WJï.-tehuis op het Spul, om bij
ons, bij de W.A., hulp en gerechtigheid te zoe
ken voor hun bijna steeds juiste bezwaren. De
toeloop was zoo overweldigend, dat den eersten
dag reeds honderden zich aanmeldden en dat den
daaropvolgenden Zaterdagmorgen een lange rij
menschen buiten, het W.A.-tehuis stond, die om
raad en daad bij mijn W.A. aaiiklopten. Nog
steeds worden eiken middag van 2 tot 4 urn-
gevallen door mijn WA., behandeld.
Het Is zeer verheugend, dat lk in vele geval
len den Nederlandschen Volksdienstkoninscha-
kelen, die, in tegenstelling met Maatschappelijk
Hulpbetoon, volkomen begrip getoond heeft voor
den nood van ons volk.
Zeer verheugend was het ook, dat na onzen
eisch tot ontslag van Buurman, in de blinden-
aangelegenheid een meer gunstige beslissing is
genomen.
Uit dit alles blijkt, dat velen arbeidèrs de
schellen van de oogen vallen. Zij beginnen den
moed te krijgen om met de vroegere partijen
en doctrines te breken. Dat geeft hun het ge
loof terug van arbeidsvreugde en arbeidseer. De
W.A. wil hun dezen deg wijzen, door het stellen
van een daad.
De eerste daad door de W.A. is reeds ver
richt. Aan onzen eisch, gesteld in de dag
bladen, dat dc wethouder van sociale zaken,
Buurman, ontslagen zou worden, is bereids
gevolg gegeven.
Het valt te betreuren, dat de verantwoorde
lijke Hollandsche autoriteiten niet uit eigener
beweging ingegrepen hebben, terwijl de Duitsche
autoriteiten volkomen begrip getoond hebben
vnor onze bezwaren.
Het geval Buurman staat echter niet meer op
zichzelf. Er zijn er nog velen, die als Buurman
a-sociale elementen zijn, die nog denken dat zij
werktuigen van een stervend regiem en on
toegankelijk voor den nieuwen tijd nog steeds
hun plaatsen in deze gemeenschap, hun goed
gesalarieerde baantjes, kunnen behouden. Zii
vergissen zich. Een nieuwe tijd breekt baan. De
W.A. van Anton 'Mussert marcheert, zij werpt
haar schaduw vooruit en luidt een nieuwen tijd
in. Wij. zwarte soldaten van Mussert, stellen
dén mehsch tegenover het geld, de prestaties
tegenover het bezit en de verantwoordelijkheid
tegenover het profijt. Mensch, prestaties en ver
antwoordelijkheid zijn voor ons weermannen,
l iet alleen de moreele, maar ook de daadwer
kelijke grondslagen voor een gezonde volksge
meenschap.
van hedenavond
tot morgenochtend
De maan komt hedenavond op
om 22.39 uur en gaat morgenoch
tend om 9.57 uur onder.