De Duitsche opmarsch op de Krim 82ste Jaargang DONDERDAG 13 NOVEMBER 1941 No. 25042 Verduisteren: De tekst van de Finsche antwoordnota De straat van Kertsj Uit Engeland Italiaansch W eermachtsbericht Uit Amerika Generaal Huntziger bij vliegongeval gedood EERSTE BLAD Verspreide berichten 17.51 uur 8.59 uur STADSNIEUWS r Max Blokzijl spreekt Finland moet veilig zijn LEIDSCH DAGBLAD Directeur: J. W Henny Telef Directie en Administratie 25041 (2 Ilinenl DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Telef. Redactie 21507 Hoofdredacteur: B. W. Menkhorst. Lelden Pl.verv K Been. Lelden. De bondgenootschappelijke troepen staan thans aan cie zeestraat van Kertsj, de verbin ding tusschen de Zee van Azow en de Zwarte Zee aldus meldt het D. N. B. ter aanvulling van het weermachtsbericht. Voortdurend wordt in de straat een kanaal door baggeren op diepte ge houden om ook voor groote schepen de door vaart mogelijk te maken. Op haar smalste plaats is de straat van Kertsj slechts enkele kilometers breed. Hier hebben de Sovjets, 10 km ten Oosten van Kertsj bij Jeni- kale, versterkingen aangelegd; fet het geschut hiervan bestrijken zy de zeestraat. De tegenoverliggende kust is zeer vlak; zij heet naar de daar liggende kleine plaats, het schiereiland van Taman. Over dit schiereiland loopt slechts één weg, die zich later in tweeën splitst, in het Noorden naar Tantjoek en in het Zuiden naar het kleine havenstadje aan de Zwarte Zee Anapa. Om den bolsjewisten den terugtocht te belemmeren heeft de Duitsche luchtmacht deze haven, evenals die van Seba- stopol en Kertsj. gebombardeerd. Naar de Britsche berichtendienst meldt, heeft admiraal Koeznetsow het opperbevel over de Sovjet-strijdkrachten op de Krim op zich ge nomen. Verder bestookte de Duitsche luchtmacht aan het geheele Oostelijke front vooral de achter- waartsche verbindingen der Sovjet-troepen, waardoor de Sovjet-aanvoer wordt ontwricht. Aldus zijn de bolsjewieken niet meer in staat bruikbare reserve-troepen naar het front te zenden, hetgeen blijkt uit het feit, dat zij steeds weer cavalerie-divisies in den strijd werpen zelfs in een terrein, dat voor cavalerie-operaties weinig geschikt is. DE KONING EN CHURCHILL AAN HET WOORD. De Britsche Koning heeft gistereh, volgens den Britschen berichtendienst, bij de opening van de nieuwe parlementszitting verklaard, dat hij van ganscher harte hoopte, dat het Engel- sche volk zal beantwoorden aan de groote eischen, welke het gesteld worden en dat het vastbesloten zal zijn de behoefte van de Sovjet- Unie In haar heldhaftigen strijd tot aan de grens van het mogelijke te bevredigen. Dinsdag heeft de Koning bij het sluiten van de oude parlementsperiode verklaard: Ik be groet hartelijk de groote socialistische Sovjet republiek als onzen bondgenoot. In samenwer king met de Vereenigde Staten verstrekt het Empire aan de Sovjet Unie allen bijstand, die slechts mogelijk is tegen den gemeenschappe- lijken vijand, In zijn rede naar aanleiding van de opening van de parlementszitting heeft de Britsche Ko ning ook in het kort den toestand in het Verre Oosten behandeld. Hij verklaarde o.a.: De ont wikkeling van den toestand in het Verre Oosten heeft de nauwkeurigste, permanente aandacht der regeering. Wij moesten de troepen verster ken, die mijn landen in deze gebieden verde digen. Ten aanzien van de betrekkingen met Turkije zeide hij: Met Turkije heb ik een waardevol verdrag gesloten. De betrekkingen met dit land blijven gevestigd op den grondslag van vertrou wen en vriendschap Het Italiaansche weermachtsbericht van gis teren luidt: De vijandelijke luchtmacht heeft nieuwe aanvallen gedaan op Zuid-Italië en Sicilië. Gistermiddag is een verkenningsvliegtuig door onze jagers ter hoogte van Capri brandend neergeschoten. In den afgeloopen nacht lieten vijandelijke vliegtuigen in opeenvolgende golven brand- 'en brisantbommen op Napels vallen. Schade aan woonhuizen en hier en daar een een begin van brand, hetgeen men spoedig meester was. Zes dooden en omstreeks dertig ge wonden. De houding der bevolking was steeds kalm en gedisciplineerd. In de eerste ochtend uren, werden drie Engelsche vliegtuigen neerge schoten op Sicilië: één door het luchtdoelge schut en twee door onze jagers. De bemanning van een ander vijandelijk toestel, dat in zee stortte, werd krijgsgevangen gemaakt. Nog al tijd in de eerste morgenuren werden vier zware Britsche jagers door onze stijdkrachten onder schept en bij Cefalu stortten zij neer. Drie toe stellen verdwenen in zee, een vierde viel op den grond te pletter en de bestuurder werd krijgsgevangen gemaakt. In Noord-Afrika niets bijzonder aan het front van Tobroek en dat van Solloem, Een luchtaan val op Benghazi richtte geen schade aan. Een getroffen Britsch toestel viel te pletter. Te Tri polis werd de bemanning, twee officieren, van een vliegtuig, dat tevoren neergeschoten was. gevangen genomen. In Oost-Afrika hebben onze detachementen van de versterkte stelling van Culquabert nieuwe aanvalspogingen van den vijand afgeslagen. Churchill heeft, volgens den Engelsohen be richtendienst, in het Lagerhuis verklaard, dat geenerlei verandering in de Engelsche regeering of in de oorlogvoering is overwogen. Wanneer de oorlog tegen de duikbooten en de vijandelijke luchtstrijdkrachten zich verder gun stig zou ontwikkelen, waarvoor natuurlijk geen enkele garantie kan worden gegeven, heeft het, zoo zeide Churchill verder, er allen schijn van, dat in 1943 groote hoeveelheden schepen ter be schikking zullen staan waardoor het mogelijk zou worden overzeesche operaties uit te voeren, hetgeen thans geheel en al buiten het bereik der Britsche hulpmiddelen ligt. Churchill weigerde in te gaan op de hulp- verleening van Engeland aan de Sovjet-Unie. Naar de Engelsche berichtendienst meldt, gaf hij als motief op, dat men den vijand geen ge heimen mag verraden. (D.N.B.) DE STAKINGSBEWEGING. President Roosevelt heeft, om de dreigende staking in alle tot de staalfabrieken behoorende mijnen af te wenden, telegrafisch den voorzit ter van de vakvereenigingsorganisatie van het C.I O., den voorzitter van de vakvereeniging van mijnwerkers en andere persoonlijkheden, ook onder de werkgevers, uitgenoodigd tot een con ferentie op 14 November (dus morgen) in het Witte Huis, Naar de Associated Press meldt, heeft Lewis, van de vakvereenigingsorganisatie van het C.I.O.. eveneens op 14 November een speciale conferentie belegd met de leiders der FRANSCH MINISTER VAN OORLOG. De Fransche minister van oorlog, generaal Huntziger, is gistermiddag gedood bij een vlieg tuigongeluk, aldus is te Vichy officieel bekend gemaakt. Het. vliegtuig is bij Le Vignan in het depar- Sag ge?t£t! Verlag Wagenborg. Het was de per soonlijke ma chine van den minister van oorlog. waar mede de gene raal zijn inspec tie-reis naar Afrika onder nomen heeft, welke twee we ken had ge duurd. De volgende bijzonderheden werden uit Vi chy nog aan het D.N.B. gemeld: De viermoto rige machine van den minis ter van oorlog van het type Potez 662. was gisterochtend* even na 8 uur te Algiers opge stegen en had tegen 11. uur op het vliegveld van Marseille, Marignane. een tusschenlanding gemaakt. Toen het vliegtuig weer vertrokken was, werd om 12.53 uur het laatste radiobericht gegeven, nadat het toestel reeds op 80 kilometer ten Zuid-Westen van Vichy bij Issoire in het centrale bergmassief was waargenomen. Terwijl op het vliegveld van Vichy alle voor bereidingen voor de ontvangst van den minister Wijlen generaal Huntziger. van oorlog getroffen werden, kwam van de ma chine het radiobericht, dat zij wegens den heer- schenden storm en het gevaar voor ijsafzetting gedwongen was in Zuidelijke richting terug te keeren. De bestuurder heeft toen kennelijk weer geprobeerd Marignane te bereiken, doch schijnt in het laaghangende wolkendek den koers vol komen te zijn kwijtgeraakt. In het Fransche ministerie van luchtvaart neemt men aan. dat het vliegtuig, dat wegens het gevaar voor ijsafzetting genoodzaakt was laag te vliegen, daarbij tegen het gebergte is gestooten. Bij de plek, waar het toestel is neer gestort, bij Le Breau, aan de Zuidelijke helling van het centrale massief, bevinden zich namelijk bergketenen, die hier en daar een hoogte be reiken van 1300 meter. Het vliegtuig werd door de bewoners van een arbeidskamp volkomen uit- I gebrand gevonden. De lijken, waarvan er slechts i zes ontdekt werden, waren verkoold en konden niet geïdentificeerd worden, De klok aan boord was op 13.03 uur blijven stilstaan. J Aan boord bevonden zich de volgende passa giers: de minister van oorlog, generaal Hunt- ziger, de chef van zijn civiele kabinet. Labus- 1 quiere, zijn ordonnans-officier. De Royere, de 1 bestuurder, Le Fevre, een marconist, een meca nicien, een fotograaf en een kamerdienaar. Generaal Huntziger was in 1880 te Finisterre geboren. Op 20-jarigen leeftijd ging hij reeds als luitenant naar de Fransche koloniën, later naar Indo-Chlna. In 1914 kwam hij bij den generalen staf van het leger in het Oosten en bereidde hij den veldtocht voor, die zou leiden tot de capi tulatie van Bulgarije. In 1924 ging hy als kolonel naar China, ver volgens naar Brazilië, dan in 1932 als divisie- generaal naar de Levant als gevolmachtigde der Fransche regeering bij de besprekingen met de regeering te Ankara. Deze besprekingen worden later te Londen voortgezet, waarbij Huntziger Frankrijk opnieuw vertegenwoordigt. In het oog van de wereld zal hij echter vooral in herinnering blijven als de man, die zich in Juni van het vorig jaar op weg begaf naar het Bosch van Compiègne. Hier zette hij op 22 Juni zyn handteekening onder het wapenstilstandsverdrag met Duitsch- land. In de regeering van Pétain bekleedde hij de functie van minister van oorlog. Dit Nummer bevat TWEE Bladen vakvereeniging van mijnwerkers om te beslissen over de vraag, of de arbeiders der mijnen van staalfabrieken in staking moeten gaan of niet. De leiders der vyf vakvereenigingen van spoor wegarbeiders hebben hun leden uitgenoodigd op 7 December ter verkrijging van een loonsver- hooging van 30% in staking te gaan. De vak vereenigingen van spoorwegarbeiders hebben 350.000 leden Volgens de Associated Press zou het werk op 7. 8 en 9 December worden stil gelegd. (D.N.B.) BESCHULDIGDEN VAN RIOM OVERGEBRACHT. De voormalige minister-presidenten Daladier en Blum en de vroegere generalissimus generaal Gamelin, allen beschuldigden in het proces van Riom, die zich in Bourrassel nabij Riom in ge vangenschap bevonden, zijn in uitvoering van de door maarschalk Pétain genomen beslissingen gisteren naar de vesting Portalet in de Pyre neeën overgebracht, waar zy tot nader order met vestingstraf zullen verblijven. Tegelijkertijd zijn ook de voormalige minister president Reynaud en de vroegere minister van binnenlandsche zaken, Mandel, van Vals les Bains, waar zy sedert 14 maanden geïnterneerd waren, naar Portalet overgebracht. (D.N.B.). TWEE TURKSCHE MINISTERS AFGETREDEN. De Turksche minister van defensie. Saffet Arikan. en de minister voor het verkeerswezen, Kerim Indsjeday, hebben hun ontslag aange boden.- Tot hun opvolgers werden benoemd de ge- pensionneerde generaal Aroenkal en de gepen - slonneerde admiraal Fahri Engin. Tijdens de onderzoekingen naar het vergaan van het Turksche stoomschip „Redah" zou bezwarend materiaal voor beide ministers aan den dag zyn gekomen. Het stoomschip is getorpedeerd, waarbij groote verliezen aan menschenlevens voorkwamen. Uit het onderzoek is gebleken, dat het schip gebrek kig was uitgerust. (D.NJB.). MEER DAN 21 MILLIOEN VOOR DE WINTERHULP. De tweede straatcollecte, die in geheel Duitschland den 25sten en 26sten October is gehouden, heeft meer dan 21 millioen mark op gebracht. Dit is ruim 5 millioen mark meer dan bii de overeenkomstige collecte' verleden jaar. (D.N.B.). van Hedenavond tot morgenochtend De maan kwam heden op te 1.25 uur en ging onder te 15.26 uur. ACADEMISCHE EXAMENS. In de opgave van gisteren werd bericht: Ge slaagd voor het doctoraal examen wis- en na tuurkunde (hoofdvak Scheikunde) de heer K. Dijkhoff te Voorburg, deze plaatsnaam is ech ter foutief en moet zijn Leiden. Geslaagd zijn voor het candidaatsexamen wis- en natuurkun de: letter L: de heer Tan Tek Oen (Lelden); voor het doctoraal examen rechten: mej. L. v. d. Kraan (Rotterdam) en de heeren: P. W. Blom Cs-Hertogenbosch)H. W. de Monchy (Den Haag); R. C. C. de Savornin Lohman (Den Haag) en W. C. Bothenius Lohman (Assen). HANDELSREGISTER KAMER VAN KOOPHANDEL. Nieuwe inschrijvingen: J. C. Beugelsdijk, Kerkhofpad 29, Noordwijk. Aannemersbedrijf en handel in oud en nieuw hout. (Kleinhandel). Eigenaar: J. C. Beugels- dijk, Noordwijk. M. de Raad, Boerenburgerweg 17, Noordwijk. Aannemersbedrijf en handel in oud en nieuw hout. (Kleinhandel). Eigenaar: M. de Raad, Noordwijk. Wijzigingen: FDrma de Raad en Beugelsdijk. Boerenbur gerweg 17, Noordwijk-Binnen. Aannemersbe drijf; handel in oud en nieuw) hout. De ven nootschap onder firma is met ingang van 12 Nov. 1941 ontbonden. De zaken worden door elk der vennooten afzonderlijk voor eigen rekening en onder eigen naam voortgezet. Rotterdamsch Kleedingmagazijn, Haarlem merstraat 31, Leiden. Bij beschikking van den Reichskommissar für die besetzten Niederl. Ge blete van 7 November 1941 is benoemd tot Treu- h&nder van bovengenoemde zaak: J. Chr. v. Melis, Den Haag. C. Kriest, Breestraat 140, Leiden. Winkel in bloemen, planten, enz. C. Kriest. (Huwelijksche Voorwaarden). J. A. Kriek, Van der Werfstraat 82, Leiden. Meubelfabriek. Bovengenoemde zaak is d.d. 1 November 1941 omgezet in een vennootschap onder firma onder den naam: J. A. Kriek en Zoon. Vennooten: J. A. Kriek en W. J. M. Kriek, Leiden. Voor het alhier afgenomen examen voor apothekers-assistent slaagde mej. Y. Nauta uit Den Haag. Donderdag a.s. herdenkt de heer W. J. Smolders, bestuurder bij de Haagsche Tramweg- Maatschappij Den Haag-Wassenaar-Leiden, den dag, dat hij vóór 25 Jaar bij genoemde maat schappij in dienst trad. Max Blokzijl spreekt hedenavond over den zender Hilversum II van 19.4520.00 uur over het onder werp: „Met Duitschland tegen het bolsjewisme". In hoofdstuk 1 van het Finsche antwoord aan de Ver. Staten wordt ten aanzien van den eisch der Amerikaansche regeering tot staken der krijgsverrichtingen van den kant van Fin land en terugtrekken der Finsche troepen naar de grenslijn van 1939 gezegd: In de memoranda wordt niets vermeld om trent een stopzetting der vijandelijkheden aan den kant van de sovjet-unie, evenmin wordt vermeld, of met de uitnoodiging aan Finland ook een terugtrekken der sovjettroepen verbon den is uit de binnen de grenzen van Finland van 1939 liggende en nog steeds door de sovjet unie bezette gebieden. Het betreft het Finsche deel van het Visschersschiereiland, welks artil lerie de eenige oceaanhaven van Finland, Pet- samo, bedreigt- Voorts de eilanden in de Fin sche golf en het schiereiland Hangoe, dat de overzeesche verbindingen in de golf van Fin land beheerscht." ,Ter karakteriseering van den Fmsch-bolsje- wistischen strijd wijst het Finsche ministerie van buitenlandsche zaken in zijn antwoord ver volgens op de recente notawisseling tusschen Groot-Brittannië en de Finsche regeering en in het bijzonder op het blauw-wit-boek no. 2 van de Finsche regeering. In de beschrijving der gebeurtenissen sedert 30 November 1939 is, naar het Finsche antwoord verder uiteenzet, punt voor punt verklaard, hoe Finland als nabuur van de sovjet-unie zich voortdurend moest ver dedigen tegen de veroveringslusten der sovjet unie. Verwijzende naar den afstand en de be zetting van gebieden volgens den vrede van Mos kou, van waar uit een nieuwe sovjetaanval on der de allergunstigste voorwaarden kon worden ondernomen, constateert het Finsche ministerie van buitenlandsche zaken, dat uit Hangoe nog steeds luchtaanvallen gepleegd worden op Zuid Finsche steden en op de burgerbevolking. Ook na den vrede van Moskou heeft de sovjet-unie nieuwe, ongerechtvaardigd© eischen gesteld (zooals bijv. het transito-verkeer naar Hangoe over Finsche spoorwegen) De sovjet-unie heeft zich ook verder meedoogenloos gemengd in de binnenlandsche aangelegenheden van Finland en zelfs getracht straatrelletjes te organiseeren. De vrede van Moskou was voor de sovjet-unie slechts een wapenstilstand ter voorbereiding van de definitieve verovering van Finland, zoo constateert de Finsche antwoord-nota aan de Ver. Staten verder. Dit hoofdstuk eindigde dan ook met een nieuwen militairen aanval van de sovjet-unie, die Finland dwong zijn zelfverdedi ging met geweld van wapens voort te zetten en welks karakter en doel er uit blijkt, dat in het prominente Moskousclie dagblad Piawda van 23 Juni 1941 verklaard werd: „de Finnen moe ten van den aardbodem verdelgd worden." De gebieden aan gene zijde van de oude Finsche grens werden eveneens gebruikt als aanvalspo sitie tegen Finland. De sovjet-unie neeft zoowei deze als ook de bij den vrede van Moskou af gestane gebieden versterkt tot zoo volledig mo gelijke punten van uitgang voor aanvallen op het Westen. De aanvalsbedoelingen der sovjet unie worden voorts volgens het Finsche ant woord onmiskenbaar onthuld door zes strategi sche zijlijnen van den spoorweg van Moer- rnansk in de richting van de Finsche grens be nevens door de militaire wegen, uitsluitend voor aanvalsdoeleinden aangelegd, en door tal van vliegvelden. De Finsche nota wijst verder op de pauperl- seering in de gebieden, die reeds voor 1939 aan de overzijde van de grens lagen zoowel als in de gewesten, die bij den vrede van Moskou wa ren afgestaan, waarvan de leden van het Ame rikaansche gezantschap te Helsinki en ook tal van Amerikaansche persvertegenwoordigers zich ter plaatse hebben kunnen overtuigen. Ver waarloosde landerijen, vervallen en verwoeste gebouwen, geschonden kerken en kerkhoven en een bevolking, die in matelooze ellende leeft en aan moorden en massale verbanning ten offer is gevallen, bewijzen in welk een troostelooze positie het Finsche volk onder sovjet-heer schappij geraakt zou zijn, indien het lot van Estland en de overige door de bolsjewieken ver overde landen, te weten de gedeeltelijke of al- geheele oplossing, had moeten deelen. Het is begrijpelijk, dat de Ver. Staten zich slechts met moeite een beeld kunnen vormen van de situatie, waarin ons land zich bevindt, vooral daar zij nimmer hebben ondervonden, wel': een gevaar het bolsjewisme voor de staten van het avondland vormt. Reeds tijdens den eersten oorlog in 1939 had Finland uit een oog punt van zijn eigen veiligheid ook de vijande lijke aanvalsstellingen aan de overzijde van de grenzen van 1939 onschadelijk moeten maken en bezetten, indien destijds daartoe slechts vol doende krachten beschikbaar waren geweest. Destijds zou men wel niet getwijfeld hebben aan het gerechtvaardigde van dergelijke Fin sche operaties. Na gewezen te hebben op de aanzienlijke materieele hulp, die Finland in den winteroor- log van Amerika heeft ontvangen, benevens op den dank van het Finsche volk voor de vriend schap en moreelen steun van de zijde van het Amerikaansche volk, constateert Finland in zijn antwoordnota met voldoening het voornemen der Amerikaansche regeering ook voortaan voor de levensbelangen van Finland te werken, maar betoogt tevens, dat de Finsche regeering niet kan inzien, dat overeestemming kan bestaan tusschen genoemd edelmoedig grondbeginsel der Amerikaansche regeering en den eisch tot te rugtrekking van de Finsche troepen uit de ge bieden aan de overzijde van de grenzen van 1939, welke gebieden uit veiligheidsoverwegin gen zijn bezet en door de sovjet-unie terstond gebruikt zouden kunnen worden voor een nieu wen aanval op Finland, Finland moet integen deel constateeren. dat het door de Amerikaan sche regeering aanbevolen optreden noodlottig zou zijn voor de beveiliging van het land en derhalve niet te rijmen zou vallen met de Fin sche levensbelangen. De houding der Finsche regeering in den door de sovjet-unie begonnen oorlog was en is. den strijd te beëindigen, zoodra het dreigende gevaar is afgewend en garanties zijn geleverd voor voortdurende veiligheid, in hoofdstuk 2 herinnert de Finsche antwoord nota eraan, dat ook de in den oorlog van 1939/'40 door 2 andere neutrale zyden tot de sovjetregeering gerichte voorstellen de sovjet unie niet hebben belemmerd in de voortzetting van haar aanvallen op Finland. De Finsche nota toont verder aan. dat de oe- volking in de gebieden aan gene zijde van de grens van 1939, welke 23 jaar lang blootgesteld waren aan de bolsjewistische heerschappij en die de Finsche troepen thans hebben bezet, voor het allergrootste gedeelte Finsch is. „In welk een betreurenswaardigen toestand de door de Ver. Staten onder jigen geziene regeling de in deze gebieden gebleven burgerbevolking zou brengen, kan afgeleid worden uit de vreeselijke voorbeelden der geschiedenis van het bolsje wistische regiem. Ook dit gezichtspunt pleit er voor, dat de betrokke: gebieden met goeden grond door Finland bezet gehouden moeten worden, opdat deze bevolking een waarborg kan worden gegeven van vrijheid en veiligheid." In hoofdstuk 3 komt de Finsche antwoordnota terug op xxet onderhoud, dat de Finsche gezant in Washington op 18 Augustus heeft geha*. met den plaatsvervangenden minister van buiten landsche zaken der Ver Staten, Sumner Wel les. In dit onderhoud heeft Welles, zoo zet de Finsche antwoordnota uiteen, een uitdrukkelijk ontkennend antwoord gegeven op de vraag van den Finschen gezant in Washington, of de sovjetregeering de Amerikaansche regeering ver zocht had een mededeeling omtrent de bereid willigheid der sovjetregeering tot onderhande lingen over een nieuw vredesverdrag aan Fin land door te geven. Ten aanzien van de in la tere besprekingen van Finsche-zijde opgeworpen bezwaren en tegenwerpingen ten aanzien van de voorwaarden van een eventueelen vrede, al dus de Finsche antwoordnota, is door de Ver. Staten geen standpunt bepaald. In de eerste plaats werden zelfs geen garanties aangeboden voor de duurzaamheid v~n een nieuwen vrede tusschen Finland en de sovjetunie. Volgens verklaring van de Finsche regeering was de mededeeling van den heer Welles aan den Fin schen gezant Procope niet gedacht als vredes aanbod van de sovjetunie en zelfs niet als aan beveling van den kant van de Ver. Staten, maar slechts als mededeeling op grond waarvan Fin land om vrede zou hebben moeten vragen. Trn aanzien van de in de buitenlandsche pers en door den Engelschen omroep gelanceerde be richten omtrent beweerde Finsche plannen tot het sluiten van een afzonderlijken vrede met de sovjet-unie constateert de Finsche antwoord nota, dat dergelijke of andere vredesaanbiedin- gen van de Ver. Staten noch op 18 Augustus noch later ingediend zijn en dat ook van andere zijde dergelijke aanbiedingen niet door de Fin sche regeering zijn ontvangen. In hoofdstuk 4 weerlegt de Finsche antwoord nota de in het Amerikaansche memorandum van 30 October 1941 voorgedragen lezing, vol gens welke de Finsche operaties verklaard wer den tot direct gevaar voor de veiligheid van de Ver. Staten. „De door twee wereldzeëen en door talrijke steunpunten beschermde Ver. Staten kunnen door de Finsche weermacht niet be dreigd worden, zoo wordt in de nota verder ge zegd en de Finsche regeering kan ook niet ge- looven, dat een bezetting van die gebieden door Finsche troepen, van waar uit de Finsche vei ligheid voortdurend werd bedreigd, in tegen spraak zou kunnen zijn met de eischen van de Amerikaansche veiligheid. De bezorgdheid van de Ver. Staten voor hun eigen veiligheid geeft Finland het recht by regeering en volk der Ver. Staten begrip er voor te verwachten, dat Fin land den wil heeft zijn leven te beschermen, zijn veiligheid te vergrooten en zijn oude democrati sche veiligheid te verdedigen, vooral daar het in een tijd van nog geen twee jaar tweemaal door het machtige bolsjewische regiem is je- maakt tot voorwerp va een ongerecht vaardig den gewapenden aanval, zonder Uat Amerika of eenig ander land dit kon verhinderen of wel garanties er voor kon geven dat deze aanval niet meer zou worden herhaald. Finland hoopt op het besef van het groote Amerikaansche volk voor het feit, dat ook een klein land recht heeft op leven en verdediging". In het laatste deel van de Finsche antwoord nota wordt ten opzichte van de in het memo randum van 27 October en In ander verband door de Amerikaansche regeering naar voren gebrachte opvatting dat de vrijheid van han delen of zelfs de onafhankelijkheid van Finland van Duitsche zijde, worden bedreigd, gezegd: „Finland zelf heeft geen reden om aan te ne men, dat een dergelijk gevaar van den kant van Duitschland dreigt. Finland wil zijn aangelegen heid zelf regelen en wel in het teeken van de eenheid des volks, welker grondslag zijn eeuwenoude Noorsche boeren- en volksdemocra tie vormen en die in het bijzonder in de ge- vechtsphasen der laatste jaren gebleken is een soliede kracht te zijn ook bij de verdediging van het vaderland. Het is zonder meer duidelijk welke ontzaglijke beteekenis er voor Finland in is gelegen, dat terwijl Finland geraakt is in een voortgezetten verdedigingsoorlog tegen de sovjet-unie tegelijkertijd ook Duitschland strijdt tegen dezen vijand van Finland. Een nieuwe oorlog, waarin Finland wederom alleen zou hebben gestaan, zou gelijk hebben gestaan met de vernietiging van Finland en alle Noor sche landen." De Finsche antwoordnota eindigt ermee, dat de Finsche president jp 23 October 1941 den Amerikaanschen gezant in Helsinki heeft ver klaard, dat het Finsche volk, dat de rechten van niemand schendt en niets anders wenscht, dan in vrede te mogen leven en werken, den oorlog tegen de sovjetunie slechts zoolang voortzet, tot zijn veiligheid en zijn vrede tot arbeid definitief gewaarborgd zijn. (DNB). Zoowel de Finsche als Duitsche pers roemt ten zeerste het Finsche antwoord. De Voelkischer Beobachter schrijft, dat nie mand rechtstreekscher er toe geroepen is Roo sevelt van repliek te dienen op zijn aanspraken als „beschermer van de kleine volken van Europa" dan Finland. In deze antwoordnota wordt de onvervalschte meening weerspiegeld van een werkelijke democratisch volk, aldus het blad, dat wijst op de onwetendheid van den Amerikaanschen president, op zijn volkomen ge brek aan kennis van de Europeesclie toestan den, hetgeen bijzonder duidelijk aan den dag treedt in de Amerikaansche houding jegens Finland. Het blad schrijft, dat Roosevelt het bestaan van het Finsche volk zonder eenig ge wetensbezwaar bereid is geweest óp te offeren en dat alleen de herinnering aan een al te nabij verleden de president om propagandistische re denen dwingt verontschuldigende verklaringen te zoeken voor de verandering van zijn stand punt sedert den Fisch-bolsjewistischen veld tocht en thans het ondeugdelijke argument naar voren te brengen, dat Finland door de verde diging van niets meer dan zijn bestaan de Ver. Staten bedreigt. De Finsche regeering heeft met de antwoordnota, zoo besluit het blad, met behoud van de gebruikelijke diplomatieke vor men de taal gesproken, die in overeenstemming is met het wezen van dit dappere, soldateske volk. Finland heeft voor de geheele wereld doen blijken, dat het woord van Roosevelt in Europa thans geen belang meer heeft De Europeesche volken beslissen volgens de eischen van hun levensbelangen over de groote problemen van hun bestaan en hun politiek. Zy wijzen opdrin- gerigen raadgevers uit Amerika de deur .Vooral den ongevraagden pleitbezorgers, die openlijk het spel van het bolsjewisme spelen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1941 | | pagina 1