Stierenkeuring in Friesland - Proeven met nieuw pluimveevoeder Tn-pde BSad Moord op kasteel Entzberg 82sfe wm dagu ad FEUILLETON HET HONDERDEN JAREN OUDE STADHUIS VAN HARDERWIJK, -mot HOUT VOOR VELDGEWASSEN. De boomen zijn gesnoeid. De groote takken worden tot boonen- en erwten-staken gekapt, het kleine zijn vele kunstschatten, verkeert thans in een zoodanigen toestand, dat het niet u u j u -j meer hersteld ken worden. Het zei geheel verbouwd moeten worden de bij- h0Ut W°rdt V°°r bescherminS spreeuwen en musschen over het zaaigoed op de velden u.tgespre.d, zonder fraaie raadzaal zal echter in dén ouden toestand bewaard blijven. (Pol.) Stemmig voorjaarsbeeld in de Langstraat. (Het Zuiden)] NACHTVLUCHT NAAR ENGELAND. OP DEN COMMANDOPOST WORDT GEMELD HET BEVOLEN DOEL GEBOMBARDEERD. (Hoffmann) OP DE „SCHOTHORST" TE HOOGLAND, het centraal bureau voor moderne veevoeding, worden thans proeven genomen, welke tot doel hebben de eiwitten in het pluimveevoedsel door andere stikstofverbindingen te vervangen, teneinde den pluimveestapel op peil te kunnen houden. Dr. J. Grashuis, de leider van het instituut, tijdens het dagelijksche onderzoek van zijn troetelkinderen- (Pol.) IN VERSCHILLENDE PLAATSEN IN WEST-FRIESLAND WOR DEN DE JAARLIJKSCHE STIERENKEURINGEN GEHOUDEN. EEN FOKSTIER WORDT „OPGEMETEN". (Polygoon); IEDEREN DAG FRISCH WASCHWATER IN DE WOESTIJN. De waterwagen voorziet de Duitsche troepen iederen dag van frisch waschwater. Van ver weg wordt het water aangevoerd, dus moet men er zuinig mee zijn. (Scherl)] door PETER PAUL BERTRAM. (22 Waarom, vroeg Vahoda zich af, had Du schinsky Von Ghetaldi dan toch vermoord? Waanzin? Duschinsky maakte niet den in druk van een waanzinnige. Bleven als mo tieven materieele voordeelen of angst voor de ontdekking en onthulling van compro- mitteerende feiten uit het leven van Du- schinskp. Kon Duschinsky uit den dood van den reisleider eenig materieel voordeel verwach ten? Neen, zei Vahoda, in ieder geval niet rechtstreeks. Bestond er een mogelijkheid, dat Von Ghetaldi iets te weten gekomen was over Duschinsky's verleden? Deze vraag moest voorloopig onbeantwoord blijven. Maax, combineerde Vahoda verder, het antwoord kon slechts ja of neen zijn. Was het neen, dan viel deze mogelijkheid uit. Was het ia. dan moest men hierop verder bouwen. Nemen we dus eens aan, dat Von Ghetaldi werkelijk iets compromitteerend wist over Duschinsky en noemen wij deze wetenschap, als in een wiskundige verge lijking, voorloopig „x". Wat kon Von Ghe taldi met die wetenschap, die Duschinsky bedreigde, gedaan hebben, dat Duschinsky tot moord gedreven werd? Afpersing? Mo gelijk, maar onwaarschijnlijk. Von Ghetaldi was geen afperser. En het kon toch eigen lijk ook niet, dat Von Ghetaldi tijdens de reis kennis van feiten gekregen had, die een afpersing mogelijk maakte. Hoe Vahoda ook dacht, hij kwam niet verder. Laten we het probleem eens van een anderen kant bekijken, beslpot hij onver moeibaar. Van welken aard kon de wetén- schap zijn die Von Ghetaldi verworven had? Misdaad? Neen, dat was zeer onwaarschijn lijk. Wat was die Duschinsky? Fabrikant. Wat kun je over een fabrikant te weten komen? Iets over hem persoonlijk, iets over hem zakelijk. Duschinsky kon bijvoorbeeld bankroet zijn. Of bijna failliet. Maakt een fabrikant die geruïneerd is een tiendaag- schen tocht door Oostenrijk? Niet waar schijnlijk. Of om een uitweg te zoeken, bij voorbeeld door een huwelijk. Mevrouw Fechner! triomfeerde Vahoda. Hij dacht aan de verhalen van de zusters Grabner over 't taaie geduld, waarmede Duschinsky mevrouw Fechner poogde te winnen. Me vrouw Fechner was rijk. En wat had Du schinsky in Liens geroepen, bij de pijnlijke ruzie tusschen hem en Von Ghetaldi in de kamer van mevrouw Fechner? Vahoda raadpleegde - zijn notitieboekje. Daar stond het: Von Ghetaldi had Du schinsky verweten, dat hij mevrouw Fech ner compromitteerde. En Duschinsky had geantwoord, dat het hem niets kon schelen of zgecompromitteerd werd. Hij wilde niet dat Von Ghetaldi hem deze vrouw zou ont stelen. Deze uitdrukking sprak boekdeelen Het kon kloppen. Nemen we dus eens aan, overlegde Va hoda, dat Von Ghetaldi bemerkt heeft, dat Duschinsky wegens het geld mevrouw Fech ner het hof maakte, om zich te redden. Nemen we verder aan, dat Duschinsky's toestand kritiek is. Hoe reageert Duschinsky daarop? Hij moet .verhinderen, dat Von Ghetaldi zijn wetenschap aan mevrouw Fechner mededeelt. Is het waarschijnlijk dat Duschinsky een moord begaat om een, weliswaar compromitteerend, maar niet ge vaarlijk feit voor mevrouw Fechner geheim te houden? De beantwoording van deze vraag viel Vahoda zwaar. Hij voelde dat hij langzaam de werkelijkheid uit het oog verloor. Het is een hypothese, dacht hij bij zichzelf, een speculatie. Voor ik verder zoek, zou ik eigenlijk moeten weten, of Von Ghetaldi werkelijk iets te weten gekomen was. Dat wisten maar twee menschen, Von Ghetaldi en Duschinsky. De een was dood, de ander zou zich wel wachten om een waarheidsge trouw antwoord te geven. Weer was hij op een dood punt gekomen. Maar onverbiddelijk ging hij het probleem van een anderen kant te lijf. Was het Von Ghetaldi mogelijk geweest in den korten tijd, die sedert het vertrek uit Weenen ver streken was, inlichtingen over Duschinsky in te winnen? En waarom zou hij dat ge daan hebben? Of zou Von Ghetaldi op toe vallige wijze er achter gekomen zijn? Dat kon eerder het geval zijn. Plotseling herinnerde Vahoda zich een scène in Velden. Het gezelschap had 's mid dags op het terras gegeten. Toen waren de deelnemers naar het bad gegaan. Terwijl Von Ghetaldi de rekeningen controleerde, was er een kellnerin gekomen, die hem een gevonden portefeuille "kaf. Hij had deze ge opend, een brief er uitgenomen, deze door gekeken en toen gezegd, dat hij van mijn heer Duschinsky was. Op dat oogenblik was Duschinsky teruggekomen, zeer opgewon den, en had gevraagd of er een portefeuille gevonden was. Von Ghetaldi had hem de gevonden portefeuille gegeven. Duschinsky had geïnformeerd, wie de portefeuille ge vonden had en of Von Ghetaldi hem ge opend had. Ghetaldi had geantwoord: een kellnerin en dat hij hem niet geopend had. Toen had Duschinsky opgelucht herademd. Indertijd was deze onwaarheid Vahoda als een begrijpelijke daad van takt voorgeko men, maar nu viel er een ander licht op. Het kon zeer goed zijn, dat Von Ghetaldi toen gezien had, dat Duschinsky geruïneerd was. Dat was natuurlijk allemaal theorie, maar naar het Vahoda toescheen, een juiste Misschien kon dit punt gecontroleerd en bevestigd worden. Nemen wij nu eens als bewezen aan, be gon Vahoda weer opnieuw, dat Duschinsky bang was, dat Von Ghetaldi toch de porte feuille onderzocht had en gezien had, dat hij geruïneerd en op het geld van mevrouw Fechner uit was. Misschien had Von Ghe taldi een toespeling gemaakt. Hoe hebben de dingen zich dan verder ontwikkeld? Vahoda probeerde zich in de plaats van een geruïneerde fabrikant te denken. Wat gebeurt er als iemand geruïneerd is? Fail lissement. Verlies van vermogen. Misschien zelfs een strafrechterlijke vervolging. Me nige geruïneerde zakenman had zelfmoord gepleegd, uit angst voor de catastrophe. Duschinsky had r' lang naar de gunst van mevrouw Fechner gedongen. Vandaar de gemeenschappelijke reis. En nu was iie Von Ghetaldi opgedoken en had zijn plannen gedwarsboomd. Mevrouw Fechner was voor Duschinsky meer dan een vrouw geweest, zb beteekende zijn redding. Toen hij inzag, dat Von Ghetaldi bezig was hem de vrouw af rr kapen, was Duschinsky in een paniekstem ming gevaukt. Waarschijnlijk had hy het hoofa verloren en tot moord sijn toev'ucht genomen. „Ja, zoo moest het gegaan, zijn. Alles klopte. Jaloezie, haat, materieel voordeel, zij het ook indirect en angst voor onthul lingen Hij was een waterdicht motief, dat Vahoda gevonden had. Hij bleef een oogen blik staan doodop van het steeds snellere rondloopen. Hij glimlachte, een beetje trotsch. Op dat oogenblik hoorde hij zachte voet stappen achter zich. Hij keerde zich om en zag hoe gravin Beate uit het kasteel op hem toe kwam. Hij maakte een buiging en wist niet recht of hij moest blijven of weggaan. „Ik stoor u toch niet, mijnheer Vahoda?" vroeg ze, terwijl ze hem vriendelijk aan keek. „Maar natuurlijk niet, mevrouw, hoe zou dat kunnen „Ik zag u steeds maar om den vijver loo- pen, net alsof u over een moeilijk geval na nacht. U heeft zeker geprobeerd het geheim te doorgronden, dat om den moord op mijn heer Von Ghetaldi zweeft." „Inderdaad, mevrouw. Zonder overdrij ving zou men zelfs kunnen zeggen, dat ik er zeer intensief mee bezig ben." „En naar ik hoop met succes. Heeft u'lets ontdekt?" Gravin Beate keek hem vol ver wachting aan. Wat verward knipperde Vahoda achter zijn dikke brilleglazen. .Ontdekt," zei hij ten slotte, „is het ware woord niet. Ik heb nagedacht en een theorie opgesteld, een theorie evenwel, waarvan ik de luistheid eerst dien te bewijzen met feiten. Boven dien ben ik nog niet klaar Mijn theorie le vert het motief voor de daad, maar zegt nog niets over den moord zelf.' Hij zweeg een oogenblik „Maar dat was dan ook het moeilijkste deel van het probleem". (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1941 | | pagina 5