AAN DEN ARBEID!
Binnenland
8f ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD; Zafercfeg Februari 1941
Derde Biad tio. 24814
mNGE ZOUT
Ontheffing voor de inkomsten
belasting in verband mei de
loonbelasting.
Centrale kookgelegen>
heden ten plattelande.
Mogelijkheid tot vorming
van doelcorporaties
De bedrijfsafwikkeling
op de spoorwegemplacementen
Dr. Posthuma over de
landbouwpolitiek.
Nederlandsche schepen
teruggeroepen.
HARDNEKKIGE RHEUMATISCHE PUNE»
MOETEN KRACHTIG WORDEN
AANGEPAKT.
In zulke gevallen is Vange Zout het aan
gewezen middel. Want Vange pakt Uw
kwaal van twee kanten tegelijk aan. Vange
Zout bevat alkali, dat de schadelijke zuren
in Uw gestel verslaat, maar bovendien de
minerale zouten, die noodig zijn om te be
letten, dat pijnverwekkend urinezuur zich
ophoopt in Uw weefsels. - Daarom heeft
Vange Zout redding gebracht in zoo vele
gevallen, waar alle andere middelen faal
den. - Vraag vandaag nog bij Uw apotheker
of drogist een 'bus Vange Zout, voldoende
voor een flinke kuur. f.0:86 p. blik.
Vangt Uw pijn
7297 (Ingez. Med.)'
1. Voor zoover de bevolking door ge
brek aan vaste brandstoffen geen of
onvoldoende warm eten kan bereiden,
ware uwerzijds te bevorderen, dat een
of meer centrale kookgelegenheden
worden georganiseerd, b.v. door het be
schikbaar stellen van keukens van
„Geef ons het boek,
Geef ons de schop,
Kerels met vuist en hart,
En een frisschen kop".
IN VERBAND MET BRANDSTOFFEN-
GEBREK.
Naar aanleiding van de moeilijkheden,
welke de brandstoffenvoorziening bepaal
delijk ten plattelands ondervindt, heeft de
secretaris-generaal van het departement
van handel, nijverheid en scheepvaart zich
beraden, hoe daaraan zooveel mogelijk kan
worden tegemoet gekomen. In verband
hiermede is aan de burgemeesters het vol
gende in overweging gegeven
deugde de boerenorganisatie niet. De markt
kon niet worden beheerscht. Hieruit vloeit
als vanzelf voort het antwoord op de
vraag: in welke richting moeten wij voor
het landbouwbedrijf de verbetering zoeken?
Want dit antwoord kan niet anders zijn
dan in de richting van het beheerschen,
of wil men liever het woord ordenen, van
de markt.
De oplossing van dit vraagstuk is niet
anders te vinden dan wanneer ieder mee
doet en dit meedoen kan dan zijn vrijwil
lig of gedwongen. Er zijn er, die niet mee
willen doen en eerst willen zien hoe de oor
log afloopt. Maar degenen die nu niet mee
doen, moeten goed begrijpen, dat de nieu
we opbouw doorgaat, niet wacht, en dat
er dan heel spoedig een tijd komt. waarin
degenen, die er buiten blijven, er ook ver
der buiten moeten blijven. Laten wij nu
liever, nu het nog tijd is, te zamen bouwen,
opdat straks door een anderen Poot en
misschien ook met andere woorden weer
gedicht kan worden: hoe genoeglijk vliedt
het leven des gerusten landmans heen.
HET SLACHTEN VAN RUNDEREN DOOR
GESTICHTEN EN INSTELLINGEN.
Het rijksbureau voor de voedselvoorzie
ning in oorlogstijd maakt bekend, dat voor
gestichten en instellingen, die de gewoonte
hadden om in de eigen vleeschbehoefte te
voorzien door zelf runderen (en varkens)
te slachten en daarbij over een op grond
van de vleeschkeuringswet goedgekeurde
slachterij beschikken, thans de gelegen
heid is opengesteld cm van de plaatselijke
toewijzingscommissie voor vee en vleesch,
in welker ressort zij gelegen zijn, runderen
en kalveren te ontvangen, nadat tevoren
bij het distributiekantoor ter plaatse een
voldoend aantal bonnen is ingeleverd en
een ontvangstbewijs daarvoor is verkregen.
Dit ontvangstbewijs moet aan de plaat
selijke toewijzingscommissie voor vee en
vleesch worden overgelegd.
G-estichten en instellingen kunnen dus
voortaan slechts runderen slachten, welke
hun door de plaatselijke toewijzingscom
missie zijn toegewezen. 4*^*"
restaurants, café's e.d.
Indien daarvoor meer gas of electriciteit
zou zijn benoodigd dan de toegestane
100 pet. van 1939/1940, zullen de betrok
ken gas- en electriciteitsbedrijven stellig
•tot medewerking bereid worden bevonden.
Mocht geen gas of eleotriciteit aanwezig
zijn, dan zou de burgemeester zich, met
inschakeling van den betrokken distri ets-
adviseur van het rijikskolenbureau, tot den
leider van het centraal distributiekantoor
te 's-Gravenhage kunnen wenden voor een
extra toewijzing van vaste brandstoffen
voor dit bijzondere doel. Ook voor het ver
krijgen van een voorschot resp. extra toe
wijzing voor levensmiddelen zal men zich
tot den leider van het centraal distribu
tiekantoor kunnen wenden.
2. Zoowel voor het bereiden van warm
eten als voor verwarming onder leiding van
den burgemeester een onderlinge hulpver
leening door de bevolking te bevorderen.
In eventueel hieruit voortvloeiende groo-
tere individueele behoeften aan gas, eleo
triciteit of vaste brandstoffen (de laatste
uiteraard tot zeer beperkte hoeveelheden)
zou dan op dezelfde wijze als hierboven
omschreven, kunnen worden voorzien.
De staatscourant van gisteren bevat het
reeds aangekondigde besluit van den secre
taris-generaal van het departement van
financiën tot uitvoering van het besluit op
de loonbelasting.
De eerste drie artikelen van dit besluit
luiden als volgt:
1. Aan dengene die in de belastingen
naar het inkomen over het belastingjaar
1940/41 is aangeslagen uitsluitend ter zake
van opbrengst van in dienstbetrekking
verrichten arbeid en voor 1 Mei 1941 in
komsten geniet, welke aan de loonbelas
ting zijn onderworpen, wordt op zijn ver
zoek een ontheffing van zijn aanslag ver
leend over vier maanden.
2. Aan dengene, die in de belastingen
naar het inkomen over het belastingjaar
1940/41 is aangeslagen mede ter zake van
opbrengst van in dienstbetrekking verrich
ten arbeid en vóór 1 Mei 1941 inkomsten
geniet, welke aan de loonbelasting zijn
onderworpen, wordt op zijn verzoek een
ontheffing op zijn aanslag verleend ten
bedrage van de belasting over vier maan
den. welke verschuldigd zou zijn geweest,
indien hij uitsluitend opbrengst van in
dienstbetrekking verrichten arbeid had ge
noten. De aldus berekende ontheffing mag
echter niet het bedrag van een ontheffing
van zijn aanslag over vier maanden over
treffen.
3. Indien wegens een feit, dat zich vóór
1 Januari 1941 heeft voorgedaan, ingevol
ge artikel 95 der wet op de inkomstenbe
lasting 1914 ontheffing wordt verleend,
wordt de ontheffing ingevolge de vorige
artikelen berekend over de opbrengst van
in dienstbetrekking verrichten arbeid, wel
ke in het overgebleven belastbaar inko
men. bedoeld in het tweede lid van het
genoemde artikel, is begrepen.
In afwachting van de totstandkoming
van de in artikel 1 van het besluit op de
loonbelasting 1940 bedoelde enkele inkom
stenbelasting wordt terzake van feiten,
welke zich na 31 December 1940 voordoen,
geen ontheffing ingevolge hoofdstuk 13 der
wet op de inkomstenbelasting 1914 ver
leend.
EEN NUTTIGE UITVINDING.
Het is een wei algemeen bekend feit,
dat de Nederlandsche Spoorwegen tot
die instellingen behooren, die er prijs
op stellen, dat hun bedrijf zoo econo
misch en practlsch mogelijk functlon-
neert. Vooral de laatste jaren is naar
steeds verdere vervolmaking op dit
gebied gestreefd, en aan dit streven is
het dan ook te danken, dat wij dezer
dagen in de Telegraaf werkplaats van
de Spoorwegen te Utrecht konden ken
nis maken met een apparaat, dat dient
om de bedrijfsafwikkeling op een em
placement zwart op wit vast te leggen
en de bruikbaarheid van de ontworpen
wijziging te toetsen. Men zou dit appa
raat kunnen noemen een „bedrijfsre-
gistreertoestel". Voor een zoo nuttig
mogelijk gebruik van de veelal niet te
ruime stationsemplacementen, die bo-
vendlen meestal historisch gegroeid
zijn en daardoor niet altijd de grootst
mogelijke efficiency waarborgen, is het
gewenscht. dat men:
le. Nauwkeurig kan vastleggen wat
men op het emplacement er nog bij
zou kunnen doen;
2e. In welke mate de vertraging ver
oorzaakt wordt door de gesteldheid van
sporen, wissels en seinen.
3e. Welken invloed een wijziging van
wlsesls en sporen zou gehad hebben op
de opgenomen 'bedrijfsafwikkeling.
Wanneer b.v. uit Gouda een trein bin
nen loopt op het spoor van het Utrecht-
sche Centraalstation, dat het dichtst bij het
Stationsplein is gelegen (het eerste spoor)
dan kan gedurende den tijd, dat de wissels
en seinen voor die beweging gesteld zijn,
geen andere trein aan de n.w. zijde dit
station binnenkomen of verlaten. Het is
voor het zoo nuttig mogelijk gebruik van
het Utrechtsche station dus gewenscht te
weten, hoe lang b.v. deze treinbeweging
duurt en hoeveel tijd andere treinen daar
op moeten wachten.
Hiervoor is nu een speciaal apparaat ge
construeerd, waarop men de handelingen
op het in aanmerking komend seinhuis
kan registreeren en imiteeren. Men doet
zulks door het omzetten van één knop, die
uitsluitend voor die bepaalde treinbewe-
weging is gereserveerd.
De vaak gebruikelijke registratie-methode
die bestaat uit het neerdrukken van inkt-
Pennetjes of zilverstiften op van een tijd-
zerdeeling voorzien papier brengt echter
moeilijkheden mee. Er ontstaan gemakke
lijk onzuivere lijnen, terwijl de weerstand
can het afwisselend aantal schrijvende
pennen of stiften de snelheid van de pa-
Pierbaan kan beïnvloeden. Deze moeilijk
heid is men ontloopen door, inplaats van
Pennen, kleine electrische lampjes te ge
bruiken, die branden zoodra er iets te no-
teeren valt, en die hun lichtschijn werpen
door een klein vierkant gaatje, waartegen
lichtgevoelig (fotografisch) papier ge
drukt wordt, zoodat er na ontwikkeling
een notitie ontstaat.
Het toestel telt 100 knoppen, waarmede
men vrijwel alle emplacementen in ons
«nd kan bedienen.
Aan de constructie van dit apparaat lig-
|en nieuwe gedachten ten grondslag. In
de practijk is het een jaar lang beproefd
en heeft het zijn nut bewezen. De directie
van de spoorwegen heeft het apparaat
doen octroyeeren. Behalve aan dengeen die
'othet uitdenken van dit apparaat kwam.
mag een woord van waardeering zeker niet
onthouden worden aan de telegraafwerk-
P'aats, die een zoo ingewikkeld apparaat
Jist samen te stellen, dat wel de gebrui
kelijke kinderziekten vertoonde, maar des
ondanks onmiddellijk practisch bruikbaar
Week.
NOOIT EEN NADEEL VERBONDEN AAN
EEN OVERVLOED.
Gisteravond heeft dr. F. E. Posthuma,
oud-minister van Landbouw en thans alge
meen adviseur van het Nederlandsch Agra
risch Front, een radiorede gehouden over de'
ontwikkeling der landbouwpolitiek.
Ieder, die op het oogenblik zijn ooren en
oogen goed opent, kan moeilijk ontkennen,
dat er en waarschijnlijk niet alleen door
Europa, maar misschien wel door door de
geheele wereld een strooming merkbaar
is, die van geweldigen invloed zich toont
op het bestaan van den boer. Jarenlang
heeft men hier ook in Nederland getracht in
dezen de boeren te steunen, omdat men
voelde, dat men het moest. Men nam na
tuurlijk de maatregelen, die men in overeen
stemming achtte met het inzicht, dat men
in het vraagstuk had. Doch de maatregelen,
die men nam, nam men met verkeerde in
zichten. Men zag de prijzen van de landbouw
producten dalen en men begreep, dat dan
het bestaan van de boeren in gevaar kwam
en dus zei men: dan moet de Staat er geld
bij geven. Men meende, dat op een bepaald
terrein, met name het Zuivelterrein, het
dalen van de prijzen altijd het gevolg was
van een te groote productie van grondstof
fen en dus zei menwij moeten trachten die
productie van de melk te verkleinen.
Afgescheiden nu nog van het feit, dat dit
niet gelukt is, was ook het inzicht in deze
fout. Er kan nu eenmaal niet een nadeel
verbonden zijn aan een overvloed van het
een of ander op het gebied van de voedings
middelen, mits men dezen overvloed maar in
goede banen verder leidt. Zoolang men het
aandurfde om onze boter aan een niet-
landgenoot voor goed 30 cent te verkoopen
en aan onze eigen werkloozen tezelfder tijd
margarine te eten gaf voor 40 cent, haperde
er aan het inzicht van de crisisbestrijders
veel.
Zoowel voor als na den wereldoorlog
EEN VERORDENING VERSCHENEN.
Het D.N.B. meldt uit To-kio:
Volgens berichten uit Manilla heeft de
Nederlandsche consul aldaar op aanwijzin
gen uit Batavia twee Nederlandsche sche
pen, die zich op weg bevonden naar Hong
kong, resp. Japan, het bevel gegeven on
middellijk naar Manilla terug te keeren.
De Hotsji Sjimiboen meldt naar aanlei
ding hiervan uit Batavia, dat de motleven
voor dit bevel van den consul in Manilla
niet duidelijk vast te stellen zijn. Bij ge
ruchte verluidt echter, dat de naar Londen
uitgeweken Nederlandsche regeering beslo
ten heeft alle Nederlandsche schepen uit
de havens van bepaalde staten terug te
trekken.
UITBREIDINGSPLAN VAN
"s-GRAVENHAGE NIET GOEDGEKEURD.
Gedeputeerde staten van Zuid-Holland
hebben hun goedkeuring onthouden aan
het door den gemeenteraad van 's-Gra
venhage op 11 December 1939 vastgestelde
uitbreidingsplan c.a voor het Zuidwestelijk
gedeelte dier gemeente (plan Ockenburg,
Mae- en Escamppolder).
DE REORGANISATIE DER POLITIE.
Aan het bericht betreffende de instelling
van een commissie, met de taak om van
advies te dienen met betrekking tot de
reorganisatie der politie, kan nog worden
toegevoegd, dat als leden dezer commissie
alsnog zijn aangewezen mr. H. W. J. Mul
der, raadsadviseur aan het departement
van binnenlandsche zaken en mr. W. J. A.
Visser, burgemeester der gemeente Zeist.
A. H J. CANTERS OVERLEDEN.
Donderdag is te Rotterdam op 72-jarigen
leeftijd overleden de heer A. H. J. Canters
gedelegeerd lid van den raad van beheer
van de Erven Wed. van Nolle.
In het verordeningenblad komt voor een
besluit van den secretaris-generaal van het
departement van binnenlandsche zaken
in zake uitbreiding van de in de artikelen
129 tot en met 146 van de gemeentewet ge
regelde mogelijkheid tot vorming van
doelcorporaties.
Dit besluit luidt als volgt:
Artikel 1.
(1). Regelingen ter gemeenschappelijke
behartiging van belangen kunnen door de
gemeenten mede met andere publiekrech
telijke lichamen alsook met stichtingen,
vereenigingen. maatschappijen en natuur
lijke personen, worden getroffen.
(2). Binnen de grenzen hunner bevoegd
heid kunnen mede de burgemeesters voor
de gemeenten dergelijke regelingen treffen
en wel zoowel met de burgemeesters van
andere gemeenten alsook met andere pu
bliekrechtelijke lichamen, met stichtingen,
vereenigingen, maatschappijen en natuur
lijke personen.
(3), De artikelen 129, leden 2 en 3. 130 tot
en met 137 van de gemeentewet vinden
overeenkomstige toepassing.
Artikel 2.
(1). Onverminderd het bepaalde in de
artikelen 138 tot en met 145 en 146 van de
gemeentewet kan de secretaris-generaal
van het departement van binnenlandsche
zaken in het algemeen belang bepalen, dat
gemeenten, hetzij onderling, hetzij met
andere publiekrechtelijke lichamen, met
overeenkomstige toepassing van het be
paalde in artikel 1. leden 2 en 3, van dit
besluit regelingen ter gemeenschappelijke
behartiging van belaneren treffen of be
staande regelingen wijzigen. Hi.i kan de ter
zake noodige aanwijzingen geven.
(2). Indien binnen een door den secre
taris-generaal gestelden tijd de regeling of
de wijziging der regeling niet tot stand
is gekomen, treft hij. den raad van state,
af deeling voor de geschillen van bestuur,
geboord, de noodige voorzieningen.
Artikel 3.
In do gevallen, bedoeld in artikel 1, le
den 1 en 2. en in de gevallen, bedoeld in
artikel 2, voor zoover hot bij deze laatste
gaat om samenwerking tusschen gemeen
ten en andere publiekrechtelijke lichamen
of tusschen burgemeesters onderling, treedt
de secretaris-generaal van het departe
ment van binnonlanlsche zaken in plaats
van gedebuteerde staten als toezichthou
der.^ omraan op.
AvHVpi 4
Du tor za1"0 Vfi'-t r*if bo'luit uit-
voerinesbepalingen worden door den secre
taris-generaal van het departement van
binnenlandsche raken uitgevaardigd. Zij
worden in de Nederlandsche staatscourant
bekend gemaakt.