Waar de Vrouw belang in steil
En dan nog een blouse!
De Leidsche
Bioscoop-Programma's
LESDSCH DAGBLAD - Tweede Bled
Zaterdag 25 Januari 1941
Steeds welkome aanvulling van onze garderobe
Kleine wenken
voor de huisvrouw
AGENDA
Winterhulp Nederland
Als het seizoen vordert en onze „groote
stukken" mantel, japonnetjes, hoeden
al eenigszins de sporen van het gedurig
dragen beginnen te vertoonen, dan zijn èén
of meer blouses een zeer welkome aanvul
ling.
Dat menschen na zoo'n langen winter
van hard werken en zorgen doodelijk ver
moeid kunnen wordenwie onzer be
aamt het niet onmiddellijk, heeft het niet
zelf aan den lijve gevoeld? Maar wist u ook,
dat kleeren „moe" worden?
Toch is dit een feit. Een jurk, die we in
de wintermaanden steevast eiken dag „voor
in huls" aantrekken, omdat ze zoo heerlijk
warm zit en we er nu eenmaal aan gewend
zijn kan er soms opeens zóó kaaltjes en
verfomfaaid uitzien of ze ons toefluistert:
„Laat hre nu eindelijk toch eens een poosje
met rust! Geloof me: ik kan niet meer!"
En diezelfde jurk zal ons, als we aan
haar wensdh gehoor geven en haar, netjes
uitgeborsteld en uitgewaaid in het zonnetje
een tijdje laten hangen, later met een
nieuwen glans van frischheid aankijken en
ons haar dankbaarheid voor het rust-
kuurtje toonen door een nieuwe periode
van trouwen dienst.
Als nu onze jurken de trouwe huis-,
tuin- en keuken japon, het visitejurkje, de
„Zondagsche", met het lengen der dagen
zoo heel erg moe worden, dan is een blouse
voor deze of gene gelegenheid een echte
uitkomst. Blouses wakkeren de fantasie
aan; men kan ze kiezen in allerlei kleurtjes
naar gelang van den rok, waarbij ze moeten
worden gedragen, in allerlei modellen, al
naar de gelegenheid het eischt. Men kan
ze zoo prettig en afwisselend met verschil
lende rokjes, mantelcostuums, vesten en
overgooiers combineeren, zoodat telkens
weer een nieuw, boeiend geheel ontstaat!
En de vrouw, die deze kunst van combi
neeren verstaat, heeft heusoh niet zoo heel
veel kapitaal, noch al haar punten noodig
om er steeds aantrekkelijk uit te zien. Ze
is steeds weer „een heel andere vrouw". Is
dat niet het-, haast onbereikbare mode-
ideaal, waarnaar we allemaal streven?
Wilt u een ideale serie blouses voor
Februari-Maart, dan vindt u deze zeker In
de drie exclusieve modellen, die Alexander
Federer voor ons ontwierp.
Nummer één is een heerlijk warme blouse
van wollen stof, met strakke mouw. Het
aardige van dit model is de naar boven
omgeslagen platte naad van het schouder
stuk, die iets correct-sportlefs geeft. Dit
sportieve is eveneens terug te vinden in de
omgestikte groote zakken met klepjes en
in het heel kleine, geestige kraagje, dat
met een vlinderstrik in afstekenden tint ls
versierd. De rug is geheel glad. Echt mooi
en feestelijk is deze blouse in een goede
■kwaliteit witte wollen stof of flanel met
zachtrood strikje, doch ook andere combi -
natties als b.v. matblauw met parelgrijs,
lichtgroen met beige, zullen het goed doen.
Laat men dit modelletje in zijde uitvoe
ren, dan is het gesohikt voor den over-
Ann WagenaarFederer.
gangstijd, voor de zoele voorjaarsdagen in
Maart en April, die we toch zeker ook na
dezen donkeren winter weer tegemoet gaan.
Nummer 2 is een blouse van een heel
ander karakter. Een echte „avondblouse"
voor een feestelijke gelegenheid. Juist ge
knipt voor dezen winter, nu er van groot
toilet al heel weinig sprake kan zijn. Ze
zal uitstekend staan bij een langen rok,
doch kan ook wel voor minder officieele
uitgangetjes bij een kort rokje worden
gedragen; dat is hefcrgemakkelijk hanteer
bare van dit kleedirigstuk.
Ze is gedacht in-Zeegroene zware zijde
of in brokaatstof. Mouwen voor- en ach
terzijde zijn versierd met oreede strooken
flant in dezelfde tint als de blouse, hetzij
iets lichter of iets donkerder. Ook een ga-
lon met een toetsje goud zal heel fijn staan.
De sluiting met drie knoopjes van voren en
de zeer eenvoudige hals maken, dat de
blouse ondanks haar gekleed voorkomen.,
Rijgen.
Wees zuinig met rijggaren, haal de rijg
draad na het stikken in zijn geheel uit het
werk en wind de draad opnieuw op de klos,
zoodat ze voor de tweede maal gebruikt kan
worden.
Weet u, dat wanneer de machinesteek aan
den onderkant van uw werk niet goed is,
bijv. rijgt, dat dan de bovenspanning niet
in orde is, te los zit; terwijl wanneer de
bovenkant der steek niet goed is, u de fout
aan de onderspanning, dus bij de spoel
moet zoeken?
Knippen.
Sommige stoffen vertoonen een „vleug",
d.w.z. dat er richting aan de stof is en dat
dus alle deelen van het kleedlngstuk in
dezelfde richting geknipt moeten worden,
bijv. fluweel.
Knip zoo zuinig mogelijk, eerst de groote,
daarna de kleinere deelen van het klee
dlngstuk. Bewaar alle restjes, ze kunnen
later te pas komen.
Het inrijgen.
Men steekt tweemaal in een gaatje, het
ijzerdaad wordt dan door het raffia volko
men bedekt (zie schets)De draden worden
zoo noodig aangeknoopt en deze knoopen
worden met wat tu-belijm besmeerd en de
eindjes kort afgeknipt.
Een kapje als op onze foto eischt, daar
men het niet vlak op het papier kan leggen,
nog meer passen en meten. Wat niet weg
neemt, dat na eenige oefening een dergelijk
model U ook geen zorg meer zal geven.
MARGOT VAK CAPELLE—
VAK DUUREN.
HYGËNE BOVENAL
Uw hand is de eerste, die Jozo- of Nezo-
■keukenzout aanraakt. Het is door zijn
hygiënische bereiding 100 °/o zuiver
6472
(Ingez. Med.)
niet te „druk" wordt Een bijzonder voor
naam doel! En dan tot slot een grappig en
apart blousetje voor de gulden degen, dat
de ijskoning werkelijk op de vlucht slaat.
Kimt u zich iets prettigers en smaakvollers
voorstellen dan deze sportieve blouse onder
uw nieuw voorjaascostuiumpje?
Ze is vervaardigd van zij of van dunne
wol, heeft een dubbelen kraag, dubbele
knoopen en een dubbelen rand stiksels als
versiering. Heer aardig zal ze het doen in
allerlei pasteltinten als zalm, lichtblauw,
zachtgeel, 'resedagroen. waarbij dan de
knoopen in een iets donkerder tint worden
gekozen.
Het blousetje heeft een aangenaaid
ceintuurtje en valt over den rok.
Een wensohdroom van elke bakvisch en
van iedere vrouw, die zich jong voelt en
naar den zomer verlangt!
R.
Zondag.
Evang. Clir. Gem.: Samenkomsten te 10%
uur voorm. en uur nam.
Lido-Theater: Arbeiderstooneelver. „D.O.8.",
Een huis vol herrie", 10 uur voorm.
Schouwburg: Abonnementsvoorstelling „Vader
thuis". 2 uur nam.
Volkshuis: Concert Co Opdam en Jannie van
Wering. 3 uur nam.
BIOSCOPEN,
t 18 Jaar; 14 laar; aOe leeftijden.
Luxor-theater, Stationsweg: „De postmeester" t,
Dagelijks nam. 2 en 8 uur. 's Zondags 2—7
uur doorl. voorstelling,
Lido-theater, Steenstraat 39: „Cupido in de
benzine"
Dagelijks 7% --uur aam.; '8 Zondags te 2, 4.30
eD m u Woensd ep Zaterd matinée 2.30 u.
Trianon-theater, Breestraat: „Liefde op ski's"
Dagelijks 2 en 8 u. 's Zondags van 2—6.30
uur doorl voorstelling.
Casino-Theater, Hoogewoerd 48:. „Een zekere
meneer Gran" V Dagelijks 8 uur; Zaterdags
ook 2y> uur. Zondags te 2, 4^ en 8 uur.
Rex-Theater, Haarlemmerstraat: „De spion" t.
Dagelijks 2 en 8 uur nam.; 's Zondags van
26.30 uur doorl. voorstelling.
Nova-Theater (Katwijk a. Zee): 7% uur nam.
'sZondags gesloten, Nanette".
De avond-, nacht- en Zondagsdienst der
apotheken te Leiden wordt van Zaterdag 18
Jan, 20 uur tot Zaterdag 25 Januari 8 uur
waargenomen door de Apotheek Duyster, Nieuwe
Rijn 18, Tel. 20523.
Te Oegstgeest: de Oegstgeester Apotheek,
Wilhelminapark 8. Tel. 26274.
De avond-, nacht- en Zondagsdienst der
apotheken te Leiden wordt van Zaterdag 25
Januari 20 uur tot Zaterdag 1 Februari 8 uur
waargenomen door de apotheek Kok, Rapen
burg 9, tel. 24807 en de apotheek „Tot Hulp der
Menschheld", Hooigracht 48, Tel. 21060.
Te Oegstgeest wordt deze dienst waargeno
men door deOegstgeestsche Apotheek, Wilhel
minapark 8, tel. 26274.
De geneeskundige Zondagsdienst wordt van
Zaterdagavond 8 uur tot Maandagmorgen 8 uur
waargenomen door de doctoren van Alphen. v.
d. Hoeven, de Graaff, Kors, Renaud en Simons.
Te Oegstgeest wordt deze dienst dan waar
genomen door dr. Leemhuis, tel. 22030.
LUCHTTEMPERATUUR,
9 uur voorm.: 1 gr. C. (34 gr. F.).
Gironummer ma de W. H. N.
5553.
De Bank van de W. H. N. Is
Kasvereenlging N.V. Amster
dam, Postgironummer
877.
Stort op 5553 oi 877,
Ge brengt geluk in veler leven.
Rex-Theater, Reeds vele malen heeft
de splonnage tot onderwerp voor span
nende films gediend en zoo ook in de film
„De Spion", die deze week in bovengenoemd
theater draait. Hierin ziet men echter niet
alleen het werk der spionnen maar tevens
dat der contra-spionnage in samenwer
king met de politie. Nadat de spionnen
zich door middel van een ingenieur, die
door den omgang met een veeleischende
vriendin diep in de schulden zit, verzekerd
hebben van een kleine uitvinding, blijkt
al spoedig dat zij aan deze uitvinding
niets hebben, aangezien ze al bekend is.
Toch heeft zij wel haar voordeel, want
hiermede chanteeren zij den ingenieur en
pressen hem ertoe een groot waterwerk
plan te stelen. Ondertusschen heeft een
ander Ud van de bende zich uitgegeven
als mecanicien bij een vliegtuigfabriek en
gaat er op een gegeven moment met het
nieuwste type vliegtuig vandoor. Een ach
tervolging schijnt nutteloos te zijn, want
het is een zeer snelle machine, maar met
behulp van alle mogelijke afdeelingen
slaagt men erin het vliegtuig omlaag te
schieten. De leider der bende Morris (Willy
Birgel) heeft echterook niet stilgezeten
en heeft connecties aangeknoopt met een
militair van de pantserafdeeling. Dit
wordt hem noodlottig, want wanneer het
den jongen duidelijk wordt, welk spel er
gespeeld wordt, aarzelt hij geen oogenblik,
maar begeeft zich onverwijld naar zijn
commandant, die terstond het geheele ap
paraat der contra-spionnage in werking
zet. Wanneer Morris zich naar het huis
av ir. Brockau begeeft is deze intusschen
reeds gearresteerd en slaagt men er in
Morris eveneens gevangen te nemen.
Brockau ligt zwaar gewond en bewusteloos
en toch is hij de eenige man, die weet
waar de andere leden der bende zijn. Ein
delijk komt hij even bij bewustzijn en di
rect stelt men hem de vraag waar de an
dere spion is. Zacht komt het over zijn
lippen dat ze met den trein van halfacht
naar Hamburg zijn. Dit ls genoeg en na
een spannende race met den trein, brengt
men dezen tot stilstand en achtervolgt
men den uit den trein gesprongen bandiet,
die ten slotte ln het moeras verdrinkt. Voor
de pauze draaien wereldnieuws en een
komische één-acter.
Luxor-theater Na een uitgebreid voor
programma, waarvan in het bijzonder een
ongemeen interessant filmpje over het
leven der snoeken de aandacht boeit, wordt
als hoofdschotel opgedischt het prachtige
Afa-filmwerk. „De postmeester", waarin
Heinrich George op weergalooze wijze de
titelrol vertolkt.
Het begin der film toont hem a*s de een
voudige postmeester, die temidden van het
Russische steppengebied zijn taak ln een
zaamheid vervult. Hij leeft samen met zijn
dochtertje (Hilde Krahl) en de eenige af
wisseling in hun eentonig bestaan vormen
de korte bezoeken der voorbijtrekkende rei
zigers, die hier eenige oogenblikken vertoe
ven, terwijl hun koets van versche paarden
wordt voorzien. Vele bezoekers komen onder
de bekoring van Dunja's schoonheid; zoo
ook de ritmeester Mynski, die in haar het
verlangen naar de groote wereld in Peters
burg weet te doen ontbranden en haar
overreedt hem naar de Russische hoofdstad
te vergezellen. De oude postmeester blijft
eenzaam achter in de eindelooze sneeuw
velden, maar hij berust in zijn lot, denken
de dat zijn dochter als de bruid van Mynski
is heengegaan. Het gerucht dringt echter
ook in het gehucht, waar hij woont door,
dat zijn dochter in de groote stad leeft als
een deerne. Dat is te veel voor den eenvou-
digen boer en hij begeeft zich naar Peters-
burg, teneinde zich met eigen oogen van
den stand van zaken te overtuigen en zoo
noodig Dun ja. Mynski en zichzelf van het
leven te berooven. Inmiddels heeft eerst
genoemde na den eersten roes van de at
tracties eener wereldstad al spoedig genoeg
van de verdorven sfeer en zij trekt zich
terug in een kazernewoning, waar zij met
het werk harer handen den kost verdient.
Het toeval brengt haar in aanraking met
een jongen vaandrig Mltsja en het duurt
niet lang of er bestaat een diepe genegen
heid tusschen hen.
Wanneer Dun ja, wier verleden voor Mits ja
een geheim is, verneemt met welke bedoe
lingen haar vader haar wil bezoeken, weet
zij Mynski te bewegen een schijnhuwelijk
te enscenseeren teneinde haar vader, van
wien zij zielsveel houdt, de schande van de
werkelijkheid te verhelen. De opzet lukt
volkomen, doch ongelukkiger wijze behoort
ook Mitsja tot de gasten en dit leidt tot
een catastrophe tusschen Dunja en hem.
Voor haar vader weet zij de ware verhou
ding verborgen te houden en uitgeleide ge
daan door den geheelen gefingeerden brui
loftsstoet, vertrekt de oude man den vol
genden dag gerustgesteld naar zijn dorpje.
Het is een afscheid voor altijd geweest,
want Dunja ziet geen uitweg in het warnet
van complicaties en maakt een einde aan
haar leven
Op haar sterfbed smeekt zij Mynski haar
vader onkundig te laten omtrent de tragiek
van haar leven en den droevlgen afloop en
hem mede te deelen, dat zij als gehuwde
vrouw is gestorven, welken wensch Mynski
eerbiedigt.
Dit is, zeer in het kort, de hoofdinhoud
van deze even krachtig geënsceneerde als
gespeelde film, waarin Heinrich George,
wederom blijk geeft van zijn groot filmta
lent, daarbij voortreffelijke gesecundeerd
door Hilde Krahl, Siegfried, Hans Holt e.a.
„De postmeester" is een film waaraan de
herinnering blijvend zal zijn.
Lido-Theater Wie den beroemden Ween-
schen zanger Leo Slezak vroeger meermalen
persoonlijk gehoord heeft in de Weensche
opera als hoofdfiguur in een van Wagner's
ernstige opera's, verbaast zich thans over
de geweldige vitaliteit van dezen thans 65-
jarigen tenor, van wien niet slechts zijn
zingen, doch ook zijn humor en komische
actie een wereldbekendheid geniet.
Leo Slezak is het proto-type van den ge-
moedelij'ken Oostenrijker, die in de film
„Cupido in de Benzine" het voorbeeld is
van den rasechten Weenschen „Fiaker" en
wel de laatste van dit onverwoestbare ge
slacht van, vooral in dezen tijd, onmisbare
koetsiers. Deze film lijkt ons echter reeds
vervaardigd, vóór de huidige periode van
benzineschaarschte, anders zou dit thema
wei op het tapijt gebracht zijn in een film.
waarin zóó de lof van den Weenschen fia
ker bezongen wordt en men de tegenstel
ling koetsier-chauffeur toch reeds aantipt!
Doch dit ter zijde: hoofdzaak is, dat Leo
Slezak de fiakerdynastie niet wil laten uit
sterven en de hand van zijn charmante
dochter belooft aan dengeen, die hem in
zijn eervol Weensch beroep kan opvolgen.
Maar, er zijn in dit verband de noodige
complicaties want het meisje heeft den
zoon van den Hofrat Lobmeyer leeren ken
nen,, die ook een oogje op haè.r heeft laten
vallen. De jonge Lobmeyer weet niet, dat
zij de dochter van den fiaker Weinzierl is,
die zijn vader eertijds zoovele malen tijdens
boemelpartijtjes door Weenen reed, maar
ten slotte komt hij dat wél te weten, maar
op een manier die nóch voor hem, nóch
voor het meisje, nóch voor den fiaker ple
zierig is
Het heeft heel wat voeten in de aarde,
voor en aleer Lobmeyer Jr. het meisje in het
prachtig versierde rijtuigje van den Wee
nen' s laatsten fiaker naar het altaar kan
voeren, in de plaats van dengeen, dien
Weinzierl voor haar bestemd had, maar die
de chef van een taxi-onderneming bleek
te zijn. Doch als dit gebeurt, verheugen wij
ons allen over den gelukkigen afloop van
deze eoht-Weensch gemoedelijke geschie
denis, waarin wij met Lobmeyer's dienst
knecht o.a. een ritje in Weinzierl's vige-
lante door de Oostenrijksche hoofdstad
meemaken, waarbij Weenen's schoonheid
zich nog eens voor ons oog ontrolt: de opera
de Ring, het Rathaus, het Parlementsge
bouw, het Burgtheater enz.
Leo Slezak zingt met het grootste succes
zijn beroemd „Wiener Fiakerlied" de actrice
Lizzi Holzschuh is de lieftallige dochter van
den Weenschen koetsier, Hans Holt haar
partner en Rudolf Carl diens geestige huis
knecht
Weensche humor en een gezellige intrige
bezorgen den toeschouwer een allergenoeg
lijkst uurtje, dat U de zorgen van den tijd
volledig doet vergeten.
Het sausje sentimentaliteit, waarmee het
geheel is overgoten, accepteert men gaarne
omdat het er zoo volkomen bij past: Wee
nen zonder lach, maar ook zonder den traan
zou niet het ware Weenen zijn!
Voor de pauze gaat eerst een serie inte
ressante actualiteiten, v/aarna de „Young
Rambling Cowboy's" succes behalen met
hun Amerikaansche liedjes.
Casino-Thetater Hans Albers speelt in
de film „Een zekere mijnheer Gran" weer
de traditioneele rol van avonturier, detecti
ve en charmeur Als lid van den Geheimen
Dienst van een niet nader genoemd land
maakt hij, onder den naam Gran, jacht op
een gestolen uitvinding, die zijn land groote
voordeelen kan brengen bij de afweer van
vliegtuigen. In Venetië huist een deel van
de bende, die de uitvinding aan verschil
lende landen aanbiedt. Hier belandt ook
Gran, die op onderzoek uitgaat en op lis
tige wijze den onderhandelaar op nonac-
tief weet te stellen. In zijn plaats gaat hij
naar Rome, om daar de vertegenwoordigers
te ontmoeten van de gegadigden der uit
vinding. Hij kan echter niet de plaats vast
stellen, waar de gewichtige documenten
zijn opgeborgen, totdat hij, dank zij een
toeval, ontdekt dat deze zijn overgeteekend
op een doek, waarop later een schilderij is
vervaardigd. De jacht op dit schilderij, die
thans ontstaat tusschen Gran en verschil
lende leden van de bende, die het ten eigen
bate willen bemachtigen, vormt wel het
spannendste gedeelte van de film. Op het
laatste oogenblik wordt het de bende dui
delijk. dat Gran niet degene is. die hij voor
geeft te zijn. doch agent van den Geheimen
Dienst van het benadeelde land. Doch dan
blijkt het te laat te zijn, dank zijn Gran's
listig optreden, om de documenten nog te
achterhalen. Deze zijn inmiddels reeds in
veiligheid gebracht in het gezantschap.
Tot slot komt de buitendienstgestelde on
derhandelaar van zijn onvrijwillige rust
weder opduiken, doch hij kan dadelijk wor
den gearresteerd. Een echter avonturenfilm
uit een vroege periode van Hans Albers'
loopbaan a'.s avonturier en vrijbuiter.
Voor de pauze draait een andere, korte
detective-film, „de Scarabs" genaamd,
waarin een duistere moordzaak tot klaar
heid wordt gebracht.
Bovendien wordt een uitgebreid wereld
nieuws op het doek gebracht.
Trianon-theater Als gij houdt van de
sneeuw, van de zon en de bergen, vergeet
dan niet deze week in Trianon te gaan
kijken! Als gij houdt van de sld-sport, van
den „witten zomer", die je gezondheid geeft
en levensvreugde, toe neem dan de moeite
om de film te zien, welke zich aandient on
der den pretentieloozen titel „Liefde op
ski's"Anny On dra speelt er de hoofd
rol in, u weet wel: de echtgenoote van den
bef aamden bokser Max Schmeling. Na een
reeks van komische rollen heeft men Anny
Ondra niet meer op het zilveren doek ge
zien, maar nu is zij dan toch terug en het
is een waar amusement voor den liefhebber
van de wintersport om deze lenige en char
mante actrice in deze film in actie te zien.
Van de ski-sport kent zij niet bijster veel,
denkt ge in den aanvang als zij pas in het
stille, wat armzalige hotel „Berghof" is
aangekomen en les neemt van Tony, den
knappen zoon van den waard. Maar pas
op: dra merkt ge uw vergissing! Want die
mooie, maar soms wat vreemd doende juf
frouw Dorothee, waarop heel het mannen
dom verliefd schijnt te worden, komt in
eens tot giansch andere prestaties als zij
uit het gezicht van haar nieuwe „Berghof-
kennissen verdwenen is. Dan suist zij op
haar prachtige ren-skies door het schit
terende terrein, draait haar bogen en Kri-
stiania's op feillooze manier, doet de
„pulver-sneeuw" in wolken achter zich om
hoog stuivên, kortom toont zich een mees
teres in het vak!
Intusschen weet men in „Berghof" niet
dat Dorothee het zich in het hoofd heeft
gezet te zorgen, dat de eigenaar uit de
financieele moeilijkheden komt. Die wil
het hotelletje verkoopen, maar Dorothee
weet er wat anders op: lokt de tientallen
gasten van het naburige, deftige „Gipfel-
blick" naar „Berghof", laat ze er feest vie
ren, musiceeren. dansen en jodelen, in één
woord: brengt den gang er in. En haalt tot
slot haai' rijken Papa over de noodige dui
ten in de zaak te steken om een en ander
te moderniseeren en aan de eischen aan te
passen. Waarna zij er wellicht nog eens ols
waardin zal fungeerenDoch zóóver veert
het verhaal ons niet en wij zijn al tevreden
als Dorothee en Tony elkaar in de armen
vallen.
Deze .voortreffelijk gespeelde en buiten
gewoon goed geregisseerde film wordt voor
afgegaan door een uitvoerig journaal,
waarin opnamen van de Nederlandsche ski-
kampicenschaoDen op den Darthuizerbers
en een bela^^-wekkende film van de in 1939
aan b°ide oevers van het meer van Zurich
gehouden nationale tentoonstelling. De
cameraman wa.s er op een zon rd eren. maar
stillen dag (wij zelf zag^n de expositie h-
oo,i tiH toen sommige d?o-pn meer de.n
i?Q (W) bov.opkers brachten1°n dat !c: 'J-
kwalit-eit onna .men ten eoed3
gekomen. Ook voor wie de tentoonstelling
nooit zag, is er veel te waardeeren
2—2