Waar de Vrouw belang in steil En dan nog een blouse! De Leidsche Bioscoop-Programma's LESDSCH DAGBLAD - Tweede Bled Zaterdag 25 Januari 1941 Steeds welkome aanvulling van onze garderobe Kleine wenken voor de huisvrouw AGENDA Winterhulp Nederland Als het seizoen vordert en onze „groote stukken" mantel, japonnetjes, hoeden al eenigszins de sporen van het gedurig dragen beginnen te vertoonen, dan zijn èén of meer blouses een zeer welkome aanvul ling. Dat menschen na zoo'n langen winter van hard werken en zorgen doodelijk ver moeid kunnen wordenwie onzer be aamt het niet onmiddellijk, heeft het niet zelf aan den lijve gevoeld? Maar wist u ook, dat kleeren „moe" worden? Toch is dit een feit. Een jurk, die we in de wintermaanden steevast eiken dag „voor in huls" aantrekken, omdat ze zoo heerlijk warm zit en we er nu eenmaal aan gewend zijn kan er soms opeens zóó kaaltjes en verfomfaaid uitzien of ze ons toefluistert: „Laat hre nu eindelijk toch eens een poosje met rust! Geloof me: ik kan niet meer!" En diezelfde jurk zal ons, als we aan haar wensdh gehoor geven en haar, netjes uitgeborsteld en uitgewaaid in het zonnetje een tijdje laten hangen, later met een nieuwen glans van frischheid aankijken en ons haar dankbaarheid voor het rust- kuurtje toonen door een nieuwe periode van trouwen dienst. Als nu onze jurken de trouwe huis-, tuin- en keuken japon, het visitejurkje, de „Zondagsche", met het lengen der dagen zoo heel erg moe worden, dan is een blouse voor deze of gene gelegenheid een echte uitkomst. Blouses wakkeren de fantasie aan; men kan ze kiezen in allerlei kleurtjes naar gelang van den rok, waarbij ze moeten worden gedragen, in allerlei modellen, al naar de gelegenheid het eischt. Men kan ze zoo prettig en afwisselend met verschil lende rokjes, mantelcostuums, vesten en overgooiers combineeren, zoodat telkens weer een nieuw, boeiend geheel ontstaat! En de vrouw, die deze kunst van combi neeren verstaat, heeft heusoh niet zoo heel veel kapitaal, noch al haar punten noodig om er steeds aantrekkelijk uit te zien. Ze is steeds weer „een heel andere vrouw". Is dat niet het-, haast onbereikbare mode- ideaal, waarnaar we allemaal streven? Wilt u een ideale serie blouses voor Februari-Maart, dan vindt u deze zeker In de drie exclusieve modellen, die Alexander Federer voor ons ontwierp. Nummer één is een heerlijk warme blouse van wollen stof, met strakke mouw. Het aardige van dit model is de naar boven omgeslagen platte naad van het schouder stuk, die iets correct-sportlefs geeft. Dit sportieve is eveneens terug te vinden in de omgestikte groote zakken met klepjes en in het heel kleine, geestige kraagje, dat met een vlinderstrik in afstekenden tint ls versierd. De rug is geheel glad. Echt mooi en feestelijk is deze blouse in een goede ■kwaliteit witte wollen stof of flanel met zachtrood strikje, doch ook andere combi - natties als b.v. matblauw met parelgrijs, lichtgroen met beige, zullen het goed doen. Laat men dit modelletje in zijde uitvoe ren, dan is het gesohikt voor den over- Ann WagenaarFederer. gangstijd, voor de zoele voorjaarsdagen in Maart en April, die we toch zeker ook na dezen donkeren winter weer tegemoet gaan. Nummer 2 is een blouse van een heel ander karakter. Een echte „avondblouse" voor een feestelijke gelegenheid. Juist ge knipt voor dezen winter, nu er van groot toilet al heel weinig sprake kan zijn. Ze zal uitstekend staan bij een langen rok, doch kan ook wel voor minder officieele uitgangetjes bij een kort rokje worden gedragen; dat is hefcrgemakkelijk hanteer bare van dit kleedirigstuk. Ze is gedacht in-Zeegroene zware zijde of in brokaatstof. Mouwen voor- en ach terzijde zijn versierd met oreede strooken flant in dezelfde tint als de blouse, hetzij iets lichter of iets donkerder. Ook een ga- lon met een toetsje goud zal heel fijn staan. De sluiting met drie knoopjes van voren en de zeer eenvoudige hals maken, dat de blouse ondanks haar gekleed voorkomen., Rijgen. Wees zuinig met rijggaren, haal de rijg draad na het stikken in zijn geheel uit het werk en wind de draad opnieuw op de klos, zoodat ze voor de tweede maal gebruikt kan worden. Weet u, dat wanneer de machinesteek aan den onderkant van uw werk niet goed is, bijv. rijgt, dat dan de bovenspanning niet in orde is, te los zit; terwijl wanneer de bovenkant der steek niet goed is, u de fout aan de onderspanning, dus bij de spoel moet zoeken? Knippen. Sommige stoffen vertoonen een „vleug", d.w.z. dat er richting aan de stof is en dat dus alle deelen van het kleedlngstuk in dezelfde richting geknipt moeten worden, bijv. fluweel. Knip zoo zuinig mogelijk, eerst de groote, daarna de kleinere deelen van het klee dlngstuk. Bewaar alle restjes, ze kunnen later te pas komen. Het inrijgen. Men steekt tweemaal in een gaatje, het ijzerdaad wordt dan door het raffia volko men bedekt (zie schets)De draden worden zoo noodig aangeknoopt en deze knoopen worden met wat tu-belijm besmeerd en de eindjes kort afgeknipt. Een kapje als op onze foto eischt, daar men het niet vlak op het papier kan leggen, nog meer passen en meten. Wat niet weg neemt, dat na eenige oefening een dergelijk model U ook geen zorg meer zal geven. MARGOT VAK CAPELLE— VAK DUUREN. HYGËNE BOVENAL Uw hand is de eerste, die Jozo- of Nezo- ■keukenzout aanraakt. Het is door zijn hygiënische bereiding 100 °/o zuiver 6472 (Ingez. Med.) niet te „druk" wordt Een bijzonder voor naam doel! En dan tot slot een grappig en apart blousetje voor de gulden degen, dat de ijskoning werkelijk op de vlucht slaat. Kimt u zich iets prettigers en smaakvollers voorstellen dan deze sportieve blouse onder uw nieuw voorjaascostuiumpje? Ze is vervaardigd van zij of van dunne wol, heeft een dubbelen kraag, dubbele knoopen en een dubbelen rand stiksels als versiering. Heer aardig zal ze het doen in allerlei pasteltinten als zalm, lichtblauw, zachtgeel, 'resedagroen. waarbij dan de knoopen in een iets donkerder tint worden gekozen. Het blousetje heeft een aangenaaid ceintuurtje en valt over den rok. Een wensohdroom van elke bakvisch en van iedere vrouw, die zich jong voelt en naar den zomer verlangt! R. Zondag. Evang. Clir. Gem.: Samenkomsten te 10% uur voorm. en uur nam. Lido-Theater: Arbeiderstooneelver. „D.O.8.", Een huis vol herrie", 10 uur voorm. Schouwburg: Abonnementsvoorstelling „Vader thuis". 2 uur nam. Volkshuis: Concert Co Opdam en Jannie van Wering. 3 uur nam. BIOSCOPEN, t 18 Jaar; 14 laar; aOe leeftijden. Luxor-theater, Stationsweg: „De postmeester" t, Dagelijks nam. 2 en 8 uur. 's Zondags 2—7 uur doorl. voorstelling, Lido-theater, Steenstraat 39: „Cupido in de benzine" Dagelijks 7% --uur aam.; '8 Zondags te 2, 4.30 eD m u Woensd ep Zaterd matinée 2.30 u. Trianon-theater, Breestraat: „Liefde op ski's" Dagelijks 2 en 8 u. 's Zondags van 2—6.30 uur doorl voorstelling. Casino-Theater, Hoogewoerd 48:. „Een zekere meneer Gran" V Dagelijks 8 uur; Zaterdags ook 2y> uur. Zondags te 2, 4^ en 8 uur. Rex-Theater, Haarlemmerstraat: „De spion" t. Dagelijks 2 en 8 uur nam.; 's Zondags van 26.30 uur doorl. voorstelling. Nova-Theater (Katwijk a. Zee): 7% uur nam. 'sZondags gesloten, Nanette". De avond-, nacht- en Zondagsdienst der apotheken te Leiden wordt van Zaterdag 18 Jan, 20 uur tot Zaterdag 25 Januari 8 uur waargenomen door de Apotheek Duyster, Nieuwe Rijn 18, Tel. 20523. Te Oegstgeest: de Oegstgeester Apotheek, Wilhelminapark 8. Tel. 26274. De avond-, nacht- en Zondagsdienst der apotheken te Leiden wordt van Zaterdag 25 Januari 20 uur tot Zaterdag 1 Februari 8 uur waargenomen door de apotheek Kok, Rapen burg 9, tel. 24807 en de apotheek „Tot Hulp der Menschheld", Hooigracht 48, Tel. 21060. Te Oegstgeest wordt deze dienst waargeno men door deOegstgeestsche Apotheek, Wilhel minapark 8, tel. 26274. De geneeskundige Zondagsdienst wordt van Zaterdagavond 8 uur tot Maandagmorgen 8 uur waargenomen door de doctoren van Alphen. v. d. Hoeven, de Graaff, Kors, Renaud en Simons. Te Oegstgeest wordt deze dienst dan waar genomen door dr. Leemhuis, tel. 22030. LUCHTTEMPERATUUR, 9 uur voorm.: 1 gr. C. (34 gr. F.). Gironummer ma de W. H. N. 5553. De Bank van de W. H. N. Is Kasvereenlging N.V. Amster dam, Postgironummer 877. Stort op 5553 oi 877, Ge brengt geluk in veler leven. Rex-Theater, Reeds vele malen heeft de splonnage tot onderwerp voor span nende films gediend en zoo ook in de film „De Spion", die deze week in bovengenoemd theater draait. Hierin ziet men echter niet alleen het werk der spionnen maar tevens dat der contra-spionnage in samenwer king met de politie. Nadat de spionnen zich door middel van een ingenieur, die door den omgang met een veeleischende vriendin diep in de schulden zit, verzekerd hebben van een kleine uitvinding, blijkt al spoedig dat zij aan deze uitvinding niets hebben, aangezien ze al bekend is. Toch heeft zij wel haar voordeel, want hiermede chanteeren zij den ingenieur en pressen hem ertoe een groot waterwerk plan te stelen. Ondertusschen heeft een ander Ud van de bende zich uitgegeven als mecanicien bij een vliegtuigfabriek en gaat er op een gegeven moment met het nieuwste type vliegtuig vandoor. Een ach tervolging schijnt nutteloos te zijn, want het is een zeer snelle machine, maar met behulp van alle mogelijke afdeelingen slaagt men erin het vliegtuig omlaag te schieten. De leider der bende Morris (Willy Birgel) heeft echterook niet stilgezeten en heeft connecties aangeknoopt met een militair van de pantserafdeeling. Dit wordt hem noodlottig, want wanneer het den jongen duidelijk wordt, welk spel er gespeeld wordt, aarzelt hij geen oogenblik, maar begeeft zich onverwijld naar zijn commandant, die terstond het geheele ap paraat der contra-spionnage in werking zet. Wanneer Morris zich naar het huis av ir. Brockau begeeft is deze intusschen reeds gearresteerd en slaagt men er in Morris eveneens gevangen te nemen. Brockau ligt zwaar gewond en bewusteloos en toch is hij de eenige man, die weet waar de andere leden der bende zijn. Ein delijk komt hij even bij bewustzijn en di rect stelt men hem de vraag waar de an dere spion is. Zacht komt het over zijn lippen dat ze met den trein van halfacht naar Hamburg zijn. Dit ls genoeg en na een spannende race met den trein, brengt men dezen tot stilstand en achtervolgt men den uit den trein gesprongen bandiet, die ten slotte ln het moeras verdrinkt. Voor de pauze draaien wereldnieuws en een komische één-acter. Luxor-theater Na een uitgebreid voor programma, waarvan in het bijzonder een ongemeen interessant filmpje over het leven der snoeken de aandacht boeit, wordt als hoofdschotel opgedischt het prachtige Afa-filmwerk. „De postmeester", waarin Heinrich George op weergalooze wijze de titelrol vertolkt. Het begin der film toont hem a*s de een voudige postmeester, die temidden van het Russische steppengebied zijn taak ln een zaamheid vervult. Hij leeft samen met zijn dochtertje (Hilde Krahl) en de eenige af wisseling in hun eentonig bestaan vormen de korte bezoeken der voorbijtrekkende rei zigers, die hier eenige oogenblikken vertoe ven, terwijl hun koets van versche paarden wordt voorzien. Vele bezoekers komen onder de bekoring van Dunja's schoonheid; zoo ook de ritmeester Mynski, die in haar het verlangen naar de groote wereld in Peters burg weet te doen ontbranden en haar overreedt hem naar de Russische hoofdstad te vergezellen. De oude postmeester blijft eenzaam achter in de eindelooze sneeuw velden, maar hij berust in zijn lot, denken de dat zijn dochter als de bruid van Mynski is heengegaan. Het gerucht dringt echter ook in het gehucht, waar hij woont door, dat zijn dochter in de groote stad leeft als een deerne. Dat is te veel voor den eenvou- digen boer en hij begeeft zich naar Peters- burg, teneinde zich met eigen oogen van den stand van zaken te overtuigen en zoo noodig Dun ja. Mynski en zichzelf van het leven te berooven. Inmiddels heeft eerst genoemde na den eersten roes van de at tracties eener wereldstad al spoedig genoeg van de verdorven sfeer en zij trekt zich terug in een kazernewoning, waar zij met het werk harer handen den kost verdient. Het toeval brengt haar in aanraking met een jongen vaandrig Mltsja en het duurt niet lang of er bestaat een diepe genegen heid tusschen hen. Wanneer Dun ja, wier verleden voor Mits ja een geheim is, verneemt met welke bedoe lingen haar vader haar wil bezoeken, weet zij Mynski te bewegen een schijnhuwelijk te enscenseeren teneinde haar vader, van wien zij zielsveel houdt, de schande van de werkelijkheid te verhelen. De opzet lukt volkomen, doch ongelukkiger wijze behoort ook Mitsja tot de gasten en dit leidt tot een catastrophe tusschen Dunja en hem. Voor haar vader weet zij de ware verhou ding verborgen te houden en uitgeleide ge daan door den geheelen gefingeerden brui loftsstoet, vertrekt de oude man den vol genden dag gerustgesteld naar zijn dorpje. Het is een afscheid voor altijd geweest, want Dunja ziet geen uitweg in het warnet van complicaties en maakt een einde aan haar leven Op haar sterfbed smeekt zij Mynski haar vader onkundig te laten omtrent de tragiek van haar leven en den droevlgen afloop en hem mede te deelen, dat zij als gehuwde vrouw is gestorven, welken wensch Mynski eerbiedigt. Dit is, zeer in het kort, de hoofdinhoud van deze even krachtig geënsceneerde als gespeelde film, waarin Heinrich George, wederom blijk geeft van zijn groot filmta lent, daarbij voortreffelijke gesecundeerd door Hilde Krahl, Siegfried, Hans Holt e.a. „De postmeester" is een film waaraan de herinnering blijvend zal zijn. Lido-Theater Wie den beroemden Ween- schen zanger Leo Slezak vroeger meermalen persoonlijk gehoord heeft in de Weensche opera als hoofdfiguur in een van Wagner's ernstige opera's, verbaast zich thans over de geweldige vitaliteit van dezen thans 65- jarigen tenor, van wien niet slechts zijn zingen, doch ook zijn humor en komische actie een wereldbekendheid geniet. Leo Slezak is het proto-type van den ge- moedelij'ken Oostenrijker, die in de film „Cupido in de Benzine" het voorbeeld is van den rasechten Weenschen „Fiaker" en wel de laatste van dit onverwoestbare ge slacht van, vooral in dezen tijd, onmisbare koetsiers. Deze film lijkt ons echter reeds vervaardigd, vóór de huidige periode van benzineschaarschte, anders zou dit thema wei op het tapijt gebracht zijn in een film. waarin zóó de lof van den Weenschen fia ker bezongen wordt en men de tegenstel ling koetsier-chauffeur toch reeds aantipt! Doch dit ter zijde: hoofdzaak is, dat Leo Slezak de fiakerdynastie niet wil laten uit sterven en de hand van zijn charmante dochter belooft aan dengeen, die hem in zijn eervol Weensch beroep kan opvolgen. Maar, er zijn in dit verband de noodige complicaties want het meisje heeft den zoon van den Hofrat Lobmeyer leeren ken nen,, die ook een oogje op haè.r heeft laten vallen. De jonge Lobmeyer weet niet, dat zij de dochter van den fiaker Weinzierl is, die zijn vader eertijds zoovele malen tijdens boemelpartijtjes door Weenen reed, maar ten slotte komt hij dat wél te weten, maar op een manier die nóch voor hem, nóch voor het meisje, nóch voor den fiaker ple zierig is Het heeft heel wat voeten in de aarde, voor en aleer Lobmeyer Jr. het meisje in het prachtig versierde rijtuigje van den Wee nen' s laatsten fiaker naar het altaar kan voeren, in de plaats van dengeen, dien Weinzierl voor haar bestemd had, maar die de chef van een taxi-onderneming bleek te zijn. Doch als dit gebeurt, verheugen wij ons allen over den gelukkigen afloop van deze eoht-Weensch gemoedelijke geschie denis, waarin wij met Lobmeyer's dienst knecht o.a. een ritje in Weinzierl's vige- lante door de Oostenrijksche hoofdstad meemaken, waarbij Weenen's schoonheid zich nog eens voor ons oog ontrolt: de opera de Ring, het Rathaus, het Parlementsge bouw, het Burgtheater enz. Leo Slezak zingt met het grootste succes zijn beroemd „Wiener Fiakerlied" de actrice Lizzi Holzschuh is de lieftallige dochter van den Weenschen koetsier, Hans Holt haar partner en Rudolf Carl diens geestige huis knecht Weensche humor en een gezellige intrige bezorgen den toeschouwer een allergenoeg lijkst uurtje, dat U de zorgen van den tijd volledig doet vergeten. Het sausje sentimentaliteit, waarmee het geheel is overgoten, accepteert men gaarne omdat het er zoo volkomen bij past: Wee nen zonder lach, maar ook zonder den traan zou niet het ware Weenen zijn! Voor de pauze gaat eerst een serie inte ressante actualiteiten, v/aarna de „Young Rambling Cowboy's" succes behalen met hun Amerikaansche liedjes. Casino-Thetater Hans Albers speelt in de film „Een zekere mijnheer Gran" weer de traditioneele rol van avonturier, detecti ve en charmeur Als lid van den Geheimen Dienst van een niet nader genoemd land maakt hij, onder den naam Gran, jacht op een gestolen uitvinding, die zijn land groote voordeelen kan brengen bij de afweer van vliegtuigen. In Venetië huist een deel van de bende, die de uitvinding aan verschil lende landen aanbiedt. Hier belandt ook Gran, die op onderzoek uitgaat en op lis tige wijze den onderhandelaar op nonac- tief weet te stellen. In zijn plaats gaat hij naar Rome, om daar de vertegenwoordigers te ontmoeten van de gegadigden der uit vinding. Hij kan echter niet de plaats vast stellen, waar de gewichtige documenten zijn opgeborgen, totdat hij, dank zij een toeval, ontdekt dat deze zijn overgeteekend op een doek, waarop later een schilderij is vervaardigd. De jacht op dit schilderij, die thans ontstaat tusschen Gran en verschil lende leden van de bende, die het ten eigen bate willen bemachtigen, vormt wel het spannendste gedeelte van de film. Op het laatste oogenblik wordt het de bende dui delijk. dat Gran niet degene is. die hij voor geeft te zijn. doch agent van den Geheimen Dienst van het benadeelde land. Doch dan blijkt het te laat te zijn, dank zijn Gran's listig optreden, om de documenten nog te achterhalen. Deze zijn inmiddels reeds in veiligheid gebracht in het gezantschap. Tot slot komt de buitendienstgestelde on derhandelaar van zijn onvrijwillige rust weder opduiken, doch hij kan dadelijk wor den gearresteerd. Een echter avonturenfilm uit een vroege periode van Hans Albers' loopbaan a'.s avonturier en vrijbuiter. Voor de pauze draait een andere, korte detective-film, „de Scarabs" genaamd, waarin een duistere moordzaak tot klaar heid wordt gebracht. Bovendien wordt een uitgebreid wereld nieuws op het doek gebracht. Trianon-theater Als gij houdt van de sneeuw, van de zon en de bergen, vergeet dan niet deze week in Trianon te gaan kijken! Als gij houdt van de sld-sport, van den „witten zomer", die je gezondheid geeft en levensvreugde, toe neem dan de moeite om de film te zien, welke zich aandient on der den pretentieloozen titel „Liefde op ski's"Anny On dra speelt er de hoofd rol in, u weet wel: de echtgenoote van den bef aamden bokser Max Schmeling. Na een reeks van komische rollen heeft men Anny Ondra niet meer op het zilveren doek ge zien, maar nu is zij dan toch terug en het is een waar amusement voor den liefhebber van de wintersport om deze lenige en char mante actrice in deze film in actie te zien. Van de ski-sport kent zij niet bijster veel, denkt ge in den aanvang als zij pas in het stille, wat armzalige hotel „Berghof" is aangekomen en les neemt van Tony, den knappen zoon van den waard. Maar pas op: dra merkt ge uw vergissing! Want die mooie, maar soms wat vreemd doende juf frouw Dorothee, waarop heel het mannen dom verliefd schijnt te worden, komt in eens tot giansch andere prestaties als zij uit het gezicht van haar nieuwe „Berghof- kennissen verdwenen is. Dan suist zij op haar prachtige ren-skies door het schit terende terrein, draait haar bogen en Kri- stiania's op feillooze manier, doet de „pulver-sneeuw" in wolken achter zich om hoog stuivên, kortom toont zich een mees teres in het vak! Intusschen weet men in „Berghof" niet dat Dorothee het zich in het hoofd heeft gezet te zorgen, dat de eigenaar uit de financieele moeilijkheden komt. Die wil het hotelletje verkoopen, maar Dorothee weet er wat anders op: lokt de tientallen gasten van het naburige, deftige „Gipfel- blick" naar „Berghof", laat ze er feest vie ren, musiceeren. dansen en jodelen, in één woord: brengt den gang er in. En haalt tot slot haai' rijken Papa over de noodige dui ten in de zaak te steken om een en ander te moderniseeren en aan de eischen aan te passen. Waarna zij er wellicht nog eens ols waardin zal fungeerenDoch zóóver veert het verhaal ons niet en wij zijn al tevreden als Dorothee en Tony elkaar in de armen vallen. Deze .voortreffelijk gespeelde en buiten gewoon goed geregisseerde film wordt voor afgegaan door een uitvoerig journaal, waarin opnamen van de Nederlandsche ski- kampicenschaoDen op den Darthuizerbers en een bela^^-wekkende film van de in 1939 aan b°ide oevers van het meer van Zurich gehouden nationale tentoonstelling. De cameraman wa.s er op een zon rd eren. maar stillen dag (wij zelf zag^n de expositie h- oo,i tiH toen sommige d?o-pn meer de.n i?Q (W) bov.opkers brachten1°n dat !c: 'J- kwalit-eit onna .men ten eoed3 gekomen. Ook voor wie de tentoonstelling nooit zag, is er veel te waardeeren 2—2

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1941 | | pagina 6