H im*th mww Tuinders van den Langedijk aan het werk - Locomotief uit de rails 81ste Jaargang Tweede Blad FEUILLETON Het Noodlot van de Ransome Rovers DE TUINDERS VAN DEN LANGEDIJK HELPEN ALLEN MEDE AAN HET IJSVRIJ MAKEN VAN DE SLOOTEN EN VAARTEN. EEN PLOEG AAN HET WERK. (Polygoon) LUITENANT-KOLONEL MÖLDERS speldt succesvollen jachtvliegers van zijn eskader het IJzeren Kruis eerste klas op de borst.' (Hoffmann) DOOR DE DUISTERNIS MISLEID is een rangeer-locomotief in de Diemenstraat te Amsterdam verder gereden dan de rails reiken en op straat terecht gekomen. (Polygoon) IN AMSTERDAM is de eerste hondenwol-centrale opgericht, welke hondenwol verzamelt en er practische dingen uit weet te vervaardigen. Deze hond leverde in één keer 150 gram ofwel l1/^ knot wol. (Polygoon) WINTERZON OVER HET WORDENFELSER LAND. DIEP ONDER DE SNEEUW LIGT HET LANDSCHAP BIJ GARMISCH PARTEN- KIRCHEN, HET PARADIJS DER WINTERSPORT. (Holland) EEN DER EERSTE VOORJAARS-COMPLETS VAN DE DUITSCHE MODE-INDUSTRIE. (Holland) Een roman nit de voetbalwereld, door J. WILMAN. (17 Want de superioriteit van de bezoekers was onbetwistbaar. Tot groote hilariteit van het publiek maakten zij keer op keer de geheele Rovers-defensie belachelijk, doch er ging kostbare tijd mee verloren. Zij verga ten op die manier den directen weg naar het doel en Rand kreeg geen enkel beslist gevaarlijk schot te verwerken. De Wande rers wilden laten zien, dat zij het op hun sloffen af konden en het nog te vroeg voor doelpunten achtten; die zouden zij in de tweede helft wel maken zooveel zij wensch- ten. In hun zelfoverschatting sloegen zij de bewegelijke Rovers-voorhoede te laag aan: vijf hard werkende, uiterst snelle spelers, van wie in het bijzonder de middenvoor en de-rechtervleugel uitblonken. Ook de links buiten was ongemeen op dreef. Op een ge geven moment maakte hij een vlugge zwen king binnenwaarts, liep door naar de doel lijn en schoot voorbij den uitvallenden kee per, waarna een terugstormende Wande- rers-achterspeler slechts kon redden door het leder met een formidabelen trap een van de tribunes in te jagen. Dit was de eerste pijnlijk ervaring voor de zooveel sterkere bezoekers. Na zeven mi nuten volgde een tweede. De vrijstaande Woodley kreeg een zuiver afgemeten pass van Curtis; hij hield den bal even bij zich, gaf aan den toesnellenden linksback het nakijken en zette, toen de doelverdediger recht op hem inliep, over naar zijn binnen- speler Flynn, die den bal slechts voor het intrappen had. Blijkbaar beduusd dat hem zoo'n dot van een kans werd geboden, schoot hij keihard naast. Het was de eenige fout, die Flynn dezen middag zou begaan, maar een kostbare: voor de Rovers ging er een opgelegd doelpunt mee verloren. Eerst nu begonnen de Wanderers te be seffen, dat zij wel degelijk met de tegen partij rekening hadden te houden en ze gooiden er een schepje op. Met de show was het gedaan. Vinnig werd het Rovers- doel bestookt, doch de verdediging sloeg el- ken aanval af, waarbij Fortuna een paar maal haar bijzonder welgezind bleek te zijn. Met blanken stand trad de rust in. De mist, die tijdens de eerste helft van den wedstrijd was komen opzetten, had zich aanmerkelijk verdikt toen de scheidsrechter het signaal tot hervatten blies. Een minuut of tien leek het, dat de Wanderers het pu bliek, voor zoover dit den strijd kon volgen, op een herhaling van hun kunstvaardighe den wilden tracteeren; het samenspel, hoe meesterlijk en boeiend ook, werd te ver doorgedreven. Maar toen wijzigde zich het aspect. De vleugelspelers bleken eindelijk tot besef gekomen, wat van deze ontmoeting afhing. Aanval op aanval werd onderno men en de Rovers-achterhoede kreeg het zwaar te verantwoorden. Een onvergeef lijke blunder- van Tom Fedler had een doel punt ten gevolge, doch even vóór de links binnen van de Wanderers inschoot, was ge floten voor buitenspel. Iedereen begreep echter, dat het uitstel van executie betee- kende. En toen kwam een doelpunt aan den kant. waar men het allerminst verwacht had. De verdediging van de Wanderers, overtuigd van een absoluut overwicht der hunnen in het veld, was ver opgedrongen. Woodley, die üen bal op de uitlijn te pakken had gekregen, plaatste naar Curtis die er met een vaart vandoor ging, midden- en ach terspelers van de Wanderers zijn hielen liet zien en den doorstoot bekroonde met een van die vervaarlijke schoten, welke op de Eastern Meadows reeds befaamd waren ge worden. Niet één keeper kon zulk een gloeienden kogel hebben gestopt. De meeste toeschouwers hadden wegens den mist, die nu als een gordijn hing, er niets van gezien, maar aan het gejuich leidden zij af, dat een doelpunt was geboren. Van mond tot mond ging de tijding: de Rovers staan met 10 voor! Thans kwam het er op aan, den voor sprong niet te verspelen; het beduidde be houd van het eerste klasseschap. Aan den anderen kant zagen de Wanderers in, dat zij tegenover het doelpunt van hun stad- genooten er minstens twee moesten stellen, wilde niet op het nippertje hun h3t kam pioenschap nog ontgaan. Doch hoe h;. i de buitenspelers werkten, in het midden bleef telkens de aanval hokken. De aanvoerder, die de spilplaats bezette, zwoegde als een paard, voedde voortreffelijk de vleugels en brulde het binnentrio toe, dat het uit moest zijn met pingelen. Het bleef niet zonder resultaat, het spel werd meer open gehou den en zoo snel mogelijk het vijandelijk doel genaderd. Ook Curtis had instructies gegeven; met de kanthalfs nam de voor hoede opeens tot „Cup-voetbal" haar toe vlucht, waardoor het veel betere spel der tegenpartij werd afgebroken. Plotseling besefte Curtis, dat ook de af- braak-taktiek den Rovers niet zou baten. Buck Mullin, de spil, scheen last van slaap wandelen te hebben gekregen en Fedler be gon nog feestelijker over den bal heen te maaien dan hij in den beschamenden wed strijd tegen Birmingham had gedaan. Als een openbaring kwam het tot Cyril: die twee zetten er alles op om den Wanderers tóch. nog de overwinning te bezorgen! Zij wisten hun bedrijf gedekt door den mist! En daarmee stond zijn besluit vast: hij nam zélf de leiding. Het gevolg was, dat hij zich met de kant- halfs en den rechtsbinnen op doel terug trok om de verdediging te versterken; de linksbinnen nam zijn plaats als midden voor in, waardoor nu de voorhoede uit drie man bestond, die zich tot snelle overrom pelende uitvallen bepaalde. Vergeefs tracht ten de Wanderers door den muur van ver dedigers heen te breken; altijd was er een voet, die zich van den bal meester maakte en mét een forschen trap naar voren zond. Vuurrood van v/oede 'trad Fedler op Cur tis toe. „Wat verbeeld jij je, vent?" schreeuwde i- aanvoerder-allures aan te nemen? Vooruit, op je plaats! De anderen ook!" „Ik denk er niet aan!" Lo.ste Cyril terug, „Jij wilt den Wanderers de overwinning cadeau doen, hè? Maak rapport voor mijn paic! Maar tot tijd is gefloten, behoud ik de leiding. Ik heb je door!" De bal, die uit was gegaan, werd in ge gooid. Het leder belandde bij den links binnen van de Wanderers: Nog twintig mi nuten restten voor inrukken zou worden ge^. blazen en de adspirant-kampioenen besef ten, dat het voor hen nu er op of er onder v/as. Zij speelden als baarlijke duivels. Bij een van hun vinnige aanvallen wilde Curtis den bal koppen; op hetzelfde moment on derging hij een gewaarwording, alsof een zware vrachtauto op hem inreed. Hij viel en voelde, hoe iemand boven op hem te recht kwam. Cyril herkende de forsche ge stalte van Tom Fedler nog net vóór hem een slag trof, die met een voorhamer kon zijn toegebracht. Duizenden sterren dansten voor zijn oogen daarna werd alles don ker. Diepe zwarte nacht. Toen hij weer bij zijn positieven kwam, lag hij op een bank in de kleedkamer. Trai ner Brooks hield hem een fleesch met reuk- zout onder den neus. Er was een cacopho- nie van luid door elkaar sprekende, opge wonden stemmen. In het begin had Curtis er geen flauw idee van, waar het over ging. Tot hij Tom Fedler hoorde schreeuv/en: „Ik hem hem geen stroobreed in den weg 2gd. We kopten allebei naar denzelfden bal en vielen. Hij moet zich aan mijn elle boog of knie gestooten hebben. Een onge luk, anders niet." (Wordt vervolgd),

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1941 | | pagina 5