STADSNIEUWS LEIDSCH DA63ÜID - ïwcsde Blad baandag 16 December 1940 KERK- EN SCHOOLNIEUWS RECHTZAKEN UITVOERING „LEIDSCH MUZIEKLYCEUM." Verschillende goede prestaties, In het gezellige zaaltje van het „Leidsch Muzieklyceum", dat met het oog op het a.s. Kerstfeest stemmig versierd was, werd Za terdag een voordrachtsoefening gehouden, dés middags voor de kinderen en des avonds voor de gevorderde leerlingen. 's Middags behaalden de jongeren, w.o. het koortje, dat Kerstliederen zong, voor ouders en belangstellenden reeds veel suc ces en toonden in korten tijd reeds het een en ander op muzikaal gebied te kunnen bereiken. 's Avonds bewezen de ouderen, waar- tusschen zich verschillende begaafde leer lingen bevinden, dat ook zij terdege nut trekken van de goede 'lessen, die de aan liet „Leidsch Muzieklyceum" verbonden leerkrachten, met grooten ijver geven. Niet slechts composities van klassieke meesters wisten zij veelszins tot tevreden heid van het welwillend gestemde gehoor voor te dragen, doch ook het moderne amusementsgenre kreeg zijn deel, waarvan bijv. Jan Roskam, die vlot eenige tango's in samenwerking met zijn leermeester speelde, getuigenis aflegde. Cor van Tienhoven bewees technisch, zoo wel als muzikaal, uitstekend de blokfluit te kunnen bespelen en zelfs in de moei lijkste passages lieten zuiverheid, zoowel als adembeheersching niet te wenschen over. Van de overige leerlingen, die zich met meer of minder succes lieten hooren, viel onze aandacht nog op Vera Abrahams; muzikaal en gevoelig droeg zij Beethovens Mondscheinsonate voor. Een buitengewoon kranige en veelbelovende prestatie van iemand, die het bij voortgezette studie ze ker ver zal brengen. Jan v. d. Veen trok de aandacht door een stijlvolle vertolking van Bach's viool concert in A-moll. Zijn dikwijls reeds uit stekend beheerschte streek en inzicht be loven eveneens alle goeds. Albert van Kapel en W. Kloos zijn pia nisten. die wij eveneens met groot genoe gen beluisterden en reeds met veel vrijheid en technische kundigheid hun instrument bespeelden. Wat de keuze betreft, achtten wij de eerste symphonie van Haydn voor een avond als deze te lang. Ten slotte begroetten wij in Cotje Sister mans een violiste, wier muzikaal spel en verzorgde toongeving stellig ook de school en haar zelve tot eer strekken. Zoo gaat ook het „Leidsch Muzieklyceum" onder de nauwgezette leiding van mej. Westendorff met energie voort de jongeren in te wijden In de geheimen der muziek; de resultaten zijn zoodanig, dat zij leerling zoowel als toehoorder tot voldoening kun nen stemmen! Verschillende leerkrachten werkten aan dezen avond mede en stimuleerden de uit- voerdenden tot goede prestaties. VER. VOOR INTERNATIONAAL JEUGDVERKEER. De jaarvergadering. Onder voorzitterschap van mr. J. Kalff hield de Ver. voor Internationaal Jeugd- verkeer Zaterdagmiddag in de groote zaal van café-restaurant ,,'t Schuttershof" haar jaarlijksche algemeene ledenvergadering, welke door afgevaardigden uit het geheele land werd bijgewoond. De voorzitter wees er in zijn openingsrede op„ dat een wijsgeer als resultaat van zijn overdenkingen over de verhoudingen onder de menschheid tot de sombere conclusie kwam, dat de eene mensch een wolf is voor den ander.. De aanwezigheid van u allen, aldus spr., bewijst, dat gij er te dien aan zien andere denkbeelden op na houdt. De stichtster der vereeniging, mevrouw Nieu wenhuis in haar onverwoestbaar enthou siasme, stelt nog altijd volledig vertrou wen in betere verhoudingen onder de men- schen en wij allen willen trachten daartoe het onze bij te dragen. De huidige omstandigheden laten dat he laas slechts in beperkte mate toe, waar persoonlijke aanraking met het buitenland onmogelijk is. Verheugend noemde spr. in dit verband het groot aantal aanvragen om correspondentie-adressen in en uit Dene marken. Het voornaamste, wat de Vereeni ging in dezen tijd te doen staat, is den onderlingen band sterk te maken, waartoe de in diverse steden van ons land georga niseerde groepsbijeenkomsten een doeltref fend middel zijn. Na de aandacht te heb ben gevestigd op de Kerstbijeenkomst in Twente, gaf de heer Kalff het woord aan den secretaris, mr. P. van der'Lely tot het uitbrengen van het jaarverslag 19391940. Dit gewaagde van een sterke ontwikke ling van het groepsleven, o.m. blijkende uit de oprichting van nieuwe groepen in Amersfoort, Zuid-Limburg, Arnhem, Eind hoven, Alkmaar en Leiden. De correspon dentie daarentegen had sterk onder de omstandigheden te lijden. Het ledental liep terug van 1455 tot 1126, het aantal ver strekte buitenlandsche adressen van 7172 in 36 landen tot 4054 in 34 landen. De meeste belangstelling bestond voor brief wisseling met de Ver. Staten, n.l. 1154 aan sluitingen; daarop volgen Frankrijk met 484, Zuid-Afrika met 423, Engeland met 261, Ned. Oost-Indië met 225 en Duitsch- land met 146 aansluitingen. De meisjes hadden daarin een grooter aandeel dan de jongens, n.l. 1272 meisjes tegen 981 jongens. Daarentegen correspon deerden 1112 Nederlandsche jongens met buitenlandsche meisjes en 689 Ned. meis jes met buitenlandsche (jongens. Waar het maken van buitenlandsche rei zen en uitwisseling onmogelijk was, nam de belangstelling voor de bijeenkomsten in het eigen land sterk toe. Het verslag eindigde met een opwerking om den onderlingen band te versterken, opdat, wanneer betere tijden zullen aan breken, een groote schare jongelui klaar staat om met jeugdig enthousiasme bezield, in alle landen vriendschapsbanden aan te knoopen. Het jaarverslag werd onder dankzegging en applaus goedgekeurd. De penningmeester, dr. K. Simon Thomas kon in zijn financieel verslag ondanks zijn pessimistische verwachtingen melding ma ken van een batig saldo van ruim f. 50 op een budget van f. 3284. Voor het komende jaar werden de in komsten begroot op f. 2200 en de uitgaven op f,2800. Ook dit verslag werd onder dank en ap plaus goedgekeurd. De bestuursverkiezing had tot resultaat, dat mevrouw dr. M. Nieuwenhuisvon Uexkiïil en mr. A. A. Reepmaker, die aan de beurt van aftreden waren, bij acclama tie werden herkozen, terwijl in de vacature van mevr. J. C IsbrückerDirksen, die zich niet herkiesbaar stelde, niet werd voorzien. Mevr. dr. Nieuwenhuis richtte een woord van dank tot mr. Kalff, die aanvankelijk voornemens was het voorzitterschap neer te leggen, doch daarvan afzag toen de oor log uitbrak onder het motto, dat een kapi tein zijn schip niet verlaat, wanneer het gevaar dreigt (applaus). Bij de bespreking der mogelijkheden voor het komende vereenigingsjaar, werd van gedachten gewisseld over uitbreiding der binnenlandsche correspondentie, de organi satie van groepsreizen in Nederland en de inrichting van een kamp voor I. J.-leden. Na rondvraag volgde sluiting. Na afloop der vergadering vereenigden de aanwezigen zich aan een gemeenschap- pelijken maaltijd, terwijl 's avonds de groep Leiden een bont programma verzorgde, waarop o.m .een film „Nederland in den winter" werd vertoond en een tooneelstuk werd opgevoerd. SINTERKLAASFEEST VAN „ZUIDERKWARTIER" Zaterdagmiddag vond in den foyer van de Stadsgehoorzaal het traditioneele Sinter klaasfeest van de Speeltulnvereeniging „Zuiderkwartier" plaats. Ongeveer 250 kinderen, velen vergezeld door ouders en andere belangstellenden, stroomden tegen drie uur de zaal binnen, waar de reeds aanwezige kinderen op enthousiaste wijze verschillende liedjes ten hoore brachten. „The Blue Rhythm Boys" die voor het muzikale gedeelte van den middag zorgden, hielden de stemming er uitstekend in door telkens weer de traditio neele Sinterklaasversjes in te zetten. De voorzitter van „Zuiderkwartier", de heer H. W. Metselaar, opende het festijn met een korte toespraak, waarin hij wees op de moeilijke omstandigheden, waaron der deze middag werd georganiseerd. Kinderen van 3 tot 14 jaar, lnplaats van tot 8 jaar, moesten ditmaal gezellige uurtjes geboden worden, zoodat eenlgszins andere attracties dan gewoonlijk in het program ma moesten Worden opgenomen. Desniet temin werd het een vroolijke, alleszins be vredigende middag voor alle aanwezigen, zoowel voor de Jongeren, die zich uiteraard grootendeels op de aanwezigheid van Sin terklaas hadden ingesteld, als de ouderen, die meer in de andere programmapunten hun deel kregen. De medewerking van den heer Nic de Vreede uit Utrecht droeg veel bij tot het gezellige verloop. Na het openingswoord trad hij op als goochelaar en wist als zoodanig aller be langstelling te boeien, en zelfs de kleinste kinderen, die van de vertoonde toeren wei nig zullen hebben begrepen, rustig te hou den. Na een poppenkastvertooning, waar Jan Klaasen en Katrijn hun wedervaren wederom ten tooneele brachten, eenige jongleurkunsten en het vertoonen van schaduwbeelden was ten slotte het groote moment aangebroken, waarop St. Nicolaas, vergezeld door zijn knechten, zijn intrede deed in de zaal. Op enthousiaste wijze werd hij door de schare kinderen ontvangen onder het zin gen van een welkomstlied. Aan ieder der aanwezige kinderen werd daarop een sur prise uitgereikt, die dankbaar in ontvangst genomen werd. Langen tijd werd het feest nog in tegenwoordigheid van den Sint voortgezet, tot de voorzitter met enkele woorden het feest besloot. Aan alle gezich ten was te zien, hoe deze middag werd ge waardeerd, zoodat „Zuiderkwartier" terug kan zien op een groot succes, dat ondanks de omstandigheden bereikt kon worden. BIJEENKOMST VAN DE NED, REIS- VEREENIGING. Geslaagde filmmiddag. De Nederlandsche Reis-Vereeniging hield gistermiddag, de gedwongen rust van de leden ten spijt, een bijeenkomst in de bo venzaal van „De Harmonie", die, gezien de groote opkomst van leden er waren on geveer 30 belangstellenden en het ge halte van het gebodene een groot succes is geworden. Omstreeks half drie opende de voorzitter, de heer J. A. A. van der Horst met een welkomstwoord aan de aanwezi gen, waarin hij wees op de moeilijke om standigheden, waaronder het vereeniglngs- leven op gang moet worden gehouden en leidde vervolgens met enkele woorden den spreker van dezen middag in. De heer J. Panman nam hierop het woord en sprak allereerst over de Nederlandsche Reis-Vereeniging, zooals deze op het oogen- bhk is en werkt. In den loop van dit jaar is zoowel het ledental als de werkkring der vereeniging ingekrompen. Het gebouw in Den Haag, dat tot. voor den oorlog te klein bleek te zijn en waarvoor reeds uitbrei dingsplannen waren ontworpen, werd voor militaire doeleinden in beslag genomen en thans moet met een geringe ruimte voor het werk worden volstaan. Het personeel onderging een inkrimping van 140 tot 20. Ook het ledenverloop onderging een zelfde lot, doch de afmetingen dezer verminde ring konden tot een minimum worden be perkt. De activiteit van de Relsvereeniging lag in gewonen doen in het buitenland en dit gebied is thans voor het organiseeren van tochten uitgevallen. Op binnenlandsch ge bied moest het bestuur zich, om nog iets van het doel der vereeniging ook thans in stand te houden aan proefnemingen wa gen. aangezien zij op dit gebied nog geen ondervinding had opgedaan. Vele van deze experimenten bleken een fiasco te zijn, doch andere werden een groot succes, zoo dat in totaal toch nog ruim 2000 leden een uitstapje maakten Natuurlijk is dit niet veel in verhouding tot de 30 a 40.000, die in vroeger jaren aan tochten deelnamen, doch het laat zien, dat ook nu nog verschillen de waardevolle reisgelegenheden bestaan. Na dezen oorlog zal er ongetwijfeld een einde zijn gekomen aan de lage vervoer- prijzen, die voortvloeiden uit een ongezon- 1 ae concurrentie van de vervoermiddelen. De reiskosten zullen in de toekomst zeker booger zijn. Gezien deze veranderingen in het reizen, kan het programma van dezen middag dan ook niet worden gezien als propaganda voor Zwitserland, doch meer als herinnering aan tochten, die in het ver leden zijn gemaakt. Een viertal films, die de mooiste streken van de Alpen in becM brengen, werd vervolgens, na een korte be spreking, vertoond. De eerste film „Het Vierwoudsteden? meer," toonde een tocht op en om deze unieke Alpenstreck. Van deze streek ging men, in de tweede film naar Tessin, het merengebied aan den zonnigen Zuidrand van de Alpen rondom Lugano. Na een korte pauze werd het programma voortgezet met een rolprent over het Zwit- sersche volk. Hierin kwam duidelijk tot uiting, dat het volk van dit drukbezochte toerlstenland zijn eigen leven en cultuur heeft weten te handhaven, ondanks de sterke invloeden die door de tallooze vreemdelingen op de bevolking inwerken. De laatste film liet de traditioneele Jungfrau-estafette zien, die ieder jaar door heel Zwitserland gehouden wordt. Deze wedstrijd wordt uitgeschreven door het Gportblad „Sport", en vindt plaats in het midden van den zomer. Met alle middelen van vervoer, loopen, fietsen, vliegen, skieën, motorrennen, autorijden en veld loop wordt 'n stok van Zürich uit, door een groot deel van het land, wederom naar Zürich teruggevoerd. Tusschen de span nende wedstrijdopnamen door waren er vele mooie natuuropnamen ingelascht, die de film tot een belangwekkend geheel maakten. Een welverdiend applaus bewees na af loop de waardeering van de toeschouwers voor het veelzijdige en mooie programma, Na een kort slotwoord van den voorzitter, die vooral den heer Panman hartelijken dank betuigde voor het gebodene, gingen allen voldaan huiswaarts. VEREEN. „OUD-LEIDEN". Lezing over de boerenbouwkunst. In het kader van de najaarsactie voor de boerenbouwkunst had de Vereeniging „Oud Leiden" Zaterdagmiddag den heer J. Jans, architect te Almelo uitgenoodigd voor een voordracht, waarvoor uitermate veel be langstelling bestond, zooals trouwens den laatsten tijd voor alle bijeenkomsten van „Oud-Leiden" het geval is. Deze bijeen komst werd gehouden in het stedelijk mu seum „De Lakenhal" en de heer Jans sprak over: De boerenbouwkunst in Nederland en in de omgeving van Leiden." Aan deze voordracht ontleenen wij het volgende Ofschoon Rembrandt in zijn etsen voor al de schoonheid van de landelijke bouw kunst heeft verheerlijkt, is toch de werke lijke belangstelling ervoor in ons land nooit groot geweest. Schilders hebben wel de charme van het bouwvallige gegeven, maar een Saenredam van de landelijke bouw kunst is er nooit geweest. In onze monu mentenlijsten ontbreken alle gegevens over de monumenten der landelijke bouwkunst en dit feit weerspiegelt voldoende de offi- cleele belangstelling. Voor een juiste beoor deeling van de bouwkunst moeten twee sferen onderscheiden worden. Eensdeels de kerkelijke en wereldlijke bouwkunst in de officieele stijlen, anderdeels de bouwkunst voor het volk, in de steden veel meer aan geraakt door de officieele stijlen dan op het platteland. De zuiverste plattelands bouwkunst vindt men dan ook in de pro vincie en ver van de groote centra. Het Nederlandsche boerenhuis geeft naast bonte verscheidenheid ook eenheid. De verscheidenheid wordt bepaald door be drijf en omgeving, de eenheid door de sfeer. Bij alle verschillen is het Nederlandsche boerenhuis eenvoudig, wat niet zeggen wil, kaal, maar ingetogen. Een rustige ernst overheerscht er in, een bonte verslering is zeldzaam. De dichter bij steden gelegen boerderijen zijn de rijkse, doordat zij in vorm en onderdeel de onderdeelen uit de stad overnemen. Tegenwoordig is dit in slechten zin nog zoo. Waar het boerenhuis in ons land nog niet grondig bestudeerd is, is het zeer moeilijk data te geven. En wat dit betreft wordt het nog moeilijker naar mate men verder op het platteland komt. Bij alle eenheid in de veelheid heeft de boerderij in elke provincie haar eigen ka rakter. De Groningsche is anders dan de Friesche, anders dan de Drentsche, enz. Tóch zijn provinciale grenzen niet altijd bouwkunstige grenzen. Twente en het oos ten van de Geldersche Achterhoek bijv. loopen in elkaar over. Daarbij komen de verschillen binnen pro vinciale grenzen. Een Noord-Hollandsche boerderij uit den Eeemster is totaal anders dan een boerderij uit het Gooi. Al deze verschillen zijn ook weer terug te bren gen op omgeving, landbouwtechnische oor zaken of op kleine volksverhuizingen. Voor de studie van het boerenhuis zal in de eerste plaats noodig zijn grondige re gistreering. Alle hoofdtypes zullen grondig opgemeten moeten worden en in teekening gebracht. Deze teekenlngen zullen gevoelig zakelijk moeten zijn, zonder schilderachtige effecten als via Delft abusievelijk worden gepropageerd. Achter alle boerenbouwkunst schuilen ambtelijke tradities, die uit de op metingen teruggelezen moeten worden. Naast opmetingen moeten foto's van ge heel en details worden vervaardigd. Een andere kant van het boerderijen- vraagstuk is de kwestie van den nieuw bouw. Het zal de juiste weg blijken, dat wij in de nieuwe boerderij tot een verstandige synthese van het goede oude en goede nieuwe geraken. Daarbij moet men deze synthese willen en dit is op het oogenbllk bij den doorsnee plattelander niet het ge val. Ondanks alle lofliederen op hem ge zongen is hij in erge mate ten prooi aan een verburgerlijking. Achter deze verbur gerlijking schuilt een gebrek aan een wer kelijk eigen levensstijl, zooals die in het verleden aanwezig was. De belangstelling voor het oude boeren huis komt dan ook niet van het platteland, maar uit de stad. Pas wanneer men op het platteland de innerlijke waarde van het oude boerenhuis heeft leeren inzien en overtuigd is geworden van de noodzakelijk heid van een eigen levensstijl, zal het boe renhuisprobleem tot een nieuwe karakte ristieke oplossing geraken. Wij ontvingen het gedrukte jaarver slag over 1939 van het Gem. Bouw- en Wo ningtoezicht benevens een uittreksel uit het verslag van curatoren van het Stedelijk Gymnasium over dat Jaar. MAN ETO - CONCERT Dirigent; Eduard Flipse. To v. d. Sluys: zang. Harry v. Oss: 'declamatie. De buitengewoon smaakvolle samenstel ling van het programma der „Manifestatie Nederlandsche Toonkunst", uitgevoerd door het Rotterdamsch Phllharmonisch Orkest; onder leiding van Eduard Flipse, was niet in de laatste plaats de verheu gende factor die krachtig bijdroeg tot het groote succes van het extra Toonkunstcon cert, dat gistermiddag in de goed bezette Stadszaal gegeven werd. Te weinig komen wij helaas in kennis met de werken der hedendaagsche muziek- productie, terwijl toch vele Nederlandsche componisten de volle aandacht in hooge mate verdienen. Wij zijn dan ook het co mité „Maneto" dankbaar voor zijn loffelijk streven ons daannee in kennis te brengen, al kon uit den aard het thans gegevene niet meer dan een kleine greep uit hot vele aanwezige zijn. Niet alles, wat dezen middag geboden werd, was nieuw in de beteekenis van „he- dendaagsch", want bijv. Diepenbrock's prachtige, jubelend-stralende ouverture „De Vogels" en van Gilse's bondige en zuiver muzikale „Prologus Brevis" dateeren reeds resp. van 1918 en 1928, terwijl ook Smul ders' „aus einem Gusz", melodieus en warm geschreven „l'Aurore, le Jour, le Crépus- cule" sterk de kenmerken draagt van te zijn geschreven onder den invloed van de vloeiendste hoog-romantiek (periode Ri chard Strausz). Een groote overgang en voortkomend uit een totaal anders geaarde gedachtenwereld was het in April 1940 voltooide cello-con cert van den nog jeugdigen talentvollen Guillaume Landré, waarvan de eerste uit voering in het centrum aller belangstel ling stond. Een volledig Inzicht in dit concert, opge dragen aan den begaafden cellist Henk van Wezel, die het ook vertolkte, kan men van zelfsprekend na één auditie niet verkrijgen. Het concert, dat ook qua vormgeving na tuurlijk grooteltjks verschilt van hetgeen- men van de z.g. „klassieken" gewend is, bewijst echter wel onmiddellijk de groote begaafdheid van den componist. Deze blijkt niet slechts uit de knappe en heldere con structie, maar de ontroerende grondge dachte van het Motto Lento opgedragen „Aan hen, die voor het Vaderland vielen" stimuleert den componist daarnevens tot het scheppen van een verheven en serene sfeer, die aan het slot verstild weerkeert. Aan de hand van de uitvoerige program matoelichting kon men de intensieve sa menwerking tusschen cello- en orkestpartij, welke laatste een belangrijke symphonische rol vervult, reeds goeddeels volgen en een inzicht verkrijgen in de onderscheidene zangen en hun bewerkingen, die zoowel rhythmisch als melodisch Interessant en van groote kennis van zaken zijn. Tóch wa ren wij het er met onszelf nog niet over eens, of in een werk als dit de theoretische deskundigheid niet te zeer de taal van het hart verdringt. In het bijzonder maakte het eerste deel nog een wat onsamenhangen- den en te cerebralen indruk, hoewel de mogelijkheid niet uitgesloten is, dat wij er toen nog niet genoeg „in" waren, om den inhoud, die ongetwijfeld van een sterk per soonlijk karakter getuigt, volledig te on derkennen. Landré's concert genoot de aandacht, die het waard is en oogstte een hartelijk suc ces, waarvoor hij, na de uitstekende ver tolking onder de begripvolle directie van Flipse, op het podium kon danken. Gebrek aan plaatsruimte legt ons beper king op, doch wij willen nog releveeren den zang van To v. d. Sluys, die drie geestelijke liederen van Henk Badings, krachtig ge tuigend van sfeer en stemming, voortreffe lijk van klank en inzicht voordroeg. De zangeres is met bloemen gehuldigd. De doorzichtige, lichtgekleurde instru mentatie, waarin met uiterst weinig mid delen een summum aan treffende en reine uitdrukkingskracht bereikt wordt, getuig de van een geniale aanvoeling van 't diep vrome, innige en van waarachtigen een voud sprekende karakter van leder lied. Wij rangschikken deze liederen onmiddel lijk en zonder eenige aarzeling tot de schoonste, belangrijkste en meest verheven Nederlandsche composities van den laat sten tijd. Als slot van dezen veelverscheiden mid dag, werd het declamatortum „De dijk", gedicht van Jan Engelman, op de zich daarbij organisch v/eï-aansluitende mu ziek van Bertus van Lier, onder diens per soonlijke leiding, door Harry van CXss met sonoor orgaan en telkenmale Juisten toon val, voorgedragen. Dit werk kwam tot stand ingevolge op dracht der A.VJR.O, en men heeft er door de radio reeds kennis van kunnen nemen- Deze zes zondeT onderbreking in el kander overgaande deelen, vormen een boeiende muziek, waarvan de illustratieve inhoud ons in het algemeeen echter meer greep door uiterlijke suggestlviteit dan door zuiver gerichte, innerlijk bepaalde waarde. Ook hier wijdde de toelichting den hoor der tot de beteekenis gedetailleerd in, zoo dat wij ons bepalen willen tot een woord van waandeering voor de rake en veelszins machtige wijze, waarop het stoere gegeven beeldend is uitgewerkt en voor het orkest dat zijn hoogste kunnen gaf onder de so bere en toch duidelijke directie van dezen productieven componist. Alle medewerkenden aan dit belangrijke concert, ook in het bijzonder Van Gllse, die zijn compositie zélf dirigeerde, mochten zich in de groote erkentelijkheid van het gehoor verheugen, terwijl wij er als Nederlander met recht trotsch op kon den zijn. zooveel allergunstigste resultaten van Nederlandsche samenwerking te mo gen begroeten. De durf van het Maneto-comité heeft in onze stad oprecht» waardeoring geoogst! CONCERT „VREUGDE EN ARBEID." Onder leiding van Mr. Harm Smedes. Het eerste concert in onze stad van de organisatie „Vreugde en Arbeid" van het Ned. Verbond van Vakvereenigingen heeft ons gisteravond in de Stadszaal ln kennis gebracht met het orkest dezer werkge meenschap, dat onder leiding staat van mr. Harm Smedes. Deze werkt reeds ge durende ruim anderhalf jaar met dit en semble. bestaande uit eertijds werklooze musici samen. Gelijk de dirigent in een toelichtende verklaring mededeelde, heb ben zij thans weer arbeid gevonden, die hun blijdschap en vreugde schenkt. Het is de bedoeling, aldus de heer Sme des, van musici èn toehoorders één ge meenschap te vormen: wij maken muziek en gij beleeft deze mede. Muziek moet u niet als een lawine van klanken over u heen laten gaan, maar gij moet er de ele menten van begrijpen. Daarom gaf spr. bij ieder muziekstuk een korte toelichting. Ons volk is niet onmuzikaal, zoo merkte hij op, doch de muzikale ontwikkeling is zeer ge ring; maar wij zullen trachten te komen tot „muziekcultuur". In een welkomstwoord tot het geringe aantal toehoorders, had de voorzitter van den Leidscben Bestuurdersbortd, de heer H. W, Wlttenaar aangestipt, dat de gemeen schap „Vreugde en Arbeid" zich ten doel stelt het cnltureele gedeelte dezer organi satie onder de leden der vakorganisaties te helpen bevorderen. Dit werk ligt ons niet vreemd, want het was reeds enkele Jaren ter hand genomen, doch deze nieuwe noot dwingt groot re spect af. Met groeiende belangstelling hebben wij het eerste concert van dit uit ongeveer 40 personen bestaande orkest beluisterd en constateerden, dat het onder leiding van den heer Smedes wel zéér hard gewerkt heeft om zulk een geacheveerde uitvoering van voor een meeuendeels uit leeken be staand publiek, begrijpelijke werken te kunnen geven. De verhoudingen zijn goed. de klanik is zuiver en frisch en de voordracht bezield onder de enthousiaste aanvoering van een man, die weet wat hij wil en die zich de beteekenis van zijn moeilijke opgave be wust is. Vooral de Noorsche Rhapsodie van Svend- sen, waarin hobo, fagot bespeeld door de eerste Nederlandsche fagottlste mej. Emmy Merrebach, die zoo Juist voor haar examen aan 't Rijksconservatorium slaag de hoorn en pauken één voor één aan het woord komen, zoodat men deze instru menten goed leert kennen, voorts Rach maninoff's wUd-grillige Prélude en de bril- lante Piet Hein Rhapsodie van Peter van Anrooy werden meeslepend gespeeld. Giliam Rietveld tos de kundige solist in Koehler's fluitconcert, door het orkest volgzaam begeleid, dat volgde op Beetho vens als veelbelovende inzet gespeelde Egmont-ouverture, Nog werkten aan dit overzichtelijk sa mengestelde programma mede vijf leden van Xanda Stradowska-ballet, die ln Lul- glnl's „Ballet Egyptlen" en „Rosen aus dem Süden" van Johann Strauss stijlvol en beschaafd dansten. Het orkest zal met dit opvoedende werk zeker suoces ba het land oogsten. De groote touraée, die thans ln vollen gang ls. zal zoowel dirigent als musici nog meer routine geven, zoodat wij voor de toekomst alle goeds mogen verwachten. Reeds nu ondervonden deze Ijverige mu sici en hun leider, wiens geanimeerde uit eenzetingen 't gehoor pakten, veel erken telijkheid, waaruit bleek, dat men de goede bedoeling op prijs stelde. HAAGSCHE RECHTBANK. Het vonnis verminderd. De kantonrechter te Leiden had een autobestuurder tot f. 30 boete subs. 10 da gen hechtenis veroordeeld. Verdachte was komend uit de richting van Rijnsburg, met zijn auto de Joh. de Wittstraat te Leiden ingereden, zonder dat hij tijdig een teeken had gegeven. Als gevolg van deze handel wijze kwam een andere autobestuurder ln de moeilijkheden. In hooger beroep vorderde de Officier te gen verdachte bevestiging van het vonnis. De rechtbank heeft uitspraak gedaan, en de verdachte thans veroordeeld tot f. 15 boete subs. 25 dagen hechtenis. Clandestien gehandeld. Zonder bonnen had een koopman ln Noordwijk dertig pond koffie verkocht. Dat gebeurde op 29 Juni, toen dus de bonnen bestonden voor de koffie. Als gevolg hiervan heeft de koopman te recht gestaan, en de Officier elschtè tegen hem f. 200 boete subs, twee maanden hech tenis, en voorwaardelijk twee maanden ge vangenisstraf met een proeftijd van drie Jaar. De Rechtbank heeft uitspraak gedaan, en verdachte veroordeeld tot f.25 boef» subs. PREDIKBEURTEN Leiden Vrije Kafch. Kerk (Vreewijkstr, 19): u. 8.15 uur, predikatie en lof. Dinsdagnam. Nieuw Vennep Chr. Geref. Kerk: Dinsdag- nam. 8 u„ ds. du M&rchle van Voorthulzen Urfc. 10 dagen hechtenis en voorwaardelijk een maand gevangenisstraf met proeftijd van- drie Jaar. HAARLEMSCHE RECHTBANK. Terecht stond een 54-jarige dierenarts uit Hoofddorp omdat hij gedurende eenige jaren een lager vermogen en een te laag inkomen aan de inspectie der belastingen in de Haarlemmermeer had opgegeven. Hij gaf toe omstreeks Mei 1936, 1937 en 1938 in- vulformulieren te hebben ontvangen, inge vuld en onderteekend. Hij wist, dat hij zoo wel zijn inkomsten als vermogen te laag opgaf en in die jaren waren de te lage be dragen aan inkomsten respectievelijk f.1500 f. 1600 en f. 2000 en aan vermogen resp. f. 30.000. f.29.000 en f. 25.000. Als getuige werd gehoord de inspecteur der belastingen van Haarlemmermeer, de heer W. C. Aarts. De officier eischte zes maanden gevan genisstraf. Uitspraak 24 dezer. 3—2

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1940 | | pagina 7