Anti-Engelsche ketooging te Milaan - Agenten leeren Duitsch 81 sfe Jaargang LE1DSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON Huwelijk met modern comfort CONTRO LA gran 8ft£TAGNA NUCPA SINO ALL/ OP IA door Mr. CORRY STOLZ—VAN DEN Kil BOOM. 8) Wat een groote woorden voor zoo'n Ueln meisje. Han lachte, maar met moeite. Dus Nee, zegt ze beslist. Ik kan niet. Nog niet, Han. Eerst nog wat voor mezelf rond- tobben. Als maar het leven leeren kennen, met een groote L, hè? zegt Han bitter. Hoe stellen jullie meisjes je dat eigenlijk voor, dat geweldige Interessante boeiende leven, dat je zoo hoog noodig moet meemaken? Air een kruising tusschen een champagne- ba- en een wagen, die hondertien loopt? En constant een dozijn mannen in aanbidding °tn je heen? Minstens twee dozijn, zegt Nick. En voor de rest moet lk het nog ondervinden. Half drie, zeg. Hoog tijd, dat ik me er weer hals over kop in ga storten. Dag Han, je bent toch niet kwaad, hè? Dat zal jou veel kunnen schelen. Ba, wat kinderachtig. Precies een kind, dat zijn zin niet krijgt. He krijg mijn zin, zegt Han beslist. Maak je daar maar geen zorg over. Vroeg ot laat zeg je toch ja. Alleen, ik wou zoo Sraag, dat je het nu deed. h~ Hoppig ben je, zegt Nick. Maar je ori? liet- DaS hoor, tot ziens. Ik zal je «ennjven, roept ze nog onder het weghollen. Meneer is ziek, vertelt de oude klerk met een ontsteld gezicht, als Nick den vol genden morgen op kantoor komt. Ziek? Wat zielig. Wat heeft zij? Is het ernstig? Je kijkt zoo somber, Vermolen. Griep, juffrouw. Nee ernstig ls het niet, geloof ik. Maar meneer maakt zich zoo bezorgd, dat hij niet op kantoor kan komen. Nou, wij kunnen de zaak hier toch ook wel aan het draaien houden voor een paar dagen. Of moeten er erg gewichtige dingen gebeuren? Nee, juffrouw, dat treft nogal. Vol gende week hebben we twee enquê'tes en een pleidooi. Maar dan zal meneer wel weer opgeknapt zijn. Mooi. En wat is er voor vandaag? Heb je de agenda nagekeken? Ja, Juffrouw, meneer heeft me door de telefoon instructies laten geven. Als lk zoo vrij mag zijn. juffrouw Ja vooruit, steek maar van wal, zegt Nick een beetje ongeduldig. Ziet u, juffrouw, vanmorgen om elf uur hebben we de pleidooien inzake Zeep fabrieken contra Muller, waarin wij procu reur zijn voor meester Van Westhove Abbing, u weet wel, uit Amsterdam. Och, dat is jammer, zegt Nick. Voor meneer, bedoel ik. Dat is toch een oude studievriend van meneer, niet?Wat een strop voor Oom Victor. Nu kunnen ze niet samen gaan lunchen. Twee ouwe heeren bij elkaar, samen herinneringen ophalen. Het gastheer-spelen, dat volgens goed oud ge bruik bij de Doornenburgsche balie annex ls aan de verplichtingen van den procureur tegenover den advocaat, die van buiten komt pleiten, is voor Oom Victor altijd een bijzonder genoegen. - Meneer Van Westhove komt zelf niet. licht Vermolen verder in. Ze hebben ge schrevenwacht u even, hier heb ik het hij neemt een briefje uit het dossier en leest: Meester F. Robberts zal met den trein van tien zeven-en-veertig ten uwer.t arriveeren. Wilt gij zoo vriendelijk zijn, voor de aanwezigheid van een auto te doen zorgdragen? Dan direct een taxi opbellen, zegt Nick. Het ls al bij tienen. Meneer stuurt zelf zijn wagen naar den trein, stelt Vermolen haar gerust. En nu heeft meneer gevraagd omdat er zoo erg weinig tijd is, want de Rechtbank ls tegenwoordig erg punctieel, dat weet u, juffrouw Ja toe maar, zegt Nick, schiet nou op, zeg. Of u mee naar het station zoudt wil len gaan, gaat Vermolen onverstoorbaar verder. Want we hebben hier een ver klaringziet u, dit, dat ls vanmorgen pas gekomenen dan dit lijstje, dat moet bij het pleidooi gebruikt worden en daarom vroeg meneer, of u dat aan meester Robberts zoudt willen overhandigen, dan kan hij dat onderweg nog bestudeeren. Meneer vond het erg vervelend, dat hij het u moest opdragen, maar Ja, het is goed, ik vind het uitstekend. Maar zeg, ik ken dien heelen meneer niet. Hoe pikJk hem er uit aan het station? Een vreemden meneer afhalen, dan werk je met roode anjers in het knoopsgat of met wui vende zakdoeken. Ze proest inwendig: het zal me er nog al een type voor zijn. De zooveelste ouwe pruik van het genre Oom Victor, ze kent het slag langzamerhand. De wagen komt hierlangs om u op te halen, kondigt Vermolen verder aan. En Willem kent meester Robberts van den vo- rigen keer toen was u nog niet hier. Mooi zoo, zegt Nick. Bof dat ze haar nieuwe voorjaarshoedje op heeft ja, dat is erg belangrijk! Ze grinnikt al weer. Zou ze een boek meenemen? Je valt anders gewoonweg in slaap bij die pleidooien. Die kerels zijn al lemaal even langdradig. Het ls tocH eigen lijk een doodsaaie beweging, die heele ad- vocatie. De prodeanen zijn tenslotte nog het menschelijkst. Zoo'n zielig meisje met een vaderschapsactie. Of een oud vrouw tje, dat tegen haar eigen kinderen moet procedeeren om een alimentatie van een paar gulden ln de week. Die zijn ook dank baar, sturen van hun armoedje een taart, of zooais die boerendochter laatst, zeven rookworsten. Toen ze drie weken lang rook worst bij haar boterham had gehad, had ze de kostjuffrouw gezegd, het restje maar aan een arm huishouden te geven. O Ja, ze moet nog naar den Voogdijraad. Daar kan ze onder de pleidooien wel even heen rennen. Ze belt. Vermolen, die stukken van den Voogdijraad, Je weet wel. De Wit contra Jansen, heb je die bij de hand? Die wou ik even meenemen. Vermolen komt al aanzetten. Hier hebt u het dossier, juffrouw. En Willem is voor. Best. Je houdt de boel hier wel aan den gang hè? Tot vanmiddag. Als Willem bij den uitgang van het sta tion voorrijdt, ls de trein Juist binnen. Nick houdt de file reizigers ln het oog, die een voor een door de controle komen. Wel twintig heeren met actentasschen. Wie zou de groote onbekende zijn? Ze ls stomver baasd, als ze Willem, hand aan de pet, het portier ziet opendoen voor een langen don keren jongeman. Dit? niet bepaald een ouwe pruik, denkt Nick. En wat knap! Ze heeft nog nooit zoo'n geslaagd type gezien. Frank kijkt ook lichtelijk verbaasd, als hij op de achterbank een meisje ontdekt. Ehsorry, zegt hij en neemt zijn hoed af. Ik ben meester Nlcollne Lenswaerdt. zegt Nick waardig Assistente van meester Van Eyckeveld. Meneer Van Eyckeveld is ziek en kon tot zijn spijt niet zelf komen. Robberts Aangenaam, zegt Frank, Mae tk plaats nemen? Het ls al rljkelijK laat geloof lk. Opschieten, Willem, zegt Nick zake lijk. Vijf voor elf aan het Palels, hoor. In orde, Juffrouw, zegt Willem en start met zoo'n ijver, dat ze allebei op hun plaat sen achterover slaan. Niet bepaald zachtzinnig, hè? lacht Nick, als ze haar hoed weer ln den ver- elschten schuinen stand heeft gewurmd. Dat komt, omdat Oom Victor er niet bij is. Ik bedoel meneer Van Eyckeveld, legt ze uit. Ik zeg altijd Oom Victor, dat klinkt gezelliger. Ik heb nog op zijn knie gezeten, toen Ik drie was. Frank lacht. Zoo'n gezamenlijk verle den lijkt me erg bevorderlijk voor de colle giale verhouding op kantoor. Is het ook, stemt Nick toe. Ik ben er nu al een maand of vier en ik vind het er nog steeds leuk. Behalve het werk dan af en toe. Vindt u de advocatory ook niet een afgrysehjk taaie beweging soms? AfgrijselUk, beaamt Frank. U zult zich van morgen ook wel weer erg moeten vervelen by het gepraat van mijn geach- ten tegenpleiteren van my zelf na- tuuriyk. Goeie genade, schrikt Nick. Daar was lk het byna vergeten. En lk ben er nog wel expres voor aan den trein geko men. Wacht even, ze grabbelt in haar tasch Oom Victor heeft me dit en dit meegegeven, dat moest u eerst nog Inkij ken. Dank u zeer. Mooischitterend prevelt Frank, vluchtig de documenten doorlezend. zyn we er al? Inderdaad. En het ls vyi minuten voor elf. Netjes gedaan, Willem. Je hoeft niet te wachten wy zyn de eerste uren nog niet klaar. Frank lacht om den diepen zucht, waar mee ze, na een verlangenden blik op de aracht ln het lentegroen, de deur binnen gaat. U hoort hier elgenhjk niet, zegt hy, op zoo'n prachtlgen voorjaarsmorgen. (Nadruk verboden). (Wordt vervolgd). IN DEN WIERINGERMEERPOLDER EN DE ANDERE NOORD-HOLLANDSCHE POLDERS IS MEN THANS NA DEN TERUGKEER VAN EEN VLUCHT NAAR ENG ELAND vertelt de groepscommandant Hauptmann DRUK DOENDE MET HET BINNENHALEN VAN DE WINTER- OF BEWAARKOOL. (Polygoon) Balthasar aan den eskadercommandant Major Lützow, beiden dragers van het Ridderkruis, van zijn luchtgevechten bij den aanval op Londen. (Holland); -m ANTI-ENGELSCHE BETOOGING IN MILAAN. Een groote menigte hoorde op het Domplein te Milaan een. toespraak aan van Consigliero Nazionale Capoferrl. Op het bord staat„De oorlog tegen Groot-Brittannië gaat door en zal doorgaan tot de overwinning". (Holland) DE ROTTERDAMSCHE POLITIEMANNEN GAAN DUITSCH LEEREN. DE CURSUSSEN ZIJN DINSDAG BEGONNEN. DE EERSTE LES. (Polygoon), OP DE HAARLEMSCHE SCHOLEN wordt geduren de de wintermaanden warm eten verstrekt aan de kinderen, die hiervoor in aanmerking komen. Zij moeten hun vleesch- en vetkaarten inleveren. (Pol.), IN DE STATIONSHAL van het Centraal Station te Utrecht is het fraaie monument van Charles vam Eyck geplaatst, een geschenk van den Personeelraad ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan der Ned. Spoorwegen. (Polygoon) SPREEKUUR BIJ DEN DOK TERALLEEN VOOR BABY'S. (Polygoon)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1940 | | pagina 5