Verkoop Duitsche leger-paarden te Amsterdam - Eenheidstoiletzeep Jlife Jaarwn LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad Een viool verdween FEUILLETON DE CHEF VAN DE SPAANSCHE POLITIE bezocht met een Spaansche politie-delegatie het Relchskriminal- polizeiamt in Berlijn. Reichskriminaldirektor Oberführer Nebe (rechts) met den chef der Spaansche politie, Don José Finat Conde de Mayalde (links met schouderbedekking) tijdens den rondgang. Hoffmann door PAUL SCHOTT. 19) „Alle hutten de kwartleren van den manschappen. Neem twintig menschen mee. Vanetta! Morgen vroeg, tegelijk met het verschijnen van de kranten moeten alle antiquiteitenhandelaars en andere scharrelaars ondervraagd worden!" Dan tot Grangg: „Wilt u een belooning uitloven. Maestro? Wij zijn bereid ook iets bij te dragen, het is een eerezaak voor Italië!" „Hoeveel dacht u?" vroeg Grangg zenuw achtig. „Twintigduizend lire? Wij doen er dan tienduizend bij." Grangg knikte. De markies wendde zich tot Lena: „Hoe zag de man eruit, die u bedwelmd heeft? Het ls toch wonderlijk, dat u niets van hem gezien heeft!" Hij maakte een boosaardige grimas en woelde als een razende met alle tien vingers door zijn baardje. Lena lachte: „Ah, u houdt mij voor de dievegge! Ik heb de viool verstopt, verkoop haar naar Amerika, aan Hearst of Morgan, verpakt en aangegeven als baby!" De markies staarde haar aan. Zooiets had hij oog nooit gehoord. Maar de overmoedige blauwe oogen lachten hem nog steeds te gemoet en de lachende stem ging verder: „Gelooft u misschien ook, dat het mijn been en teenen waren die het patrijs poortje van mijnheer Grangg. binnenkwa men misschien alleen maar uit roman tiek, om in een echten detectiveroman mee te spelen?" Eindelijk scheen de markies den humor van Lena's woorden te begrijpen en hij lachte voor de eerste maal! „Slgnorina ik heb u geen oogenbllk verdacht! Maar u was toch de laatste, niet waar, diemen moet als detective aan alle mogelijkheden denken." „Ik heb overmorgen een concert in Mi laan", begon Grangg, die tijdens dit alles meermalen nerveus met de handen door het haar had gestreken. „Gelukkig Milaan", onderbrak de markies hem. „Ik vertrek dus. Maar mijn pianiste en mijnheer Apt blijven een paar dagen hier dat hebben wij zoo afgesproken. Als u dus nog iets wilt weten, of eenlg resultaat heeft bereikt, verzoek ik u bericht te willen zenden naar het Grand Hotel." Grangg maakte aanstalten om te vertrek ken, evenals de andere twee. De markies wilde hen terughouden: „Dadelijk kunt u twee van onze nieuwste politieauto's naar de haven zien vertrekken, zoodra ik toestemming van het Nederland- sche gezantschap heb gekregen. Wilt u niet. zoo lang wachten, Maestro?" vroeg Fillipepi nog, maar de violist zeide, dat hij moe was en naar huls wilde gaan. Met een nieuwen woordenstroom liet de markies de beamb ten dus vertrekken, en met trippelende pasjes, die zijn lengte nog beter deden uit komen, begeleidde hij zijn bezoekers tot op de gang, waar hij hen aan een van de agenten overgaf, die de woordenrijke op dracht kreeg, hen uit te laten. „Ik geloof niet, dat die knaap er veel van terecht zal brengen" zei Lena naden kend. „Ik ben blij dat we buiten zijn. Ik dacht niet dat ik me een oogenblik langer goed kon houden, toen u hem zoo zonder eenlg respect toesprak," antwoordde Apt. „In mijn heele leven heb ik nog nooit zoo'n amusant persoontje leeren kennen als u, juffrouw'Pllschmuth. Is u wel ooit ernstig?" „Nooit", schudde Lena met een treurig gezicht en blikte even verscholen naar den violist, die echter afwezig naar het asfalt staarde. „Nietwaar mijnheer? De reden is, dat ik een verterende en onbeantwoorde liefde voor mijnheer Grangg heb opgevat, begrijpt u?" Grangg en Apt keken haar belden aan. Haar toon was zoo oprecht, dat het moeilijk was om aan een grapje te gelooven. Grangg zweeg en scheen weer tot zijn gedachten terug te keeren, terwijl de verze keringsman zachtjes zeide: „Ik weet niet, of u dat als scherts of ernst bedoelt?" Daar bij keek hij haar recht in de oogen. „Ik ook niet." Zij lachte alweer en knikte hem vriendelijk toe. „U is even geheimzinnig als de Egyptische sphinx", zei hij. ZIJ lachte. HOOFDSTUK VIL Grangg ontwaakte uit een zeer prettlgen droom. Hij had geen tijd om over den in houd ervan na te denken, daar een piccolo van het hotel hem een briefje binnenbracht Hij haddenzelfden jongen gisteravond na het concert, opdracht gegeven, juffrouw Loren- zetti eenige regels te overhandigen, waarin hij haar vroeg, of het haar mogelijk was, hem voor haar vertrek nog eenmaal te ontmoeten, al was het dan ook maar voor een paar minuten. En nu bracht de page hem dan een briefje, dat hem. vreemd ge noeg, door de Engelsche dame was gege ven. De violist las de weinige regels in het regelmatige krachtige handschrift, blijk baar met groote haast met potlood ge schreven: „Ik kan u niet meer zien, nooit meer! Wij vertrekken niet om elf uur, zoo als wij van plan waren, maar om half tien. Direct toen mijn oom het bericht van den diefstal in de krant las, zei hij, dat hij geen seconde rust meer had als hij niet bij zijn verzameling was. En het is beter zoo. Ik heb het u gezegd het heeft geen zin. Waarschijnlijk zal ik trouwen. Ik moet. Addio! Addio!" En heel klein, onder aan den rand van het papier in het Duitsch: „Lebe wohl, lieber Mensch!" Grangg liep de gang op en riep den jongen terug: „Senti, wie heeft Je dat voor me gege ven?" Plotseling was alle moeheid bij hem verdwenen. Zijn gedrukte stemming was voorbij. „Lebe wohl, lieber Mensch," zei hij zachtjes voor zich heen en lachte, zoodat hij het antwoord van den Jongen eerst niet verstond. Wat. viool! Wat bestaan! Wat beroemdheid! Hier ging het om iets heel anders. Er waren meer Stradivari op de wereld. Men kon ze koopen, evenals piano's of kaas. Roem?? Hij was jong en kon wachten. Maar dit hier, dat kwam toch slechts eenmaal. Zoo'n meiske. even mooi van lichaam als van geest! Faustina! Ein delijk, nadat de longen het eenige malen herhaald had, drong zijn antwoord tot hem door: ..Die Engelsche die dame met die uitgezakte ^ngen, de Inglesa!" Grangg lachte nog steeds. „Juffrouw Francis? Werkelijk? Deze brief?" Hij keek den-Jongen aan, drukte hem een paar Lire in de hand, en belde via de huistelefoon den portier op. „Welke kamer heeft juffrouw Francis, de gezel schapsdame van juffrouw Lorenzetti?" Nauwelijks had de man het nummer, zeven en-dertig, genoemd, of de violist, het hor loge in de hand, sloeg een sjaal om, schoot een Jas aan en rende de trap af. Het was nu kwart over negen. Om halftien zou Faustina met den wagen vertrekken. Dq Engelsche had voor den brief gezorgd! Grangg klopte. ,31nnen!" zei een krakende stem en Grangg ging de kamer in. Juf frouw Francis was Juist bezig met het sluiten van een ouderwetsche, maar dege lijke bagagerol, waartegen zij haar knie gezet had, terwijl zij met alle macht de riemen aantrok „U vertrekt binnen eenige minuten lk kan Faustina niet meer zien. Juffrouw FrancLs, waarom heeft u dien brief laten bezorgen?" Het was grappig het donkere gezicht van de Engelsche nog rood er te zien worden, hoewel men dat nauwelijks voor mogelijk zou hebben gehouden. De zin „met bloed overgoten" schoot Grangg te binnen. Zij knipperde eenige malen met de oogen en raffelde toen zeer vlug: „Het zou niet fair zijn als u mij zoudt verraden, mijnheer Grangg. Maar ik heb ook een beetje Schotsch bloed, weet u? En wij Schotten zijn niet alleen spaarzaam, maar ook een beetje muzikaal. Ik houd veel van Faustina. Zij heeft er mij dringend om gesmeekt en lk kan haar in zulke be langrijke dingen niets weigeren." Gran^ knikte: deze vriendelijke vrouw zou zeker spreken, wanneer zy iets wist. Ademloos besloot zij: ..Overlsens weet ik niet. wat er in dien brief staat." (Nadruk -verboden). (Wordt Terrolgd). DE NEDERL ZEEPFABRIEKEN werken thans met volle kracht aan de fabricatie van eenheidszeep, welke bin nenkort in den handel zal komen. (Pol.) SEPTEMBERKWARTJESMAAND IN ARTIS TE AMSTERDAM. DE EERSTE SENSATIE VAN HUN LEVEN (Polyöoon) HET LINIESCHIP „SCHLES WIG-HOLSTEIN" op patrouille ter bescherming der Duitsche kust. Het schip speelde een groote rol bij de verovering van Polen, toen het met succes de Westerplatte, een sterk Poolsch fort bij Danzig, beschoot en tot overgave dwong. (Holland) HET OPLEIDINGSSCHIP „POLLUX" aan de Prins Hendrikkade tc Amsterdam, dat door een nieuwe „Pollux" vervangen zal worden, is van zijn masten en raas ontdaan. De laatste mast in de takels. (Polygoon) (Holland,). EEN ESKADER STUKA'S GEREED VOOR DEN START.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1940 | | pagina 5