Nood- Vierdaagsche te Nijmegen - Groote opleving in de veenderijen
-IS* K:~
- q 'fCO
- "i* 7!' J5
1 - ml
81 iie Jaargang LE1DSCH DA&LAQTweede Blad
FEUILLETON
Een viool
verdween
NIJMEGEN HEEFT TOCH ZIJN VIERDAAGSCHE DE EERSTE DAG VAN
DEN Z.G. „NOOD-VIERDAAGSCHE": EEN GROEP
DAMES ONDERWEG. (Polygoon)
TUSSCHEN TWEE VLUCHTEN. DE
MITRAILLEURS WORDEN GRONDIG
SCHOONGEMAAKT EN NAGEZIEN.
(Scherl)
PAARDENMARKT TE HOORN. IN VERBAND MET DE GROOTE VRAAG
NAAR PAARDEN, WAS DE BELANGSTELLING
ZEER GROOT. EEN OVERZICHT.
OVERAL IN DUITSCHLAND HELPT DE JEUGD
BIJ HET BINNENHALEN VAN DEN OOGST.
EEN NUTTIG WERK EN TEGELIJK EEN
GEZONDE ONTSPANNING. (Scherl)
.V' f -
(Polygoon)
door
PAUL SCHOTT.
1)
HOOFDSTUK I.
Vallentin Grangg nam in de gang van
zijn cabine afscheid van zijn pianiste. Het
was na middernacht, bij de zijgangen zaten
de Maleische djongos, met over elkaar ge
slagen naakte voeten. Zij droegen witte
linnen jakjes en hadden gebatikte hoofd
doeken op de zwarte haren. Hier cn daar
Slipte nog een late passagier uit de bad
kamer ln zijn kajuit. De electrische lampen
wierpen haar koud. vaal licht over de bijna
verlaten dekken. Aan niets kon ai en be
werken dat het schip zich voortbewoog
zoo zachtjes werkte de schroef 1 zoo
Kunstig waren de hutten op de nie'we Kol-
landsche „llner" gebouwd. De violist
Grangg keek door de gang, schudde dan
nogmaals de sportieve harde hand van
net voor hem staande meisje en zeide met
jfUn rustige stem: „Ging het goed, Lena?
■Tenslotte kent men het publiek op een
dergelijke boot niet".
Ze begreep dadelijk dat hij het kleine
concert bedoelde, dat hij op het verzoek
van den kapitein en eenige passagiers op
dezen avond voor een weldadie doel gege
ven had.
„Ik geloof, dat U, inplaats van Beethoven
beter jazz had kunnen spelen." Zij lachte
en Grangg moest zooals altijd, dadelijk
meelachen. Maar niet alleen haar ronde
roode mond lachte, maar ook de overmoe
dige jongemeisjesoogen en zelfs haar han
den met de wijdgespreide vingers en haar
schouders drukten vroolljkheid uit.
„Ik heb de menschen gadegeslagen en
wanneer de kapitein in de eetzaal niet met
zijn stentorstem de speciale aandacht had
gevraagd voor den beroemden violist
Grangg, pas terug van zijn opzienbarende
tournée door Egypte, en zijn wereldbe
roemde Stradivariusviool, hadden de men
schen waarschijnlijk rustig doorgepokerd
en hun whisky gedronken. Maar nu deden
ze allen hun best om te luisteren en durf
den ondertusschen niet over hun zaken en
liefdesaffaires te praten."
„Ik heb slechts bemerkt, dat ze muisstil
waren en na afloop als wilden applaudis
seerden."
„Omdat er voor U ln de geheele zaal
maar één plaats was, welke Uw aandacht
gespannen hield!" lachte het meisje.
„Wat bedoel Je eigenlijk, Lena", vroeg de
vlolist, en het was een mal gezicht hem als
een jongen te zien blozen.
„Je wordt rood, Val! Wee mij, ongelukki
ge!" declameerde het meisje, „eiken dag
worden mijn kansen slechter. Die Italiaan-
sche heeft je toch maar ln deze korte dagen
die wij sinds Alexandrië aan boord van dit
sprookjesschip zijn, volkomen tot haar
willoozen slaaf gemaakt" Weer lachte ze,
doch het nerveuze gebaar van haar han
den had den violist echter kunnen verra
den. dat achter deze ironische woorden, een
zekere angst verborgen lag. Hij keek echter
ïroomer1" in de gang me' de beweginglooze
Malelers op hun 1 itj. n zei tenslotte:
„Ach, onzin Lena. Ik heb nog geen honderd
woorden met haar gesproken."
En halfluid: „Ik geef toe, dat ik haar be-
tooverend cn zeer lief vind maar ze
schijnt heel andere interessen te hebben!"
„Bedoel je soms dien jongen millionnair,
die ergens achter uit China komt, die met
dat knappe gezicht? Wel, wereldberoemde
violisten met wereldberoemde Stradivaria
zijn toch nog altijd meer in trek, geloof ik."
„Denk Je?" vroeg hij lachend en merkte
toen eerst dat zij hem voor den gek hield.
„Voor mij In elk geval wel", zei ze zake
lijk en met een eenigszins bitteren trek.
„Maar nu ga ik toch heusch slapen",
voegde zij eraan toe, „en mocht je me mor
gen vroeg niet meer in hut 245 vinden, dan
heb ik me, wegens een ongelukkige liefde,
met mijn relsstrljkijzer om mijn hals, in de
Mlddellandsche Zee gestort. Wil Je me dan
nog bezoeken, dan zul je je een duikerpak
moeten laten aanmeten. Ik zie de headlines
ln de kranten al: „Secretaresse van we-
reldberoemden violist enz., enz.!"
Ze drukte hem nogmaals lachend de
hand en liep op haar slanke rechte beenen
de gang uit Haar lach klonk nog in zijn
ooren toen Grangg zijn hut betrad.
Tien minuten later had hij het licht uit
gedraaid en staarde met wijdopen oogen in
het halfdonker. Door een spleet halverwege
de deur schemerde een lichtstreep, een
klein gordijntje voor de open patrijspoort
werd af en toe door den warmen zeewind
bewogen, de golven maakten kleine geluid
jes tegen den scheepswand, en uit de hut
naast hem drong flauw het geluid van twee
stemmen die echter spoedig verflauwden,
tot hem door
„Die Lena toch", dacht Grangg onwille
keurig „Altijd vroolijk, altijd prettig; flink,
handig als een man, en toch in alle op
zichten een meisje, en niet eens een leelijk
meisje. Een ideale pianiste, een ideale
reisgenooteReeds gedurende drie jaar
vergezelde zij hem nu op zijn reizen door
alle mogelijke landen, onderhandelde met
managers, bestelde kamers, schreef brieven,
voerde telefoongesprekken en bovendien
kon men alles, maar dan ook bijna werke
lijk alles, als met een kameraad met haar
bespreken. Hoe fijngevoelig en humoristisch
had ze nu weer over die Florentijnsche ge
sproken. Ja, hij moest toegeven, hij had
direct een groote belangstelling gevoeld
voor dit buitengewoon mooie, wat zwaar
moedige, maar toch zoo levenslustige
meisje. En dat ondanks de bewondering,
die hem overal waar hij. kwam van het
vrouwelijk geslacht ten deel viel.
Het gordijntje voor de patrijspoort stond
bol. De wind moest opgestoken zijn, want
ook het schip begon zich zeer langzaam,
nauwelijks merkbaar, te bewegen. Men
scheen de lampen ln de gang voor het
grootste gedeelte gedoofd te hebben, want
de lichtstreep door de deur was nauwelijks
meer te zien. Lettergreep voor lettergreep,
alsof hij den naam in de telefoon sprak,
vormden zijn lippen twee woorden: Fausti
na Lorenzetti Fau sti na Loren
zet ti, fluisterde hij liefkoozend en
sliep tegelijkertijd in, met het lieflijke ge
zicht voor oogen.
In zijn droomen veranderde het gezicht
voortdurend, nam vreemde, grillige vormen
aan, steeds grilliger, tot dat het tenslotte
veranderde in het publiek van een concert
zaal, waarvoor hij de nieuwste schlager
spelen moest: „I am so glad to kiss you".
Uit de stoelenrijen groeiden bamboewouclen
Apen slingerden zich langs de takken op
het rhythme van zijn spel, ergens ver weg,
zei een onhoorbare stem: „De lampen moe
ten uit!" en nu werd het donker in ce zaal
en de slaper voelde zich langs een van de
bamboestammen naar beneden glijden,
waarmede hij tegelijkertijd in een diepen
droomloozen slaap'yerzonk.
Hij moest een heelen tijd geslapen heb
ben, toen hij, door een licht gerulsch ineens
klaar wakker was; zonder de oogïn te
openen hoorde hij het geklapper op staal,
dat zich telkens herhaalde.
Dat heeft me wakker gemaakt, speelde
het door zijn hoofd terwijl hij zich naar
den wand van zijn kooi draaide. Daarna
hoorde hij vrij dichtbij een gekras. Het
hield niet op, herinnerde hem onmiddellijk
aan een bekend geluid, dat bij het optrek
ken van jalouzieën ontstaat.
Half doezelend dacht Grangg dat er
misschien aan dek ergens een touw of
kabel was losgeraakt en nu tegen de
ijzeren scheepshuid slingerde. Doch in de
volgende seconde zat hij reeds overeind,
balde de vuisten en staarde in de ijle
schemering van de hut naar het kleine
gordijntje voor het ronde venster. Ineens
ziet hij wat er gebeurtZijn spieren en
zenuwen spannen zich. Van boven probeert
men met een dikken draad het gordijn op
zij te schuiven. Dan verdwijnt de draad,
en door het open raam voelt hij den koe
len nachtwind. Grangg trekt zich zoo ver
mogelijk in de schaduw terug en ziet
nauwlettend toe: het raampje is te klein
om een mensch door te laten, hoogstens
zou één van de tengere Maleische jongens
er zich met groote moeite doorheen kun
nen wringen. Zou het een grapje zijn?
(Nadruk Verboden). (Wordt vervolgd).
i.
HET KASTEEL „DOORNENBURG" AAN DEN NEDER-RIJN WORDT GE
HEEL GERESTAUREERD. DE WERKZAAMHEDEN ZIJN AL IN VOLLEN
GANG. OP DEN ACHTERGROND HET KASTEEL IN DE STEIGERS.
(Polygoon)
HET PRACHTIGE ORGEL IN DE NIEUWE
KERK TE AMSTERDAM. OP DE DEUREN ZIJN
FRAAIE SCHILDERINGEN AANGEBRACHT.
(Polygoon)
TURF KRIJGT NU WAARDE. OVERAL IN DE VEENDERIJEN IS MEN DRUK AAN DEN
ARBEID, OM ZOO VEEL MOGELIJK VAN DEZE BRANDSTOF TE VERVAARDIGEN. DE
MACHINE HEEFT OOK AL HAAR INTREDE GEDAAN. DE GEBAGGERDE TURF WORDT
OP HET LAND GESPOTEN. (Holland)
DE PRUIMENOOGST IS DIT JAAR IN DE BANGERT (N.-H.) ZEER
OVERVLOEDIG. MET DUIZENDEN KILO'S WORDEN DE HEER
LIJKE VRUCHTEN OP DE VEILINGEN AANGEVOERD.
(Polygoon)