EÜLBsch
STADSNIEUWS
IEIDSCH DAGBLAD - Eersle Blad
Maandag
KERK- EN SCHOOIMUW
Naar behoud van den vrede
op den Balkan
De Pan-Amerikaansche
conferentie
Verspreide berichten
De besprekingen
te Salzburg en Rome
De algemeene synodel
der Ned. Herv. Kerk
Rijksbureau voor
Oudheidkundig Bodem-onderzoek
Medewerking van het publiek een eerste
voorwaarde voor het welslagen
Onderhoud met
dr. F. C. Bursch
BURGERLIJKE STAND
VAN LEIDEN
de heden geopende vierde groote tentoon
stelling van Duitsche kunst 751 deelnemer*
telt, tegen 767 ln 1939, terwijl het aantal
ten toon gestelde werken 1397 bedraagt
tegen 1323 in het vorige jaar.
De tentoonstelling omvat één zaal, welke
representatief is voor de schilderkunst, één
zaal welke representatief is voor de beeld
houwkunst. terwijl drie zalen gewijd zijn
aan de oorlogsgebeurtenissen en een andere
zaal speciaal aan den veldtocht ln Polen.
Een muur bevat voorstellingen uit het ge
bied van het Duitsche luchtwapen en een
andere muur landschappen uit Noorwegen.
Vanaf 1937 is een steeds strenger maat
staf aangelegd, wat betreft de keuze van
de ingezonden kunstwerken. De minister
herinnerde er aan, dat vele deelnemers als
soldaten bij de weermacht zijn, om met
de wapens in de hand voor Führer en volk
te strijden, evenals zij in vredestijd met
hun kunst Führer en volk dienen. De Füh
rer zelf, zoo besloot dr. Göbbels, kan thans
niet onder ons vertoeven. Met vast ver
trouwen en onwrikbaar geloof groeten wij
den Führer. wij wenschen hem een geze
gende hand en ons volk de elndoverwinlng,
waarvoor wij allen werken en leven.
Na de toespraak van den minister opende
de plaatsvervanger van den Führer de ten
toonstelling.
Uit Havana wordt gemeld:
Argentinië heeft zijn verzet tegen het
plan tot invoering van een mandaat opge
geven en zich tot een compromis bereid
verklaard. Nadat, blij'kbaar rechtstreeks in
vloed was uitgeoefend op den Argentijn-
sohen minister van buitenlandsche zaken.
Cantillo. gaf deze den delegatieleider Melo
instructie tot de onder leiding van Huil
staande commissie, waarmede Argentinië
tot dusver niets te maken had willen heb
ben, toe te treden en op de voorstellen van
Hull in te gaan.
In de kringen der Noord-Amerikaansche
delegatie bevestigt men. dat op aüe punten,
die Hull in zijn Maandag gehouden rede
heeft genoemd, overeenstemming is bereikt.
De commissies a-erken thans aan de defini
tieve formuleering van de afspraken, die
heden aan de voltallige conferentie ter on-
derteekening zullen worden voorgel eed.
Morgen wordt dan de plechtige slotzitting
gehouden en vertrekt de Noord-Amerikaan
sche delegatie weder.
Ofschoon de definitieve accoorden nog
niet vastgelegd zijn, is bekend geworden,
dat alle economische vraagstukken verwe
zen zijn naar de inter-Amerikaansche com
missie, weike permanent te Washington
zetelt. Alle kwesties betreffende de neutra
liteit zullen aan de Juristencommissie te
Rio de Janeiro worden voorgelegd. Met de
door deze commissie uitgewerkte voorstellen
Is ln beginsel instemming betuigd. De defi
nitieve besluiten zijn echter nog onbekend.
Washington heeft alles, waarop het
bijzonder prijs stelde, doorgezet.
In de eerste plaats het insteilen van een
commissie van vijf naties, die moet nagaan,
of de souvereiniteit van een der Europee-
sche -bezittingKn in gewaar is gebracht. Is
dit het geval, dan zal een uit vertegenwoor
digers van drie naties bestaand mandaats
commissie het bestuur over de „ln gevaar
verkeerende" kolonie overnemen.
Ten tweede werd overeengekomen, dat
elke natie maatregelen zal nemen om mis
bruik van diplomatieke en consulaire im
muniteit voor propagandistische doeleinden
te verhinderen.
Wanneer Washington deze eischen heeft
kunnen doorzetten, komt dit alleen hier
door, dat alle Spaansch-Amerikaansche
staten, tengevolge van de belemmeringen
in den afzet, in ernstige economische en
financieele moeilijkheden verkeeren en
Washington bereid was, deze moeilijkheden
met gebruikmaking van vele honderden
millioenen dollars weg te nemen of hen
althans door de moeilijkste overgangstijden
te helpen.
De delegatie van Guatamala heeft zoo
meldt DNB uit Havana een stap gedaan
om duidelijk te maken, dat zij afwijzend
staat tegenover de opneming van Belize ln
het mandaatssysteem.
Geconstateerd wordt, dat indien er in de
heerschappij, welke Engeland nog steeds
over Belize laat gelden en in stand houdt,
een wijziging mocht komen, Guatamala het
bestuur over dit gebied op zich zal nemen
om vervolgens de kwestie aan een arbitrage
te onderwerpen.
Dit is aanvaard evenals het niet opnemen
der Falklandseilanden ln het mandaatsge-
bied op verzoek van Argentinië
De commissie voor neuitraliteitskwestles
verwierp het voorstel van Urugay, de rechts-
zone van drie tot 45 zeemijlen uit te breiden
Er ontstond in het geheel geen debat over
het door Cuba Ingediende maar door andere
landen weldra verworpen voorstel, de ln
Amerikaansche havens geïnterneerde of op
gelegde schepen tc requireeren voor het
Inter-amerikaansche scheepvaartverkeer.
GELUKWENSCH VAN HITLER VOOR DEN-
KONING, VAN ITALIË.
De Fuehrer heeft den koning van Italië,
keker van Abessynlë, die gisteren voor
veertig Jaar den troon heeft beste
gen, een telegram van gelukwensch doen
toekomen, waarin hij zegt: „Ik verzoek
uwe majesteit ter gelegenheid van den
veertigsten verjaardag harer troonsbestij
ging, mijn hartelijke gelukwenschen en die
van het Duitsche volk te willen aanvaarden.
Moge uwe majesteit na het zegevierend
einde van den oorlog, die onzen belden
volken ls opgedrongen, nog een lange ge
zegende regeering beschoren zijn.
LORD PERTH AFGETREDEN.
Lord Perth ls afgetreden als eerste raads
man van het Britsche ministerie van Voor
lichting voor de bultenlandsche propaganda.
ENGELSCHEN IN JAPAN
GEARRESTEERD.
Volgens Reuter zijn de Reuter-correspon-
dent te Tokio en negen andere Engelschen
in Tokio, Kobe, Osaka, SJlmonosekl en
Nagasaki gearresteerd. Onder hen bevinden
zich de vertegenwoordigers van de Britsche
industrieele vereeniglng en de leiders van
Engelsche ondernemingen. De motleven
voor dezen maatregel zijn nog niet bekend.
Van semi-officieele zijde wordt uit Salz
burg gemeld:
De Bulgaarsche minister-president pro
fessor Filoff en de Bulgaarsche minister
van bultenlandsche zaken Popoff zijn Za
terdagmorgen op uitnoodiging van de rljks-
regeering te Salzburg aangekomen. De
rijksminister van bultenlandsche zaken,
von Rlbbentrop, verwelkomde de Bulgaar
sche staatslieden op het station, waar ook
vertegenwoordigers van staat, partij en
weermacht voor de ontvangst aanwezig
waren. De Bulgaarsche staatslieden en de
rijksminister van bultenlandsche zaken In
specteerden de voor het station opgestelde
eerecompagnie, waarna von Rlbbentrop de
Bulgaarsche gasten naar hun hotel „öster-
relchisches Hof" begeleidde. De Bulgaar
sche gasten begaven zich vervolgens naar
het landhuis Fuschl. waar zij door den
rijksminister van bultenlandsche zaken
ontvangen werden.
Het onderhoud van den Führer met de
Bulgaarsche ministers heeft langer dan
i twee uur geduurd. Het verliep, naar verno
men wordt, in den hartelljken geest van
de sedert de wapenbroederschap ln den
wereldoorlog onveranderd bestaande tradi-
tloneele vriendschap der belde volken, Na
dat de Bulgaarsche staatslieden als gasten
van den Führer do thee hadden gebruikt,
werden zij door minister von Ribbentrop
naar hun auto gebracht, waarmee zij naar
hun hotel te Salzburg terugkeerden. Van
daar hebben zij 's avonds de terugreis over
Weenen aanvaard.
Ook von Rlbbentrop, de Bulgaarsche ge
zant te Berlijn, Draganoff, en de Duitsche
gezant te Sofia, baron von Rlchthofen,
woonden de besprekingen bij.
De Slowaaksche minister-president dr.
Tuka. de minister van bultenlandsche za
ken, dr. Durcansky en de heer Sano Mach
zijn Zaterdag eveneens naar Salzburg ge
reisd tot het voeren van besprekingen met
de rijksregeering. Staatspresident dr. Tlso
heeft hen, in gezelschap van den Dultschen
gezant te Bratlslawa ln den loop van den
middag gevolgd.
Nadat de Slowaaksche staatslieden
's middags door den rijksminister van Bul
tenlandsche Zaken, von Rlbbentrop, ln het
landhuis Fuschl bij Salzburg waren ont
vangen, brachten de chef van het protocol,
gezant von Dörnberg en de Duitsche ge
zant te Pressburg, Bernard, de gasten, ln
wier gezelschap zioh nog de Slowaaksche
gezant tc Berlijn. Cernak, bevond, per auto
naar don Obersalzborg. Op het bordes van
den Berghof werd het gezelschap door den
Führer ontvangen, terwijl een eerewacht
van den lijf standaard Adolf Hitler stond
aangetreden.
In aansluiting hierop begonnen in de
hal van don Berghof ln tegenwoordigheid
van den rijksminister van Bultenlandsche
Zaken de besprekingen. ZIJ waren na on
geveer anderhalf uur, nl. om 16.30 uur, ge
ëindigd.
Na afloop leidde de Führer dr. Tiso en
den minister-president Tuka naar het por
taal van den Berghof, waar hij hartelijk
afscheid nam. De Slowaaksche staatslie
den maakten vervolgens een rondrit door
het Berchtesgadcr land en keerden daarna
naar hun verblijf tc Salzburg terug.
Nadat rijksminister von Rlbbentrop ter
eere van de Slowaaksche gasten 's middags
in Hotel „Österreichlscher Hof" een recep
tie had gehouden, zijn dr. Tiso, dr. Tuka en
Sano Mach 's avonds om 18 uur met een
specialen trein uit Salzburg vertrokken.
Von Ribbentrop vergezelde de gasten naar
het station, waar hij hartelijk afscheid
De minister-president van Roemenië, Gi-
gurtu, én dc minister van bultenlandsche
zaken, Manoilescu, zijn Zaterdagmorgen te
Rome aangekomen. ZIJ werden op het sta
tion verwelkomd door graaf Ciano als ver
tegenwoordiger van Mussolini en andere
vooraanstaande personen. Na de eerecom-
pagnic te hebben geïnspecteerd, begaven de
gasten zich naar hun hotel, onderweg luide
door de bevolking toegejuicht. Des middags
begaven de Roemeensche staatslieden zich
naar het ministerie van bultenlandsche
zaken.
Nadat de Roemeensche gasten in het pa
lels Chigl door graaf Clano ontvangen zijn,
hebben zij zich naar Öe villa Madama be
geven. waar hun een noenmaal werd aan
geboden. Om 18 uur zijn zii in het Palazzo
Venezia aangekomen, tot een bespreking
met Mussolini.
Het bezoek der Roemeensche staatslieden
aan Rome kenmerkt de Tribuna als de
voortzetting van de besprekingen, welke te
Salzburg met Gigurtu en Manoilescu ge
voerd zijn. Deze samenkomst, schrijft het
blad, heeft de reorganisatie van Zuidoost-
Europa op een hechten grondslag ten doel.
Het onderhoud met den Duce, waarbij ook
Clano aanwezig was, duurde van 18 uur tot
19.40. Des avonds werd* in de Roemeensche
legatie een maaltijd aangeboden ter eere
van graaf Clano. waaraan behalve de Roe
meensche staatslieden en den Rocmeen-
schen gezant verscheidene Itallaansche en
Roemeensche persoonlijkheden aanzaten.
ij
Om 23 uur zijn Gigurtu en Manoilescu
v/eder naar Boekarest teruggekeerd.
De Essener National Zeitung zegt nog
over de besprekingen:
Men Is ln Dultschland van oordeel, dat
de Zuid-Oostelijke problemen ln vrije over
eenkomst en volgens een door verantwoor
delijkheidsbesef Ingegeven politieke ge
dragslijn door de Balkanvolken zelf gere
geld moeten worden, zoodat de reorganisa
tie in Z. O. Europa niet tot een bron van
nieuwe wrokgevoelens en evcntueelc latere
verwikkelingen kan worden. Het ls ln strijd
met de opvattingen van Dultschland en
Italië, dictaten te scheppen. Vrijwillige aan
gegane verbintenissen, aangepast aan be
staande beginselen, worden echtor bevor
derd, waardoor dc voorwaarden worden ge
schapen voor het tot stand brengen en ln
stand houden van stabiele verhoudingen.
Niet het willekeurig negecren van min-
derhedenkwestles, zoo vervolgt de corres
pondent, doch dc doelbewuste regeling
hiervan, ls evenzeer een voorwaarde voor
het tot stand brengen van een duurzamen
vrede als het oplossen van territoriale
vraagstukken, zooals b.v. tusschen Roeme
nië en Bulgarije cenerzljds en Roemenië en
Hongarije anderzijds bestaan. Het Duitsche
rijk neemt ook ten aanzien van deze vraag
stukken een duidelijk omlijnd standpunt in,
dat door het vaste voornemen, een duur
zamen vrede te scheppen, gekenmerkt
wordt. Met Hongarije en Bulgarije verbindt
ons een oude hartelijke vriendschap, die
door de wapenbrocdcrschap ln den wereld
oorlog en door de vol begrip zijnde houding
der beide landen na den oorlog tot nu toe
behouden is gebleven.
In welingelichte kringen te Salzburg ver
klaart men ten aanzien van de besprekin
gen met de Bulgaarsche staatslieden, dat
Dultschland het nooit onder stoelen of ban
ken heeft gestoken, en thans eerst recht
geen aanleiding heeft, te verzwijgen, dat
Dultschland sympathiek staat tegenover
verstandige revisionistische eischen van
Hongarije en Bulgarije. Men herinnert er
aan, dat de constructie en structuur van
Roemenië door de na-oorlogschc verdragen
op een ten deele onlogische wijze zijn ge
schapen. Men wijst er op, dat Roemenië
door de Westelijke mogendheden welbewust
ln een onnatuurlijke rol Is gedrongen, die
het alleen niet kon spelen. Men legt er den
nadruk op, dat deze politiek thans defini
tief ten einde ls en dat Roemenië zich ook
van zijn kant ervan bewust ls, dat deze po
litiek tot het verleden moet behooren en
geliquideerd moet worden. Het ls tijd, dat
de onzinnige verschijnselen, die tot voort
durende oorlogen leidden en lelden konden,
spoedig en definitief weggenomen worden.
De Hongaren, zoo besluit het artikel, we
ten zeer goed, dat een regeling zonder dat
zij iets van hun oude doelstellingen prijs
geven, niet mogelijk is. Evenzoo verkeeren
ook de Roemenen niet meer in het onzekere
over het feit, dat de klaarblijkelijke onge
rechtigheden, die Hongarlj. bij de vorming
van Roemenië werden aangedaan, eon per
manente aanleiding tot gevaarlijke span
ningen vormen, en dat zij uit den weg ge
ruimd moeten worden, wanneer een voor
beide volken vruchtbare vredestoestand in
de Donauvlakte zijn intrede moet doen.
PREDIKBEURT.
AIphcn-oan-dcn-R\jn. Chr. Geref. KerlR
Dln.sdagnnm. 7',4 uur, ds. du Marchle
Voorthuizen van Urk.
DOOPSGEZ. BROEDERSCHAP.
Bedankt voor Giethoorn en den Horn (Gr)l
proponent A. J. SnaaUcr to Rotterdam.
BAPTISTEN GEM.
Benoemd tot hulpprediker to Eindhoven c&nil
Ph. Looy.
BIJ beschikking van den secre.aris-gene-
raal, waarnemend hoofd van het Departe
ment van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen, is d.d. 24 Mel J.1. ingesteld een
commissie voor het oudheidkundig bodem-
Dr. F. C. Bursch.
onderzoek in Nederland, terwijl tegelijker
tijd werd ingesteld een Rijksbureau voor
het Oudheidkundig Bodemonderzoek, tot
welks directeur werd benoemd dr. F. C.
B'-sch, conservator aan het Rijksmuseum
van Oudheden alhier. Als voorzitter der
commissie voornoemd treedt op prof. dr. N.
J. Krom, hoogleeraar aan de Leidsche Uni
versiteit.
In tegenwoordigheid van dr. W. D. van
Wijngaarden, directeur van het Museum
'van Oudheden en lid der commissie, heb
ben wij dezer cfagen een onderhoud gehad
met deze heeren, waarin zij ons doel en
werkwijze der commissie en van het bureau
nader hebben uiteengezet.
Het gelijktijdig afgekondigde wetje, aldus
dr. Bursch, bedoelt in de eerste plaats een
verbod te zijn voor onbevoegden om op
gravingen te verrichten en heeft ongeveer
dezelfde strekking als de wet voor de mo
numentenzorg. De voorwerpen, welke in
Nederlandschen bodem worden gevonden,
zijn voor de bestudeering van de oudste
geschiedenis van ons land van evenveel be
lang als de archiefstukken uit den lateren
tijd en hebben derhalve recht op dezelfde
behandeling. De eerste taak, welke de com
missie zich ten doel stelde, was om na te
gaan welke Instellingen in ons land bevoegd
zijn tot het verrichten van wetenschappe
lijk bodemonderzoek om vervolgens te ko
men tot coördinatie op dit gebied. Welis
waar werd tot dusverre ln die richting ook
wel gewerkt door de gewestelijke en plaat
selijke musea, maar zonder samenhang.
Momenteel zijn daartoe gerechtigd het
Rijksmuseum alhier en het Biologisch-Ar-
chaeologisch Instituut te Groningen voor
het geheele land en het Rijksmuseum G.
M. Kam te Nijmegen voor die omgeving,
althans zoolang dit museum onder leiding
staat van dr. J. H. Holwerda, den vroegeren
directeur van het Leidsche museum. Alle
locale musea en provinciale genootschappen
zullen erkenning moeten aanvragen voor
het verrichten van opgravingen, welke er
kenning alleen wordt verleend nadat de
rijkscommissie daarover haar advies heeft
uitgebracht.
Het Rijksbureau ls thans bezig een lijst
samen te stellen van alle terreinen ln ons
land, welke in oudheidkundig opzicht van
belang zijn. opdat bijtijds maatregelen kun
nen worden genomen, wanneer het in cul
tuur brengen van deze gronden de daarin
verborgen archiefstukken dreigt verloren te
doen gaan. Met behulp van deze lijst zal
het in de toekomst mogelijk zijn dergelijke
terreinen te beschermen. Blijkt dit niet
mogelijk, dan streeft het bureau ernaar de
bij ontginning te vinden resten met alle
zorgen te omringen en voor het nageslacht
te bewaren. Voorts ligt het ln de bedoeling
ook eventueele vroegere vondsten te inven
tariseeren, welke zich in de locale musea
bevinden of waarover in de litteratuur van
de laatste decennia ls geschreven, zoodat
het bureau te allen tijde kan nagaan, waar
zich eep bepaalde oudheidkundige vondst
bevindt.
Daarnaast geven typische, oude namen
van grondstukken vaak aanwijzingen, dat
er overblijfselen uit het verleden të vinden
zijn, zoodat het aanbeveling verdient ook
daarvan een lijst aan te leggen. Tenslotte
zijn er ln bijna elke plaats wel enkele voor
werpen ln particulier bezit, zooals steenen
bijlen, pijlspitsen, e.d., die eveneens in tee-
kenlng en foto vastgelegd dienen te worden.
Deze omvangrijke inventarisatie, aldus
dr. Bursch, kan niet tot stand komen zon
der de medewerking van het groote publiek.
WIJ moeten overal over het geheele land
verspreid onze vrijwillige medewerkers heb
ben, die ons van het bestaan der hierboven
bedoelde terreinen ln kennis stellen en ons
Inlichten over de ln hun omgeving zich be
vindende oudheidkundige vondsten. Het
liefst hadden wij In j 1 k e gemeente zoo'n
medewerker. Het ls best mogelijk, dat ons
dan de vondst van de zooveel duizendste
Germaansche urn wordt gerapporteerd,
naar per slot van rekening kan ook dis
weer aanwijzingen geven over de verbrei
ding der Germaansche cultuur, enz.
Binnenkort zaj hiervoor de medewerklnj
van alle burgemeesters ln Nederland wor
den ingeroepen. Maar daarmede zijn wij er
niet, al kunnen zij ons grootelijks van
dienst zijn. Wat wij noodlg hebben, zijn
medewerkers uit het volk zelf, die ons re-
gelr ig op de hoogte houden, wanneer
zich in hun gemeente Iets bijzonders op
oudheidkundig gebied voordoet.
Begrijpt u mU goed: het is allerminst
on7rt bedoeling om eventueele vondsten voor
ons museum te winnen; integendeel de
verspreiding van materiaal over de be
staande oudheidkamers, gewestelijke en
locale musea kan de aantrekkelijkheid er
van slechts verhoogen en evenmin willen
wij, dat de rechtmatige eigenaars ons hun
bezit afstaan.
Natuurlijk, het liefst zien wij deze voor
werpen geplaatst ln een museum, omdat wij
daar de grootste waarborgen hebben, dat
ze deskundig bewaard zullen blijven, maar
deze overname zal alleen mogelijk zijn met
volledige Instemming van den eigenaar en
jen een billijke vergoeding.
Betreft het daarenboven unieke vondsten
van waarlijk nationale beteekenis, dan zul
len wij vanzelfsprekend moeite doen om
dezen voorwerpen een plaats te geven ln
het Rijksmuseum van Oudheden alhier,
eventueel door ruiling met andere museum
stukken, maar de hoofdzaak waarom het
ons te doen ls, is een volledig overzicht
te hebben van hetgeen de Nederlandsche
bodem aan archaeologlca heeft opgeleverd
en nog zal opleveren.
Het is de bedoeling, dat vondstmeldln-
gen in de drie Noordelijke provinciën wor
den gericht tot prof. dr. A. E. van Giffen
te Groningen en voor de rest van het land
tot dr. F. C. Bursch, directeur van het
Rijksbureau voor het Oudheidkundig Bo
demonderzoek, Rapenburg 28, alhier.
HANDELSREGISTER
KAMER VAN KOOPHANDEL.
Wijziging:
N. Groenewegen, Lange Raamsteeg 5,
Lelden, verkoop 2e handsch heerenkleedlng.
Overleden eigenaar: N. Groenewegen, d.d.
20 Mei 1040.
DE TIENDE ZITTING.
Namens de commissie voor „de stukken I
ter behandeling" rapporteerde ds. Stelmal
ln de tiende zitting over een schrijven, ge l
zonden door een kerkvoogdij aan den f
quaestor-generaal, betreffende kwljtschel-1
den van schuld. De conclusie welke werdj
aanvaard, was: den quaestor-generaal tel
verzoeken deze kerkvoogdij tc schrijven da', I
ln verband met de moeilijke omstandig. I
heden en den nood, waarin vele gemeenten I
verkeeren, aan het verzoek niet kan wor-l
den voldaan. Namens dezelfde commissie I
rapporteerde de heer prof. Berkelbach vanl
der Sprenkel over het schrijven van eenl
kerkoraad betreffende subsidie voor de res-1
tauratio van een kerkgebouw. Besloten!
werd te antwoorden dat waar de syn. corn-1
missie afwijzend geadviseerd had en de alg.
synode te dezen zin een besluit had geno-l
men, omdat de middelen niet toereikend I
waren, de aanvraag een volgend Jaar kon I
worden horhanld.
Namens dezelfde commissie rapporteerde I
ds. van der Sluys over een schrijven van öt I
conferentie voor kerkmuziek. Dit schrijven
bevatte dc klacht, dat dc opleiding van I
predikanten ln kerkelljk-muzikaal opzicht I
te wenschen overliet en verzocht maatre-1
gelen, dataan dc verscheidene theologische I
faculteiten verschillende voordrachten over I
deze materie zouden gehouden worden. Het I
rapport, erkennend het belang van deze
zaak, meende, dat de mogelijkheid tot ver-1
werkcltjklng gegeven was ln art. 2 al. 21
regl. op het hoogèr onderwijs. Het stelde I
voor de zaak voor verder advies door t» I
zenden naar dt kerkelijke hooglceraren, on
ze daarna gesterkt door dit advies, verdet 1
tc kunnen behandelen. De vergadering ging 1
hiermede accoord.
Tenslotte rapporteerde ds. Blommaert I
over de verslagen van de persoonlijke kerk
visitatie ln de provincie Utrecht. Dc ver-
gaderlng trad over dit rapport ln breed
voerige discussie en aanvaardde met dank
het rapport.
Harmina, D. van P. van Loon en J. ten
Haken Kduardus Cornells Chrlstlaan, Z. van
E. M. F. Blom en H. C. J. van Dlesen.
ONDERTROUWD:
H. Rodel jm. 26 Jcior on J. M. van Kastmop
jd. 23 Jaar B. Visser Jm. 2G Jaar en E. Brug
man Jd. 22 Jaar A. van der Weljden Jm. 25
jaar en S. Brouwer Jd. 25 Jaar.
CONCERT IN „DE LEIDSCHE HOUT".
Het zevende concert van den Bond van
Leidsche Harmonie en Fanfare Voreenlgin-
gen zal gegeven worden ln „De Leidsche
Hout" op Woensdag a.s. 's avonds te half
acht precies en wordt verzorgd door de
Christelijke Muziekvereeniging „Athalia",
directeur de heer H. van der Veld.
Men wordt beleefd verzocht gedurende
de uitvoering niet te loopen.
Het programma luidt:
1, Per Aspera ad Astra, marsch, E. Ur-
bach; 2. Cavalerie Légère, ouverture, F. von
Suppé; 3. Mondnacht auf der Alstcr, wals,
Osc. Fe tras; 4. Les Dragons de Villars,
fantalsle, Ch, Muldermans; 5. Erlka,
marsch, Herms Niel. Pauze 6. Prlnz
Eitel Frledrlch, marsch, H. L. Blankenburg;
7. Le Masque d'Or, ouverture, F. Popy; 8.
Le Petit Boulanger. polka, L. Vermaelen;
9. Terpsichore, fantalsle, L. Ganne; 10.
Furioto, marsch, G. Gadenne.
Onze oud-stadgenoot, de hoer J. H. G.
Scheffer, 1ste luitenant der Infanterie, ls
benoemd tot inspecteur van politie te 01-
denzaal.
Zaterdagavond omstreeks halftwaalf is
de 24-Jarlge A. V. op den Stationsweg tijdens
een stoeipartij gevallen, waarbij zij met het
hoofd op de straatsteenen terecht kwam en
dientengevolge het bewustzijn verloor. De
Eerste Hulpdienst vervoerde haar naar haar
woning.
Gisteravond was de 15-jarige H. J. S.,
wonende in de Celebesstraat, met eenige
jongens aan het stoeien ln de Medusastraat.
Op een gegeven oogenbllk ontstond daarbij
een vechtpartij, waarbij een der Jongens S.
een zoodanlgen klap op het oog toebracht,
dat dit lichaamsdeel vrij ernstig werd ge
kwetst.
De Eerste Hulpdienst vervoerde den
knaap naar het Academisch Ziekenhuis.
Onze stadgenoot, de heer J. W. Stol
slaagde voor het examen hoofdakte, deel A.
De heeren W. F. van Weizen en J. W. Har-
tlng, eveneens alhier slaagden voor het ge
deelte B.
Mej. J. R. Keunlng alhier slaagde tc
Utrecht voor het examen akte Engelsch L.O.
Donderdag a.s. herdenkt de heer A.
Kiel, besteller bij de Ned. Posterijen aan het
Postkantoor alhier, den dag. dat hij vóór
25 Jaar, bij de P.T.T. in dienst trad.
Onze voormalige stadgenoot, de heer
J. M. Secrève, 2de luitenant der Infanterie,
is als adjunct-Inspecteur geplaatst bij de
politie te Zwolle.
z—i