Turfsteken Marsch Wachtbataljon Duitsche Luchtwapen - Voetbal a 'Isie Jaargang „BLOED VAN BOEDDHA" JUII LEIDSCH DAGBLAD Tweede Blad FEUILLETON DP. IdJch, J van 6 in8en d, TUSSCHEN HET NEDERLANDSCH ELFTAL EN EEN HAAGSCH ELFTAL werd op het V.U.C.- terrein in den Haag een wedstrijd gespeeld, waarvan de opbrengst ten bate van de oorlogslachtoffers komt. Moment voor het Haagsche doel. DE BRANDSTOFFEN VOORZIENING IN NE- DERLAND. In de veenderijen is druk werk. 1 Hel steken van turf in de veenderijen in de Peel bij Helenaveen in Noord-Brabant. AMSTERDAM EET WEER GARNALEN. De gamalenvangst is, zij het beperkt, weer begonnen. Amsterdam had goeden aanvoer. Het pellen. DE BOUW VAN DE NIEUWE ACADEMIE VOOR BEELDENDE KUNSTEN EN TECHNISCHE WETEN- SCHAPPEN aan den G. J. de Jonghweg te Rotterdam vordert gestadig. De kans is groot, dat binnen afzienbaren tijd de lessen reeds in een deel van het gebouw gegeven kunnen worden. Het in aanbouw zijnde complex. Links het electriciteitsgebouw aan de Rochussenstraat. DE NATIONALE TENNISKAMPIOENSCHAP- PEN zijn op de M.E.T.S.-banen te Scheve- nlngen begonnen. Hughan in actie tegen Heynen. DE FINALE OM DEN TELEGRAAF BEKER tusschen Laga en Amstel op de 4% k.m. lange Amstelbaan. Over zicht van de brug over den Amstel nabij de Ceintuurbaan. Laga (winnaar) is ettelijke bootlengten voor Amstel .(rechts achtergrond). MARSCH VAN HET WACHTBATALJON VAN HET DUITSCHE LUCHTWAPEN waarbij gedefileerd werd voor den militairen bevelhebber van het bezette generaal der vliegers Christiansen. De troep op het Plein. DOOR DEN HAAG Nederlandsche gebied, door HAROLD WARD 25) „Dit is een zoo belangrijke zaak, dat als ik het noodig oordeel één telefoon van mij voldoende is om een afdeellng mariniers van Quantico naar hier te laten komen, om mijn orders met geweld uit te voeren!" „Waarom?" vroeg Pendrlll weer. „Wel verdraaid", barstte York uit, „om dat een van jullie een moordenaar is en omdat het in het belang van den Staat is dien moordenaar zoo spoedig mogelijk te arresteeren! Begrijpen jullie dat nu einde lijk?" Hij draaide zich om op zijn hielen en ging, gevolgd door zijn luitenant, de hall in. „U is hier even gezien als een valsch dub beltje ln een snoepwinkel!" grinnikte Tommy. York lachte en viel neer achter de schrijf tafel in het kantoortje. Door de open ramen konden ze zien hoe het gezelschap uit el kaar ging en zich een plaats zocht ln de diverse auto's. „Ze schijnen van plan te zijn naar de zitting te gaan", merkte York op. „En niemand, vraagt u, of u mee wilt rij den" spotte Muer. „Een wonder!" lachte York. „Het resul taat is, dat ik nu wel jouw wagen zal moe ten nemen!" Muer trok een leelljk gezicht. „Aangezien u mijn superieur bent, zal ik dat wel goed moeten vinden", zei hij, „maar ehwat kan ik doen, terwijl u weg is?" York boog zich naar zijn assistent over en fluisterde hem iets in het oor. Muer knikte. ,3egrepen", zei hij, „dat komt in orde!" York stapte ln Muer's auto en verdween terwijl Tommy een sigaret op stak en op zijn dooie gemak naar de keuken slenterde. De kok vertelde hem echter, dat Jennie in de eetkamer was en daar vond hij de huis houdster ook, terwijl ze achterdochtig stond te snuiven. „Wat is het?" vroeg Muer. „Ruik je men- schenvleesch?" „Ratten, meneer!" antwoordde Jennie. „RattenWaar zouden die moeten zitten?" „Dat vind ik juist zoo vreemd meneer! Ik weet zeker dat niemand rattenkruid uit gestrooid heeft, ofschoon we hier veel last van ratten en muizen hebben. Toch is er hier ergens een doode rat! Ik ruik het dui delijk!" „Ik heb als kleine jongen eens een tik op m'n neus gehad, sinds dien tijd is m'n reukorgaan wat beschadigd", zei Tommy doodernstig. „Maar ik hoop, dat je je rat te pakken krijgtWeet je ook waar Tim is?" Jennie vertelde het hem en Tommy vond den neger achter het huis in de schaduw liggen. HIJ sprong verschrikt op. toen hij den luitenant zag. Muer vertelde hem, wat hij wenschte, waarop Tim hem met open mond aanstaarde. „Maar meneer, d'r is heelemaal geen visch in de kreek!" Muer keek verheugend. „Prachtig!" riep hij uit, „juist wat ik noodig heb! Ik ga altijd visschen in water, waar geen visch zit, dat maakt het juist zoo opwindend". Tim krabde zijn kroeshaar, maar ging Muer voor naar een bergplaats in de bij gebouwen, waar hij een hengel te voor schijn haalde achter een stapel oude pak kisten. „Meneer Anson Lee vischte wel eens", zei hij, „maar hij ving nooit veel!" Muer nam den hengel aan. „Ik zal wat wonnen voor U vangen, me neer", bood Tim aan. Muer vertelde hem, dat dat niet noodig was, hij vischte veel liever zonder aas, dat was nu juist de kunst, beweerde hij en verdween in de richting van de beek, die in het moeras achter het huis uitliep. Tim keek hem hoofdschuddend na, ver moedelijk dacht hij dat de luitenant last van de warmte had. Muer was binnen een paar uur terug. Hij vond Jennie nog steeds op zoek naar den dooden rat. Hij bracht den hengel weer op zijn plaats in het rommelhok, trok op zijn kamer zijn kletsnatte schoenen en sokken uit en deponeerde zijn vangst in de bad kuip. Daarna nam hij een douche en ging op zijn bed liggen. Lang na het middaguur hoorde hij de menschen uit Arrapahoe terug komen. Een oogenblik later kwam York de ka mer in en vertelde dat de jury op zijn ver zoek de zitting drie dagen verdaagd had. Hij trok zijn jas uit. stak een pijp op en viel languit in een stoel neei. ,Heb jij ooit van Wimpy Knott gehoord?" vroeg hij aan zijn assistent. „Nooit ontmoet," antwoordde deze, „nooit van gehoord ook." „Hm," gromde York, „dat dacht ik wel." „Waarom vraagt u het me dan? Heeft ie iets met de zaak te maken?" „Wimpy Knott is de vent met den strik om den hals!Toen ze vanmorgen met l.et ondervragen bezig waren, heb ik mijn tijd met telefoneeren zoek gebracht. Ik wist toch wel dat die zitting niets belang rijks op zou leveren. Knippinger, de chef van het archief in Washington vond zijn kaart tusschen oude paperassen. Lang ge leden schijnt hij wat op zijn kerfstok ge had te hebben. Toevallig schijnen zijn af drukken niet geregistreerd te zijn". Hij haalde een notitieboekje uit zijn zak en las: „Leeftijd ongeveer veertig. Geboren in Australië, bracht zijn jeugd door in de onderwereld van New-York. Na den dood van zijn vader woonde hij bij familie in Chicago en werd kort daarna naar een tuchtschool gestuurd wegens diefstal. Ging daarna weer naar Chicago terug en begon gestolen goed op te koopen, later voorna melijk auto's. Werd weer naar een verbe terhuis gestuurd, waar htf een zekeren Klas sen leerde kennen. Klasser. was een gerou tineerd inbreker. Van hem leerde Knott de fijne knepen van het vak. Toen ze beiden vrij waren, werkten ze een tijd lang samen later schijnen ze ruzie gekregen te hebben. Klassen werd gepakt en voor eenige jaren opgeborgen, maar Knott hebben ze nooit weer te grazer, kunnen nemen, ofschoon de politie wel op hem loerde en ze er over tuigd van waren, dat hij de hand in ver schillende f octe inbraken had Hij schijnt specialist te zijn in het openen van brand kasten „Heeft u dat al aan anderen verteld?" vroeg Muer. York schudde zijn hoofd. „Nee en dat ben ik niet an plan ook. Hoe minder kans de moordenaar krijgt te weten, wat wij ontdekt hebben, destemeer kans hebben wij, dat hij zich bloot geeft. Fenton en Fay zijn veel te loslippig. Ze hebben te weinig ervaring in groote zaken" „Denkt u „Ja," viel York hem in de rede. „Ik ben er van overtuigd dat Knott met iemand hier in huis samenwerkte." „En dat hij later herrie met zijn partner kreeg en die hem uit den weg ruimde?" York rookte een oogenblik zwijgend, toen ze hij: „Dat is mogelijk. Maar het is niet waarschijnlijk dat ze herrie kregen, vóórdat ze iets hadden om herrie te krij gende robijnen, bedoel ik. Ik geloof eerder, dat er twee verschillende groepen achter het snoer aanzitten. Knott werd door de eene groep gebruikt, natuurlijk om de safe te openen. De anderen hebben daar lucht van gekregen en hem vermoord." „En Lewis?" vroeg Muer, diep ln ge dachten. „Gelooft u. dat hij bij een van die groepen hoordeDat hij dien moord pleegde?" „Lewis was werkelijk in dienst van Blu- menthal", antwoordde York, „Blumenthal zelf zoowel als Carol Spencer hebben dat verzekerd. Maar de mogelijkheid bestaat, dat hij dubbel spel speelde, misschien heeft men hem een groot bedrag aangeboden voor zijn hulp. In dat geval is het niet onmogelijk, dat hij Wimpy Knott doodde' en op zijn beurt weer door de handlangers van Knott vermoord werd. Maar ln 'dat geval moet zijn lijk ergens hier in huis verstopt zijn Heb jtf eenig idee waar?" (Nadruk verboden). (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1940 | | pagina 5